ECLI:NL:RBOVE:2023:3920
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vaststelling WOZ-waarde en beoordeling van de kwaliteit en onderhoud van een onroerende zaak
In deze uitspraak van de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, wordt het beroep van eiser tegen de uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar van de gemeente Hardenberg beoordeeld. Eiser, vertegenwoordigd door gemachtigde W.S. Consenheim, heeft bezwaar gemaakt tegen de vastgestelde WOZ-waarde van zijn vrijstaande bedrijfswoning aan [adres 1], die op 1 januari 2021 op € 515.000,- was vastgesteld. De rechtbank heeft op 13 juni 2023 de zaak behandeld, waarbij ook de taxateur K.G. Troost aanwezig was. De rechtbank oordeelt dat de heffingsambtenaar onvoldoende bewijs heeft geleverd voor de vastgestelde waarde, met name omdat de onderbouwing van de kwaliteit en het onderhoud van de woning als bovengemiddeld niet voldoende was onderbouwd. Eiser heeft zelf een waarde van € 459.000,- voorgesteld, maar ook deze onderbouwing werd door de rechtbank als onvoldoende beoordeeld. Uiteindelijk heeft de rechtbank de waarde van de woning vastgesteld op € 490.000,-, waarbij het beroep gegrond werd verklaard. De rechtbank vernietigt de eerdere uitspraak op bezwaar en verlaagt de aanslag onroerendezaakbelastingen overeenkomstig. Tevens wordt verweerder veroordeeld tot betaling van het griffierecht en proceskosten aan eiser.