Uitspraak
1.[gedaagde 1] ,2. [gedaagde 2] ,
1.De procedure
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
€ 529,00
Rechtbank Overijssel
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Overijssel op 12 juli 2023 uitspraak gedaan in een kort geding waarin [eiser] een vordering tot ontruiming van een woning heeft ingesteld tegen [gedaagde 1] en [gedaagde 2]. De gedaagden hebben sinds december 2022 de huur niet betaald, wat heeft geleid tot een huurachterstand van vier maanden. De huurovereenkomst is aangegaan voor twee jaar met een maandelijkse huurprijs van € 1.600,00. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de tekortkoming in de nakoming van de huurovereenkomst door de gedaagden zodanig ernstig is dat ontbinding van de huurovereenkomst gerechtvaardigd is. De gedaagden zijn veroordeeld om de woning binnen 14 dagen te ontruimen en de huurachterstand van € 6.400,00 te betalen, vermeerderd met wettelijke rente. De kantonrechter heeft ook de proceskosten en nakosten toegewezen aan de eiser. De vordering tot betaling van buitengerechtelijke kosten is afgewezen, omdat niet is gebleken dat er een aanmaning is verstuurd conform de wettelijke vereisten. De kantonrechter heeft geoordeeld dat er voldoende spoedeisend belang is bij de vordering tot ontruiming, gezien de financiële situatie van de eiser en de gedaagden.