Op 1 augustus 2023 heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, uitspraak gedaan in een wrakingsverzoek van een verzoeker die verblijft in FPC Pompestichting. De verzoeker had eerder, tijdens een openbare terechtzitting op 12 juni 2023, een mondeling verzoek tot wraking ingediend tegen de rechters die zijn zaak behandelden. Hij stelde dat de rechtbank geen adequaat onderzoek had gedaan naar de vraag of voldaan was aan het wettelijk criterium voor verlenging van de TBS-maatregel, wat volgens hem de onpartijdigheid van de rechters in gevaar bracht.
De wrakingskamer heeft het verzoek ongegrond verklaard. De rechters hebben in hun verweer aangegeven dat er geen sprake was van vooringenomenheid en dat zij voldoende informatie hadden om een oordeel te vellen. De rechtbank had al bewijzen dat de verzoeker een stoornis had en dat er recidivegevaar bestond, zoals besproken in het verlengingsadvies. De wrakingskamer concludeerde dat de verzoeker niet had aangetoond dat de rechters partijdig waren of dat er een objectief gerechtvaardigde vrees voor partijdigheid bestond.
De beslissing van de wrakingskamer houdt in dat er geen gronden zijn voor de veronderstelling van vooringenomenheid, en het verzoek tot wraking werd dan ook afgewezen. Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.