In deze huurzaak tussen de Almeloose Woningstichting "Beter Wonen" en [partij A] betreft het een geschil over de plaatsing van een HR-ketel in het kader van een renovatieproject. Beter Wonen heeft [partij A] in 2022 een woning verhuurd, waarbij de Algemene Huurvoorwaarden van toepassing zijn. Bij de ondertekening van de huurovereenkomst was [partij A] op de hoogte van de aanstaande renovatie. In december 2022 heeft Beter Wonen informatie over de renovatie gestuurd, inclusief een akkoordverklaring die [partij A] op 12 januari 2023 heeft ondertekend, waarin hij instemde met de voorgestelde werkzaamheden, waaronder de plaatsing van zonnepanelen.
De renovatie omvatte ook de vervanging van de CV-ketel, die volgens de bewonersbrochure in de keuken geplaatst zou worden. [partij A] heeft echter geweigerd om de HR-ketel in de keuken te laten plaatsen en eist dat deze in de kast op de slaapkamer wordt geïnstalleerd. Beter Wonen heeft in kort geding gevorderd dat [partij A] zijn medewerking verleent aan de plaatsing van de HR-ketel in de keuken en het toilet plaatst en afwerkt. De kantonrechter heeft geoordeeld dat Beter Wonen een spoedeisend belang heeft bij de vordering, gezien de al gestarte renovatiewerkzaamheden en de noodzaak om de woning weer bewoonbaar te maken.
De kantonrechter heeft de vordering van Beter Wonen toegewezen en [partij A] veroordeeld om Beter Wonen toe te laten in de woning en de HR-ketel in de keuken te laten plaatsen. De vordering van [partij A] in reconventie, om de HR-ketel in de slaapkamer te plaatsen, is afgewezen. De proceskosten zijn voor rekening van [partij A].