ECLI:NL:RBOVE:2023:2253

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
16 juni 2023
Publicatiedatum
16 juni 2023
Zaaknummer
08.065457.23 (P)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een man voor meerdere inbraken in vereniging met zware strafmaat

Op 16 juni 2023 heeft de Rechtbank Overijssel een 24-jarige man veroordeeld tot een gevangenisstraf van 10 maanden voor het plegen van meerdere inbraken in vereniging. De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan inbraken in woningen in Hengelo, waarbij hij andermans eigendomsrechten niet heeft gerespecteerd en enkel heeft gedacht aan zijn eigen financieel gewin. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte samen met anderen heeft ingebroken in woningen aan [adres 1], [adres 2] en [adres 3]. De inbraken vonden plaats op 18 november 2022, waarbij contant geld, sterke drank, sieraden en andere goederen zijn weggenomen. De rechtbank heeft de verklaringen van de aangevers en de resultaten van het buurtonderzoek in overweging genomen, evenals camerabeelden die de verdachte en zijn medeverdachten in de nabijheid van de inbraken tonen. De rechtbank heeft de verdachte gedeeltelijk vrijgesproken van de inbraak bij [adres 3] wegens onvoldoende bewijs, maar achtte de betrokkenheid bij de inbraken aan [adres 1] en [adres 2] wettig en overtuigend bewezen. De rechtbank heeft rekening gehouden met de ernst van de feiten, de impact op de slachtoffers en de recidive van de verdachte, wat heeft geleid tot de opgelegde straf.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Meervoudige kamer
Zittingsplaats Almelo
Parketnummer: 08.065457.23 (P)
Datum vonnis: 16 juni 2023
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum 1] 1998 in [geboorteplaats 1] (Somalië),
nu verblijvende in de P.I. Achterhoek, te Zutphen.

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzittingen van 26 mei 2023 en 9 juni 2023.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie
mr. K.J.L. de Valk en van wat door verdachte en zijn raadsvrouw mr. R.J. Jager, advocaat in Utrecht, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte al dan niet samen met een ander heeft ingebroken en goederen heeft gestolen uit woningen aan [adres 1] , [adres 2] en [adres 3] , dan wel al dan niet samen met een ander goederen heeft geheeld.
Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:
hij op of omstreeks 18 november 2022 te Hengelo, gemeente Hengelo (O) tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, in/uit een woning(gelegen aan [adres 1] )
-ongeveer € 250,- contant geld en/of
-meerdere, althans een fles(sen) met sterke drank en/of meerdere, althans een fles(sen) wijn en/of
-een hoeveelheid (gouden) sieraden en/of een trouwring (met inscriptie " [inscriptie] ) en/of
-enig(e) ander(e) goed(eren) van zijn/hun gading
en/of
in/uit een woning (gelegen aan [adres 2] )
-een hoeveelheid zilveren (euro)munten en/of
-ongeveer 200 (tweehonderd) 0,50 eurocent munten en/of
-een of twee herkenningsmunten en/of
-enig(e) ander(e) goed(eren) van zijn/hun gading
en/of
in/uit een woning (gelegen aan [adres 3] )
-een gele fles met Palmoliveshampoo en/of
-enig(e) ander(e) goed(eren) van zijn/hun gading, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan (respectievelijk) [aangever 1] en/of [aangever 2] en/of [aangever 3] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft
en/of die weg te nemen goederen voornoemd (telkens) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking, en/of inklimming;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 18 november 2022 te Stroe, gemeente Barneveld(Rijksweg A1 ter
hoogte van hectometerpaal 67.0), tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal
-een goudkleurige trouwring (met inscriptie " [inscriptie] ) en/of
-een hoeveelheid geld( te weten ongeveer € 225,--) en/of
-een grote hoeveelheid 0,50 eurocent munten en/of
-een hoeveelheid (gouden) sieraden
-(in totaal) 8 zilveren 10 euro muntstukken althans een of meer goederen heeft
verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij en zijn mededader(s) ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van deze goederen wist(en), althans redelijkerwijs hadden moeten vermoeden, dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof.

3.De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.De bewijsmotivering

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat het primair aan verdachte ten laste gelegde feit wettig en overtuigend kan worden bewezen.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft primair bepleit dat verdachte partieel moet worden vrijgesproken, omdat het primair ten laste gelegde ten aanzien van [adres 1] en [adres 3] niet wettig en overtuigend kan worden bewezen. De raadsvrouw heeft de rechtbank nadrukkelijk verzocht om per verdachte te kijken naar het wettig en overtuigend bewijs. Subsidiair heeft de raadsvrouw zich gerefereerd aan de subsidiair ten laste gelegde heling ten aanzien van [adres 1] .
Het primair ten laste gelegde met betrekking tot [adres 2] kan wettig en overtuigend bewezen worden verklaard, nu verdachte dit heeft bekend.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
4.3.1
Vaststelling van feiten en omstandigheden
Vaststelling van feiten en omstandigheden
De rechtbank stelt op grond van de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen de navolgende feiten en omstandigheden vast.
Op 18 november 2022 heeft [aangever 1] (hierna [aangever 1] ) aangifte gedaan van een woningbraak gepleegd aan [adres 1] in Hengelo. Deze inbraak moet die dag hebben plaatsgevonden tussen 16:20 uur en 18:30 uur. Een raam op de eerste verdieping was ontzet, er waren afdrukken van gereedschap in het kozijn en schoenafdrukken op de vloerbedekking onder het raam zichtbaar. Er is ongeveer € 250,00 aan contant geld (onder andere ongeveer € 50,00 aan zogenaamde twee euro munten), flessen wijn en sterke drank, gouden sieraden, waaronder een trouwring met de inscriptie “
[inscriptie] ”en zilveren munten weggenomen.
De politie heeft een buurtonderzoek ingesteld waaruit naar voren is gekomen dat een buurtbewoner op 18 november 2022 om 17:15 uur een lamp aan zag gaan door een bewegingssensor die gericht is op [adres 1] en dat een andere buurtbewoner omstreeks 18:05 uur bij [adres 4] drie buitenlandse jongens zag lopen, waarvan één mogelijk negroïde.
Ook [aangever 2] (hierna: [aangever 2] ) heeft aangifte gedaan van een woninginbraak gepleegd aan [adres 2] in Hengelo. Deze inbraak vond plaats tussen 17 november 2022 omstreeks 07:15 uur en 18 november 2022 omstreeks 22:45 uur. Een raam stond open, er was schade aan het kozijn en de hendel van het raam lag op de grond. Verschillende lades en deurtjes van kasten stonden open en waren doorzocht. Er waren zilveren munten en ongeveer 200 muntstukken van 50 eurocent weggenomen.
Op camerabeelden is te zien dat om 18:39 uur drie personen naar de woning aan [adres 2] lopen. Aan de zijkant van de woning bevindt zich een raam. Op de beelden is te zien dat het raam meermalen beweegt, dat dit raam wordt opengeklapt en dat er een silhouet door het raam naar binnengaat. Even later gaat er op de bovenverdieping van de woning een lamp aan. Een andere persoon blijft buiten staan. Als de silhouet weer door het raam naar buiten komt, lopen drie personen met versnelde pas weg bij de woning.
Tot slot heeft [aangever 3] aangifte gedaan van een woninginbraak gepleegd aan [adres 3] in Hengelo, gepleegd tussen 15:00 uur op 18 november 2022 en 01:47 uur op 19 november 2022. Drie kamers waren doorzocht. Het raam was ontzet en er waren sporen van het hout zichtbaar op de grond. Ook was er een schoenafdruk op het bed zichtbaar. Daarnaast waren er schoensporen zichtbaar in de tuin onder het opengebroken raam.
Op 18 november 2022 omstreeks 22:00 uur kregen verbalisanten een ANPR hit op een auto rijdende ter hoogte van Apeldoorn richting Amersfoort. De aanduiding bij de ANPR hit was dat de auto mogelijk zou worden gebruikt door woninginbrekers. De verbalisanten wilden de auto controleren en zij zagen dat de persoon op de bijrijdersstoel voorin handelingen verrichtte die erop leken alsof hij spullen bij zijn geslachtsdeel aan het wegstoppen was. [medeverdachte 1] (hierna: [medeverdachte 1] ) bleek de bestuurder van de auto. [medeverdachte 2] (hierna: [medeverdachte 2] ) bleek op de bijrijdersstoel voorin te zitten en [verdachte] (hierna: [verdachte] ) zat achterin de auto. Na een identiteitsfouillering van [verdachte] bleek hij € 620,00 aan contant geld bij zich te hebben. [medeverdachte 1] had in zijn jaszak een paar handschoenen, twee zilveren munten en € 95,00 aan contant geld. Bij [medeverdachte 2] werden meerdere goederen bij zijn liesstreek aangetroffen waaronder: een paar handschoenen, twee bivakmutsen, meerdere goudkleurige sieraden, een trouwring met onder andere de inscriptie
“ [inscriptie] ”,zes zilveren munten en € 130,00 aan contant geld. In de auto werden twee zilveren munten aangetroffen, een diamantje en in totaal € 182,90 euro aan muntgeld waarvan 199 munten van 50 eurocent en 35 zogenaamde 2 euro munten.
Onderzoek wees uit dat de auto waarin [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en [verdachte] werden aangehouden, om 16:53 uur voorbij Azelo richting het oosten is gereden en om 21:23 uur weer voorbij Azelo terug is gereden. De woninginbraken aan [adres 1] en [adres 2] in Hengelo vonden plaats binnen deze tijdsperiode.
[aangever 1] herkent de onder de verdachten inbeslaggenomen, aan [adres 1] weggenomen, munten en sieraden als haar eigendom, waaronder een gegraveerde ring.
4.3.2
Overwegingen en conclusies
Ten aanzien van [adres 3]
Onderzoek wijst uit dat de schoensporen in de tuin zijn veroorzaakt met een schoen die soortgelijk is aan de schoenen die onder [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] in beslag zijn genomen, maar niet kon worden vastgesteld dat de sporen daadwerkelijk zijn veroorzaakt door de schoenen van [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] vanwege het ontbreken van specifieke kenmerken. Naast dit bewijsmiddel is er enkel de aangifte. Ook in verband en samenhang bezien met de overige bewijsmiddelen is dat naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende om tot wettig en overtuigend bewijs te komen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de inbraak bij de woning aan [adres 3] te Hengelo op 18 november 2022. De rechtbank zal verdachte dan ook van dat onderdeel van het onder 1 primair ten laste gelegde partieel vrijspreken.
Ten aanzien van [adres 2] en [adres 1]
Verdachte heeft bekend bij de woning aan [adres 2] eurocentmunten te hebben weggenomen. Verdachte heeft niets over eventuele medeverdachten willen verklaren.
De rechtbank acht op grond van de hiervoor vastgestelde feiten en omstandigheden en de bekennende verklaring van verdachte ten aanzien van [adres 2] wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de woninginbraak aan [adres 2] heeft gepleegd, zoals primair ten laste gelegd.
De rechtbank ziet zich nog gesteld voor de vraag of [verdachte] betrokken was bij de inbraak aan [adres 1] en voor de vraag of sprake is van medeplegen ten aanzien van de woninginbraken aan [adres 2] en/of [adres 1] . Zij overweegt daaromtrent als volgt.
De rechtbank stelt voorop dat de betrokkenheid aan een strafbaar feit als medeplegen kan worden bewezenverklaard, indien is komen vast te staan dat bij het begaan daarvan sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking. Daarbij moet de van medeplegen verdachte persoon aan de totstandkoming van het delict een wezenlijke bijdrage hebben geleverd, waaruit blijkt van opzet op zowel de samenwerking als het plegen van het strafbare feit. Bij de beoordeling of daaraan is voldaan, kan rekening worden gehouden met onder meer de intensiteit van de samenwerking, de onderlinge taakverdeling, de rol in de voorbereiding, de uitvoering of de afhandeling van het delict en het belang van de rol van de verdachte, diens aanwezigheid op belangrijke momenten en het zich niet terugtrekken op een daartoe geëigend tijdstip.
Uit de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen leidt de rechtbank het volgende af. Bij [adres 1] zijn in de tijdspanne dat de inbraak gepleegd moet zijn, drie buitenlands uitziende jongens gezien omstreeks 18.05 uur, waarvan één mogelijk negroïde. [verdachte] , die samen met [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] in de auto is aangetroffen met gestolen goederen uit de woningen aan [adres 1] en [adres 2] , is negroïde. [medeverdachte 2] heeft bekend uit de woning aan [adres 1] goederen te hebben gestolen. De verklaring van [verdachte] dat hij niet bij deze inbraak betrokken was, acht de rechtbank ongeloofwaardig. Gelet op de korte tijdspanne waarin de inbraken zijn gepleegd, verdachtes bekennende verklaring wat betreft zijn betrokkenheid bij de woninginbraak aan [adres 2] omstreeks 18.39 uur en het samen met [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] (die zijn betrokkenheid bij de inbraak aan [adres 1] heeft bekend) terugrijden richting Apeldoorn, waarbij gestolen goederen in de auto zijn aangetroffen kan het niet anders dan dat verdachte medepleger is van de woninginbraak aan [adres 1] . Bovendien kan op basis van camerabeelden in combinatie met de bekennende verklaringen van [verdachte] en [medeverdachte 2] afgeleid worden dat [verdachte] samen met twee andere personen naar [adres 2] is gelopen, dat de drie personen zich bij het raam bewogen, dat ten minste één van hen bij de woning door het raam naar binnen is gegaan en dat één van hen op de uitkijk bleef staan. [verdachte] heeft bekend in de woning naar binnen te zijn geweest en eurocentmunten te hebben weggenomen. [medeverdachte 2] heeft bekend dat hij de persoon is geweest die bij een inbraak op de uitkijk bleef staan. Nadat een persoon weer door het raam naar buiten kwam, liepen de drie personen gezamenlijk met een versnelde pas bij de woning vandaan, zoals te zien is op de camerabeelden. [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en [verdachte] werden vervolgens een paar uur later gezamenlijk staande gehouden en de gestolen goederen uit de woningen aan [adres 1] en [adres 2] werden bij [medeverdachte 2] , bij [medeverdachte 1] en in de auto aangetroffen. Tenslotte is duidelijk geworden dat [verdachte] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] elkaar kennen, onder meer nu zij ook twee dagen eerder samen in een auto staande zijn gehouden.
De rechtbank acht op grond van het hiervoor overwogene wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de woninginbraak aan [adres 1] heeft gepleegd, zoals primair ten laste gelegd.
Uit de wijze waarop de beide inbraken hebben plaatsgevonden en het aantreffen van verdachten samen in een auto met de buit kan worden afgeleid dat er sprake was van een bewuste en nauwe samenwerking tussen [verdachte] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] , zodat de rechtbank ook het medeplegen wettig en overtuigend bewezen acht.
4.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het primair ten laste gelegde feit heeft begaan, met dien verstande dat:
hij op 18 november 2022 te Hengelo, gemeente Hengelo tezamen en in vereniging met anderen, uit een woning (gelegen aan [adres 1] )
- ongeveer € 250,- contant geld en
- meerdere flessen met sterke drank en meerdere flessen wijn en
- een hoeveelheid (gouden) sieraden en een trouwring (met inscriptie “ [inscriptie] ”) en
- andere goederen van hun gading en
uit een woning (gelegen aan [adres 2] )
- een hoeveelheid zilveren munten en
- ongeveer 200 0,50 eurocent munten en
- andere goederen van hun gading,
die aan (respectievelijk) [aangever 1] en [aangever 2] , toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en zijn mededaders zich de toegang tot de plaats van het misdrijf hebben verschaft door middel van braak.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten zijn verbeterd in de bewezenverklaring. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

5.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld in artikel 311 van het Wetboek van Strafrecht (Sr). Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op:
primair
het misdrijf:
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak, meermalen gepleegd.

6.De strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor het bewezenverklaarde feit.

7.De op te leggen straf of maatregel

7.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft bepleit dat bij de strafoplegging rekening dient te worden gehouden met artikel 63 Sr. Ook heeft de raadsvrouw opgemerkt dat verdachte geen uitgebreide justitiële documentatie heeft.
7.3
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoon van verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De rechtbank acht daarbij in het bijzonder het volgende van belang.
Aard en ernst van het feit
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan meerdere inbraken in vereniging. Verdachte heeft er bij het plegen van deze misdrijven blijk van gegeven andermans eigendomsrechten niet te respecteren, geen rekening te houden met de veiligheidsgevoelens van de slachtoffers en de impact van een inbraak op de bewoners van een huis. Verdachte heeft alleen maar aan zijn eigen financieel gewin gedacht. De rechtbank rekent dat verdachte zwaar aan.
De persoon van de verdachte
Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met het strafblad van verdachte van 12 mei 2023. Hieruit blijkt dat verdachte tweemaal eerder is veroordeeld voor woninginbraken. Deze veroordelingen hebben hem er kennelijk niet van weerhouden om opnieuw strafbare feiten te plegen. De rechtbank houdt hier in strafverzwarende zin rekening mee. De rechtbank heeft, op grond van het bepaalde in artikel 63 Sr, ook rekening gehouden met een eerdere veroordeling van verdachte.
De rechtbank heeft kennisgenomen van het reclasseringsadvies van Reclassering Nederland van 6 april 2023, waaruit blijkt dat er sprake is van een delictpatroon. Verdachte heeft aangegeven zijn leven op de rit te hebben en geen behoefte te hebben aan contact met de reclassering of een reclasseringsinterventie. Reclasseringsinterventie is niet haalbaar gezien de houding van verdachte ten opzichte van de reclassering, doordat hij geen adres en telefoonnummer heeft en vanwege een eerder negatief geretourneerd schorsingstoezicht. De kans op onttrekking aan reclasseringsinterventie wordt hoog ingeschat. De reclassering adviseert dan ook om aan verdachte een straf zonder bijzondere voorwaarden op te leggen.
De straf of maatregel
De rechtbank heeft acht geslagen op de oriëntatiepunten voor straftoemeting van het LOVS en op straffen die in soortgelijke gevallen zijn opgelegd. Volgens de LOVS oriëntatiepunten is het uitgangspunt ten aanzien van “
inbraak woning” waarbij sprake is van “
recidive”, een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 5 maanden per inbraak. Op grond van het vorenstaande is de rechtbank van oordeel dat op deze feiten niet anders kan worden gereageerd dan met de oplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Alles afwegende acht de rechtbank oplegging van een gevangenisstraf voor de duur van tien maanden, passend en geboden.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de verdachte in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma als bedoeld in artikel 4 van de Penitentiaire beginselenwet.
7.4
De inbeslaggenomen voorwerpen
De officier van justitie heeft het standpunt ingenomen dat het inbeslaggenomen contante geld (€ 620,00) verbeurd moeten worden verklaard.
De raadsvrouw heeft verzocht het inbeslaggenomen contante geld aan verdachte terug te geven. Het contante bedrag is niet te koppelen aan de feiten. Verdachte had het geld geleend om een boete te kunnen betalen.
De rechtbank zal de teruggave aan de verdachte gelasten van het aan verdachte toebehorende op de beslaglijst vermelde contante bedrag á € 620,00, aangezien dit niet vatbaar is voor verbeurdverklaring of onttrekking aan het verkeer en het belang van strafvordering zich niet tegen teruggave verzet.

8.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op artikel 57 Sr.

9.De beslissing

De rechtbank:
bewezenverklaring
- verklaart bewezen dat verdachte het primair ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feit
- verklaart het primair bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde het volgende strafbare feit oplevert:
primair
het misdrijf:
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak, meermalen gepleegd;
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het primair bewezen verklaarde;
straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
10 (tien) maanden;
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
de in beslag genomen voorwerpen
- de teruggave van het contante geld á € 620,00 aan verdachte.
Dit vonnis is gewezen door mr. C.C.S. Bordenga-Koppes, voorzitter, mr. A.M. Rikken en mr. C.E. Vording, rechters, in tegenwoordigheid van mr. R. van der Hulst, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 16 juni 2023.
Buiten staat
Mr. A.M. Rikken is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
De griffier is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage bewijsmiddelen
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van politie eenheid Oost-Nederland, Districtsrecherche Twente, met nummer
PL0600-2022538877. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina’s van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
1. Het proces-verbaal van aangifte van [aangever 1] van 18 november 2022 (pagina’s 96 en 97) in onderling verband en samenhang bezien met het proces-verbaal van aanvullend verhoor aangever [aangever 1] van 30 november 2022 (pagina’s 108 en 109), voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van aangever:
(…) [adres 1] (…) Hengelo (…) Tussen 18 november 2022 om 16:20 uur (…) en (…) 18:30 uur (…)Toen ik de deur binnen ging dacht ik gelijk dat er ingebroken was. Er waren namelijk lades van een kastje (…) open en er lagen spullen op de grond die normaliter in het kastje liggen. (...) In de woonkamer en keuken waren de lades ook open en spullen eruit. De inbreker(s) zijn vermoedelijk via een raam op de eerste verdieping binnengekomen. Het raam was ontzet en er zitten afdrukken van gereedschap in het kozijn. (...) Ook stonden schoenafdrukken op de vloerbedekking onder dat raam. De gehele woning is doorzocht. Ik mis (…) contant geld, ongeveer 250 euro. Dit hebben ze uit de keukenlade, het dressoir in de woonkamer en uit een etui van de reserveautosleutel gehaald. (…) Ook hebben ze flessen wijn en sterke drank gestolen. (...) U kwam erachter dat de schuifpui niet op slot was. Ik heb deze op slot achter gelaten. (…)
U toont mij nu een paar foto's van aangetroffen goederen. (…) De Armband met 4 steentjes, waarvan 1 los, zoals getoond op foto 1, is mijn armband. Op foto 2 herken ik de ketting met roze steen als mijn eigendom. (…) De oorsteker met rode steen, zoals getoond op foto 3, is ook van mij. De broche goudkleurig met donker rode stenen, zoals getoond op foto 4, herken ik als mijn sieraad. De gouden ketting met hanger bloem, zoals getoond op foto 5, kan mogelijk bij mij zijn weggenomen. Het knopje zirkonia goudkleurig, zoals getoond op foto 6, zou ook van mij kunnen zijn. De gouden ring met inscriptie ‘ [inscriptie] ’, zoals getoond op foto 7, moet uit mijn woning zijn weggenomen. De ‘gouden ring hier en daar afgesleten’ is van mij. (…) Ik wil nog even doorgeven dat er geld bij mij was weggenomen. (…) dit moet 500 euro zijn. Er zijn zeker ook 2 euro muntstukken ter waarde van 50 euro meegenomen (…) ook zijn er bij mij zilveren munten (…) weggenomen. (…) U toont mij nu een 3tal foto's met daarop munten. Ik kan u zeggen dat ik de munten herken. (…);
2. Het proces-verbaal bevindingen buurtonderzoek van 18 november 2022 (pagina 106), voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als relaas van de verbalisant:
(…) locatie [adres 1] (…) [adres 5] zag om 17.15 uur een lamp aangaan die een bewegingssensor heeft die deels gericht is op de tuin van plaats delict [adres 1] .
[adres 6] heeft omstreeks 18.05 uur 3 jongens zien lopen bij [adres 4]
komend vanaf genoemd perceel Hengelo inwaarts. Vreemd gevoel bij, niet hard te maken. Drie buitenlandse jongens, mogelijk 1 negroïde persoon, donker gekleed. (…);
3. Het proces-verbaal van aangifte van [aangever 2] van 18 november 2022 (pagina’s 126 en 127) in onderling verband en samenhang bezien met het proces-verbaal van aanvullend verhoor aangever [aangever 2] van 30 november 2022 (pagina 129), voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van aangever:

(…) Ik ben woonachtig aan [adres 2] in Hengelo. (…) Op (…) 17 november 2022 omstreeks 07:15 uur heb ik mijn woning verlaten. Ik heb alle ramen dicht gedaan en de woning slotvast afgesloten. (…) Op (…) 18 november 2022 omstreeks 22:45 uur kwam ik weer thuis. (…) Ik zag vervolgens dat één van de ramen van dit kantoortje open stond en schade had bij het kozijn. (…) Ik (…) zag toen in het kantoortje dat de hendel van het raam op de grond lag. (…) Ik zag dat in één slaapkamer één van de lades van de grote secretaire weg was en dat de klep openstond. (….) Ik zag dat in de andere slaapkamer de lade en het deurtje van een van de nachtkastjes openstond. Ik zag dat van het andere nachtkastje het deurtje openstond en de lade op de grond lag. Ik zag ook hier enkele spullen op het bed uitgestald waren, waaronder één lade van de secretaire. Ik mis (…) enkele zilveren herdenkingsmunten en zo rond de 200 munten van 50 cent (…) U zegt me dat u 199 stuks in beslag heeft genomen. Zoals ik het nu zie moeten dat de munten zijn die bij mij weggenomen zijn. (gezien het aantal) (…);

4. Het proces-verbaal van bevindingen van 25 november 2022 (pagina’s 133 en 134), voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als relaas van de verbalisant:
(…) camerabeelden naar aanleiding van een woninginbraak aan [adres 2] (…) Om 18:39 uur zie ik (…) dat er 3 personen links in beeld komen lopen, richting de woning [adres 2] . (…) Ik zie vervolgens dat de 3 personen het erf van [adres 2] betreden en richting de voordeur lopen, ik zie dat het licht bij de voordeur aanspringt. Mij is bekend dat naast de voordeur zich het kantoortje bevindt, hier is men ook binnengekomen door een uitzetraam te verbreken. Ik zie dat de 3 personen bewegingen verrichten bij de voordeur/het kantoortje (…) Om 18:40 uur zie ik dat één van de ramen van het kantoortje heel licht beweegt, alsof hij iets naar voren komt. Ik zie nog steeds dat de personen bij de voordeur/het kantoortje staan en ergens mee bezig lijken te zijn. Om 18:41 zie ik dat datzelfde raam weer beweegt, alsof hij wordt opengeklapt (…) Om 18:42 uur zie ik (…) dat het raam van het kantoortje weer beweegt alsof hij opengeklapt wordt. Ik zie vervolgens dat er een wit silhouet in dit raam verdwijnt. Ik zie dat een persoon zich iets bukt bij het raam, ik zie vervolgens dat het raam weer beweegt, alsof het dichtgeklapt wordt. (…) Ik zie vervolgens dat enkele tellen later de verlichting op de bovenverdieping van de woning aan gaat, deze was uit. Ik zie dat er nog één persoon buiten bij de voordeur/het kantoortje staat. (…) Ik zie vervolgens dat er een wit silhouet uit het raam van het kantoortje lijkt te
komen, het lijkt alsof de silhouet/persoon ergens vanaf springt, mogelijk de vensterbank van het raam. Ik zie dat direct hierna het raam van het kantoortje weer beweegt alsof hij wordt dichtgeklapt. Ik zie vervolgens dat de 3 personen in versnelde pas weglopen (…);
5. Het proces-verbaal van bevindingen van 19 november 2022 (pagina’s 17 tot en met 24), voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als relaas van de verbalisant:
(…) Op (…) 18 november 2022, omstreeks 22.00 uur (…) Wij zagen ter hoogte van Apeldoorn een ANPR hit verschijnen op onderstaand voertuig: (…) Kenteken : [kenteken] (…)
Wij zagen in de hittekst staan dat het voertuig zou worden gebruikt door woninginbrekers.
Hierop besloten wij het voertuig op te doen en te controleren om te achterhalen wie er van het voertuig gebruik maakt. (…) Het leek alsof de bijrijder rechtsvoor spullen bij zijn geslachtsdeel aan het wegstoppen was. (…)
Bestuurder
[medeverdachte 1]
Geboren te: [geboortedatum 2] 1996 te [geboorteplaats 2]
Burgerservicenummer: [nummer 1] (…)
De Bijrijder rechtsvoor (…) en bleek te zijn:
Adil [medeverdachte 2]
Geboren te: [geboortedatum 3] 2002 te [geboorteplaats 3]
Burgerservicenummer: [nummer 2] (…)
IDENTIEITSFOUILLERING BIJRIJDERS LINKSACHTER (…) Uit de jaszak kwam nog een stapel eurobiljetten. (10 x 50 eurobiljet, 3 x 10 eurobiljet, 3 x 20 eurobiljet, 6x 5 eurobiljet) In totaal bleek dit 620 euro te zijn.
De bijrijder linksachter (…) gaf ons mondeling op te zijn:
[verdachte]
Geboren te: [geboortedatum 1] 1988 te [geboorteplaats 1] (Somalie)
(…) Ik (…) fouilleerde [medeverdachte 1] . Ik trof bij hem van in zijn jaszak een paar handschoenen aan.
(…) Ik (…) voelde bij [medeverdachte 2] in zijn liesstreek aangezien daar een grote bobbel zichtbaar was. (…) Ik voelde een aantal grote platte ronde voorwerpen aan de onderzijde van de bobbel zitten. (…) Hierop heb ik (…) [medeverdachte 2] gecontroleerd naar de grond gebracht (…) Ik duwde een hard rond plat de bovenzijde van zijn broek. Ik zag dat dit een zilveren 10 gulden munt betrof. Aangezien het voertuig in het systeem naar voren kwam met betrekking tot het feit dat de inzittenden zich mogelijk bezig hielden met woninginbraken, het ons bekend is dat dit soort munten van waarde zijn en de inzittenden direct begonnen te rennen bij aantreffen,
besloten wij de inzittenden aan te houden voor heling. (…) Ik (…) duwde alle goederen op de locatie van de bobbel bij [medeverdachte 2] naar boven uit zijn broek om deze veilig te stellen. Hieruit kwamen de volgende goederen naar voren:
- Zwarte Kleenguard handschoenen met een paarse rand. (…)
- Goudkleurige armband met 4 oranje rode steentjes. (…)
- 2x een zwarte bivakmuts (…)
- Goudkleurige ketting met roze steen. (…)
- Goudkleurige ketting met bloemetjes hanger (…)
- Goudkleurige ring (…)
- 1 goudkleurige oorbel met zwart steentje (…)
- 1 gouden broche met zwart steentje (…)
- 6 zilveren tien euro munten, met daarop koningin Beatrix. (…)
- Goudkleurige ring met ingegraveerde gegevens: " [inscriptie] " (…)
- In linkerzak van vest van [medeverdachte 2] werd geld aangetroffen. Dit bleek te zijn: 2x 50 eurobiljet, lx 20 eurobiljet, 2x 5 eurobiljet totaal 130 euro. (…)
Ik (…) trof bij [medeverdachte 1] de volgende goederen aan:
- Rechterjaszak 2x zilveren tientjes euromunten, met koningin Beatrix erop. (…)
- Geld aangetroffen in jaszak. lx 50 euro, 2x 20 eurobiljet en lx 5 eurobiljet.

Totaal 95 euro.

Door ons (…) werden in het voertuig de volgende goederen aangetroffen en inbeslaggenomen: (…)
- Onder de pet lagen in de zak achter de bestuurdersstoel 2 zilveren 10 euro munten

uit 2005 met daarop koningin Beatrix. (…)

- Op de bijrijdersstoel rechtsvoor lag een klein diamantje. (…)
- In het middenconsole lag een grote hoeveelheid muntgeld. 199x 50 eurocent, 2x 20

eurocent, 35x 2 euro, 13x 1 euro. 182,90 euro. (…);

6. Het proces-verbaal van bevindingen van 19 november 2022 (pagina 49), voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als relaas van de verbalisant:

(…) het kenteken van het voertuig [kenteken] in de ANPR (…) Het voertuig is richting het oosten gereden en is voorbij Azelo naar het oosten gereden om 16:53 uur. Hierna komt het voertuig weer terug om 21:23 uur. (…) Hierop zag ik dat er een woninginbraak had plaatsgevonden tussen 16:20 en 18:30 uur aan [adres 1] in Hengelo (…) Dit betrof binnen de tijd dat het voertuig (…) in het oosten is geweest. Hierop hoorde ik dat er om 20:53 uur een melding binnen was gekomen van een inbraak aan [adres 2] in Hengelo (…) Gezien de geschiedenis in de ANPR en de tijd dat dit voertuig in het oosten is geweest zou dit goed met elkaar overeen komen. (…);

7. Het proces-verbaal van de terechtzitting van 26 mei 2023, voor zover inhoudende de bekennende verklaring van [verdachte] , zakelijk weergegeven:

(…) Ik ben bij één huis geweest en ik ben ook binnen geweest. Dit was een hoekhuis. (…) Ik heb ingebroken en ik ben weer weggegaan. (…) Ik heb 50 eurocentmunten meegenomen. Dus alleen contant geld. Het klopt dat de eurocentmunten die zijn aangetroffen uit [adres 2] afkomstig zijn. (…) Ik ben via het kozijn aan de voorkant van de woning binnen gekomen. Dit kozijn was opengebroken, maar ik kan mij niet herinneren hoe dat is gegaan (…) Ik verblijf bij mijn broer in Ede. (…);

8. Het proces-verbaal van de in het openbaar gehouden terechtzitting in de zaak tegen medeverdachte [medeverdachte 2] op 28 februari 2023 (welk proces-verbaal in het dossier van verdachte is gevoegd), voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van die medeverdachte:

(…) De verdachte verklaart, zakelijk weergegeven, dat hij op 18 november 2022 betrokken is geweest bij de woninginbraak aan [adres 1] in Hengelo. Hij heeft sieraden uit de woning weggenomen en die sieraden had hij op moment dat hij werd aangehouden bij zich. Bij de andere twee woningen aan [adres 2] en [adres 3] is hij niet binnen geweest. (…) Bij één woninginbraak (…) heeft hij op de uitkijk gestaan. (…).