In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 17 oktober 2023 uitspraak gedaan in een faillissementsprocedure waarbij de verzoeker, die in verzekerde bewaring was gesteld, verzocht om ontslag uit de bewaring of, subsidiair, om schorsing van de bewaring. De rechtbank heeft het verzoek van de curator om de termijn van de verzekerde bewaring met dertig dagen te verlengen toegewezen, omdat de verzoeker onvoldoende informatie heeft verstrekt aan de curator en de rechtbank. De verzoeker had eerder op 14 september 2023 in verzekerde bewaring gesteld moeten worden, en de curator had op 10 oktober 2023 verzocht om verlenging van deze termijn. De rechtbank oordeelde dat de verzoeker niet voldeed aan zijn informatieverplichting en dat de gronden voor de inbewaringstelling nog steeds aanwezig waren. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verzoeker tijdens de zitting niet naar waarheid heeft verklaard en geen volledige openheid van zaken heeft gegeven, wat leidde tot de conclusie dat de verlenging van de bewaring gerechtvaardigd was. De rechtbank heeft het verzoek van de verzoeker tot opheffing of schorsing van de bewaring afgewezen, en de termijn van de verzekerde bewaring met dertig dagen verlengd.