Uitspraak
RECHTBANK Overijssel
HOIST FINANCE AB,
1.De procedure
2.Het geschil
3.De beoordeling
“De kredietvergoeding wordt van dag tot dag berekend over het uitstaande saldo en kan door Kredietgever, met inachtneming van de krachtens de wet gestelde maxima, worden gewijzigd”.Uit artikel 3 onder b) van de algemene voorwaarden volgt dat de kredietvergoeding door de kredietgever eenzijdig gewijzigd kan worden. Dit eenzijdige rentewijzigingsbeding is naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende transparant, omdat het voor de kredietnemer niet inzichtelijk is op basis van welke omstandigheden de kredietgever de kredietvergoeding kan wijzigen. Het verstoort daarmee het evenwicht tussen partijen ten nadele van de consument. De rechtbank is daarom van oordeel dat het beding, zoals geciteerd in 3.12., ex artikel 3 onder b) van de algemene voorwaarden moet worden aangemerkt als een onredelijk bezwarend beding in de zin van artikel 6:233 onder a. van het Burgerlijk Wetboek en vernietigd moet worden. Dit heeft tot gevolg dat voor de bij oorspronkelijke dagvaarding gevorderde variabele rente geen grondslag meer bestaat. De rechtbank zal daarom het verstekvonnis vernietigen voor zover het de toegewezen variabele rente betreft. De rechtbank zal het verstekvonnis ook vernietigen voor zover het bedrag van € 7.217.62 is toegewezen aan kredietvergoeding. Voorschotbank heeft dit gevorderde bedrag aan kredietvergoeding in de oorspronkelijke dagvaarding namelijk op geen enkele wijze inzichtelijk gemaakt. De rechtbank zal de rente toewijzen conform de kredietovereenkomst, te weten 0,677% per maand vanaf de datum dagvaarding.
4.De beslissing
- [opposante] met [naam] hoofdelijk is veroordeeld tot betaling van € 50.000,-;
- [opposante] met [naam] hoofdelijk is veroordeeld tot betaling van de proceskosten van € 2.163,82;
- het vonnis uitvoerbaar bij voorraad is verklaard;