ECLI:NL:RBOVE:2023:2429

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
29 juni 2023
Publicatiedatum
29 juni 2023
Zaaknummer
08.009124.95
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van de terbeschikkingstelling van een terbeschikkinggestelde na ernstige misdrijven en recidiverisico

Op 29 juni 2023 heeft de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Almelo, uitspraak gedaan in een zaak betreffende de verlenging van de terbeschikkingstelling van een terbeschikkinggestelde, geboren in 1969. De rechtbank heeft de terbeschikkingstelling, waarvan de verpleging van overheidswege voorwaardelijk was beëindigd, met een jaar verlengd. De terbeschikkinggestelde was eerder veroordeeld voor opzettelijk brand stichten en diefstal, en de maatregel van terbeschikkingstelling was opgelegd na bewezenverklaring van deze misdrijven. De rechtbank heeft kennisgenomen van verschillende rapportages, waaronder een verlengingsadvies van Reclassering Nederland en een pro Justitia rapportage van psychiater I. Maksimovic. De terbeschikkinggestelde vertoonde zorgelijk gedrag en had behoefte aan medicatie, die nog niet was gestart. De rechtbank oordeelde dat de veiligheid van anderen eiste dat de maatregel werd verlengd, gezien het recidiverisico en de noodzaak voor begeleiding en structuur. De rechtbank heeft de vordering van het Openbaar Ministerie tot verlenging van de terbeschikkingstelling toegewezen, waarbij de opgelegde voorwaarden onverkort van kracht blijven.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Zittingsplaats Almelo
Parketnummer: 08.009124.95
Datum uitspraak: 29 juni 2023
Beslissingop de vordering van het Openbaar Ministerie tot verlenging van de terbeschikkingstelling van:
[de terbeschikkinggestelde] ,
geboren op [geboortedatum] 1969 te [geboorteplaats] ,
verblijvende in [verblijfplaats] ,
hierna te noemen: de terbeschikkinggestelde.

1.De aanleiding

Bij vonnis van de rechtbank Almelo van 5 december 1995 is de maatregel van
terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege opgelegd, na
bewezenverklaring van de misdrijven:
-
opzettelijk brand stichten, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen en

levensgevaar voor een ander te duchten is;

-
opzettelijk brand stichten, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen te duchten

is;

-
diefstal.
De maatregel is ingegaan op 24 februari 1996. Bij beslissing van de rechtbank van
27 februari 2020 is de verpleging van overheidswege voorwaardelijk beëindigd. De
terbeschikkingstelling is laatstelijk verlengd bij beslissing van deze rechtbank van
14 april 2022 en eindigt, behoudens nadere voorziening, op 13 februari 2023.

2.De stukken

De rechtbank heeft kennis genomen van de op grond van artikel 6:6:12 van het Wetboek van Strafvordering (Sv) overgelegde stukken, te weten:
  • het verlengingsadvies van Reclassering Nederland van 8 december 2022, opgemaakt en ondertekend door [reclasseringswerker 1] , reclasseringswerker en [naam] , unitmanager;
  • de pro Justitia rapportage van I. Maksimovic, psychiater, van 1 november 2022;
  • de voortgangsverslagen van Reclassering Nederland van 12 juli 2022 en (de rechtbank leest:) 1 maart 2023;
  • de tussenbeslissing van de rechtbank Overijssel van 30 maart 2023;
  • het voortgangsverslag van de reclassering van 7 juni 2023.

3.De procedure

Het Openbaar Ministerie heeft op 10 januari 2023 een vordering ingediend tot verlenging van de terbeschikkingstelling met een jaar.
Het onderzoek van de zaak heeft plaatsgevonden op de openbare terechtzittingen van
16 maart 2023 en 15 juni 2023.
Bij beslissing van 30 maart 2023 heeft de rechtbank het onderzoek heropend, de beslissing over de verlenging van de terbeschikkingstelling aangehouden en de officier van justitie in de gelegenheid gesteld om de met betrekking tot het verzoek tot verlening van een rechterlijke machtiging vereiste bescheiden aan het dossier tot te voegen.
De rechtbank heeft op de openbare terechtzitting van 15 juni 2023 het onderzoek van de zaak voortgezet en heeft gehoord:
  • de terbeschikkinggestelde, bijgestaan door zijn raadsman mr. R. Oude Breuil, advocaat te Enschede;
  • [reclasseringswerker 2] reclasseringswerker, als deskundige;
  • B.W.C.J. de Bruijn, juridisch adviseur Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten, werkzaam bij het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ);
  • [reclasseringswerker 3] , gedragswetenschapper in opleiding bij Pluryn , onder auspiciën van [reclasseringswerker 4] , gedragswetenschapper werkzaam bij Pluryn , als deskundige (via een videobeeldbelverbinding);
  • [reclasseringswerker 4] , gedragswetenschapper voornoemd, als deskundige (via een videobeeldbelverbinding).
De officier van justitie heeft gepersisteerd bij de vordering tot verlenging van de termijn van terbeschikkingstelling met een jaar. Daarnaast heeft de officier van justitie verzocht het tegelijkertijd ter zitting behandelde verzoek tot verlening van een rechterlijke machtiging op grond van de Wet zorg en dwang (hierna: Wzd) af te wijzen.
De terbeschikkinggestelde en zijn raadsman hebben verzocht de vordering tot verlenging van de terbeschikkingstelling af te wijzen. De terbeschikkinggestelde ervaart onrust en spanningen nu de medicatie is afgebouwd. Hij wil dat de Risperdal weer wordt ingezet. Dat gaat binnenkort gebeuren. Hij is van plan de medicatie dan te blijven gebruiken. De terbeschikkinggestelde en zijn raadsman hebben verzocht een rechterlijke machtiging af te geven.

4.De beoordeling

De vordering is op 10 januari 2023 ingediend. Dit is tijdig.
De rechtbank stelt vast dat het onderzoek van de zaak niet uiterlijk twee maanden na de ontvangst van de vordering heeft plaatsgevonden. De rechtbank acht dit ongewenst, maar volstaat met de constatering dat de bedoelde termijn is overschreden.
De rechtbank neemt bij haar overwegingen de inhoud van de tussenbeslissing van deze rechtbank van 30 maart 2023, het voortgangsverslag van de reclassering van 7 juni 2023 en de toelichting van de deskundigen ter zitting in aanmerking.
De rechtbank dient op grond van het bepaalde in de artikelen 38d en 38e van het Wetboek
van Strafrecht (Sr) te bepalen of de termijn van de maatregel van terbeschikkingstelling moet worden verlengd.
Uit het voortgangsverslag van de reclassering van 7 juni 2023, waarmee het verlengingsadvies is aangevuld, blijkt, zakelijk weergegeven, het volgende.
De terbeschikkinggestelde is door zijn meervoudige problematiek niet in staat om zelfstandig structuur en overzicht aan te brengen (en te behouden) in zijn dagelijks leven. Hij raakt snel overprikkeld en uit balans door (ogenschijnlijk) kleine dingen of veranderingen. De terbeschikkinggestelde heeft een beperkte draagkracht en om deze in balans te houden is hij afhankelijk van de begeleiding van Pluryn die hem structuur en regelmaat biedt en daarnaast scherp zicht houdt op zijn stressniveau. De terbeschikkinggestelde is (meestal) niet in staat om oplopende spanningen bij zichzelf te herkennen en te reguleren, hij heeft hier de begeleiding (dagelijks) bij nodig. Indien een situatie van oplopende spanningen bij de terbeschikkinggestelde niet tijdig gesignaleerd en gereguleerd wordt, kan hij baldadig gedrag gaan vertonen (‘fratsen’ zoals hij zelf zegt) om zo zijn spanning te doen afvloeien.
De terbeschikkinggestelde heeft in de periode van 16 maart 2023 tot 1 juni 2023 een wisselend beeld laten zien. De terbeschikkinggestelde is in deze periode minder open en transparant ten opzichte van de begeleiding en zijn vrijwillige medewerking aan het laten controleren van zijn gegevensdragers is afgenomen. De terbeschikkinggestelde heeft weer spullen van zichzelf vernield. Dit gedrag baart de begeleiding en de reclassering zorgen. Voor de terbeschikkinggestelde is externe begeleiding en aansturing een belangrijke pijler om afglijden te voorkomen. Hij heeft externe sturing nodig om zijn spanningen te signaleren en te reguleren, heeft te kennen gegeven dat hij last heeft van de onrustgevoelens en dat hij daar medicatie (zoals Risperdal) voor wil hebben.
De reclassering wil monitoren of de terbeschikkinggestelde zich weer op vrijwillige basis laat begeleiden, aansturen en controleren door Pluryn . Indien de terbeschikkinggestelde dat afhoudt kan de reclassering de terbeschikkinggestelde en Pluryn ondersteunen door de terbeschikkinggestelde onder andere te wijzen op de voorwaarden van het toezicht waar hij zich aan dient te houden. Met behulp van de voorwaarden kan de terbeschikkinggestelde extern gestructureerd worden met als doel dat hij rustiger wordt, minder last krijgt van spanningen en zich weer laat begeleiden en controleren. Het recidiverisico wordt als gemiddeld ingeschat. De reclassering adviseert de maatregel van terbeschikkingstelling met een jaar te verlengen.
De toelichting van de deskundigen ter zitting
Deskundige [reclasseringswerker 2] heeft ter zitting verklaard dat in de afgelopen periode zorgelijke ontwikkelingen hebben plaatsgevonden. Het is jammer dat nog niet gestart is met het weer opbouwen van de medicatie zodat de eerste effecten daarvan zichtbaar zouden kunnen zijn. Het is van belang dat het toezicht van de reclassering blijft bestaan totdat de medicatie is opgebouwd. Naar verwachting zal de rust terugkeren nadat de terbeschikkinggestelde goed is ingesteld op Risperdal. Geadviseerd wordt om de maatregel van terbeschikkingstelling te verlengen en om niet in plaats daarvan een rechterlijke machtiging te verlenen.
Opgenoort (onder auspiciën van deskundige [reclasseringswerker 4] ) heeft ter zitting geadviseerd om de maatregel van terbeschikkingstelling te verlengen met een jaar en het verzoek tot een rechterlijke machtiging af te wijzen. De terbeschikkinggestelde heeft de afgelopen periode zorgelijk gedrag vertoond en de “fratsen” zijn toegenomen. Hij is daar niet open en eerlijk over. De terbeschikkinggestelde heeft last van de onrustgevoelens en wil weer starten met Risperdal. Door de kliniek is een verzoek daartoe ingediend, maar de arts van de kliniek zal hierover nog moeten oordelen. Het is niet bekend of en zo ja wanneer betrokkene met de medicatie kan starten. Het is wenselijk dat de reclassering de komende periode nog zicht blijft houden en toeziet op de mogelijke gedragsverandering na het eventueel weer opbouwen van medicatie. Een rechterlijke machtiging is op dit moment niet wenselijk.
Het oordeel van de rechtbank
Gelet op het vorenstaande is de rechtbank van oordeel dat de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen eist dat de maatregel van terbeschikkingstelling wordt verlengd. De rechtbank neemt daarbij in aanmerking dat de maatregel is opgelegd ter zake van een misdrijf dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen, te weten opzettelijk brand stichten, terwijl daarvan levensgevaar voor een ander te duchten is. De rechtbank stelt vast dat sprake is van stoornissen en van recidiverisico. Aan de gronden voor verlenging van de maatregel wordt dan ook voldaan.
De rechtbank leidt uit de rapportages van de psychiater Maksimovic en de reclassering af dat de terbeschikkinggestelde een lange justitiële voorgeschiedenis heeft. Er is sprake van een tweede maatregel van terbeschikkingstelling wegens brandstichting. Er heeft, zoals in het rapport van de psychiater uitvoerig beschreven, een langdurige behandeling binnen de maatregel van terbeschikkingstelling plaatsgevonden met wisselend resultaat. De terbeschikkinggestelde is gediagnosticeerd met een autistische stoornis en een licht verstandelijke beperking. Er is sprake van enig probleembesef, maar nauwelijks ziekte-inzicht. Gebrek aan overzicht, duidelijkheid en voorspelbaarheid, alsmede de beperkte draagkracht leiden snel tot overvraging en spanningen die, indien niet tijdig gesignaleerd en gereguleerd, uiteindelijk kunnen resulteren in delictgedrag. Externe factoren (wooninstelling, begeleiding, medicatie, structuur) dienen de spanningsopbouw en recidiverisico’s te beperken. Op zich is de terbeschikkinggestelde bij Pluryn Kemnade goed op zijn plek. Waar de reclassering het recidiverisico van de terbeschikkinggestelde aanvankelijk binnen het gestructureerde kader bij Pluryn Kemnade als laag beschouwde, schat de reclassering dat risico, gezien de voorvallen van de afgelopen tijd en het gebrek aan openheid en eerlijkheid daarover bij de terbeschikkinggestelde, nu als gemiddeld (matig). De rechtbank stelt vast dat het traject van de terbeschikkinggestelde in het afgelopen jaar wisselend is verlopen. De terbeschikkinggestelde is tevreden met zijn verblijf bij Pluryn en hij wil daar, ook na beëindiging van de terbeschikkingstelling, blijven. Dit is mogelijk, want de daarvoor benodigde zorgindicatie is afgegeven. Hoewel de terbeschikkinggestelde goed is ingebed bij Pluryn en het afgelopen jaar grotendeels stabiel heeft gefunctioneerd, blijkt uit het voortgangsverslag van de reclassering en de toelichting van de deskundigen ter zitting, dat de terbeschikkinggestelde sinds de medicatie (Risperdal) is afgebouwd (maart 2023) instabieler en ongrijpbaarder is.
De rechtbank constateert dat de terbeschikkinggestelde een man is die kwetsbaar blijft voor ontregeling. Zowel over- als onderprikkeling kan de terbeschikkinggestelde ontregelen. De terbeschikkinggestelde heeft een beperkte draagkracht en om deze met zijn draaglast in balans te houden, is hij afhankelijk van de begeleiding van Pluryn die hem structuur en regelmaat biedt en daarnaast scherp zicht houdt op zijn stressniveau. Gelet hierop is het van belang dat de terbeschikkinggestelde het komende jaar de aangeboden structuur en begeleiding van de reclassering blijft behouden. Verlenging van de maatregel is noodzakelijk om de terbeschikkinggestelde te stabiliseren in zijn functioneren. Mogelijk zal opnieuw medicatie worden ingezet, waarvan de effecten goed gemonitord dienen te worden. Het is de bedoeling dat de terbeschikkinggestelde dan voldoende stabiel functioneert en de begeleiding, structuur en toezicht van Pluryn vrijwillig aanvaardt en zal voortzetten. Daarna kan de begeleiding naar verwachting worden voortgezet in een ander kader en kan de maatregel van terbeschikkingstelling worden afgesloten. Daarvoor is het nu, gezien het opgelopen recidiverisico, nog te vroeg. De rechtbank neemt daarbij mede in overweging dat de deskundigen het recidiverisico als matig inschatten. Een rechterlijke machtiging acht de rechtbank op dit moment niet wenselijk, omdat het recidiverisico binnen dat kader onvoldoende kan worden ingedamd. De rechtbank zal daarom de maatregel van terbeschikkingstelling, waarvan de verpleging van overheidswege voorwaardelijk is beëindigd, met een jaar verlengen. De opgelegde voorwaarden blijven onverkort van kracht.

5.De beslissing

De rechtbank:
- verlengt de terbeschikkingstelling van
[de terbeschikkinggestelde]met een jaar.
Aldus gegeven door mr. M.H. van der Lecq, voorzitter, mr. E. Venekatte en mr. C. Verdoold, rechters, in tegenwoordigheid van Z. Demir als griffier en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 29 juni 2023.