ECLI:NL:RBOVE:2023:3414

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
22 augustus 2023
Publicatiedatum
23 augustus 2023
Zaaknummer
10381547 \ CV EXPL 23-556
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geschil over kosten van noodafdichting na gaslek en schade aan deurposten

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Overijssel geoordeeld over een geschil tussen Uniglas B.V. en een eigenaar van een studentenwoning. De eigenaar, hierna te noemen [partij], had te maken met een gaslek in de tuin van de buren, wat leidde tot ingrijpen van de brandweer. De brandweer heeft vijf deuren van de studentenwoning opengebroken om te controleren op aanwezige bewoners. De politie heeft vervolgens Uniglas B.V. opdracht gegeven om deze deuren af te dichten. Uniglas vorderde betaling van de eigenaar voor de kosten van het afdichten, terwijl de eigenaar in reconventie vorderde dat Uniglas de schade aan de deurposten herstelde.

De kantonrechter heeft beide vorderingen afgewezen. De rechter oordeelde dat Uniglas niet voldoende had aangetoond dat de politie een redelijke grond had voor het geven van de opdracht tot afdichting. Hierdoor was er geen sprake van zaakwaarneming, wat betekende dat de eigenaar niet verplicht was om de kosten te betalen. Daarnaast oordeelde de kantonrechter dat Uniglas niet onrechtmatig had gehandeld jegens de eigenaar, waardoor Uniglas ook niet aansprakelijk was voor de schade aan de deurposten. De rechter concludeerde dat de omstandigheden geen ingrijpen door de politie rechtvaardigden, en dat de vorderingen van beide partijen moesten worden afgewezen.

Het vonnis werd uitgesproken op 22 augustus 2023 door mr. A.S. Metgod, waarbij de proceskosten tussen partijen werden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten droeg.

Uitspraak

RECHTBANKOVERIJSSEL
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Almelo
Zaaknummer: 10381547 \ CV EXPL 23-556
Vonnis van 22 augustus 2023
in de zaak van
UNIGLAS B.V.,
te Groningen,
eiseres in conventie, verweerster in reconventie,
hierna te noemen: Uniglas,
gemachtigde: LAVG Gerechtsdeurwaarders,
tegen
[partij],
te [woonplaats] ,
gedaagde in conventie, eiser in reconventie,
hierna te noemen: [partij] ,
procederend in persoon.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 9 maart 2023;
- de conclusie van antwoord, tevens eis in reconventie van 4 april 2023;
- het tussenvonnis van 2 mei 2023;
- de conclusie van antwoord in reconventie van 3 juli 2023;
- de mondelinge behandeling van 19 juli 2023, waarvan de griffier aantekeningen heeft gemaakt.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.Samenvatting

[partij] is eigenaar van een studentenwoning in [plaats] . Vanwege een gaslek in de tuin van de buren heeft de brandweer vijf afgesloten deuren in de woning opengebroken. De politie heeft vervolgens Uniglas de opdracht gegeven te zorgen voor afdichting van de vijf deuren. Uniglas stelt dat sprake is van zaakwaarneming door de politie voor [partij] en wil dat [partij] de kosten van het afdichten van de deuren betaalt. Volgens [partij] hoefden de deuren niet afgedicht te worden door Uniglas en waren de aangebrachte hangsloten niet gesloten. Volgens hem is hierom geen sprake van zaakwaarneming door de politie. [partij] wil dat Uniglas de onnodig aangebrachte beschadigingen aan de deurposten herstelt.
De kantonrechter wijst de vorderingen van Uniglas en [partij] af. Er is niet voldaan aan de aan de vereisten voor zaakwaarneming. Hierom hoeft [partij] de kosten voor het afdichten van de deuren niet te betalen. Ook oordeelt de kantonrechter dat Uniglas niet onrechtmatig jegens [partij] heeft gehandeld, zodat Uniglas de schade aan de deurposten niet hoeft te herstellen.

3.De feiten

3.1.
[partij] is eigenaar van de woning aan de [adres] . Hij verhuurt in deze woning kamers aan studenten. Op de begane grond bevindt zich een gezamenlijke woonkamer. De kamers van de studenten bevinden zich op de eerste en tweede verdieping en kunnen apart worden afgesloten.
3.2.
Op 12 mei 2021 was er een gaslek in de leiding in de tuin van de buren. Er werd gas geconstateerd in de spouwmuren van diverse woningen in de omgeving waardoor onder andere de woning van [partij] moest worden ontruimd.
3.3.
Een bewoner van de woning van [partij] heeft de voordeur voor de brandweer geopend. Vervolgens heeft de brandweer de binnendeuren van vijf kamers op de eerste en tweede verdieping opengebroken om te kijken of er bewoners aanwezig waren.
3.4.
De politie heeft Uniglas opdracht gegeven te zorgen voor afdichting van de vijf deuren. SW B.V. Schilderswacht Groningen heeft in opdracht van Uniglas de vijf deuren voorzien van hangsloten.
3.5.
Ten behoeve van de hangsloten zijn gaten geboord in de deurposten en de deuren.

4.Het geschil

In conventie
4.1.
Uniglas vordert – samengevat – veroordeling van [partij] , uitvoerbaar bij voorraad, tot betaling van € 443,24, vermeerderd met rente, buitengerechtelijke incassokosten ten bedrage van € 66,49 en veroordeling van [partij] in de proceskosten.
4.2.
[partij] voert verweer. [partij] concludeert tot afwijzing van de vorderingen van Uniglas, met veroordeling van Uniglas in de kosten van deze procedure.
In reconventie
4.3.
[partij] vordert Uniglas te veroordelen tot reparatie van de veroorzaakte schade aan de kozijnen, met veroordeling van Uniglas in de proceskosten.
4.4.
Uniglas concludeert tot afwijzing van de vordering van [partij] , met uitvoerbaar bij voorraad te verklaren veroordeling van [partij] in de proceskosten.
In conventie en reconventie
4.5.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

5.De beoordeling

In conventie
5.1.
Volgens Uniglas heeft de politie als zaakwaarnemer voor [partij] opgetreden. Hierom moet [partij] de kosten voor het afdichten van de deuren, die Uniglas in opdracht van de politie heeft gemaakt, betalen.
5.2.
[partij] vindt dat geen sprake is van zaakwaarneming. Het was niet nodig om de deuren af te dichten omdat de voordeur van de woning dicht was en een bewoner van de woning thuis was. Eén van de kamers stond leeg. Daarnaast heeft Uniglas de deuren van de kamers niet afgedicht omdat wel hangsloten zijn aangebracht, maar deze niet zijn gesloten. Ook had [partij] al contact met de politie, zodat hij zelf voor afdichting had kunnen zorgen.
5.3.
De kantonrechter overweegt als volgt. Voor zaakwaarneming is gelet op het bepaalde in artikel 6:198 Burgerlijk Wetboek(BW) vereist dat de omstandigheden van het geval het ingrijpen door de zaakwaarnemer rechtvaardigen. Om in het onderhavige geval zaakwaarneming te kunnen aannemen, dient vast komen te staan dat de politie een redelijke grond had voor het geven van de opdracht aan Uniglas tot het plaatsen van de noodafdichtingen aan de deuren.
5.4.
De kantonrechter oordeelt dat Uniglas onvoldoende heeft onderbouwd dat de politie een redelijke grond had voor het geven van de opdracht tot afdichting aan Uniglas. Uniglas heeft geen stukken in het geding gebracht waaruit volgt wat de afweging en inschatting van de politie in dit geval is geweest. Uniglas heeft slechts in zijn algemeenheid gesteld dat afdichting nodig is om bijvoorbeeld diefstal te voorkomen. De kantonrechter kan Uniglas hierin niet volgen. Vaststaat dat de voordeur van de woning was afgesloten. Daarnaast heeft [partij] naar voren gebracht dat in ieder geval één bewoner van de woning aanwezig was en één van de kamers leegstond. Uniglas heeft niet onderbouwd waarom de politie desondanks een redelijke grond had om de deuren af te laten dichten. [partij] heeft daarnaast aangevoerd dat de aangebrachte hangsloten niet waren gesloten. Uniglas heeft niet aangevoerd noch onderbouwd dat de hangsloten wel waren gesloten, en zo ja waar de bewoners de sleutels konden afhalen en hebben afgehaald. Hierom is niet komen vast te staan dat de hangsloten gesloten waren en daarmee beantwoordden aan het doel waarvoor zij waren aangebracht, namelijk het afsluiten van de ruimtes voor derden.
5.5.
De kantonrechter komt dan ook tot de conclusie dat niet is komen vast te staan dat de omstandigheden van het geval het ingrijpen door de politie rechtvaardigden. Hierom is geen sprake van zaakwaarneming door de politie voor [partij] . Dit betekent dat Uniglas de kosten voor het afdichten van de deuren niet bij [partij] in rekening kan brengen. Gelet hierop hoeft [partij] de buitengerechtelijke incassokosten ook niet te betalen. De vorderingen van Uniglas worden afgewezen.
In reconventie
5.6.
[partij] heeft zich op het standpunt gesteld dat Uniglas de hangsloten ten onrechte heeft aangebracht. Hierom moet Uniglas de ten behoeve van deze hangsloten aangebrachte gaten in de deurposten herstellen.
5.7.
Volgens Uniglas heeft zij in opdracht van de politie als noodvoorziening de sloten geplaatst en zijn dus de gaten in de deurposten rechtmatig aangebracht.
5.8.
De kantonrechter begrijpt uit de vordering van [partij] dat hij wil dat Uniglas wordt veroordeeld tot herstel van de deurposten in de oude toestand. Dit is op grond van artikel 6:103 BW mogelijk. Dit artikel bepaalt namelijk dat schadevergoeding wordt voldaan in geld, maar dat de rechter op vordering van de benadeelde schadevergoeding ook in een andere vorm dan betaling van een geldsom kan toekennen.
5.9.
Voor het toekennen van schadevergoeding in geld of in een andere vorm is aansprakelijkheid voor de schade vereist. In dit geval moet de kantonrechter dus eerst bepalen of Uniglas aansprakelijk is voor de schade aan de deurposten. Die aansprakelijkheid kan op verschillende gronden komen vast te staan. In dit geval zou Uniglas aansprakelijk kunnen zijn op grond van tekortkoming in de nakoming van een verbintenis met [partij] of op grond van onrechtmatige daad.
5.10.
De kantonrechter oordeelt dat Uniglas niet aansprakelijk is voor de schade op grond van tekortkoming in de nakoming van een verbintenis met [partij] . Zoals hierboven in conventie geoordeeld was er geen sprake van geldige zaakwaarneming door de politie voor [partij] . Hierdoor is er geen verbintenis tot stand gekomen tussen Uniglas en [partij] . Dit betekent dat Uniglas ook niet in een verbintenis tekortgeschoten kan zijn.
5.11.
Naar het oordeel van de kantonrechter is er ook geen sprake van een onrechtmatige daad van Uniglas jegens [partij] . Weliswaar heeft Uniglas met het boren van de gaten inbreuk gemaakt op het eigendomsrecht van [partij] , echter, in dit geval is dit niet onrechtmatig omdat sprake is van een rechtvaardigingsgrond. Uniglas heeft namelijk gehandeld in opdracht van de politie in het kader van een noodvoorziening. Dat niet is komen vast te staan dat de politie een redelijke grond had voor het geven van de opdracht aan Uniglas, betekent nog niet dat het handelen van Uniglas onrechtmatig was jegens [partij] .
5.12.
Nu er geen grond is voor aansprakelijkheid van Uniglas voor de schade aan de deurposten, is niet voldaan aan de vereisten voor het toekennen van schadevergoeding. Hierom hoeft Uniglas de schade aan de deurposten niet te herstellen. De kantonrechter wijst de vordering van [partij] af.
In conventie en reconventie
Proceskosten
5.13.
Uniglas en [partij] worden respectievelijk in conventie en reconventie in het ongelijk gesteld. De kantonrechter zal hierom bepalen dat de proceskosten tussen hen worden gecompenseerd, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.

6.De beslissing

De kantonrechter
In conventie
6.1.
wijst de vorderingen van Uniglas af,
In reconventie
6.2.
wijst de vordering van [partij] af,
In conventie en reconventie
6.3.
compenseert de kosten van de procedure tussen partijen, zodat iedere partij de eigen kosten draagt.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.S. Metgod en in het openbaar uitgesproken op
22 augustus 2023.