9.De beslissing
- verklaart bewezen dat verdachte het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1 en feit 2,telkens het misdrijf: openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen;
feit 3,het misdrijf: handelen in strijd met artikel 13, eerste lid, van de Wwm;
- verklaart verdachte strafbaar voor het bewezen verklaarde;
- veroordeelt de verdachte tot een
taakstraf, bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid voor de duur van
200 (tweehonderd) uren;
- beveelt, voor het geval dat de verdachte de taakstraf niet naar behoren verricht, dat
vervangende hechteniszal worden toegepast voor de duur van
100 (honderd) dagen;
- beveelt dat de tijd die de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de taakstraf in mindering wordt gebracht, waarbij als maatstaf geldt dat voor de eerste zestig dagen doorgebracht in verzekering of voorlopige hechtenis, twee uren en voor de resterende dagen één uur per dag aftrek plaatsvindt;
- wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1] toe tot een bedrag van
€ 1.414,00(bestaande uit € 514,00 materiële schade en € 900,00 immateriële schade);
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 1] (feit 1): van een bedrag van € 1.414,00 (te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 3 maart 2023) met dien verstande dat als en voor zover al door een ander (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
maatregelop dat de verdachte verplicht is ter zake van het onder 1 bewezen verklaarde feit tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van
€ 1.414,00, (zegge: duizendvierhonderdveertien euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 3 maart 2023 ten behoeve van de benadeelde, en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van 24 dagen kan worden toegepast, een en ander voor zover dit bedrag niet door een mededader zal zijn voldaan. Tenuitvoerlegging van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat als de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van de verdachte om aan de benadeelde partij [slachtoffer 1] het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als de verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2] toe tot een bedrag van
€ 550,00(bestaande uit immateriële schade);
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 2] (feit 2): van een bedrag van € 550,00 (te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 3 maart 2023) met dien verstande dat als en voor zover al door een ander (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
maatregelop dat de verdachte verplicht is ter zake van het onder feit 2 bewezen verklaarde feit tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van
€ 550,00, (zegge: vijfhonderdvijftig euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 3 maart 2023 ten behoeve van de benadeelde, en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van 11 dagen kan worden toegepast, een en ander voor zover dit bedrag niet door een mededader zal zijn voldaan. Tenuitvoerlegging van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat als de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van de verdachte om aan de benadeelde partij [slachtoffer 2] het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als de verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.O. Frentrop, voorzitter, mr. J. Wentink en
mr. L.J.C. Hangx, rechters, in tegenwoordigheid van S. Wongsokerto, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 11 augustus 2023.
Buiten staat
Mr. L.J.C. Hangx is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van politie eenheid Oost-Nederland met nummer PL0600-2023104991. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina’s van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
1.
Het proces-verbaal van de terechtzitting van 28 juli 2023, voor zover inhoudende de verklaring van verdachte:
Op 3 maart 2023 liep ik samen met mijn broer [medeverdachte] en een vriend in Hengelo. Wij liepen achter [slachtoffer 2] en [slachtoffer 1] . Ik heb [slachtoffer 1] op zijn schouder geslagen. Ik zag dat [medeverdachte] [slachtoffer 1] sloeg. Ik zag da hij [slachtoffer 2] duwde en dat hij haar sloeg.
2.
Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 1] , pagina 11 tot en met 14, voor zover inhoudend als verklaring van aangever, zakelijk weergegeven:
Op 3 maart 2023 ik liep samen met [slachtoffer 2]
(de rechtbank leest: [slachtoffer 2] )ter hoogte van [locatie 1]
(in Hengelo). Op dat moment zag en voelde ik dat één van de jongens uit de groep mij vast greep. Hierdoor draaide mijn lichaam met de voorzijde naar de jongen toe. Ik stond op dat moment bijna met mijn gezicht tegen zijn gezicht aan. Deze jongen heet [verdachte] . Hierop voelde en zag ik dat deze [verdachte] mij meerdere keren kleine duwtjes gaf met twee handen tegen mijn borst. Hierdoor werd ik naar achteren geduwd, maar [verdachte] bleef tegen mij aan staan. Ik zag dat [slachtoffer 2] [verdachte] probeerde weg te duwen. De groep jongeren was ondertussen in een halve cirkel bij ons komen staan. Meerdere jongens duwden tegen mij aan. Ik kon niet wegkomen omdat ik werd vastgegrepen. Ik werd bespuugd. Ik zag toen dat [slachtoffer 2] terug spuugde. Ik zag toen dat de broer van deze [verdachte] opzettelijk en met grote kracht een flinke duw met twee handen tegen de borst aan gaf van [slachtoffer 2] . Ik zag toen dat deze broer opzettelijk en met kracht met gebalde vuist een stoot tegen het gezicht van [slachtoffer 2] gaf. Ik zag en voelde toen dat ik met kracht een stoot met gebalde vuist in mijn gezicht kreeg. Ik voelde toen dat ik met kracht wederom een vuistslag in het midden van mijn gezicht kreeg. Dit was zo hard en deed erg veel pijn dat ik door mijn benen ben gezakt en mijn urine liet lopen. Ik probeerde nog weer omhoog te komen, maar kreeg vervolgens nog met grote kracht een vuistslag van [verdachte] op de rechterzijde van mijn gezicht. Ik ben toen op de grond gevallen. Ik had een bloedneus, bloede overal in mijn gezicht. Het bloed stroomde ook uit mijn mond. Ik heb een stuk van mijn voorste tand af. Een tand door de lip. Mijn onderste tanden zijn door de lip heen geslagen. Ik heb een glip van ongeveer anderhalf centimeter aan de rechterzijde boven mijn lip.
3.
Het geschrift, te weten een aanvraagformulier medische informatie opgemaakt door D.P. den Ottolander, tandarts, van 9 maart 2023, pagina 23, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven:
Plaatsnaam: Hengelo
Nummer proces-verbaal 2023101658
Aan tandarts Beethovenlaan te Hengelo
Medische informatie betreffende: [slachtoffer 1]
Datum onderzoek: 3 maart 2023
A. Uitwendig waargenomen letsel
- Zwelling bovenlip, rechter zijde
- Open wond rechter bovenlip
- Voortand, eerste voortand rechts boven halverwege afgebroken
4.
Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 2] inclusief de daaraan gehechte foto’s van het letsel, pagina 34, voor zover inhoudend als verklaring van aangeefster, zakelijk weergegeven:
[slachtoffer 1] vroeg aan mij of ik met hem wilde lopen. Er liep een groep van ongeveer vijf jongens achter ons. Ik zag dat [verdachte] vlak voor [slachtoffer 1] ging staan en begon te duwen. Ik heb toen [verdachte] een zetje gegeven. De hele groep stond inmiddels om ons heen. [medeverdachte] stond opeens vlak voor mij. Er werd erg veel geduwd. Ik voelde opeens een vuist van [medeverdachte] in mijn gezicht. Ik ben op mijn lip en oog geslagen en voelde onmiddellijk pijn.
Ik ben knock out gegaan. Ik ben op mijn achterhoofd gevallen.
5.
Het proces-verbaal van aanvullend verhoor van aangever [slachtoffer 2] , pagina 40, voor zover inhoudend als verklaring van aangever, zakelijk weergegeven:
Ik weet dat het begon met [verdachte] en [slachtoffer 1] en dat [medeverdachte] vooral tegenover mij stond. Ik zag dat [verdachte] eerst begon met duwen tegen [slachtoffer 1] . Toen kwam de hele groep erbij. Ik weet dat ik als eerste geslagen ben door [medeverdachte] . Ik ben out gegaan door de klap. Toen ik weer bij kwam zag ik dat [slachtoffer 1] geslagen werd door [medeverdachte] en [verdachte] en dat hij tegen een ton aanviel.
Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 46, voor zover inhoudend, als relaas van de verbalisanten:
Op 23 maart 2023 werden door mij camerabeelden bekeken, die betrekking hebben op een openlijke geweldpleging en belediging met een discriminator aspect. Ik verwijs hiervoor naar de aangifte door [slachtoffer 1] . De beelden werden ter beschikking gesteld door cameratoezicht van de gemeenteHengelo. Camerabeelden, die werden opgevraagd betreffen beelden van vrijdag 3 maart 2023 tussen 04:15 en 04:45 uur.
De beelden betreffen de camera's aan de Willemstraat/Langestraat en bij [locatie 2] , gelegen aan het Burgemeester Jansenplein te Hengelo.
Camera Willemstraat/Langestraat
In beeld zie ik staan: [bestandsnaam 1]
Ik zie op de beelden dat het donker is en dat straatverlichting brand. Links in beeldzie ik een picknicktafel staan ter hoogte van de aldaar gevestigde cafetaria.
Bij de tafel staat een groep jongeren van 10 personen.
Ik zie dat het slachtoffer aan komt lopen van achter in beeld. Ik zie dat hij loopt in de richting van de groep.
Ik zie dat het slachtoffer, vanuit de positie van de camera, rechts om de groep heen
loopt en daarna links uit beeld verdwijnt (screenshot 1).
Ik zie dat de jongen met het petje wijst in de richting, van waar het slachtoffer net is gelopen. Ik zie dat de anderen, die bij hem staan, ook die kant op kijken waar hij naar wijst (screenshot 2).
Een tiental seconden later zie ik dat het slachtoffer vanuit links weer in het beeld loopt, vanuit de positie van de camera, links langs de groep (screenshot 3).
Het slachtoffer loopt verder in de richting van de Willemstraat en draait zich om in de richting van de groep (screenshot 4). Hij draait zich vervolgens om en loopt verder in de richting van de Willemstraat.
Ik zie dat enkele minuten later een deel van het groepje jongeren links uit het beeld verdwijnt. Vanuit de Willemstraat komen, bovenin beeld, de slachtoffers aanlopen. Het eerste slachtoffer, die eerder langs gelopen is, samen met een meisje.
Camera [locatie 2]
In beeld zie ik staan: [bestandsnaam 2]
gecorrigeerd.
De camera bij [locatie 2] is geplaatst tegenover [locatie 2] . Deze camera geeft
zicht op de kruising van het Burgemeester Jansenplein, De Brink en de Wemenstraat. Ik zie het terras van café [locatie 1] en een deel van het terras dat er tegenover zit.
Nabij het terras van [locatie 1] zie ik twee personen staan.
Ik zie dat de slachtoffers aan komen lopen (screenshot 6). Zij lijken in gesprek te gaan met de twee, hierboven omschreven, personen. Ik zie namelijk dat ze naar elkaar toe lopen en stil blijven staan (screenshot 7).
Achter de slachtoffers komt een persoon aanlopen met een witte broek en zwarte jas en een persoon op de fiets.
Ik zie dat in het groepje, waar de slachtoffers staan, wordt geduwd en dat iemand valt. Het is niet te zien wie duwt en wie valt (screenshot 8).
Ik zie dat er beweging is in de groep en dat er weer geduwd wordt. De gehele groep verplaatst zich naar rechts (richting het terras van de [locatie 3]) en verdwijnt
uit beeld.
7.
Het proces-verbaal van verhoor verdachte [betrokkene] , pagina 142 en 143, voor zover inhoudend als de verklaring van verdachte, zakelijk weergegeven:
Ik ben die avond met [verdachte] en [medeverdachte] in Hengelo geweest. Ik zag dat [verdachte] en [betrokkene]
(de rechtbank leest: [medeverdachte] )allebei wegliepen in de richting daar waar de latere slachtoffers stonden. Ik zag vervolgens dat [medeverdachte] uithaalde naar [slachtoffer 1] . Ik zag dat [slachtoffer 1] op de grond viel. [verdachte] heeft [slachtoffer 1] geslagen.
8.
Het proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte] , pagina 116 en 117, voor zover inhoudend als de verklaring van verdachte, zakelijk weergegeven:
Ik was samen met mijn broertje en [betrokkene] uit. Op een gegeven moment riep de jongen iets. Mijn broertje ging verhaal halen. Op een gegeven moment spuugde het meisje mijn broertje in het gezicht. Ik heb haar een duw gegeven. Ik heb [slachtoffer 2] met mijn vuist geslagen.
Daarop reageerde de jongen. Ik heb hem met mijn rechterhand met mijn vuist geslagen. Ik heb hem op zijn hoofd geraakt. Ik sloeg in die richting.
9.
Het proces-verbaal van verhoor van verdachte [verdachte] , pagina 89, voor zover inhoudend als de verklaring van verdachte, zakelijk weergegeven:
Mijn broer [medeverdachte] kwam erbij en duwde [slachtoffer 2] naar achter. [medeverdachte] ontweek [slachtoffer 1] . Ik zag dat [medeverdachte] [slachtoffer 1] terugsloeg. [slachtoffer 1] viel daarna naar achter. Ik zag dat [medeverdachte] [slachtoffer 2] sloeg. Terwijl dat gebeurde was [slachtoffer 1] weer gewoon goed bij en hij probeerde mij toen te slaan. Ik heb [slachtoffer 1] vervolgens terug geslagen. Ik heb [slachtoffer 1] met mijn rechtervuist geslagen. Ik raakte hem volgens mij op zijn schouder.
10.
Het proces-verbaal van verhoor getuige [getuige] , pagina 55, voor zover inhoudend als de verklaring van verdachte, zakelijk weergegeven:
Ik liep richting het cafe " [locatie 1] ". Ik zag daar een grote groep personen
staan. Ter hoogte van cafe/restaurant " [locatie 2] " kwam ik een kameraad van mij tegen. Hij zei tegen mij: "We hebben iemand in elkaar getikt". In het gesprek met het slachtoffer, de jongen, kreeg ik van hem te horen dat vijf personen hem hadden mishandeld. Even later kwam het andere slachtoffer, het meisje, erbij en deze vertelde dat zij minimaal één klap en een duwtje had gehad door iemand vanuit de zelfde groep.
11.
Het proces-verbaal van de terechtzitting van 28 juli 2023, voor zover inhoudende de bekennende verklaring van de verdachte als bedoeld in art. 359, derde lid, laatste volzin, Sv.
12.
Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 67, opgemaakt door [naam 2] .
13.
Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 70 en 71,opgemaakt door [naam 2] .