ECLI:NL:RBOVE:2023:4162

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
24 oktober 2023
Publicatiedatum
24 oktober 2023
Zaaknummer
08.107478.23
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel in een strafzaak met betrekking tot hennepkwekerij

Op 24 oktober 2023 heeft de Rechtbank Overijssel in Almelo uitspraak gedaan in een strafzaak waarbij de verdachte is veroordeeld voor diefstal en het opzettelijk handelen in strijd met de Opiumwet. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie behandeld, die de rechtbank vroeg om het wederrechtelijk verkregen voordeel van de verdachte vast te stellen. De verdachte, geboren in Syrië en wonende in Nederland, was bijgestaan door zijn advocaat tijdens de openbare zitting op 10 oktober 2023. De officier van justitie vorderde dat de rechtbank het bedrag van € 94.519,00 zou vaststellen als het wederrechtelijk verkregen voordeel.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte financieel voordeel heeft genoten uit een hennepkwekerij die op 24 januari 2023 in zijn woning werd aangetroffen. De rechtbank heeft de omvang van het wederrechtelijk verkregen voordeel berekend op basis van het aantal hennepplanten en de opbrengst per plant, rekening houdend met de gemaakte kosten. De rechtbank concludeerde dat er sprake was van één eerdere oogst in de periode van 11 oktober 2022 tot en met 24 januari 2023, en dat de totale opbrengst van de hennepkwekerij € 102.463,48 bedroeg, met kosten van € 7.944,01, wat resulteerde in een netto wederrechtelijk verkregen voordeel van € 94.519,47.

De rechtbank heeft de verdachte de verplichting opgelegd om dit bedrag aan de Staat te betalen ter ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel, en heeft de duur van de gijzeling vastgesteld op maximaal 1080 dagen. Dit vonnis is openbaar uitgesproken en is gebaseerd op artikel 36e van het Wetboek van Strafrecht.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Zittingsplaats Almelo
Parketnummer: 08.107478.23
Datum vonnis: 24 oktober 2023
Vonnis op tegenspraak van de rechtbank Overijssel, meervoudige kamer voor strafzaken, rechtdoende op de vordering op grond van artikel 36e van het Wetboek van Strafrecht (Sr) van de officier van justitie ten aanzien van:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1980 in [geboorteplaats] (Syrië),
wonende aan [woonplaats].

1.De vordering van de officier van justitie

De officier van justitie vordert dat de rechtbank het bedrag vaststelt waarop het wederrechtelijk verkregen voordeel als bedoeld in artikel 36e Sr wordt geschat en de verdachte de verplichting oplegt tot betaling aan de Staat van het geschatte voordeel tot een bedrag van € 94.519,00.

2.De procedure

De vordering is behandeld op de openbare terechtzitting van 10 oktober 2023. De verdachte, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. L.V.S. Cassese, advocaat in Almelo, is op die terechtzitting verschenen en op de vordering gehoord.
De officier van justitie heeft de vordering gehandhaafd.
De verdediging heeft geconcludeerd tot afwijzing van de vordering.

3.De beoordeling van de vordering

3.1
Veroordeling
De verdachte is bij vonnis van deze rechtbank van 24 oktober 2023 veroordeeld voor de strafbare feiten:
diefstal waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van verbreking, meermalen gepleegd;
en
het opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 3, onder B van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd.
3.2
De beoordeling van de omvang van het wederrechtelijk verkregen voordeel
De rechtbank acht op basis van de voor de bewezenverklaring in de strafzaak gebruikte bewijsmiddelen [1] en het in deze zaak opgemaakte rapport wederrechtelijk verkregen voordeel van 4 april 2023 [2] , het aannemelijk dat de verdachte financieel voordeel heeft genoten uit de op 24 januari 2023 in de woning aan de [adres] aangetroffen hennepkwekerij met in totaal 929 hennepplanten. Voor de berekening van het wederrechtelijk verkregen voordeel neemt de rechtbank dit aantal planten als uitgangspunt.
Voor de berekening van het wederrechtelijk verkregen voordeel gaat de rechtbank uit van de bewezenverklaarde periode van 11 oktober 2022 tot en met 24 januari 2023.
Blijkens het door de politie in de woning bij de ontmanteling van de kwekerij verrichte
onderzoek was in de kweekruimtes al zichtbaar geoogst. De politie heeft namelijk de volgende indicatoren voor een eerdere oogst gesignaleerd. De aangetroffen kweekpotten hadden een witte laag kalkaanslag. Ook zaten er witte kalksporen op de vijverfolie op de plekken waar deze kweekpotten stonden. In de kweekruimtes bevond zich op kalk gelijkende afzetting op het zeil en aan de onderzijde van de plantenpotten. De hoogte van de op kalk gelijkende afzetting aan de onderzijde van de potten en op het zeil tegen de opstaande rand kwam overeen. In de kweekruimtes bevond zich ook op het water-/voedingsvat, de dompelpomp, de circulatiepomp, de vatverwarmer, de filters, de leidingen, de stekers en de sproeiers, op kalk gelijkende afzetting.
Op de armaturen lag een behoorlijke laag stof wat duidt op een langere periode van stofafzetting in de ruimte. Op de voorste armaturen waren veegsporen zichtbaar; op de achterste armaturen bijna niet.
De aangetroffen koolstoffilters waren bevestigd aan het plafond door middel van touwen. Het filterdoek van de koolstoffilters was vervuild. Bij het verplaatsen van de bevestiging bleek dat de plaats waar het filterdoek was aangebracht een aanzienlijk lichtere kleur vertoonde ten opzichte van de kleur van het overige filterdoek. Vervuiling van het filterdoek treedt pas na langere tijd op en wordt veroorzaakt door kleine stofdeeltjes, voornamelijk afkomstig van het droge kweekmedium waarin hennepplanten worden gekweekt.
In de serre van de woning lagen hennep voedingsmiddelen, transformatoren, luchtslangen, drie droognetten en een watervat gevuld met water en voorzien van een dompelpomp.
Verder stonden er veel lege, volle en aangebroken kannen met voedingsmiddelen. In een grote vuilniszak werden drie ronde droognetten met een diameter van 80 cm en acht lagen (etagères) aangetroffen. In zo goed als alle lagen zaten hennepresten/toppen. De droognetten waren vervuild en daarmee gebruikt voor het drogen van hennep.
Ook was sprake van diefstal van elektriciteit. Coteq Netbeheer B.V. (hierna: Coteq) heeft vastgesteld dat elke dag op nagenoeg hetzelfde tijdstip een uitschakeling en een inschakeling in het systeem zichtbaar is.
De politie gaat op basis van dit alles ervan uit dat sprake is van een eerdere gerealiseerde oogst.
Op basis van voorgaande bevindingen van de politie gaat ook de rechtbank uit van één eerdere gerealiseerde oogst en concludeert dat in de bewezenverklaarde periode in totaal één oogst heeft plaatsgevonden.
Voor de vaststelling van het bedrag aan wederrechtelijk verkregen voordeel neemt de rechtbank verder ook de berekening van het Openbaar Ministerie als uitgangspunt, waarbij overeenkomstig de in het rapport Afpakken van 1 juni 2016 gehanteerde normen voor de kweekruimtes is uitgegaan van een opbrengst van minimaal 27,2 gram hennep per plant en een minimale verkoopprijs van € 4.070,00 per kilogram.
Bij de berekening houdt de rechtbank verder rekening met de door de veroordeelde gemaakte kosten zoals deze volgen uit genoemd rapport.
Het voorgaande leidt tot de volgende berekening:
Kweekruimte I
Opbrengst
In kweekruimte 1 hebben 282 hennepplanten gestaan (17 per m2).
De opbrengst aan hennep per plant is minimaal 27,2 gram.
De totale opbrengst bedraagt daarmee:
282 planten x 27,2 gram = 7,6704 kilogram x € 4.070,00 = € 31.218,53.
Kosten
De rechtbank houdt in de berekening rekening met de volgende kosten:
afschrijvingskosten € 200,00
hennepstekken € 1.074,42
variabele kosten € 1.094,16
========
Totaal € 2.368,58.
Kweekruimte II
Opbrengst
In kweekruimte 2 hebben 112 hennepplanten gestaan (15 per m2).
De opbrengst aan hennep per plant is minimaal 28,2 gram.
De totale opbrengst bedraagt daarmee:
112 planten x 28,2 gram = 3,1584 kilogram x € 4.070,00 = € 12.854,69.
Kosten
De rechtbank houdt in de berekening rekening met de volgende kosten:
afschrijvingskosten € 150,00
hennepstekken € 426,72
variabele kosten € 434,56
========
Totaal € 1.011,28.
Kweekruimte III
Opbrengst
In kweekruimte 3 hebben 124 hennepplanten gestaan (17 per m2).
De opbrengst aan hennep per plant is minimaal 27,2 gram.
De totale opbrengst bedraagt daarmee:
124 planten x 27,2 gram = 3,3728 kilogram x € 4.070,00 = € 13.727,30.
Kosten
De rechtbank houdt in de berekening rekening met de volgende kosten:
afschrijvingskosten € 150,00
hennepstekken € 472,44
variabele kosten € 481,12
========
Totaal € 1.103,56.
Kweekruimte IV
Opbrengst
In kweekruimte 4 hebben 411 hennepplanten gestaan (18 per m2).
De opbrengst aan hennep per plant is minimaal 26,7 gram.
De totale opbrengst bedraagt daarmee:
411 planten x 26,7 gram = 10,9737 kilogram x € 4.070,00 = € 44.662,96.
Kosten
De rechtbank houdt in de berekening rekening met de volgende kosten:
afschrijvingskosten € 300,00
hennepstekken € 1.565,91
variabele kosten € 1.594,68
========
Totaal € 3.460,59.
Het wederrechtelijk verkregen voordeel
Uit het voorgaande volgt:
Totale opbrengst kweekruimtes I tot en met IV € 102.463,48
Totale kosten kweekruimtes I tot en met IV € 7.944,01
==========
Totaal wederrechtelijk verkregen voordeel € 94.519,47
Op grond van het dossier en de verklaring van de verdachte is gebleken dat de verdachte elektriciteitskosten dient te voldoen aan Coteq. Nu van het aan Coteq verschuldigde bedrag tot op heden niets is voldaan, kan op grond van het bepaalde in artikel 36e, negende lid, Sr geen bedrag in mindering gebracht worden op het hiervoor berekende bedrag van
€ 94.519,47.
De rechtbank stelt op grond van wettige bewijsmiddelen de omvang van het wederrechtelijk verkregen voordeel vast op dit bedrag.
3.3
De vaststelling van de betalingsverplichting
De rechtbank is van oordeel dat aan de verdachte de verplichting moet worden opgelegd tot betaling aan de Staat ter ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel van een bedrag van € 94.519,00.

4.De wettelijke voorschriften

De oplegging van de maatregel is gegrond op artikel 36e Sr.

5. De beslissing

De rechtbank:
  • stelt het bedrag waarop het door de verdachte wederrechtelijk verkregen voordeel wordt geschat vast op € 94.519,47;
  • legt de verdachte de verplichting op tot betaling van € 94.519,00 aan de Staat ter ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel;
  • bepaalt de duur van de gijzeling die met toepassing van artikel 6:6:25 van het Wetboek van Strafvordering ten hoogste kan worden gevorderd op 1080 dagen.
Dit vonnis is gewezen door mr. B.T.C. Jordaans, voorzitter, mr. M.A.H. Heijink en
mr. M.O. Frentrop, rechters, in tegenwoordigheid van mr. W.J. van der Leest, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 24 oktober 2023.

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s zijn dit pagina’s uit het dossier van de politie eenheid Oost-Nederland met nummer 2023071461 van 10 juli 2023. Tenzij anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
2.Het rapport berekening wederrechtelijk verkregen voordeel hennepkwekerij ex artikel 36e lid 2 Wetboek van Strafrecht van [naam] van 4 april 2023.