Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
ABN AMRO BANK N.V.,
gevestigd en kantoorhoudende te Amsterdam,
kantoorhoudende te [vestigingsplaats] ,
Rechtbank Overijssel
In deze zaak heeft ABN Amro verzet aangetekend tegen de uitdelingslijst die door de vereffenaar van de nalatenschap van de heer [erflater] was opgesteld. ABN Amro had drie hypothecaire geldleningen afgesloten met de erflater en eiste dat de schadevergoeding van € 22.500,00, die door de verzekeraar was uitgekeerd na brand in de woning van de erflater, aan haar werd overgemaakt. De kantonrechter heeft geoordeeld dat ABN Amro recht had op deze schadevergoeding en dat de vereffenaar verplicht was om dit bedrag aan ABN Amro uit te betalen. De rechter oordeelde dat ABN Amro een pandrecht had op de schadevergoeding, ondanks dat het hypotheekrecht op de woning was vervallen na de eigendomsoverdracht. De vereffenaar had nagelaten ABN Amro tijdig te informeren over de uitkering van de schadevergoeding, wat de bank de kans ontnam om haar pandrecht te doen gelden. De kantonrechter heeft de rekening en verantwoording van de vereffenaar afgekeurd en gelast deze opnieuw op te stellen conform de wettelijke vereisten. Tevens is de vereffenaar veroordeeld in de proceskosten van ABN Amro.