In deze zaak verzoekt [verzoeker], een rechter in opleiding bij de Rechtbank Noord-Nederland, om een transitievergoeding na een negatieve beoordeling en beëindiging van haar aanstelling. De kantonrechter van de Rechtbank Overijssel heeft op 31 oktober 2023 uitspraak gedaan. De procedure begon met een verzoekschrift van [verzoeker] op 1 augustus 2023, dat na een verwijzing op 17 augustus 2023 door de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Nederland naar de Rechtbank Overijssel is ontvangen. Tijdens de mondelinge behandeling op 10 oktober 2023 zijn beide partijen verschenen. De kantonrechter heeft geoordeeld dat zij niet bevoegd is om van het geschil kennis te nemen, omdat [verzoeker] niet op basis van een arbeidsovereenkomst heeft gewerkt, maar als rechterlijke ambtenaar onder de Ambtenarenwet valt. Dit betekent dat de bestuursrechter bevoegd is om te oordelen over geschillen met betrekking tot haar aanstelling en beëindiging daarvan. De kantonrechter heeft zich daarom onbevoegd verklaard en geen proceskostenveroordeling uitgesproken. De beslissing is openbaar gemaakt op 31 oktober 2023.