ECLI:NL:RBOVE:2023:2965

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
24 juli 2023
Publicatiedatum
27 juli 2023
Zaaknummer
08.028251.23
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een 35-jarige man voor poging tot diefstal en braak op het terrein van Enexis Netbeheer

Op 24 juli 2023 heeft de Rechtbank Overijssel een 35-jarige man veroordeeld tot een gevangenisstraf van 90 dagen, waarvan 39 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaar. De man was beschuldigd van het medeplegen van poging tot diefstal en braak op het afgesloten terrein van Enexis Netbeheer in Zwolle. De rechtbank oordeelde dat de verdachte samen met anderen op 27 en 28 januari 2023 op het terrein was geweest, waar zij gaten in het hekwerk hadden geknipt en koperen elektriciteitskabels hadden willen stelen. De verdachte had een actieve rol gespeeld door op de uitkijk te staan en betrokken te zijn bij het knippen van de kabels. De rechtbank achtte het primair ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen, ondanks de verdediging die stelde dat de verdachte niet had deelgenomen aan de uitvoeringshandelingen. De rechtbank concludeerde dat er sprake was van een nauwe en bewuste samenwerking tussen de verdachte en zijn medeverdachten. De officier van justitie had een gevangenisstraf geëist, waarbij rekening werd gehouden met de ernst van het feit en de professionele werkwijze van de verdachte en zijn medeverdachten. De rechtbank hield rekening met het blanco strafblad van de verdachte en de omstandigheden waaronder het feit was gepleegd, maar oordeelde dat een gedeeltelijk onvoorwaardelijke vrijheidsstraf passend was.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Meervoudige kamer
Zittingsplaats Zwolle
Parketnummer: 08.028251.23
Datum vonnis: 24 juli 2023
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1988 in [geboorteplaats] .
zonder vaste woon- of verblijfplaats hier ten lande.

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 10 juli 2023.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie mr. R. van Andel en van wat de raadsman van verdachte, mr. J.P.M. Denissen, advocaat in Eersel, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte zich samen met anderen schuldig heeft gemaakt aan een poging tot diefstal door middel van braak van een grote hoeveelheid koperen elektriciteitskabels toebehorende aan Enexis Netbeheer.
Subsidiair is dit als medeplichtigheid hieraan ten laste gelegd.
Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:
hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 27 januari 2023 tot en met 28 januari 2023 in de gemeente Zwolle op het bedrijfsterrein van Enexis Netbeheer, gevestigd aan de Marsweg 5, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om een grote hoeveelheid (koperen) elektriciteitskabels, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan Enexis Netbeheer, in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn/haar mededader(s) toebehoorde(n) weg te nemen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen en zich de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en/of dat/die weg te nemen goed/goederen onder zijn/haar/hun bereik te brengen door middel van braak, verbreking en/of inklimming, immers heeft/hebben hij en/of zijn mededader(s)
- gaten in het hekwerk om het afgesloten bedrijfsterrein van Enexis Netbeheer geknipt en/of
- (vervolgens) hierdoor het bedrijfsterrein van Enexis Netbeheer betreden en/of
- haspels met (koperen) elektriciteitskabels gezocht en/of vervolgens verplaatst en/of ontmanteld en/of
- voornoemde (koperen) elektriciteitskabels in stukken opgeknipt, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou
kunnen leiden:
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 4] en/of [medeverdachte 5] in
of omstreeks 27 januari 2023 tot en met 28 januari 2023 in de gemeente Zwolle, op het bedrijfsterrein van Enexis Netbeheer, gevestigd aan de Marsweg 5, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door die [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 4] en/of [medeverdachte 5] en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om een grote hoeveelheid (koperen) elektriciteitskabels, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n), te weten aan Enexis Netbeheer, weg te nemen
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen; en zich de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en/of dat/die weg te nemen goed/goederen onder zijn/haar/hun bereik te brengen door middel van braak, verbreking en/of inklimming, immers heeft/hebben hij en/of zijn mededader(s)
- gaten in het hekwerk om het afgesloten bedrijfsterrein van Enexis Netbeheer geknipt en/of
- (vervolgens) hierdoor het bedrijfsterrein van Enexis Netbeheer betreden en/of
- haspels met (koperen) elektriciteitskabels gezocht en/of vervolgens verplaatst en/of ontmanteld en/of
- voornoemde (koperen) elektriciteitskabels in stukken opgeknipt, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte in of omstreeks 27 januari 2023 tot en met 28 januari 2023 te Zwolle, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, door
- op de uitkijk te staan en/of
- terwijl hij op de uitkijk stond met zijn mobiele telefoon contact te onderhouden met voornoemde [medeverdachte 5] en/of
- de (vlucht)auto te besturen.

3.De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.De bewijsmotivering

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat het primair ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen kan worden verklaard.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman van verdachte heeft zich op het standpunt gesteld dat verdachte van het primair tenlastegelegde medeplegen moet worden vrijgesproken, omdat op grond van de dossierstukken niet is vast te stellen wie van de verdachten wat heeft gedaan en uit de verklaring van verdachte en ook uit de overige bewijsmiddelen niet is gebleken dat verdachte uitvoeringshandelingen heeft verricht.
Op grond van de bewijsmiddelen kan volgens de raadsman enkel worden vastgesteld dat sprake is van de subsidiair ten laste gelegde medeplichtigheid.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
Vaststelling van de feiten en omstandigheden
De rechtbank stelt op grond van de bewijsmiddelen de volgende feiten en omstandigheden vast.
Op zaterdag 28 januari 2023 om 01.23 uur kwam er een melding binnen bij de meldkamer van de politie dat op de Marsweg 5 in Zwolle bij Enexis twee personen op het terrein liepen. Op de camerabeelden van het Enexis terrein is te zien dat om 00:59 uur twee personen bij het terrein aankomen, dat één persoon onder een toegangshek door kruipt en dat de andere persoon om 01:13 uur ook onder het hek door kruipt.
Meerdere eenheden zijn ter plaatse gegaan en hebben tactische posities ingenomen in de nabije omgeving van het terrein van Enexis. Verbalisant [verbalisant 1] hoorde knipgeluiden vanaf het terrein komen en verbalisant [verbalisant 2] liep parallel aan de spoorlijn en de afrastering van het terrein van Enexis. Hij zag daar een groot gat in de afrastering en zag daarachter een zeer groot aantal kabelhaspels liggen.
Omstreeks 01.55 uur heeft verbalisant [verbalisant 3] bij de fietstunnel Weteringpad met het Marslandenpad positie ingenomen. Hij had vanaf die positie zicht op het terrein van Enexis en het naastgelegen spoor. Hij zag vanaf die positie dat vanaf een transformatorhuisje naast het spoor een aantal personen het spoor overstak en in de richting van de Faradaystraat liep.
Om 01:58 uur zagen ook verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] vijf à zes schimmen over het spoor lopen in de richting van de Faradaystraat. Verbalisant [verbalisant 3] zag dat deze personen aan de andere kant van het spoor knielend bij het hekwerk van het industrieterrein gingen zitten, vervolgens in colonne langs het hek in de richting van de Marsweg renden en dat zij kort daarna weer in colonne terug in de richting van verbalisant [verbalisant 3] renden.
Verbalisant [verbalisant 3] zag dat deze personen hierna allemaal over het hek van het bedrijventerrein aan de Faradaystraat 17 klommen, dat één van hen het hek van het naastgelegen bedrijfspand aan de Faradaystraat 13 over klom en dat deze persoon zich daar achter het pand verstopte. Om 02:00 uur werd deze persoon aangehouden. Dit betrof medeverdachte [medeverdachte 6] .
De overige personen werden achtervolgd door verbalisant [verbalisant 3] die achter deze personen aan over het hek van de Faradaystraat 17 klom. Hij zag dat een aantal personen over het hek van de Faradaystraat 17 klom en in de richting van de Faradaystraat 12 rende.
Verbalisanten [verbalisant 4] en [verbalisant 5] hadden daar met hun opvallende dienstvoertuig op de kruising van de Marconistraat met de Faradaystraat positie ingenomen. Zij zagen dat een groep van zeven personen over de Faradaystraat in hun richting liep, weer terug liep, en daarna opnieuw in hun richting liep. Deze personen renden vervolgens naar het hekwerk van de Faradaystraat 21 en klommen daar over het hek. Twee personen die nog bezig waren om over het hek te klimmen zijn daarbij om 2:00 uur op de Faradaystraat 21 aangehouden. Dit betroffen verdachte en medeverdachte [medeverdachte 4] .
Het industrieterrein waar de andere personen op waren gelopen, werd door de politie afgezet en er werd naar hen gezocht. Verbalisant [verbalisant 3] is naar het fietspad van het Weteringpad gelopen. Dit fietspad grenst aan de ene zijde aan het bedrijfsterrein van de Faradaystraat 12, waar een aantal gevluchte personen voor het laatst was gezien, en aan de andere zijde aan de bosschages langs de waterkant van het Almelose kanaal.
Verbalisant [verbalisant 3] trof daar in de bosschages twee personen liggend aan de waterkant aan. Zij deden alsof ze sliepen. Dit betroffen medeverdachten [medeverdachte 3] en [medeverdachte 1] . Zij zijn om 02:15 uur op het Weteringpad aangehouden en hadden vieze en kapot gescheurde kleding aan. Ook hadden zij verwondingen aan de binnenkant van hun handen. Medeverdachte [medeverdachte 1] had een scheur in zijn broek ter hoogte van de binnenzijde van zijn rechterbeen. Verbalisant [verbalisant 3] zag een oranje handschoen op ongeveer een meter afstand van hen liggen.
Om 02.30 uur is verbalisant [verbalisant 6] vervolgens met zijn gecertificeerde diensthond op de plaats waar medeverdachten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] zijn aangetroffen gaan zoeken. Iets verderop in de bosschages werd om 02.34 uur medeverdachte [medeverdachte 2] aangetroffen. Hij zat hurkend in de bosschages en hij is vervolgens ook aangehouden. Hierna zijn er geen andere personen meer in het afgezette gebied aangetroffen.
Omstreeks 02:30 uur stelden verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] een onderzoek in op het terrein van Enexis. Zij zagen dat in de omheining van het terrein twee grote gaten zaten, dat buiten het terrein zes vers geknipte rollen kabels lagen en dat op het terrein een zeer grote hoeveelheid vers geknipte rollen kabels lagen. Verder zagen zij in de directe omgeving van deze kabels een rood/gele kniptang liggen.
Omstreeks 03.38 uur troffen verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 3] achter een transformatorhuisje dat langs het spoor lag twee tassen aan met daarin meerdere werktuigen die geschikt waren om kabels te knippen. In de tassen zaten ook drie waterflessen. Daarnaast werd bij één van de hekwerken op de vluchtroute een handschoen aangetroffen.
Op de drie doppen van de waterflessen is DNA-materiaal van medeverdachte [medeverdachte 6] aangetroffen. Op één van de doppen is DNA-materiaal van medeverdachte Ioan Udila aangetroffen. Op de handschoen is DNA-materiaal van medeverdachte [medeverdachte 4] aangetroffen.
Aangever [aangever] die namens Enexis aangifte heeft gedaan, heeft verklaard dat het bedrijf op 27 januari 2023 omstreeks 17:00 uur in goede staat werd afgesloten en dat hierna twee grote gaten in het gaas van het hekwerk nabij het spoor zijn geknipt. Hier lagen op het terrein twaalf haspels die daar heen zijn gesleept. Bij de haspels lagen diverse bosjes met opgerolde, afgeknipte elektriciteitskabels op de grond. Deze waren klaar om te worden weggenomen. Volgens aangever moeten de personen die dit hebben gedaan professionals zijn geweest. Omdat het aantal stukken elektriciteitskabel dat van de haspels is afgeknipt enorm is en steeds in een x aantal meters is geknipt, moeten de personen die dit hebben gedaan volgens aangever [aangever] hier uren mee bezig zijn geweest.
De overwegingen van de rechtbank
De rechtbank overweegt dat verdachte met medeverdachte [medeverdachte 5] en een aantal jongens mee is gegaan naar het terrein van Enexis. Verdachte wist dat het een terrein met kabels was en hij wist dat ze bezig waren met een diefstal.
Verdachte heeft verklaard dat hij mee is gegaan en daar € 500 voor aangeboden heeft gekregen. Aanvankelijk zou hij op de uitkijk staan. Verdachte verklaart echter ook dat hij via het kapotte hek op het terrein is gekomen, moest helpen om de kabels door het kapotte hek te brengen en aan een kabel heeft getrokken.
Gelet op de hierboven genoemde feiten en omstandigheden en gelet op de verklaring van verdachte is de rechtbank van oordeel dat sprake is van een nauwe en bewuste samenwerking. Zijn handelen omvat meer dan het enkel op de uitkijk staan. Naar het oordeel van de rechtbank is daarom sprake van medeplegen. Gelet hierop acht de rechtbank het primair tenlastegelegde medeplegen bewezen.
4.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het primair ten laste gelegde feit heeft begaan, met dien verstande dat:
hij in de periode van 27 januari 2023 tot en met 28 januari 2023 in de gemeente Zwolle op het bedrijfsterrein van Enexis Netbeheer, gevestigd aan de Marsweg 5, tezamen en in vereniging met anderen, ter uitvoering van het door verdachte en zijn mededaders voorgenomen misdrijf om een grote hoeveelheid (koperen) elektriciteitskabels, die geheel aan Enexis Netbeheer, toebehoorden weg te nemen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen en zich de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen door middel van braak, immers heeft/hebben hij en/of zijn mededaders
- gaten in het hekwerk om het afgesloten bedrijfsterrein van Enexis Netbeheer geknipt en
- (vervolgens) hierdoor het bedrijfsterrein van Enexis Netbeheer betreden en
- haspels met (koperen) elektriciteitskabels gezocht en vervolgens verplaatst en ontmanteld en
- voornoemde (koperen) elektriciteitskabels in stukken opgeknipt,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
In geval van hoger beroep zullen de gebruikte bewijsmiddelen worden opgenomen in een aanvulling bij dit vonnis. De in die bewijsmiddelen voorkomende feiten en omstandigheden zijn redengevend voor deze beslissing.

5.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld in de artikelen 45 en 311 van het Wetboek van Strafrecht (Sr). Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feiten uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op:
Primair: het misdrijf:
poging tot diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak.

6.De strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor het bewezenverklaarde feit.

7.De op te leggen straf of maatregel

7.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 90 dagen, waarvan 39 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaren, met aftrek van de tijd dat verdachte in voorlopige hechtenis heeft gezeten. Volgens de officier van justitie is er sprake van mobiel banditisme en zij heeft hier in haar strafeis rekening mee gehouden.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat geen sprake is van mobiel banditisme, omdat van een reeks vermogensdelicten in een relatief korte periode geen sprake is.
Verdachte is in Nederland nooit met de politie in aanraking gekomen. Er is sprake van een eenmalig incident. De raadsman heeft primair verzocht om bij een eventuele strafoplegging aansluiting te zoeken bij de richtlijn voor strafvordering metaaldiefstal bij een first offender en heeft in overweging gegeven om te volstaan met de oplegging van een geldboete van
€ 750,00.
Subsidiair, als de rechtbank wel uitgaat van mobiel banditisme, heeft de raadsman zich op het standpunt gesteld dat de eis van de officier van justitie, gelet op zijn beperkte rol en het blanco strafblad, disproportioneel en niet passend is. Verdachte verblijft inmiddels in Duitsland en een voorwaardelijk strafdeel is daarom niet nodig.
7.3
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van het gepleegde feit, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De rechtbank acht daarbij in het bijzonder het volgende van belang.
Verdachte heeft zich met anderen schuldig gemaakt aan een poging tot diefstal met braak bij Enexis. Daarbij zijn verdachte en zijn mededaders in georganiseerd verband en professioneel te werk gegaan. Zij hebben urenlang vele kostbare elektriciteitskabels geknipt en deze klaargelegd om te stelen. Door zo te handelen heeft verdachte te kennen gegeven geen enkel respect te hebben voor andermans bezit en enkel uit te zijn op financieel gewin. Het is algemeen bekend dat bedrijfsinbraken veel schade en hinder veroorzaken voor de gedupeerde bedrijven.
De rechtbank houdt bij de strafoplegging rekening met de omstandigheid dat verdachte blijkens de inhoud van het uittreksel justitiële documentatie van 1 juni 2023 niet eerder is veroordeeld voor enig strafbaar feit.
De rechtbank is in dit geval van oordeel dat een gedeeltelijk onvoorwaardelijke vrijheidsstraf recht doet aan de aard en de ernst van het feit. Daarbij weegt de rechtbank mee dat verdachte de poging tot diefstal in vereniging heeft gepleegd, dat sprake is van een professionele werkwijze en dat sprake is van een aanzienlijk schadebedrag.
Bijzondere omstandigheden die tot een ander oordeel zouden moeten leiden, acht de rechtbank niet aanwezig.
De rechtbank heeft bij het bepalen van de straf de oriëntatiepunten voor straftoemeting van het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (LOVS) tot uitgangspunt genomen.
Hoewel er naar het oordeel van de rechtbank vraagtekens bestaan over de reden van zijn komst naar Nederland, is de rechtbank van oordeel dat er onvoldoende aanwijzingen zijn om te spreken van mobiel banditisme, onder meer omdat niet is gebleken dat verdachte voor meerdere soortgelijke vermogensdelicten in een relatief korte periode is veroordeeld.
Alles afwegende ziet de rechtbank aanleiding om de door de officier van justitie geëiste straf op te leggen.

8.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 14a, 14b en 14c Sr.

9.De beslissing

De rechtbank:
bewezenverklaring
- verklaart bewezen dat verdachte het primair ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feit
- verklaart het primair bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het primair bewezen verklaarde het volgende strafbare feit oplevert:
het misdrijf:
poging tot diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de
schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van
braak.
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het primair bewezen verklaarde;
straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
90 (negentig) dagen;
- bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte van
39 (negenendertig) dagen niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien de verdachte voor het einde van de
proeftijd van 3 (drie) jarende navolgende voorwaarde niet is nagekomen:
- stelt als
algemene voorwaardedat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit.
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht.
Dit vonnis is gewezen door mr. C.J. Sangers-de Jong, voorzitter, mr. N.J.C. Monincx en
mr. M.W. Eshuis, rechters, in tegenwoordigheid van mr. H.R. Lageveen, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 24 juli 2023.
Mr. N.J.C. Monincx is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.