Uitspraak
1.De procedure
- het verweerschrift met bewijsstukken
2.De samenvatting: waar de zaak over gaat
[Partij B] daardoor niet langer mogelijk is.
3.3. De feiten
[Partij B] is zonder afmelding niet op dat gesprek verschenen.
[Partij B] met dhr. [vakbondsmedewerker] (FNV) en dhr. [naam 1] namens Cirex met mr. Kötter.
4.Het geschil
- als voorwaarde aan collega’s stelt dat haar vragen schriftelijk worden beantwoord, hetgeen uitermate omslachtig is
[Partij B] verzoekt, ook als het ontbindingsverzoek van Cirex wordt toegewezen, om toekenning van een transitievergoeding van € 17.309,27, uitgaande van 1 december 2023 als einddatum van de arbeidsovereenkomst. Daarnaast verzoekt ze bij wijze van billijke vergoeding 30 maandsalarissen (afgerond € 90.000 bruto) en € 25.000 netto immateriële schadevergoeding, dit gelet op de door Cirex overgelegde verklaringen van medewerkers.
5.De beoordeling van beide verzoeken
Welke uiting [Partij B] ook heeft gegeven aan haar boosheid, uit het aanbieden van het coachingstraject, kennelijk op haar gericht, had ze moeten afleiden dat Cirex problemen met haar heeft ervaren. Dat de coaching alleen op de samenwerking met
[Partij B] zou zijn gericht is daarbij niet relevant en maakt nog niet dat ze er om die reden voor had mogen bedanken. Immers, [Partij B] had moeten begrijpen dat de kennelijk door (medewerkers van) Cirex ervaren problemen voldoende ernstig waren om deze met een coach te bespreken. Zo zij er al vragen over had waarom het alleen op de samenwerking met haar was gericht, had zij daar naar kunnen vragen, hetgeen kennelijk niet is gebeurd.
[Partij B] op dat punt komt dan ook niet geloofwaardig over. Het kan niet anders dan dat
[Partij B] wist welke concrete problemen Cirex ervoer in de samenwerking en communicatie met haar.