ECLI:NL:RBOVE:2023:2577

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
25 mei 2023
Publicatiedatum
6 juli 2023
Zaaknummer
08.760246.14
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van terbeschikkingstelling met voorwaarden in strafzaak

Op 25 mei 2023 heeft de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Almelo, uitspraak gedaan in een strafzaak betreffende de verlenging van de terbeschikkingstelling (TBS) van een terbeschikkinggestelde, die in 2015 ter beschikking was gesteld na een poging tot doodslag. De rechtbank heeft de TBS met een jaar verlengd, onder de voorwaarde dat de terbeschikkinggestelde meewerkt aan opname en behandeling. De terbeschikkingstelling was oorspronkelijk ingegaan op 12 mei 2017 en was laatstelijk verlengd op 31 mei 2022, met een einddatum van 12 mei 2023. De rechtbank heeft kennisgenomen van verschillende rapportages, waaronder een pro Justitia rapportage van psychiater E.L.G. Heinsman-Carlier en een verlengingsadvies van Tactus Verslavingszorg. De rechtbank heeft vastgesteld dat de terbeschikkinggestelde op verschillende leefgebieden stabieler is geworden en afstand heeft genomen van zijn oude criminele netwerk. De deskundigen hebben aangegeven dat er nog steeds risico's zijn, maar dat er voldoende mogelijkheden zijn om de terbeschikkingstelling met voorwaarden te verlengen. De rechtbank heeft de terbeschikkingstelling verlengd om de veiligheid van anderen te waarborgen en om de terbeschikkinggestelde de kans te geven zijn gedrag te reguleren en verder te werken aan zijn rehabilitatie. De rechtbank heeft de voorwaarden van de terbeschikkingstelling onverkort van kracht verklaard, met enkele wijzigingen.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Zittingsplaats Almelo
Parketnummer: 08.760246.14
Datum uitspraak: 25 mei 2023
Beslissingop de vordering van het Openbaar Ministerie tot verlenging van de terbeschikkingstelling van:
[terbeschikkinggestelde],
geboren op [geboortedatum] 1985 te [geboorteplaats],
verblijvende aan de [woonplaats],
hierna te noemen: de terbeschikkinggestelde.

1.De aanleiding

De terbeschikkinggestelde is bij vonnis van de rechtbank Overijssel van
1 mei 2015 ter beschikking gesteld, waarbij betreffende het gedrag van betrokkene voorwaarden zijn gesteld, na bewezenverklaring van het misdrijf:
poging tot doodslag.
De terbeschikkingstelling is ingegaan op 12 mei 2017. De terbeschikkingstelling is laatstelijk verlengd bij beslissing van deze rechtbank van 31 mei 2022 en deze eindigt, behoudens nadere voorziening, op 12 mei 2023.

2.De stukken

De rechtbank heeft kennis genomen van de op grond van artikel 6:6:12 van het Wetboek van Strafvordering (Sv) overgelegde stukken, te weten:
  • de pro Justitia rapportage van E.L.G. Heinsman-Carlier, psychiater, van 10 februari 2023;
  • het verlengingsadvies van Tactus Verslavingszorg (verder ook: de reclassering) van 13 maart 2023, opgemaakt en ondertekend door B. Pasman, reclasseringswerker, en T. Sieben, manager Tactus Reclassering;
  • de voortgangsverslagen van de reclassering van 19 juli 2022 en 30 januari 2023.

3.De procedure

Het Openbaar Ministerie heeft op 23 maart 2023 een vordering ingediend tot verlenging van de terbeschikkingstelling met voorwaarden met een jaar.
Het onderzoek van de zaak heeft plaatsgevonden op de openbare terechtzitting van
11 mei 2023.
De rechtbank heeft op die zitting gehoord:
  • De terbeschikkinggestelde, bijgestaan door zijn raadsman mr. T. Geerdink, advocaat te Borne;
  • de officier van justitie C.P. Dronkers;
  • B. Pasman, voornoemd, als deskundige.
De officier van justitie heeft gepersisteerd bij de vordering tot verlenging van de termijn van terbeschikkingstelling met een jaar.
Betrokkene en zijn raadsman hebben geen bezwaar tegen verlenging van de maatregel van terbeschikkingstelling.

4.De beoordeling

De vordering is op 23 maart 2023 ingediend. Dit is tijdig.
De rechtbank dient op grond van het bepaalde in de artikelen 38d en 38e van het Wetboek
van Strafrecht (Sr) te bepalen of de termijn van de maatregel van terbeschikkingstelling moet worden verlengd.
De rechtbank neemt bij haar overwegingen het over betrokkene opgemaakte verlengingsadvies, de pro Justitia rapportage en de toelichting van de deskundige ter zitting in aanmerking.
Het verlengingsadvies van Tactus verslavingszorg
Het rapport van de reclassering houdt, zakelijk weergegeven, onder meer het volgende in.
Ten tijde van het plegen van het delict was er sprake van verschillende diagnoses. Tijdens het plegen van het indexdelict heerste er op vrijwel alle leefgebieden instabiliteit. Er was sprake van een delictpatroon van agressiedelicten onder invloed van drugs/alcohol. Het middelengebruik en het psychosociaal functioneren van de terbeschikkinggestelde waren direct gerelateerd aan het delict.
Als indirect aan het delict gerelateerd worden de leefgebieden relatie partner, gezin en familie, zijn sociale netwerk en zijn houding gezien bij het plegen van het indexdelict. De risico’s op deze leefgebieden zijn minder problematisch geworden. De terbeschikkinggestelde heeft afstand gedaan van zijn pro-criminele netwerk en verblijft grotendeels bij een vriendin in Diepenveen. Door haar te helpen in de dagelijkse dingen ervaart hij onderdeel te zijn van de maatschappij. Hij is daar een mens en kan wat doen voor een ander. Betrokkene ondersteunt zijn vriendin in het doen van boodschappen, het huishouden en het koken van eten. Volledig zicht op deze situatie heeft de reclassering nog niet, omdat het lang duurde voordat betrokkene de reclassering wilde uitnodigen in de woning van zijn vriendin. Ondertussen is de reclassering bij de vriendin van de terbeschikkinggestelde geweest. Er heeft een positieve intake en een eerste kennismaking plaatsgevonden met het FACT-team van Trajectum. Het FACT-team van Trajectum is bereid de terbeschikkinggestelde te gaan begeleiden in de thuissituatie van hem in Diepenveen. De terbeschikkinggestelde is in staat gebleven om het contact met de reclassering te onderhouden, evenals met Trajectum. De momenten van achterdocht, wantrouwen en frustratie voerden steeds minder de boventoon. Hij heeft zich wisselend gehouden aan de voorwaarden van de maatregel. Hij is echter, op een incident na, in contact geweest met de reclassering en zijn behandelaar van Trajectum. Het alcoholgebruik van betrokkene heeft geen verhoogde risico’s opgeleverd het afgelopen jaar en betrokkene is abstinent van harddrugsgebruik, op een uitglijder na.
Hij geeft openheid over zijn softdrugs- en alcoholgebruik, waarbij de reclassering in samenspraak met Trajectum oog houdt voor de risico’s die dit gebruik met zich mee kan brengen. Reden hiervoor is dat betrokkene de wens houdt om alcohol te drinken. Zowel Trajectum als Tactus Reclassering zijn van mening dat er binnen de maatregel van terbeschikkingstelling met voorwaarden voldoende mogelijkheden zijn om te onderzoeken of betrokkene zijn eigen grenzen kan bewaken. Indien dit risico’s oplevert, is de maatregel terbeschikkingstelling met voorwaarden een kader waarbinnen actie kan worden ondernomen. De reclassering adviseert de terbeschikkingstelling met voorwaarden te verlengen met een jaar. Het komende jaar zal de terbeschikkinggestelde zelf zijn gedragingen moeten reguleren en voor zichzelf bepalen welke normen en waarden belangrijk zijn. De reclassering adviseert de verlenging van een jaar, omdat het contact met het FACT-team nog maar net tot stand is gekomen. Van belang is dat de terbeschikkinggestelde vertrouwen krijgt in de hulpverleners en andersom dat de hulpverleners hem leren kennen. De ervaring leert dat het opbouwen van een werkalliantie meerdere maanden duurt. Tevens dient het woontraject van de terbeschikkinggestelde verder vormgegeven te worden, omdat hij nog geen eigen huisvesting heeft. Hij heeft de wens om hier zelf stappen in te ondernemen en wordt gemotiveerd om hulp te vragen als hij dat nodig heeft. De ervaring leert dat wanneer hij hulp nodig heeft en hij toe is aan het maken van een volgende stap, hij ook daadwerkelijk om hulp zal vragen als dit nodig is.
Tot slot zal in het komende jaar onderzocht moeten worden of en in hoeverre de risico’s vragen om verder onderzoek naar de mogelijkheden die de Wet Zorg en Dwang biedt, om zo de huidige behandelresultaten te borgen.
Toelichting van de deskundige ter zitting
Ter zitting heeft de deskundige toegelicht dat goed zicht is gekregen op de woonwensen van de terbeschikkinggestelde. De grote uitdaging is het vinden van een passende woning. Idealiter heeft hij in het aankomende jaar een zelfstandige woning. Het huidige verblijfsadres van de terbeschikkinggestelde bij Trajectum voelt voor hem als een stempel. Bij het verblijf bij zijn vriendin in Diepenveen heeft hij het idee meer zichzelf te kunnen zijn. Een ondersteunend netwerk is belangrijk. Hij kan op dit netwerk terugvallen als het minder gaat. Over alcoholgebruik heeft de deskundige geen zorgen vanwege de openheid over dit gebruik door betrokkene. Ook heeft de deskundige er vertrouwen in dat de terbeschikkinggestelde aan de bel trekt wanneer hij verwacht het alcoholgebruik niet in de hand te hebben.
Het komend jaar staat in het teken van het geven van ruimte aan de terbeschikkinggestelde, zodat hij zelf leert wat wel en niet kan. Dit kan dan nu nog binnen een veilig kader, waardoor op eventuele fouten kan worden geacteerd door de hulpverleners. Na dit jaar wordt onderzocht of dit vellige kader kan worden losgelaten.
De pro Justitia rapportage van E.L.G. Heinsman-Carlier, psychiater
Het rapport van de psychiater houdt, zakelijk weergegeven, onder meer het volgende in.
De terbeschikkinggestelde lijdt aan een gebrekkige ontwikkeling van zijn geestvermogens in de zin van een lichte verstandelijke beperking en een andere gespecificeerde persoonlijkheidsstoornis met antisociale, dwangmatige en vermijdende trekken. Verder is er sprake van een ziekelijke stoornis van zijn geestvermogens in een ongespecificeerde angststoornis, een stoornis in cannabisgebruik van matige ernst en het gebruik van cocaïne, in remissie in een gereguleerde omgeving.
De psychiater schat in dat er bij de terbeschikkinggestelde een hoog basisrisico op recidive van gewelddadig gedrag is. De terbeschikkinggestelde heeft een tweede inhoudelijk gesprek met de psychiater geweigerd. De beperkingen van de huidige onderzoeksopzet maken dat geen goed onderbouwde inschatting van de kans op recidive voor de korte en langere termijn gemaakt kan worden. Zo valt het gebruik van middelen niet uit te sluiten indien de beschermende factoren deels weggevallen.
De psychiater kan moeilijk inschatten in hoeverre het risico op recidive voor de korte en middellange termijn wordt beïnvloed vanuit de huidige situatie, die bestaat uit het gebruik van alcohol en cannabis, beperkte medewerking aan de behandeling en toezicht en het zich moeilijk kunnen houden aan voorwaarden en afspraken. Die situatie stemt wel tot somberheid over het recidiverisico.
Vanuit de beperkingen aan het onderzoek, kan geen goede uitspraak gedaan worden over het huidige risicomanagement. Meer algemeen kan gesteld worden dat de ondersteuningsbehoefte van de terbeschikkinggestelde meer structureel van aard is waarbij deze naar verwachting in slechts beperkte mate valt af te bouwen. De uitingen van psychiatrische symptomen en persoonlijkheidskenmerken zijn redelijk stabiel in de tijd. Afgaande op de informatie uit het dossier en van de behandelaar en reclassering, lijkt er sprake van nagenoeg onveranderde problematiek. De terbeschikkinggestelde heeft aan de psychiater bevestigd dat hij niet gemotiveerd is voor structurele abstinentie van middelen.
De psychiater adviseert de maatregel van terbeschikkingstelling met voorwaarden te verlengen met een jaar. De vroeg of laat komende overgang na beëindiging van de maatregel van terbeschikkingstelling naar een behandeling op basis van vrijwilligheid, zal ook de komende periode spanningen blijven geven zolang er geen duidelijkheid komt voor de terbeschikkinggestelde. Mochten deze spanningen in de komende periode aanleiding geven tot verdere ontregeling, adviseert de psychiater tot het doen van verder onderzoek naar de mogelijkheden om de Wet Zorg en Dwang in te zetten om de huidige behandelresultaten te kunnen borgen.
Het oordeel van de rechtbank
Gelet op het vorenstaande is de rechtbank van oordeel dat de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen eist dat de maatregel van terbeschikkingstelling wordt verlengd. De rechtbank neemt hierbij tevens in aanmerking dat de maatregel van terbeschikkingstelling met voorwaarden is opgelegd ter zake van een misdrijf dat gericht is tegen of gevaar oplevert voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen. Op grond van hetgeen in de rapportage van de reclassering en de psychiater is vermeld en ter zitting door de deskundige is toegelicht, stelt de rechtbank vast dat sprake is van een aanwezige stoornis en van recidiverisico. Aan de criteria voor de verlenging van de terbeschikkingstelling is daarom voldaan.
De rechtbank constateert dat de terbeschikkinggestelde op de goede weg is. Hij is op verschillende leefgebieden een stuk stabieler. Hij heeft afstand genomen van zijn oude netwerk en is op dit moment op zijn plek bij zijn vriendin in Diepenveen. Daar kan hij een waardevolle bijdrage leveren aan de samenleving en voelt hij zich meer mens. Waar het contact met de reclassering in het begin van deze nieuwe fase enigszins moeizaam verliep, onderhoudt de terbeschikkinggestelde op dit moment goed contact met de reclassering en Trajectum. Zij zien dat hij open is over mogelijk risico’s, bijvoorbeeld in alcoholgebruik, en geven hem ook de ruimte en het vertrouwen om zelf zijn eigen grenzen hierin te bewaken. Ook de rechtbank ziet dat hij gemotiveerd is om te laten zien dat het in hem gestelde vertrouwen op zijn plaats is. De rechtbank complimenteert de terbeschikkinggestelde hiervoor.
De rechtbank ziet ook de noodzaak dat het komende jaar moet worden bekeken of de ingeslagen weg wordt volgehouden door de terbeschikkinggestelde. Belangrijk is of hij zichzelf gemotiveerd kan houden en in staat is om zijn eigen gedrag te reguleren. Het kader van de terbeschikkingstelling met voorwaarden is daarbij nog vereist om te kunnen ingrijpen als zich risico’s voordoen. Ook is van belang dat de komende tijd een goede relatie met het FACT-team van Trajectum wordt opgebouwd en dat het woontraject van betrokkene meer vorm krijgt. Tot slot zal in het aankomende jaar kunnen worden onderzocht in hoeverre de nog uitgaande risico’s van verdachte vragen om het inzetten van de mogelijkheden uit de Wet Zorg en Dwang.
De rechtbank zal de terbeschikkingstelling met een jaar verlengen. De voorwaarden zoals die bij het vonnis zijn vastgesteld blijven onverkort van kracht, met dien verstande dat na te melden voorwaarden die bij beslissing van 15 mei 2020 zijn gewijzigd, zullen worden opgeheven.

5.De beslissing

De rechtbank:
- verlengt de terbeschikkingstelling met voorwaarden van
[terbeschikkinggestelde]met een jaar;
- heft op de voorwaarde dat:
- de betrokkene werkt mee aan opname en behandeling bij OBC Berkelland of een soortgelijke instelling gedurende een periode van maximaal achttien (18) maanden te rekenen vanaf de datum dat de terbeschikkingstelling laatstelijk is verlengd, te
weten 16 mei 2019, en zal zich in het kader van het toezicht begeleidbaar
opstellen en zich houden aan de afspraken met de reclassering en met de
behandelaars van OBC Berkelland, en zich conformeren aan het
behandelplan, ook als dit betekent dat hij de hem voorschreven medicatie
zal nemen;
- heft op de voorwaarde dat:
- de betrokkene werkt mee aan opname en behandeling bij OBC Berkelland of een soortgelijke instelling gedurende een periode van maximaal twaalf (12) maanden te rekenen vanaf de datum van deze uitspraak, te weten 16 mei 2019, en zal zich in
het kader van het toezicht begeleidbaar opstellen en zich houden aan de
afspraken met de reclassering en met de behandelaars van OBC Berkelland,
en zich conformeren aan het behandelplan, ook als dit betekent dat hij de
hem voorschreven medicatie zal nemen.
Aldus gegeven door mr. M.H. van der Lecq, voorzitter, mr. C. Verdoold, en
mr. D.K. ten Cate, rechters, in tegenwoordigheid van mr. M.S. de Bruin als griffier en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 25 mei 2023.
Buiten staat
mr. Van der Lecq en de griffier zijn niet in de gelegenheid deze beslissing mede te ondertekenen.