ECLI:NL:RBOVE:2023:4086

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
19 oktober 2023
Publicatiedatum
19 oktober 2023
Zaaknummer
84.327459.22
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor het voorhanden hebben en verhandelen van professioneel vuurwerk met strafoplegging

Op 19 oktober 2023 heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan het voorhanden hebben en verhandelen van professioneel vuurwerk. De rechtbank heeft de verdachte, geboren in 2002, veroordeeld tot een taakstraf van 150 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden, met een proeftijd van drie jaren. De zaak kwam aan het licht na een onderzoek op de openbare terechtzitting van 5 oktober 2023, waar de officier van justitie, mr. W.B. Gaasbeek, de vordering indiende. De verdachte had professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, opgeslagen en verhandeld, wat in strijd is met de Wet Milieubeheer en het Vuurwerkbesluit. De rechtbank oordeelde dat er sprake was van onherstelbaar vormverzuim, maar dat dit geen nadelige gevolgen voor de verdachte had. De rechtbank achtte de feiten wettig en overtuigend bewezen, waarbij de verdachte eerder al gewaarschuwd was voor soortgelijke feiten. De rechtbank hield rekening met de ernst van de feiten en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder zijn positieve ontwikkeling sinds de schorsing van zijn voorlopige hechtenis. De rechtbank besloot tot een taakstraf en een voorwaardelijke gevangenisstraf, en verklaarde de in beslag genomen geldbedragen en vuurwerk verbeurd.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Meervoudige economische kamer
Zittingsplaats Zwolle
Parketnummers: 84-327459-22 en 84-241335-22 (ter terechtzitting gevoegd) (P)
Datum vonnis: 19 oktober 2023
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 2002 in [geboorteplaats],
wonende aan de [adres].

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 5 oktober 2023.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie mr. W.B. Gaasbeek en van wat door verdachte en zijn raadsman mr. R.G. Knegt, advocaat in Leeuwarden, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
met betrekking tot parketnummer 84-327459-22:
feit 1:opzettelijk professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, aan een ander ter beschikking heeft gesteld;
feit 2:opzettelijk professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, voorhanden heeft gehad.
met betrekking tot parketnummer 84-241335-22:
al dan niet opzettelijk professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, heeft opgeslagen en/of voorhanden heeft gehad.
Voluit luiden de tenlasteleggingen aan verdachte, dat:
Parketnummer 84-327459-22
1
hij op of omstreeks 14 december 2022 te Rosterhaule in de gemeente De Fryske
Maren, althans in Nederland,
opzettelijk professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, te weten:
- 6, althans één of meer stuks knalvuurwerk van het type Monster 100 (PDF p. 7-10
COV rapport), en/of
- 110, althans één of meer stuks knalvuurwerk van het type Dumbum 5g (PDF p.
11-14 COV rapport),
aan een ander ([alias]) ter beschikking heeft gesteld;
2
hij op of omstreeks 14 december 2022 te Rosterhaule in de gemeente De Fryske
Maren, althans in Nederland,
opzettelijk professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, te weten:
- 14, althans één of meer stuks knalvuurwerk van het type Monster 100 (PDF p. 7-10
COV rapport), en/of
- 1280, althans één of meer stuks knalvuurwerk van het type Dumbum 5g (PDF p.
11-14 COV rapport), en/of
- 92, althans één of meer stuks knalvuurwerk van het type Dumbum 30 (PDF p.
15-18 COV rapport), en/of
- 10, althans één of meer stuks knalvuurwerk van het type VIPER 12 (PDF p. 19-22
COV rapport), en/of
- 60, althans één of meer stuks knalvuurwerk van het type Red Baron (PDF p. 23-26
COV rapport), en/of
- 70, althans één of meer stuks knalvuurwerk van het type Bruine vlinder (PDF p.
29-30 COV rapport),
voorhanden heeft gehad;
Parketnummer 84-241335-22
hij, op of omstreeks 27 december 2021 te Heerenveen, althans in Nederland,
al dan niet opzettelijk,
professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, te weten:
- 1 stuks shell (3” silver to purple peony, proces-verbaal pagina 36), en/of
- 740 stuks zwaar knalvuurwerk (PETARDO DMG, proces-verbaal pagina 40),
althans een of meer stuks, en/of
- 3 stuks zwaar knalvuurwerk (Cobra 6, proces-verbaal pagina 43), althans een of
meer stuks, en/of
- 78 stuks knalvuurwerk (proces-verbaal pagina 46), althans een of meer stuks,
heeft opgeslagen en/of voorhanden gehad.

3.De bewijsmotivering

3.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat alle ten laste gelegde feiten wettig en overtuigend kunnen worden bewezen.
3.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft geen bewijsverweren gevoerd en zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank wat betreft de bewezenverklaring.
3.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank komt met betrekking tot parketnummer 8432745922 tot een bewezenverklaring van het onder 1 ten laste gelegde feit op grond van de volgende bewijsmiddelen, waarbij de rechtbank - nu verdachte dit feit heeft bekend en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit - conform artikel 359, derde lid, laatste volzin van het Wetboek van Strafvordering (Sv), zal volstaan met een opsomming van de bewijsmiddelen [1] :
  • het proces-verbaal van de terechtzitting van 5 oktober 2023, voor zover inhoudende de bekennende verklaring van verdachte;
  • het procesverbaal van bevindingen van de Landelijke Eenheid, van 15 december 2022, pagina’s 1-2 (aanvullend procesdossier);
  • het procesverbaal van onderzoek aan inbeslaggenomen vuurwerk van 15 december 2022, met bijlagen, pagina’s 7-14 (aanvullend procesdossier).
De rechtbank komt met betrekking tot parketnummer 8432745922 tot bewezenverklaring van het onder 2 ten laste gelegde feit op grond van de volgende bewijsmiddelen, waarbij de rechtbank - nu verdachte dit feit heeft bekend en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit - conform artikel 359, derde lid, laatste volzin Sv , zal volstaan met een opsomming van de bewijsmiddelen:
  • het proces-verbaal van de terechtzitting van 5 oktober 2023, voor zover inhoudende de bekennende verklaring van verdachte;
  • het proces-verbaal van bevindingen van 15 december 2022, pagina 24;
  • het procesverbaal van onderzoek aan inbeslaggenomen vuurwerk van 15 december 2022, met bijlagen, pagina’s 7-30 (aanvullend procesdossier).
De rechtbank komt tot bewezenverklaring van het onder parketnummer 8424133522 ten laste gelegde feit op grond van de volgende bewijsmiddelen, waarbij de rechtbank - nu verdachte dit feit heeft bekend en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit - conform artikel 359, derde lid, laatste volzin Sv, zal volstaan met een opsomming van de bewijsmiddelen [2] :
  • het proces-verbaal van de terechtzitting van 5 oktober 2023, voor zover inhoudende de bekennende verklaring van verdachte;
  • het procesverbaal van bevindingen van verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2], van 28 december 2021, pagina’s 16-17;
  • het procesverbaal van onderzoek aan inbeslaggenomen vuurwerk van 4 april 2022, pagina’s 2948.
3.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de opgegeven bewijsmiddelen waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat:
Parketnummer 84-327459-22
1
hij op 14 december 2022 te Rotsterhaule in de gemeente De Fryske Marren, opzettelijk professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, te weten:
- 6 stuks knalvuurwerk van het type Monster 100, en
- 110 stuks knalvuurwerk van het type Dumbum 5g,
aan een ander ter beschikking heeft gesteld;
2
hij op 14 december 2022 te Rotsterhaule in de gemeente De Fryske Marren, opzettelijk professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, te weten:
- 14 stuks knalvuurwerk van het type Monster 100, en
- 1280 stuks knalvuurwerk van het type Dumbum 5g , en
- 92 stuks knalvuurwerk van het type Dumbum 30, en
- 10 stuks knalvuurwerk van het type VIPER 12, en
- 60 stuks knalvuurwerk van het type Red Baron, en
- 70 stuks knalvuurwerk van het type Bruine vlinder,
voorhanden heeft gehad;
Parketnummer 84-241335-22
hij, op 27 december 2021 te Heerenveen, opzettelijk professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, te weten:
- 1 shell (3” silver to purple peony,), en
- 740 stuks zwaar knalvuurwerk (PETARDO DMG), en
- 3 stuks zwaar knalvuurwerk (Cobra 6), en
- 78 stuks knalvuurwerk,
voorhanden heeft gehad.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten zijn verbeterd in de bewezenverklaring. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld in artikel 9.2.2.1 Wet milieubeheer gelezen in samenhang met de artikelen 1.2.2 lid 1 van het Vuurwerkbesluit en de artikelen 1a, 2 en 6 van de Wet op de economische delicten. Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op:
Parketnummer 84-327459-22, feit 1, feit 2, parketnummer 84-241335-22, feit 1:
telkens het misdrijf:
overtreding van een voorschrift, gesteld krachtens artikel 9.2.2.1 Wet Milieubeheer, opzettelijk begaan.

5.De strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor de bewezenverklaarde feiten.

6.De op te leggen straf of maatregel

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 360 dagen, waarvan 358 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van drie jaren, met aftrek van de tijd die verdachte in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, en een taakstraf voor de duur van 240 uren.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat strafvermindering moet worden toegepast, omdat sprake is van een onherstelbaar vormverzuim in de zin van artikel 359a Sv. Volgens de raadsman is het recht van verdachte op verhoorbijstand geschonden. De piketmelding is na acht uur ’s avonds, het tijdstip waarop de piketcentrale geen meldingen meer doorzet, uitgegaan, waardoor deze pas de volgende ochtend in behandeling werd genomen. De politieambtenaren hebben later op de avond aan verdachte voorgehouden dat geen advocaat is verschenen en er heeft een sociaal verhoor plaatsgevonden. De raadsman stelt dat er een onjuiste voorstelling van zaken aan verdachte is gegeven, omdat niet is gezegd dat vanwege het tijdstip van de piketmelding pas de volgende ochtend een raadsman zou worden opgeroepen. Verdachte had niet mogen worden gevraagd om zijn medewerking te verlenen aan het afnemen van een sociaal verhoor, temeer nu een verdachte zich daartoe al bereid zou (kunnen) verklaren vanwege de aanhouding, het verblijf op een politiebureau en de wens om zo spoedig mogelijk weer naar huis te kunnen. De raadsman stelt dat verdachte in zijn verdediging is geschaad omdat hij zich niet met een raadsman kon voorbereiden op het sociaal verhoor.
Verder heeft de raadsman zich op het standpunt gesteld dat het adolescentenstrafrecht moet worden toegepast. De raadsman heeft bepleit dat geen gevangenisstraf moet worden opgelegd, maar een taakstraf. Wat betreft de hoogte van die taakstraf refereert de raadsman zich aan het oordeel van de rechtbank.
6.3
Vormverzuim
In het procesverbaal van verhoor verdachte van 14 december 2022 is geverbaliseerd dat er na twee uren wachten geen piketadvocaat is verschenen en dat daarna met toestemming van de hulpofficier van justitie en in overleg met verdachte het verhoor is afgenomen. De rechtbank stelt vast dat de mededeling van de verbalisanten dat tevergeefs is gewacht op een piketadvocaat feitelijk onjuist is, nu de piketmelding na acht uur ’s avonds is verzonden en die melding niet eerder dan de volgende ochtend wordt toegewezen aan een piketadvocaat. De rechtbank is van oordeel dat dit een onherstelbaar vormverzuim oplevert als bedoeld in artikel 359a Sv.
Bij de beoordeling of een gevolg aan dit verzuim verbonden dient te worden, en zo ja welke, houdt de rechtbank rekening met het belang dat het geschonden voorschrift dient, de ernst van het verzuim en het nadeel dat daardoor is veroorzaakt.
De rechtbank is van oordeel dat niet is gebleken dat het vormverzuim heeft geleid tot nadeel voor verdachte, zodat in dit geval zal worden volstaan met de enkele constatering van het vormverzuim.
6.4
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoon van verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De rechtbank acht daarbij in het bijzonder het volgende van belang.
Ernst van de feiten
Verdachte heeft zich meermalen schuldig gemaakt aan het voorhanden hebben van professioneel vuurwerk. Na zijn aanhouding in december 2021 was verdachte een gewaarschuwd man, maar desondanks heeft hij zich in december 2022 opnieuw schuldig gemaakt aan het voorhanden hebben van vuurwerk. Bovendien heeft verdachte zich toen ook schuldig gemaakt aan de verkoop van professioneel vuurwerk. In 2021 had verdachte vuurwerk voorhanden met een totale netto explosieve massa van ruim vier kilogram. Een jaar later had verdachte vuurwerk met een nog grotere netto explosieve massa voorhanden; bijna veertien kilogram in totaal. Op beide momenten had verdachte het vuurwerk voorhanden in het voertuig waarin hij reed. Het voorhanden hebben van professioneel vuurwerk is zeer gevaarlijk. Dat geldt zeker voor professioneel vuurwerk, dat een substantieel zwaardere of explosievere lading bevat dan het vuurwerk dat in Nederland verkocht mag worden aan particulieren. Bovendien kan professioneel vuurwerk massaexplosief reageren. Verdachte heeft de bestaande risico’s van dit zware vuurwerk vergroot door het te vervoeren en via Telegram te verhandelen. De rechtbank rekent dit alles verdachte zwaar aan.
Persoon van de verdachte
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie over verdachte van 14 augustus 2023. Hieruit blijkt dat verdachte niet eerder is veroordeeld voor een soortgelijk strafbaar feit. Op 10 juli 2023 is aan verdachte een strafbeschikking opgelegd vanwege rijden onder invloed. Artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht (Sr) is daarom van toepassing.
De rechtbank houdt rekening met de positieve ontwikkeling die verdachte heeft doorgemaakt sinds de schorsing van zijn voorlopige hechtenis. Verdachte heeft inmiddels een goedlopende onderneming. De reclassering heeft in een verslag van 4 oktober 2023 geadviseerd om de zaak af te doen met een taakstraf.
Het toe te passen sanctiestelsel
Verdachte was ten tijde van de bewezenverklaarde feiten net meerderjarig. Ten aanzien van een jongvolwassen verdachte die ten tijde van het begaan van de strafbare feiten meerderjarig is, maar nog niet de leeftijd van 23 jaren heeft bereikt, kan het adolescentenstrafrecht worden toegepast indien de omstandigheden gelegen in de persoon van de verdachte of de omstandigheden waaronder de feiten zijn begaan daartoe aanleiding geven.
De reclassering heeft in het advies van 19 december 2022 geadviseerd om het volwassenenstrafrecht toe te passen, omdat er geen indicaties zijn voor toepassing van het adolescentenstrafrecht. De rechtbank ziet in de persoon van verdachte of de omstandigheden waaronder de feiten zijn gepleegd geen aanleiding om het adolescentenstrafrecht toe te passen. De rechtbank zal verdachte dan ook berechten volgens het volwassenenstrafrecht.
Strafmodaliteit en strafmaat
De rechtbank is vanwege voornoemde omstandigheden van oordeel dat een onvoorwaardelijke taakstraf passend en geboden is. Om recht te doen aan de ernst en de omvang van het bewezenverklaarde en om verdachte ervan te weerhouden opnieuw dergelijke gevaarzettende strafbare feiten te plegen, zal de rechtbank, naast de taakstraf, een voorwaardelijke gevangenisstraf opleggen aan verdachte.
Alles afwegende, en mede in acht genomen de straffen die in vergelijkbare zaken worden opgelegd, acht de rechtbank de oplegging van een taakstraf van 150 uren en een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van drie maanden, met een proeftijd van drie jaren, passend en geboden. De tijd die verdachte in verzekering heeft doorgebracht, wordt hierop als na te melden in mindering gebracht.
6.4
De in beslag genomen voorwerpen
De officier van justitie heeft het standpunt ingenomen dat de inbeslaggenomen geldbedragen van in totaal 810 euro moeten worden verbeurdverklaard, omdat aannemelijk is dat het geld is verdiend met de handel in vuurwerk. De officier van justitie vindt de verklaring van verdachte dat hij het geld had gepind ongeloofwaardig, omdat het ter zitting getoonde pinbewijs is gedateerd op 9 november 2022, ruim een maand voor de inbeslagname van het geld. Wat betreft het inbeslaggenomen vuurwerk heeft de officier van justitie zich op het standpunt gesteld dat dat moet worden onttrokken aan het verkeer.
De raadsman heeft betoogd dat het inbeslaggenomen geldbedrag moet worden teruggegeven aan verdachte, omdat verdachte met een pinbewijs heeft onderbouwd dat het gepind geld is en dat het geld niet is verkregen met de handel in vuurwerk.
De rechtbank is van oordeel dat de op de beslaglijst vermelde geldbedragen, totaal 810 euro, moeten worden verbeurdverklaard, omdat het voorwerpen betreffen die aan verdachte toebehoren en die geheel of grotendeels door middel van of uit de baten van de strafbare feiten is verkregen. De rechtbank acht de verklaring van verdachte dat het geldbedrag door hem is gepind niet aannemelijk, gelet op de tijd die is verstreken tussen de datum van de pintransactie en de datum van inbeslagname van het geld, terwijl verdachte is aangehouden met een handelsvoorraad in de auto waarmee hij reed, zodat aannemelijk is dat het, ook nog eens achter de zonneklep verborgen en aangetroffen, geld van verkoop door hem van vuurwerk afkomstig is.
De rechtbank is van oordeel dat het op de beslaglijst vermelde vuurwerk vatbaar is voor onttrekking aan het verkeer, aangezien met betrekking tot dit voorwerp het feit is begaan
en zij van zodanige aard is, dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet of met het algemeen belang.

7.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 33, 33a, 36b, 36c, 36d en 57 Sr.

8.De beslissing

De rechtbank:
bewezenverklaring
- verklaart bewezen dat verdachte het met betrekking tot parketnummer 8432745922 onder feit 1 en feit 2 ten laste gelegde en het met betrekking tot parketnummer 8424133522 ten laste gelegde feit heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feiten
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
parketnummer 84-327459-22, feit 1, feit 2 en parketnummer 84-241335-22, feit 1:
telkens het misdrijf:
overtreding van een voorschrift, gesteld krachtens artikel 9.2.2.1 Wet Milieubeheer, opzettelijk begaan;
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder parketnummer 84-327459-22 en parketnummer 84-241335-22 bewezen verklaarde;
straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
3 (drie) maanden;
- bepaalt dat deze gevangenisstraf
in zijn geheel niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien de verdachte voor het einde van de
proeftijd van 3 (drie) jarende navolgende algemene voorwaarde niet is nagekomen:
- stelt als
algemene voorwaardedat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- veroordeelt de verdachte tot een
taakstraf, bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid voor de duur van
150 (honderdvijftig) uren;
- beveelt, voor het geval dat de verdachte de taakstraf niet naar behoren verricht, dat
vervangende hechteniszal worden toegepast voor de duur van
75 (vijfenzeventig) dagen;
- beveelt dat de tijd die de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de taakstraf in mindering wordt gebracht, waarbij als maatstaf geldt dat voor de eerste zestig dagen doorgebracht in verzekering of voorlopige hechtenis, twee uren per dag aftrek plaatsvindt;
de in beslag genomen voorwerpen
- verklaart verbeurd de onder parketnummer 84-327459-22 (feit 1) in beslag genomen voorwerpen, te weten de op de beslaglijst genoemde geldbedragen (van respectievelijk 140, 220 en 450 euro);
- verklaart onttrokken aan het verkeer het onder parketnummer 84-327459-22 (feit 1, feit 2) in beslag genomen voorwerp, te weten het op de beslaglijst genoemde vuurwerk.
opheffing bevel voorlopige hechtenis
- heft het geschorste bevel tot voorlopige hechtenis op met ingang van heden.
Dit vonnis is gewezen door mr. D. ten Boer, voorzitter, mr. M.B. Werkhoven en mr. M.S. de Waard, rechters, in tegenwoordigheid van mr. A. Lautenbag, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 19 oktober 2023.

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van de politie eenheid Noord-Nederland met nummer 2022332223. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
2.Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van de politie eenheid Noord-Nederland met nummer 2021354380. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.