4.1.Tennet vordert dat de voorzieningenrechter van de rechtbank Overijssel bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
[gedaagde] veroordeelt om te gehengen en te gedogen, althans te dulden, dat ten behoeve van de uitvoering van werkzaamheden aan de hoogspanningsverbinding in het kader van het project Beter Benutten Ens — Zwolle (waaronder het vervangen van de geleiders en de overige onderhoudswerkzaamheden) Tennet gebruik maakt van de percelen waarvan [gedaagde] eigenaar is en het perceel dat hij gebruikt met de volgende kadastrale aanduidingen:
[perceel 1]
[perceel 4]
[perceel 3]
[perceel 2]
[gedaagde] veroordeelt te gehengen en te gedogen, althans te dulden, dat Tennet de noodzakelijke voorzieningen treft ter voorbereiding op de hiervoor onder A. genoemde werkzaamheden, waaronder ook begrepen het inrichten van werkterreinen;
een en ander onder de voorwaarde dat Tennet na afloop van de werkzaamheden de door haar aangebrachte voorzieningen verwijdert, de betrokken percelen zoveel als redelijkerwijs mogelijk is in oorspronkelijke staat herstelt, en dat Tennet alle schade zal vergoeden die gedaagde vanwege de werkzaamheden rechtstreeks en redelijkerwijs lijdt;
[gedaagde] verbiedt om, behoudens uitdrukkelijke toestemming van Tennet, in de periode na datum van dit vonnis tot 1 juni 2024 contact te zoeken met individuele medewerkers van Tennet, in de ruimste zin van het woord, waaronder in elk geval begrepen het telefonisch contact opnemen en het versturen van brieven en/of e-mails;
een en ander hiervoor genoemd op straffe van een dwangsom van € 25.000,-, of een ander bedrag dat de voorzieningenrechter in goede justitie bepaalt, voor iedere overtreding door [gedaagde];
[gedaagde] veroordeelt in de kosten van dit geding, te voldoen binnen veertien dagen na dagtekening van dit vonnis en, voor het geval voldoening niet binnen veertien dagen na dagtekening van dit vonnis plaatsvindt, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 14 dagen na dagtekening van dit vonnis tot aan de dag der algehele voldoening, alsmede [gedaagde] te veroordelen in de nakosten en de eventuele verdere executie kosten.