ECLI:NL:RBOVE:2023:4759

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
23 november 2023
Publicatiedatum
23 november 2023
Zaaknummer
08.104433.23
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel uit hennepkwekerij met vaststelling van betalingsverplichting aan de Staat

Op 23 november 2023 heeft de Rechtbank Overijssel in Almelo uitspraak gedaan in een ontnemingszaak tegen een veroordeelde die wederrechtelijk voordeel had verkregen uit een hennepkwekerij. De rechtbank heeft vastgesteld dat de veroordeelde een bedrag van € 57.856,48 aan de Staat moet betalen ter ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel. De vordering van de officier van justitie werd behandeld op een openbare terechtzitting op 9 november 2023, waar de veroordeelde, bijgestaan door zijn raadsvrouw, aanwezig was. De officier van justitie handhaafde zijn vordering, terwijl de raadsvrouw primair verzocht om afwijzing van de ontnemingsvordering en subsidiair om een lagere schatting van het wederrechtelijk verkregen voordeel.

De rechtbank heeft de omvang van het wederrechtelijk verkregen voordeel berekend op basis van een rapport van het Functioneel Parket, waarin standaardberekeningen voor hennepkwekerijen zijn opgenomen. De rechtbank heeft de opbrengst van de hennepkwekerij vastgesteld op basis van het aantal planten en de opbrengst per plant. Na aftrek van kosten, zoals afschrijvingskosten en variabele kosten, kwam de rechtbank tot de conclusie dat het totale wederrechtelijk verkregen voordeel € 57.856,48 bedraagt. De rechtbank heeft de veroordeelde vervolgens de verplichting opgelegd om dit bedrag aan de Staat te betalen.

De beslissing is gegrond op artikel 36e van het Wetboek van Strafrecht, dat de mogelijkheid biedt om wederrechtelijk verkregen voordeel te ontnemen. De rechtbank heeft ook de duur van de gijzeling bepaald die kan worden gevorderd, tot maximaal 1080 dagen. Dit vonnis is openbaar uitgesproken en ondertekend door de rechters en de griffier.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Zittingsplaats Almelo
Parketnummer: 08.104433.23
Datum vonnis: 23 november 2023
Vonnis op tegenspraak van de rechtbank Overijssel, meervoudige kamer voor strafzaken, rechtdoende op de vordering op grond van artikel 36e van het Wetboek van Strafrecht (Sr) van de officier van justitie ten aanzien van de veroordeelde:
[veroordeelde],
geboren op [geboortedatum] 1996 in [geboorteplaats],
verblijvende aan de [woonplaats].

1.De vordering van de officier van justitie

De officier van justitie vordert dat de rechtbank het bedrag vaststelt waarop het wederrechtelijk verkregen voordeel als bedoeld in artikel 36e Sr wordt geschat en de veroordeelde de verplichting oplegt tot betaling aan de Staat van het geschatte voordeel tot een bedrag van € 60.324,56.

2.De procedure

De vordering is behandeld op de openbare terechtzitting van 9 november 2023. De verdachte, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. J.O.A.N. de Vries, advocaat in Utrecht, is op die terechtzitting verschenen en op de vordering gehoord.
Op die terechtzitting heeft de officier van justitie, mr. T. de Munnik zijn vordering gehandhaafd.
De raadsvrouw heeft primair verzocht de ontnemingsvordering af te wijzen, gelet op de door haar bepleite vrijspraak. Subsidiair heeft de raadsvrouw bepleit om, indien de rechtbank verdachte in de strafzaak veroordeelt tot medeplichtigheid aan hennepteelt, bij de ontneming uit te gaan van de verklaring die verdachte ter zitting heeft afgelegd. Verdachte heeft per maand slechts € 1.000,- aan vergoeding voor de woning ontvangen. De huur was € 581,21 per maand en het gas/water/licht rond € 100,-- per maand. Het wederrechtelijk verkregen voordeel komt hiermee op: € 1.000,-- - (€ 581,21 + 100) = € 318,79 per maand. (€ 318,79 x 12 maanden) : 52 weken = € 73,56 per week. De ontnemingsperiode is 10 weken. Het te ontnemen bedrag komt dan neer op € 735,--.
Meer subsidiair heeft de raadsvrouw berekend dat de totale opbrengst van de hennepkwekerij neerkomt op ruim 63 duizend euro en dat de totale kosten neerkomen op ruim € 7.250,--. Het totale voordeel komt daarmee op € 55.750,--. Het dossier bevat aanwijzingen voor de betrokkenheid van in totaal zes personen. Het totale voordeel dient daarom over zes personen verdeeld te worden. Het voordeel van verdachte komt daarmee op € 55.750,- : 6 =
€ 9.291,66. Verzocht wordt dat bedrag te ontnemen.

3.De beoordeling van de vordering

3.1
Veroordeling
De veroordeelde is bij vonnis van deze rechtbank van 23 november 2023 veroordeeld, voor zover van belang, voor de strafbare feiten:
feit 1
het misdrijf: opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3, onder B, van de Opiumwet gegeven verbod, terwijl het feit betrekking heeft op een grote hoeveelheid als bedoeld in artikel 11 lid 5 van die wet;
feit 2
het misdrijf: diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van verbreking.
3.2
De beoordeling van de omvang van het wederrechtelijk verkregen voordeel
Naar het oordeel van de rechtbank heeft verdachte door het plegen van de strafbare feiten voordeel verkregen. De rechtbank overweegt daartoe het volgende.
De rechtbank gaat bij de berekening van het wederrechtelijk verkregen voordeel uit van het rapport 'Wederrechtelijk verkregen voordeel hennepkwekerij bij binnenteelt onder kunstlicht' van het Functioneel Parket Afpakken (voorheen BOOM) van 1 juni 2016 (verder: het rapport), waarin standaardberekeningen en normen met betrekking tot het wederrechtelijk verkregen voordeel van hennepkwekerijen zijn vermeld.
Voor de berekening van het wederrechtelijk verkregen voordeel moet zoveel als mogelijk worden uitgegaan van de tijdens het onderzoek bekend geworden gegevens. De opbrengst hennep in grammen is afhankelijk van het aantal planten per m2. De rechtbank stelt het aantal planten per vierkante meter in de kweekruimtes vast op basis van de aangetroffen plantenpotten per kweekruimte.
Als algemeen uitgangspunt hanteert de rechtbank dat een kilogram hennep een bedrag van
€ 4.070,-- oplevert. Dit leidt de rechtbank af uit het rapport.
Bruto opbrengst
In kweekruimte 1 hebben minimaal 72 hennepplanten gestaan (16 per m2). De opbrengst aan hennep per plant is volgens het rapport minimaal 27,7 gram. De totale opbrengst hennep is 72 x 27,7 gram = 1,9944 kilogram. De totale bruto opbrengst per oogst bedraagt:
1,9944 kilogram x € 4.070,00 = € 8.117,21.
In kweekruimte 2 hebben minimaal 132 hennepplanten gestaan (15 per m2). De opbrengst aan hennep per plant is volgens het rapport minimaal 28,2 gram. De totale opbrengst hennep is 132 x 28,2 gram = 3,7224 kilogram De totale bruto opbrengst per oogst bedraagt:
3,7224 kilogram x € 4.070,00 = € 15.150,17.
In kweekruimte 3 hebben minimaal 350 hennepplanten gestaan (14 per m2). De opbrengst aan hennep per plant is volgens het rapport minimaal 28,6 gram. De totale bruto opbrengst per oogst bedraagt:
10,010 kilogram x € 4.070,00 = € 40.740,70.
Kosten
Op de bruto opbrengst dienen verschillende kosten in mindering te worden gebracht. Dit betreffen afschrijvingskosten, hennepstekken, variabele kosten en huisvestingskosten. Veroordeelde betrok de elektriciteit op illegale wijze en door Enexis werd hiervan aangifte gedaan. Omdat veroordeelde de door Enexis in rekening gebrachte kosten niet heeft voldaan, worden geen kosten voor elektriciteit op de bruto opbrengst in mindering gebracht.
Met betrekking tot de kosten worden de volgende uitgangspunten op grond van het rapport gehanteerd, telkens per aantal planten per oogst:
  • afschrijvingskosten bij 0-199 planten (ruimte 1) bedragen € 150,--;
  • afschrijvingskosten bij 0-199 planten (ruimte 2) bedragen € 150,--;
  • afschrijvingskosten bij 300-399 planten (ruimte 3) bedragen € 250,--;
  • de inkoopprijs van de stekken bedraagt € 3,81 per stek;
  • de overige variabele kosten bedragen € 3,88 per plant;
Wederrechtelijk verkregen voordeel
De rechtbank gaat uit van één eerder gerealiseerde oogst waardoor het wederrechtelijk verkregen voordeel bedraagt:
Kweekruimte 1
Bruto opbrengst = € 8.117,21
Totale kosten = -/- € 2.044,93
Kweekruimte 2
Bruto opbrengst = € 15.150,17
Totale kosten = -/- € 1.165,08
Kweekruimte 3
Bruto opbrengst = € 40.740,70
Totale kosten = -/- € 2.941,59
Totaal wederrechtelijk verkregen voordeel: € 57.856,48
De rechtbank stelt op grond van wettige bewijsmiddelen de omvang van het wederrechtelijk verkregen voordeel vast op € 57.856,48.
3.3
De vaststelling van de betalingsverplichting
De rechtbank is van oordeel dat aan de veroordeelde de verplichting moet worden opgelegd tot betaling aan de Staat ter ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel van een bedrag van € 57.856,48.

4.De wettelijke voorschriften

De oplegging van de maatregel is gegrond op artikel 36e Sr.

5.De beslissing

De rechtbank:
  • stelt het bedrag waarop het door de veroordeelde wederrechtelijk verkregen voordeel wordt geschat vast op € 57.856,48;
  • legt de veroordeelde de verplichting op tot betaling van € 57.856,48 aan de Staat ter ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel;
  • bepaalt de duur van de gijzeling die met toepassing van artikel 6:6:25 van het Wetboek van Strafvordering ten hoogste kan worden gevorderd op 1080 dagen.
Dit vonnis is gewezen door mr. J. Wentink voorzitter, mr. P.M.F. Schreurs en mr. D.K. ten Cate, rechters, in tegenwoordigheid van mr. B.M. Hoek, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 23 november 2023.