ECLI:NL:RBOVE:2023:2959
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verlening van een machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige met nadruk op het perspectiefbesluit door de gecertificeerde instelling
In deze zaak heeft de kinderrechter op 29 juni 2023 een beschikking gegeven met betrekking tot de verlening van een machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige, hierna te noemen [het kind]. De kinderrechter heeft vastgesteld dat er op korte termijn duidelijkheid moet komen over het perspectief van [het kind]. De gecertificeerde instelling (GI) is verantwoordelijk voor het nemen van een perspectiefbesluit, waarbij de kinderrechter aan de GI heeft meegegeven wat er van hen wordt verwacht om dit besluit te kunnen nemen. Indien de GI een perspectiefbesluit heeft genomen, kan dit besluit ter toetsing aan de kinderrechter worden voorgelegd op basis van artikel 1:262b van het Burgerlijk Wetboek.
De kinderrechter heeft in de beschikking van 14 november 2022 al een machtiging tot uithuisplaatsing verleend voor de duur van acht maanden, die loopt tot 14 juli 2023. De huidige beschikking betreft de verlenging van deze machtiging tot uithuisplaatsing voor de resterende duur van vier maanden, tot 14 november 2023. De kinderrechter heeft vastgesteld dat er nog steeds sprake is van een ernstige ontwikkelingsbedreiging bij [het kind] en dat de plaatsing in het gezinshuis noodzakelijk is voor zijn ontwikkeling en welzijn. De zorgen van de raad en de GI zijn bevestigd, en het is van belang dat [het kind] in een stabiele omgeving kan blijven wonen.
De kinderrechter heeft ook aandacht besteed aan de situatie van de moeder, die het moeilijk heeft met de huidige omstandigheden. Er is bezorgdheid over het gebrek aan contact tussen de moeder en [het kind], en de kinderrechter heeft de GI opgedragen om mogelijkheden voor contact te onderzoeken. De kinderrechter heeft benadrukt dat het belangrijk is dat de moeder juridische bijstand zoekt, vooral als er een perspectiefbesluit door de GI wordt genomen. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en hoger beroep kan worden ingesteld binnen drie maanden na de uitspraak.