ECLI:NL:RBOVE:2023:2010

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
17 mei 2023
Publicatiedatum
2 juni 2023
Zaaknummer
08/160004-22, 08/066158-22 en 08/148592-22 (gev. ttz) (P)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een 17-jarige jongen voor bedreiging, diefstal en afpersing

Op 17 mei 2023 heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 17-jarige jongen, die werd beschuldigd van bedreiging, diefstal en afpersing. De rechtbank heeft de jongen veroordeeld tot een taakstraf van 120 uren, waarvan 60 uren voorwaardelijk, en een leerstraf van 30 uren, met een proeftijd van 2 jaar. De jongen moet ook een schadevergoeding van 835 euro betalen aan de slachtoffers.

De zaak kwam voort uit meerdere incidenten waarbij de verdachte bedreigingen uitte aan het adres van [slachtoffer 2] via Snapchat. De bedreigingen omvatten onder andere eisen tot betaling van geldbedragen, met dreigementen van geweld. De verdachte heeft ook samen met anderen een scooter gestolen die toebehoorde aan [slachtoffer 1]. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan medeplegen van diefstal, afpersing en bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht.

Tijdens de zittingen op 6 februari, 7 april en 3 mei 2023 heeft de rechtbank de verklaringen van de officier van justitie, de verdachte en zijn raadsvrouw gehoord. De rechtbank oordeelde dat er voldoende bewijs was voor de tenlastegelegde feiten. De verdachte heeft een rol gespeeld in de diefstal van de scooter en heeft [slachtoffer 2] herhaaldelijk bedreigd, wat leidde tot angst en onveiligheid bij het slachtoffer. De rechtbank heeft bij de strafoplegging rekening gehouden met de ernst van de feiten en de impact op de slachtoffers, evenals met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Familie en Jeugd
Meervoudige kamer
Zittingsplaats Almelo
Parketnummers: 08/160004-22, 08/066158-22 en 08/148592-22 (gev. ttz) (P)
Datum vonnis: 17 mei 2023
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 2006 in [geboorteplaats] ,
wonende aan [woonplaats] .

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen met gesloten deuren van 6 februari 2023, 7 april 2023 en 3 mei 2023.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie
mr. C.P. Dronkers en van wat door verdachte en zijn raadsvrouw mr. P.W.E. Hoezen, advocaat in Winterswijk, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
Parketnummer: 08/160004-22
Al dan niet samen met een ander of anderen, een scooter toebehorende aan [slachtoffer 1] heeft gestolen, dan wel daaraan medeplichtig is geweest.
Parketnummer: 08/066158-22
feit 1:zich schuldig heeft gemaakt aan afpersing van [slachtoffer 2]
feit 2:zich al dan niet samen met een ander of anderen schuldig heeft gemaakt een poging tot diefstal met geweld en/of afpersing van [slachtoffer 2] , dan wel hij die [slachtoffer 2] heeft bedreigd.
feit 3:[slachtoffer 2] heeft bedreigd.
Parketnummer: 08/148592-22
[slachtoffer 2] heeft bedreigd.
Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:
Parketnummer: 08/160004-22
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 14-03-2022 t/m 15-03-2022 te Hengelo, gemeente Hengelo (O) tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een scooter, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 1] , in elk
geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou
kunnen leiden:
[medeverdachte 1] en/of een of meer andere(n) op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 14-03-2022 t/m 15-03-2022 te Hengelo, gemeente Hengelo (O) tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen een scooter, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 1] , in elk geval aan een ander dan aan die [medeverdachte 1] en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 14-03-2022 t/m 15-03-2022 te Hengelo, gemeente Hengelo (O) opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid,
middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, door op de uitkijk te staan;
Parketnummer: 08/066158-22
1.
hij op een of meer tijdstippen op of omstreeks de periode van 1 oktober 2021 tot en met
3 december 2021 te Hengelo, gemeente Hengelo (O), althans in Nederland, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 2] heeft gedwongen tot de afgifte van een of meer geldbedragen, in elk geval
enig geldbedrag, dat/die geheel of ten dele aan die [slachtoffer 2] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte, toebehoorde, door met dat opzet - zakelijk weergegeven
- die [slachtoffer 2] (via Snapchat en/of een of meer spraakberichten) dreigend toe te voegen:
- dat die [slachtoffer 2] moet betalen en/of dat die [slachtoffer 2] anders door een paar mensen gepakt zou worden en/of
- dat die [slachtoffer 2] nu 20 euro (in plaats van 5 euro) moet betalen en/of
- " morgen [bijnaam 1] 50 euro, nu" en/of
- " mattie jij hoeft helemaal niks te weten van mij broer als jij morgen niet bij KANKER [bijnaam 1] bent met mijn KANKERgeld mattie ga je KANKER zien wat er met jou gaat gebeuren ik ga jouw KANKER ouders laten huilen broer", althans woorden/tekst van gelijke dreigende aard en/of strekking en/of
(ten gevolge waarvan die [slachtoffer 2] over is gegaan tot afgifte van 20 euro);
2.
hij op een of meer tijdstippen op of omstreeks de periode van 4 december 2021 tot en met
17 februari 2022 te Hengelo, gemeente Hengelo (O), althans in Nederland (telkens)
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld
[slachtoffer 2] te dwingen tot de afgifte van een of meer geldbedragen, in elk geval enig
geldbedrag, dat/die geheel of ten dele aan die [slachtoffer 2] , in elk geval aan een ander dan
aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n)
met dat opzet - zakelijk weergegeven -
- die [slachtoffer 2] (dreigend) heeft toegevoegd dat hij, verdachte, die [slachtoffer 2] gaat slaan
en/of pakken en/of neersteken en/of
- die [slachtoffer 2] heeft toegevoegd dat die [slachtoffer 2] 50 euro moet betalen en/of
- die [slachtoffer 2] (via Snapchat) heeft toegevoegd dat hij, verdachte, die [slachtoffer 2] anders op
komt zoeken en/of
- die [slachtoffer 2] op te zoeken in het centrum van Hengelo (na een telefoontje van medeverdachte [medeverdachte 2] ), terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou
kunnen leiden:
hij op een of meer tijdstippen op of omstreeks de periode van 4 december 2021 tot en met
17 februari 2022 te Hengelo, gemeente Hengelo (O), althans in Nederland, [slachtoffer 2] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling en/of
verkrachting, door die [slachtoffer 2] dreigend (via Snapchat) toe te voegen - zakelijk weergegeven dat hij, verdachte,
- die [slachtoffer 2] gaat slaan en/of pakken en/of neersteken en/of
- die [slachtoffer 2] anders op komt zoeken en/of
- die [slachtoffer 2] hoogstpersoonlijk gaat neuken,
althans woorden/tekst van gelijke dreigende aard en/of strekking;
3.
hij op of omstreeks 13 maart 2022 te Hengelo, gemeente Hengelo (O), althans in Nederland,
[slachtoffer 2] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door die [slachtoffer 2] (via Snapchat) de woorden/tekst te sturen en/of toe te voegen:
"enigste wat jij binnenkort moet betalen is jou kanker begraafplaats, begrafenis", althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking.
Parketnummer: 08/148592-22
hij op of omstreeks 13 juni 2022 te Hengelo, gemeente Hengelo (O) [slachtoffer 2] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door die [slachtoffer 2] dreigend de woorden toe te voegen "dit wordt jouw dood", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking.

3.De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.De bewijsmotivering

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de onder parketnummer 08/148592-22 tenlastegelegde bedreiging, de onder parketnummer 08/160004-22 subsidiair ten laste gelegde medeplichtigheid aan diefstal van een scooter en de onder parketnummer 08/066158-22 onder respectievelijk 1, 2 primair en 3 tenlastegelegde afpersing, poging tot afpersing in vereniging en bedreiging van [slachtoffer 2] wettig en overtuigend bewezen kan worden verklaard.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw van verdachte heeft zich op het standpunt gesteld dat er onvoldoende overtuigend bewijs is dat verdacht zich schuldig heeft gemaakt aan afpersing, poging tot afpersing in vereniging en/of diefstal met geweld dan wel bedreiging van [slachtoffer 2] .
Hij moet daarom integraal worden vrijgesproken van het onder parketnummer 08/066158-22 en het onder 08/148592-22 tenlastegelegde. Wel kan wettig en overtuigend bewezen worden verklaard dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan medeplichtigheid aan diefstal van een scooter, zoals onder parketnummer 08/160004-22 subsidiair ten laste is gelegd.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
Parketnummer: 08/160004-22
De rechtbank is van oordeel dat wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte het onder primair tenlastegelegde feit heeft begaan.
De rechtbank overweegt daartoe het volgende.
De rechtbank dient de vraag te beantwoorden of verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan diefstal van een scooter of daaraan medeplichtig is geweest. De rechtbank stelt voorop dat medeplegen bewezen kan worden verklaard indien is komen vast te staan dat sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking.
Op 2 april 2022 heeft aangever [slachtoffer 1] aangifte gedaan van diefstal van zijn scooter, alsmede een Apple Airtag die hij in de scooter bewaarde. Aangever had zijn scooter in zijn tuin aan de [adres 1] in Hengelo staan. Via de beveiligingscamera in zijn woning ontdekt hij dat de scooter op 15 maart 2022 is gestolen.
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat via Telegram geld werd geboden voor een scooter. Hij en [naam 1] zouden geld krijgen voor het geval ze ergens een scooter wisten te staan. Verdachte heeft toen [medeverdachte 1] benaderd die hem heeft getipt over zijn buurman. Verdachte heeft de jongens die geld boden vervolgens de locatie doorgegeven en de scooter gefilmd. Hij wist dat deze jongens de scooter of onderdelen daarvan wilden stelen. Volgens verdachte heeft hij zijn telefoon meegegeven aan die jongens omdat [medeverdachte 1] in zijn telefoon stond. Later heeft hij de telefoon teruggekregen en het geld voor de tip ontvangen. Naar het oordeel van de rechtbank is dat wat verdachte ter terechtzitting over zijn rol heeft verklaard dusdanig substantieel dat alleen dit al als medeplegen van diefstal kan worden gekwalificeerd. Uit zijn verklaringen volgt dat verdachte de diefstal mede heeft georganiseerd.
Uit de bewijsmiddelen komt verder naar voren dat er rondom de datum van het verdwijnen van de scooter via Snapchat er veelvuldig contact plaatsvindt tussen verdachte, [medeverdachte 1] en [naam 1] . Op de telefoon van verdachte is door de politie een filmpje geopend, waarna er
6 filmpjes in de app Snapchat tevoorschijn komen. Boven in het scherm is de naam [medeverdachte 1] te zien. Er is een jongen te zien die voor een tuin van een woning staat. Op 15 maart 2022, stuurt [medeverdachte 1] verdachte een bericht en vraagt hem: ‘ [verdachte] , luister dan, je moet die scooter heel snel doen er is iemand thuis bij me buurman’. [verdachte] bevestigt tegenover [medeverdachte 1] dat hij ‘vanavond’ gaat. Ook wordt er onderling gesproken over een slotentrekker en een ratel die nodig is en zegt verdachte tegen [medeverdachte 1] dat hij niet alleen gaat maar met [naam 1] . De rechtbank leidt hieruit af dat de betrokkenheid van verdachte bij de diefstal niet ophield bij het enkel geven van een tip, maar hij ook daarna samen met [medeverdachte 1] en [naam 1] , betrokken was bij de diefstal van de scooter. Dit wordt versterkt door het feit dat de telefoon van verdachte tussen 14 en 16 maart 2022 veel op en rondom de [adres 1] in Hengelo is gelokaliseerd. Het valt ook op dat de telefoon van verdachte zowel op 15 als op 16 maart 2022 tussen 00.00 uur en 01.00 uur in de [adres 1] is geweest waar de scooter bij eigenaar [slachtoffer 1] in de tuin geparkeerd stond. Dat verdachte zijn telefoon heeft meegegeven aan de jongens die hij getipt heeft, acht de rechtbank niet geloofwaardig. Verdachte had immers ook simpelweg de gegevens van [medeverdachte 1] aan de jongens kunnen geven. De rechtbank gaat er daarom van uit dat de telefoon bij verdachte is geweest.
Gelet op de verklaring van verdachte ter terechtzitting, in samenhang bezien met de aangifte en de gesprekken tussen verdachte, [medeverdachte 1] en [naam 1] , is naar het oordeel van de rechtbank sprake geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte, [medeverdachte 1] en [naam 1] , waarmee sprake is van medeplegen van diefstal.
Op grond van het voorgaande acht de rechtbank het onder parketnummer 08/160004-22 onder primair tenlastegelegde medeplegen van diefstal wettig en overtuigend bewezen.
Parketnummer: 08/066158-22
De rechtbank is van oordeel dat wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte de onder 1, 2 primair en onder 3 tenlastegelegde feiten heeft begaan. De rechtbank overweegt daartoe het volgende.
Aangever [slachtoffer 2] heeft op 5 maart 2022 samen met zijn begeleider van de [stichting naam] aangifte gedaan van afpersing en bedreiging door [medeverdachte 2] en verdachte [verdachte] . Aangever heeft al eerder, in januari 2022 met de wijkagent hierover gesproken, maar heeft toen geen aangifte gedaan. Omdat de bedreigingen door bleven gaan, doet hij dat nu wel. Aangever verklaart dat hij bang is voor deze jongens en hun groep en daarom niet meer alleen naar buiten gaat . Aangever had op de pof wiet gekocht bij verdachte en toen hij niet gelijk kon betalen, werd hij door verdachte bedreigd.
De bedreigingen vonden plaats via Snapchat, waarvan aangever een paar schermopnames en een spraakopname heeft gemaakt. Verdachte zegt daarin onder andere dat als aangever niet naar [bijnaam 1] komt hij aangevers moeder gaat laten huilen. Aangever moest betalen anders zou hij door een paar mensen gepakt worden. Hij moest toen in plaats van 5 euro ook al 20 euro betalen. Aangever heeft later nog wel 20 euro betaald aan aangever. Hij deed dit door op
3 december 2021 de nieuwe kleren die hij van zijn moeder had gekregen, voor een deel weer terug te brengen en van het geldbedrag dat hij retour kreeg 20 euro aan verdachte te betalen. Aangever had zijn moeder om het bonnetje van de aankoop gevraagd, hetgeen door zijn moeder is bevestigd. De rechtbank ziet, anders dan de raadsvrouw, daarom geen enkele aanleiding om te twijfelen aan de verklaring van aangever. Ook acht de rechtbank, anders dan de raadsvrouw, totaal irrelevant wat aangever heeft gedaan met de rest van het geld dat hij retour heeft ontvangen vanwege het terugbrengen van de kleding. De rechtbank acht daarmee wettig en overtuigend bewezen wat aan verdachte onder 1 ten laste is gelegd.
Volgens aangever is hij ook na 3 december 2021 nog door verdachte lastiggevallen. Aangever was per die datum gestopt met het kopen van wiet bij verdachte, maar het contact met verdachte ging wel door. Volgens aangever dreigde verdachte hem ook te slaan of te pakken omdat hij te laat betaald had. Daarom moest hij nog 50 euro betalen aan hem. Ook zei verdachte dat hij aangever zou neersteken. Op 17 februari 2022 kwam aangever [medeverdachte 2] tegen. [medeverdachte 2] floot naar aangever en maakte een gebaar naar aangever dat hij moest komen. Bij [medeverdachte 2] stonden nog twee andere jongens, [medeverdachte 3] en [verdachte] . Aangever liep toen naar hen toe. [medeverdachte 2] zei tegen aangever dat hij verdachte moest betalen en dat hij verdachte wel even ging bellen. [medeverdachte 2] neemt vervolgens contact op met verdachte. Aangever hoorde dat [medeverdachte 2] vroeg of aangever al betaald had. Verdachte vertelt dat [medeverdachte 2] over de telefoon zei dat aangever er is en hem het geld zou terugbetalen. Verdachte is vervolgens die kant opgegaan. [medeverdachte 2] zei ondertussen tegen aangever dat als hij geen geld had verdachte eraan zou komen. [medeverdachte 2] zei toen: “als je nu geen geld geeft, moeten we andere maatregelen nemen. Wil je dat wat met [naam 2] gebeurd is, ook met jou gaat gebeuren?” Aangever wist dat [medeverdachte 2] en zijn vrienden [naam 2] in elkaar hebben geslagen en was bang dat [medeverdachte 2] en verdachte hem ook in elkaar zouden slaan. Volgens verdachte was het wel rechtvaardig dat aangever moest betalen, het was of betalen of klappen krijgen. [medeverdachte 2] noemde in eerste instantie een bedrag van 15 euro, maar later werd dat 20 euro. Aangever raakte in paniek en appte zijn moeder dat hij geld moest hebben. Zijn moeder berichtte hem echter dat zij dit niet ging doen. Omdat zijn moeder had gezegd dat aangever de politie moest bellen, heeft aangever tegen [medeverdachte 2] gezegd dat hij naar zijn baas zou gaan om een voorschot te vragen op zijn loon. [naam 3] stond erbij en [medeverdachte 2] vroeg haar wat zij ervan vond dat aangever al vijf maanden niet betaald had. Aangever had haar verteld dat hij al het geld aan [medeverdachte 2] had terugbetaald maar dat ze telkens meer geld wilden hebben van aangever. Volgens [naam 3] waren [medeverdachte 2] en zijn vrienden ten opzichte van [slachtoffer 2] opdringerig met het geld. Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij en aangever eerder een conflict hadden op school. Daarna heeft hij aangever benaderd via Snapchat. Volgens verdachte heeft hij: ‘wel eerst gedreigd en bood aangever toen geld aan’.
De rechtbank komt ook tot bewezenverklaring van het onder 3 ten laste gelegde feit, waarbij de rechtbank - nu verdachte dit feit heeft bekend en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit - conform artikel 359, derde lid, laatste volzin van het Wetboek van Strafvordering (Sv), zal volstaan met een opsomming van de bewijsmiddelen. [1]
  • Proces-verbaal van bevindingen van 14 maart 2022 (pagina 279-280), voor zover inhoudende, het relaas van de verbalisant.
  • De bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting van 7 april 2023.
Parketnummer: 08/148592-22
De rechtbank is van oordeel dat wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte het onder parketnummer 08/148592-22 tenlastegelegde feit heeft begaan.
De rechtbank stelt voorop dat voor een veroordeling ter zake van bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht dan wel met zware mishandeling is vereist dat de bedreigde daadwerkelijk op de hoogte is geraakt van de bedreiging en de bedreiging van dien aard is en onder zodanige omstandigheden is geschied dat bij de bedreigde in redelijkheid de vrees kon ontstaan dat hij het leven zou kunnen verliezen dan wel zwaar lichamelijk letsel zou kunnen oplopen en dat het opzet van de verdachte daarop was gericht.
De rechtbank stelt op basis van de inhoud van het dossier en van wat ter terechtzitting is besproken de volgende feiten en omstandigheden vast.
Op maandag 13 juni 2022 was aangever [slachtoffer 2] (hierna: aangever) samen met zijn moeder bij [zorginstelling] in Hengelo (O). Hij zag dat verdachte [verdachte] (hierna: verdachte) naar hem toe kwam lopen, langs hem heen liep, zich omdraaide en hem aankeek en zei: “Jij bent [slachtoffer 2] toch? Hierop antwoordde aangever bevestigend. Volgens aangever liep verdachte toen meer naar aangever toe en zei: ‘dit wordt jouw dood’. Aangever was bang dat verdachte het zou gaan waarmaken en de bedreiging zou uitvoeren. Aangever is in het verleden ook al eens telefonisch bedreigd door verdachte. Verdachte heeft ter terechtzitting bevestigd dat het klopt dat hij [slachtoffer 2] daar tegenkwam. Volgens verdachte was hij boos op aangever en kan hij wel begrijpen dat aangever bang voor hem werd. De moeder van aangever stond naast hem toen dit gebeurde. Zij verklaart dat zij zag dat een jongen zich naar aangever omdraaide en tegen hem zei: ‘jij bent [slachtoffer 2] hè?’ Omdat zij zag dat aangever verstijfde, vroeg zij hem wie dit was. Zij hoorde aangever zeggen: ‘ [verdachte] ’.
De moeder van aangever kende [verdachte] van naam, door de verhalen van aangever. Zij zag dat verdachte aangever aankeek en tegen hem zei: ‘Brother, dit wordt jouw dood’. Zij zag aan aangever dat hij doodsbang was. Aangever was onrustig en aan het trillen, ook daarna tijdens het gesprek bij PMT. Toen ze weg wilden gaan en moeder met aangever weer bij de lift stond, kwam verdachte met zijn klas voorbij lopen en zei hij op zachte, sneaky toon tegen aangever: ‘Hoerenkind, wat ben jij aan het trillen’. [getuige 1] , een klasgenoot van verdachte die als getuige is gehoord, heeft verklaard dat hij verdachte heeft weggetrokken en gezegd heeft: ‘ [verdachte] , dit is dom, onderneem deze actie nou niet’. Volgens aangever is inmiddels geregeld dat school hem met een busje brengt en haalt. Aangever durft niet meer over straat omdat hij bang is dat hij verdachte en zijn vrienden tegenkomt voor of na school en er iets ergs gaat gebeuren. Hij vindt het spannend om aangifte te doen omdat hij bang is dat verdachte hem hierover gaat aanspreken.
De rechtbank is op grond hiervan van oordeel dat de aard van de ten laste gelegde uitlatingen van de verdachte in de gegeven omstandigheden een bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht van [slachtoffer 2] opleveren. In de omstandigheden speelt een rol dat verdachte voor aangever geen onbekende was, gelet op de bedreigingen die verdachte eerder dat jaar had geuit.
Anders dan de raadsvrouw heeft de rechtbank, mede op basis van de verklaring van getuige [getuige 1] en niet in de laatste plaats de verklaring van verdachte zelf ter terechtzitting: ‘dat hij zich wel kan voorstellen dat aangever bang voor hem werd’, wel degelijk de overtuiging dat de verdachte aangever met de dood heeft bedreigd.
De rechtbank komt daarmee tot een bewezenverklaring van het onder parketnummer 08/148592-22 ten laste gelegde.
4.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de hiervoor opgegeven bewijsmiddelen en de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat:
Parketnummer: 08/148592-22
hij op 13 juni 2022 te Hengelo (O) [slachtoffer 2] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, door die [slachtoffer 2] dreigend de woorden toe te voegen "dit wordt jouw dood".
Parketnummer: 08/160004-22
primair
hij op tijdstippen in de periode van 14-03-2022 t/m 15-03-2022 te Hengelo (O) tezamen en in vereniging met anderen, een scooter, die aan [slachtoffer 1] toebehoorde heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.
Parketnummer: 08/066158-22
1.
hij in de periode van 1 oktober 2021 tot en met 3 december 2021 te Hengelo (O), met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen door bedreiging met geweld [slachtoffer 2] heeft gedwongen tot de afgifte van een of meer geldbedragen, die geheel aan die [slachtoffer 2] toebehoorde, door met dat opzet - zakelijk weergegeven
- die [slachtoffer 2] via Snapchat en/of een of meer spraakberichten dreigend toe te voegen:
- dat die [slachtoffer 2] moet betalen en dat die [slachtoffer 2] anders door een paar mensen gepakt zou worden en
- dat die [slachtoffer 2] nu 20 euro in plaats van 5 euro moet betalen en
- " morgen [bijnaam 1] 50 euro, nu" en
- " mattie jij hoeft helemaal niks te weten van mij broer als jij morgen niet bij KANKER [bijnaam 1] bent met mijn KANKERgeld mattie ga je KANKER zien wat er met jou gaat gebeuren ik ga jouw KANKER ouders laten huilen broer” ten gevolge waarvan die [slachtoffer 2] over is gegaan tot afgifte van 20 euro.
2 primair.
hij in de periode van 4 december 2021 tot en met 17 februari 2022 te Hengelo (O), tezamen en in vereniging met een, ter uitvoering van het door verdachte en zijn mededader voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen door bedreiging met geweld [slachtoffer 2] te dwingen tot de afgifte van enig geldbedrag, dat geheel aan die [slachtoffer 2] , toebehoorde met dat opzet - zakelijk weergegeven -
- die [slachtoffer 2] dreigend heeft toegevoegd dat hij, verdachte, die [slachtoffer 2] gaat slaan en/of pakken en/of neersteken en
- die [slachtoffer 2] heeft toegevoegd dat die [slachtoffer 2] 50 euro moet betalen en
- die [slachtoffer 2] via Snapchat heeft toegevoegd dat hij, verdachte, die [slachtoffer 2] anders op komt zoeken en
- die [slachtoffer 2] op te zoeken in het centrum van Hengelo na een telefoontje van medeverdachte [medeverdachte 2] , terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
3.
hij op 13 maart 2022 te Hengelo (O), [slachtoffer 2] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, door die [slachtoffer 2] via Snapchat de tekst te sturen: "enigste wat jij binnenkort moet betalen is jou kanker begraafplaats, begrafenis".
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten zijn verbeterd in de bewezenverklaring. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

5.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld in de artikelen 45, 47, 285, 310, 311, 312 en 317 van het Wetboek van Strafrecht (Sr). Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op:
Parketnummer: 08/148592-22
het misdrijf: bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht.
Parketnummer: 08/160004-22
primair
het misdrijf: medeplegen van diefstal
Parketnummer: 08/066158-22
feit 1:
het misdrijf: afpersing.
feit 2 primair
het misdrijf: poging tot afpersing door twee of meer verenigde personen.
feit 3
het misdrijf: bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht.

6.De strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor de bewezenverklaarde feiten.

7.De op te leggen straf of maatregel

7.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte zal worden veroordeeld tot een taakstraf, te weten de werkstraf voor de duur van 120 uren, bij niet verrichten te vervangen door 60 dagen jeugddetentie, waarvan 60 uren, subsidiair 30 dagen jeugddetentie voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar met daaraan verbonden de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de Raad voor de Kinderbescherming met aftrek van voorarrest, alsmede een leerstraf Tools4U verlengd voor de duur van 30 uren, bij niet verrichten te vervangen door 15 dagen jeugddetentie. De officier ziet geen aanleiding om een contactverbod te vragen omdat hij ervan uitgaat dat het verdachte na de zitting wel duidelijk is dat hij op geen enkele wijze contact mag zoeken met slachtoffer [slachtoffer 2] .
7.2
Het standpunt van de verdediging
Volgens de verdediging kan uitsluitend het onder parketnummer 08/160004-22 onder subsidiair ten laste gelegde medeplichtigheid aan poging tot diefstal en de onder 08/066158-22 onder 3 tenlastegelegde bedreiging wettig en overtuigend bewezen worden verklaard. Nu verdachte volgens de verdediging moet worden vrijgesproken van de overige verdenkingen, dient de geëiste taakstraf, bestaande uit een werkstraf te worden gematigd. Er is geen ruimte meer voor een onvoorwaardelijke werkstraf, enkel een voorwaardelijke. De leerstraf Tools4U verlengd voor de duur van 30 uren wordt passend geacht. Ook vindt de raadsvrouw begeleiding en toezicht door de jeugdreclassering van belang en refereert zich aan het oordeel van de rechtbank voor de duur daarvan, te weten één of twee jaar. De verdediging acht geen gronden aanwezig voor een contactverbod met [slachtoffer 2] .
7.3
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoon van verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De rechtbank acht daarbij in het bijzonder het volgende van belang.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan meerdere strafbare feiten.
Hij heeft zich - samen met een of meer medeverdachten - schuldig gemaakt aan diefstal van een scooter en aan een poging tot afpersing van [slachtoffer 2] . Hij heeft zich daarnaast ook
- zelfstandig - schuldig gemaakt aan een tweetal bedreigingen en afpersing van [slachtoffer 2] . Niet alleen heeft verdachte hiermee aangetoond geen respect te hebben voor de eigendommen van anderen, door zijn acties is het slachtoffer dat gedurende langere tijd bedreigd en afgeperst werd, heel erg bang geweest. Het slachtoffer voelde zich zo bedreigd dat hij geld heeft betaald aan verdachte en dacht dat verdachte dan zou stoppen. Maar verdachte ging door. Negen maanden lang had hij het slachtoffer in zijn greep. Aangever was zo bang voor verdachte dat hij pas na enige tijd met ondersteuning van zijn begeleider van de [stichting naam] aangifte wilde doen. Duidelijk is dat verdachte het slachtoffer vanwege zijn grote kwetsbaarheid heeft uitgekozen, en daarmee voor verdachte een gemakkelijke prooi was. Het hele gebeuren heeft een grote impact gehad op het slachtoffer en ook op zijn naaste omgeving. Verdachte heeft hier op geen enkele wijze rekening mee gehouden wat maakt dat dit bijzonder kwalijke en misselijk makende feiten zijn.
De persoon van verdachte
Ter beantwoording van de vraag op welke wijze de onderhavige zaken precies moeten worden afgedaan, heeft de rechtbank ook gekeken naar de persoon van verdachte en hetgeen de deskundigen hierover adviseren.
De Raad voor de Kinderbescherming heeft op 30 maart 2023 een rapportage over de inmiddels 17-jarige verdachte uitgebracht. [verdachte] is in het verleden eenmalig met Halt in contact gekomen vanwege een mishandeling. Hij heeft de Haltstraf positief afgerond.
Naar aanleiding van de voorliggende feiten is [verdachte] het afgelopen jaar door de jeugdreclassering begeleid en dit is goed verlopen. [verdachte] heeft zes maanden het BASTA-traject gevolgd tot januari 2022. Ook is een aantal maanden Kind en Gezin betrokken geweest vanwege de scheidingssituatie van ouders en de stress die dat met zich meebracht voor [verdachte] . [verdachte] vindt het nog steeds wat lastig om elke week heen en weer te moeten verhuizen. Hij voetbalt twee keer per week en speelt op zaterdag een wedstrijd. Ook heeft hij gedurende 3 dagen per week een baantje. Met het geld dat hij verdient spaart hij voor zijn rijbewijs. Ook heeft [verdachte] inmiddels een vriendin. Wel heeft de Raad zorgen over school. [verdachte] komt vaak te laat en heeft zijn spullen niet voor elkaar. Hij staat er qua prestaties niet goed voor, Leerplicht is hiervan op de hoogte. Ook was er een conflict tussen [verdachte] en een docent. Wat betreft zijn agressieregulatie is [verdachte] volgens de jeugdreclassering rustiger geworden, maar heeft hij dit nog niet volledig onder controle. [verdachte] is rustiger omdat het thuis rustiger is geworden, hij is op het Fundament in een kleinere klas geplaatst waardoor hij minder prikkels ervaart, hij ouder is geworden en afstand heeft genomen van de jongens die een slechte invloed op hem hadden. Jeugdreclassering acht toezicht en begeleiding nog wel noodzakelijk om zich te krijgen op de zorgen die er zijn op het gebied van school en zijn agressieregulatie. [verdachte] heeft ook zelf aangegeven dat hij impulsief is en niet nadenkt over mogelijke gevolgen van zijn gedrag.
Uit de rapportage komt naar voren dat de Raad een taakstraf, in de vorm van een werkstraf, alsmede de leerstraf Tools4U het meest passend vindt. Gezien de ernst en hoeveelheid van de delicten en als extra stok achter de deur vindt de Raad dat de werkstraf voorwaardelijk moet worden opgelegd, met daaraan verbonden een aantal bijzondere voorwaarden, waaronder het meewerken aan noodzakelijk geachte ondersteuning of verwijzing naar andere hulpverleningsinstanties en het meewerken aan een zinvolle dagbesteding, school of werk, waarbij de jeugdreclassering bepaalt wat zinvol is.
Tijdens de mondelinge behandeling heeft de Raad gepersisteerd bij het advies.
De rechtbank houdt er rekening mee dat verdachte volgens een verdachte betreffend Uittreksel Justitiële Documentatie van 20 februari 2023 waaruit blijkt dat verdachte een tot dusverre blanco strafblad heeft.
Strafmodaliteit en de hoogte daarvan
De rechtbank stelt voorop dat diefstal van een scooter en in het bijzonder het gedurende langere tijd afpersen en bedreigen van een kwetsbaar slachtoffer in beginsel streng moet worden bestraft.
Gelet op het pedagogisch karakter van het jeugdstrafrecht staan, naast vergelding en genoegdoening voor een slachtoffer, ook de belangen van een minderjarige verdachte centraal bij de afweging welke straf en/of maatregel aan die verdachte moet worden opgelegd.
De rechtbank houdt er rekening mee dat verdachte niet eerder is veroordeeld, de omstandigheid dat de feiten reeds geruime tijd geleden zijn gepleegd en met de positieve ontwikkeling die verdachte sindsdien heeft doorgemaakt. Dit betekent echter niet dat geen straf meer hoeft worden opgelegd.
Gelet op de ernst van de feiten, met name de impact van de afpersing en bedreiging op slachtoffer [slachtoffer 2] , acht de rechtbank oplegging van een taakstraf, te weten de werkstraf van 120 uren, subsidiair 60 dagen vervangende jeugddetentie, waarvan 60 uren, subsidiair 30 dagen jeugddetentie voorwaardelijk, met aftrek van voorarrest, passend en geboden. De rechtbank zal aan de voorwaardelijke werkstraf de voorwaarden verbinden zoals door de Raad voor de Kinderbescherming geadviseerd en hieronder opgenomen. De proeftijd wordt bepaald op twee jaar. Verdachte heeft laten zien zich goed aan de schorsingsvoorwaarden te houden en heeft met hulp van zijn ouders zijn leven nu goed op orde. De kans op herhaling wordt door de Raad ingeschat als heel laag. Wel moet verdachte nog werken aan het feit dat hij snel boos en geïrriteerd kan zijn omdat dit kan leiden tot impulsief gedrag waardoor hij niet nadenkt over mogelijke gevolgen van zijn gedrag. De rechtbank zal daarome ook een taakstraf, te weten de leerstraf Tools4U verlengd voor de duur van 30 uur, subsidiair 15 dagen jeugddetentie opleggen. Naar het oordeel van de rechtbank is in het belang van het slachtoffer, anders dan de officier van justitie en de raadsvrouw, een contactverbod van verdachte met slachtoffer [slachtoffer 2] wel aangewezen. De rechtbank zal dit contactverbod daarom als bijzondere voorwaarde opnemen.

8.De schade van benadeelden

8.1
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2]
De moeder heeft zich namens [slachtoffer 2] als benadeelde partij gevoegd in dit strafproces. De benadeelde partij vordert verdachte te veroordelen om een immateriële schadevergoeding te betalen tot een totaalbedrag van € 1.000,-- (duizend), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het moment waarop de schade is ontstaan.
8.2
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering van de benadeelde partij in zijn geheel dient te worden toegewezen, inclusief de wettelijke rente vanaf het ontstaan van de schade en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
8.3
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft gewezen op de door haar (deels) bepleite vrijspraak van het tenlastegelegde en subsidiair verzocht de gevorderde immateriële schadevergoeding te matigen.
8.4
Het oordeel van de rechtbank
Door de gebezigde bewijsmiddelen en de behandeling op de terechtzitting is komen vast te staan dat verdachte door de onder 08/148592-22 en de onder 08/066158-22 onder 1, 2 primair en 3 bewezenverklaarde feiten rechtstreeks immateriële schade heeft toegebracht aan de benadeelde partij.
Op grond van artikel 6:106, lid 1 van het Burgerlijk Wetboek heeft de benadeelde partij recht op een naar billijkheid vast te stellen vergoeding van de immateriële schade indien de benadeelde op andere wijze in zijn persoon is aangetast. Naar het oordeel van de rechtbank is hiervan sprake. De rechtbank heeft hierbij gelet op de brief van de psycholoog waaruit volgt dat de benadeelde licht verstandelijk beperkt is en daardoor sneller onder de indruk dan een gemiddeld persoon. De hoogte van de vordering is ter terechtzitting betwist. Op grond van de door en namens de benadeelde partij gestelde omstandigheden en de daaruit voortvloeiende aard en ernst van de normschending en de gevolgen daarvan, stelt de rechtbank de omvang van de schade naar billijkheid vast op € 600,-. De rechtbank zal de vordering voor dat deel toewijzen, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 1 oktober 2021 en voor het overige afwijzen.
De verdachte is voor de schade naar burgerlijk recht met zijn mededaders hoofdelijk aansprakelijk. Dit betekent dat de verdachte tegenover de benadeelde partij voor het hele bedrag aansprakelijk is.
8.5
De schadevergoedingsmaatregel
De benadeelde partij heeft verzocht en de officier van justitie heeft gevorderd de schadevergoedingsmaatregel op te leggen.
De rechtbank zal de maatregel als bedoeld in artikel 36f Sr opleggen, aangezien verdachte jegens de benadeelde partij naar burgerlijk recht (mede) aansprakelijk is voor de schade die door de feiten is toegebracht.
Als door de verdachte niet volledig wordt betaald, kan deze verplichting worden aangevuld met
nuldagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.
8.6
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1]
heeft zich als benadeelde partij gevoegd in dit strafproces. De benadeelde partij vordert verdachte te veroordelen om schadevergoeding te betalen tot een totaalbedrag van
€ 735,- (zevenhonderdvijfendertig), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het moment waarop de schade is ontstaan. De gevorderde materiële schade bestaat uit de volgende posten:
- Apple Airtag € 35,-;
- eigen risico (Univé) € 100,-;
- vervangend (openbaar) vervoer € 100,-;
Ter vergoeding van immateriële schade wordt een bedrag van € 500,- gevorderd.
8.7
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de diefstal van de Apple Airtag, en het verlies van het eigen risico aannemelijk zijn. De vordering van de benadeelde partij dient daarom voor een bedrag van € 135,- te worden toegewezen, inclusief de wettelijke rente vanaf het ontstaan van de schade en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel. Voor het overige dient de vordering, waaronder de immateriële schade te worden afgewezen als onvoldoende onderbouwd.
8.8
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft gewezen op de door haar (deels) bepleite vrijspraak van het tenlastegelegde en subsidiair verzocht de gevorderde immateriële schadevergoeding te matigen.
8.9
Het oordeel van de rechtbank
Door de gebezigde bewijsmiddelen en de behandeling op de terechtzitting is komen vast te staan dat verdachte door het onder parketnummer 08/160004-22 bewezen verklaarde feit rechtstreeks schade heeft toegebracht aan de benadeelde partij. De opgevoerde schadeposten zijn aannemelijk en deels betwist. De rechtbank acht de diefstal van de Apple Airtag, het vervangend (openbaar) vervoer en het eigen risico aannemelijk en zal de gevorderde materiële schade daarom toewijzen tot een bedrag van € 235,-, te vermeerderen met de verschuldigde wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan.
De diefstal van een scooter is weliswaar vervelend, maar op grond van artikel 6:106 BW ontbreekt een wettelijke grondslag voor immateriële schade. De rechtbank zal dit deel van de vordering afwijzen. De verdachte is voor de schade naar burgerlijk recht met zijn mededaders hoofdelijk aansprakelijk. Dit betekent dat de verdachte tegenover de benadeelde partij voor het hele bedrag aansprakelijk is.
8.1
De schadevergoedingsmaatregel
De benadeelde partij heeft verzocht en de officier van justitie heeft gevorderd de schadevergoedingsmaatregel op te leggen.
De rechtbank zal de maatregel als bedoeld in artikel 36f Sr opleggen, aangezien verdachte jegens de benadeelde partij naar burgerlijk recht (mede) aansprakelijk is voor de schade die door het feit is toegebracht.
Als door de verdachte niet volledig wordt betaald, kan deze verplichting worden aangevuld met
nuldagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.

11.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 77a, 77g, 77m, 77n, 77x, 77y, 77z, 77aa en 77gg Sr.

12.De beslissing

De rechtbank:
bewezenverklaring
- verklaart bewezen dat verdachte het onder parketnummer 08/148592-22, parketnummer 08/160004-22 onder primair en het onder parketnummer 08/066158-22 onder 1, 2 primair en 3 ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feiten
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
Parketnummer: 08/148592-22
het misdrijf: bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht.
Parketnummer: 08/160004-22
primair
het misdrijf: medeplegen van diefstal
Parketnummer: 08/066158-22
feit 1:
het misdrijf: afpersing, meermalen gepleegd,
feit 2 primair
het misdrijf: poging tot afpersing door twee of meer verenigde personen, meermalen gepleegd.
feit 3
het misdrijf: bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht.
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder parketnummer 08/148592-22, parketnummer 08/160004-22 onder primair en het onder parketnummer 08/066158-22 onder 1, 2 primair en 3 bewezen verklaarde;
Straf
- veroordeelt de verdachte tot een
taakstraf, bestaande uit
werkstrafvoor de duur van
120 (honderdtwintig) uren,
-beveelt, voor het geval dat de verdachte de werkstraf niet naar behoren verricht, dat
vervangende jeugddetentiezal worden toegepast voor de duur van
60 (zestig) dagen;
-bepaalt dat van deze werkstraf een gedeelte van
60 (zestig) uren, subsidiair 30 (dertig) dagen vervangende jeugddetentie, niet ten uitvoer zal worden gelegd,tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien de verdachte voor het einde van de
proeftijd van 2 (twee) jaarde navolgende voorwaarde niet is nagekomen:
- stelt als
algemene voorwaardedat de verdachte:
- zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit.
- beveelt dat de tijd die de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de werkstraf in mindering wordt gebracht, waarbij als maatstaf geldt dat voor de eerste zestig dagen doorgebracht in verzekering of voorlopige hechtenis, twee uren en voor de resterende dagen één uur per dag aftrek plaatsvindt;
- stelt als
bijzondere voorwaardendat verdachte:
- zich gedurende de door de gecertificeerde instelling Stichting Jeugdbescherming Overijssel, afdeling jeugdreclassering te bepalen periode (die loopt tot maximaal het einde van de proeftijd) en op de door de jeugdreclassering te bepalen tijdstippen, zal melden bij de jeugdreclassering zo frequent en zo lang deze instelling dat nodig acht;
- dat hij meewerkt aan door Jeugdbescherming Overijssel noodzakelijk geachte ondersteuning of verwijzing naar andere hulpverleningsinstanties, die gedurende de begeleiding door de jeugdreclassering noodzakelijk wordt geacht om de kans op herhaling te verkleinen;
- dat hij meewerkt aan het hebben van een zinvolle dagbesteding in de vorm van school of werk, waarbij de jeugdreclassering bepaalt wat zinvol is;
- dat hij op geen enkele wijze contact opneemt en/of onderhoudt met slachtoffer [slachtoffer 2] , gedurende de proeftijd, zo lang de jeugdreclassering dit noodzakelijk acht.
Toezicht op de uitvoering van de bijzondere voorwaarden wordt uitgeoefend door de
gecertificeerde instelling Stichting Jeugdbescherming Overijssel, afdeling jeugdreclassering,
instantiecode AST106. Verantwoordelijke gemeente is Hengelo.
- Daarbij gelden als
voorwaarden van rechtswegedat de verdachte:
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 77aa, eerste tot en met het vierde lid Sr, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de jeugdreclassering zo vaak en zolang als de jeugdreclassering dit noodzakelijk acht daaronder begrepen;
- veroordeelt de verdachte tot een
taakstraf, bestaande uit de
leerstrafTools4U verlengd, voor de duur van
30 (dertig) uren,
-beveelt, voor het geval dat de verdachte de leerstraf niet naar behoren verricht, dat
vervangende jeugddetentiezal worden toegepast voor de duur van
15 (vijftien) dagen;
schadevergoeding [slachtoffer 2]
- wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2] toe tot een bedrag van
€ 600,- (bestaande uit immateriële schade);
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 2] (parketnummers 08/148592-22, 08/066158-22): van een bedrag van € 600,- (te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 1 oktober 2021) met dien verstande dat als en voor zover al door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
maatregelop dat de verdachte verplicht is ter zake van de onder de parketnummers 08/148592-22, 08/066158-22 bewezen verklaarde feiten tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 600,- (zegge: zeshonderd euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 1 oktober 2021 ten behoeve van de benadeelde, en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van
nuldagen kan worden toegepast. Tenuitvoerlegging van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat als de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van de verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als de verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen.

schadevergoeding [slachtoffer 1]

- wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1] toe tot een bedrag van
€ 235,- (bestaande uit materiële schade);
- wijst de vordering voor het overige af;
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 1] (parketnummer 08/160004-22): van een bedrag van € 235,- (te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 14 maart 2022) met dien verstande dat als en voor zover al door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
maatregelop dat de verdachte verplicht is ter zake van het onder parketnummer 08/160004-22 bewezen verklaarde feit tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 235,- (zegge: tweehonderdvijfendertig euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 14 maart 2022 ten behoeve van de benadeelde, en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van
nuldagen kan worden toegepast, (een en ander voor zover dit bedrag niet door een mededader zal zijn voldaan). Tenuitvoerlegging van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat als de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van de verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als de verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen.
opheffing bevel voorlopige hechtenis
- heft het (geschorste) bevel tot voorlopige hechtenis op met ingang van heden.
Dit vonnis is gewezen door mr. B.T.C. Jordaans, voorzitter, mr. M. van Bruggen en
mr. L. Pieters, rechters, tevens kinderrechters, in tegenwoordigheid van mr. J.A. Krooshof, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 17 mei 2023.
Bijlage bewijsmiddelen
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van politie eenheid Oost-Nederland, district Twente, basisteam Twente-Midden met nummer PL0600-2022264716, gesloten op 16 juni 2022. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina’s van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
Parketnummer: 08/148592-22
1.
Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 2] van 14 juni 2022, pagina 1-2, voor inhoudende, zakelijk weergegeven, als relaas van de verbalisant:
Op dinsdag, 14 juni 2022 omstreeks 12:05 sprak ik, verbalisant [verbalisant 1] , aangever
[slachtoffer 2] . Hij doet aangifte van bedreiging en wist het volgende te verklaren:
Op maandag 13 juni 2022 was ik, omstreeks 09:40 uur, samen met mijn moeder, bij het PMT (psycho motorische therapie)geweest, gelegen bij het [zorginstelling] gebouw aan [adres 2]
te Hengelo. (…) Ik zag dat [verdachte] naar mij toe kwam lopen. Ik denk dat hij daar toevallig liep met wat leerlingen uit zijn klas. (…) [verdachte] liep eens langs mij heen en draaide zich vervolgens om en ik zag dat [verdachte] mij aan
keek. Ik hoorde dat [verdachte] zei: 'jij bent [slachtoffer 2] toch?'. Ik zei vervolgens: 'Ja'.
Hij liep iets meer naar mij toe en zei: 'jij hebt aangifte gedaan toch?'. (…)
Toen keek [verdachte] mij weer aan en zei: 'dit word jou dood'. (…) Ik was best wel bang, ik ben bang dat hij het waar gaat maken. Dat hij de bedreiging gaat uitvoeren. Mijn moeder stond naast mij toen dit gebeurde en kreeg ook alles mee. Ik weet dat [verdachte] een contactverbod heeft, hij mag niet bij mij in de buurt komen en/of contact zoeken. Dit omdat er wat dingen zijn gebeurd in het verleden. Ik heb in het verleden wiet gehaald bij hem voor iemand anders. Toen is er niet betaald en kwamen er dreigingen vanuit de kant van [verdachte] naar mij toe. Hij heeft mij toen al eens telefonisch bedreigd. Ik heb toen ook aangifte gedaan. (…) Er is inmiddels geregeld dat school mij met een busje brengt en haalt. Ik durf niet meer over straat, ik ben bang dat ik [verdachte] en zijn vrienden tegen kom voor of na school en er iets ergs gaat gebeuren. Ik vind het ook spannend om aangifte te doen, bang dat [verdachte] mij hier weer over gaat aanspreken.
2.
Het proces-verbaal van verhoor getuige Nicolette [slachtoffer 2] van 14 juni 2022
(pagina 3-4), voor inhoudende, zakelijk weergegeven, als relaas van de verbalisant:
"Op maandag 13 juni 2022 te 09:40 uur was ik samen met mijn zoon, [slachtoffer 2] , aan de [adres 2] te Hengelo. (…) Ik zag dat er een jongen zich omdraaide en zei: 'jij bent [slachtoffer 2] hé?'. Ik vroeg aan mijn zoon wie dit was, want ik zag dat [slachtoffer 2] verstijfde. Ik hoorde dat [slachtoffer 2] zei: ' [verdachte] '. Ik ken [verdachte] van naam, door de verhalen van [slachtoffer 2] . Ik had hem nog nooit gezien. [verdachte] heeft een contactverbod door eerdere bedreigingen die hij heeft geuit naar [slachtoffer 2] . [slachtoffer 2] is doodsbang voor deze [verdachte] en zijn vrienden. Ik hoorde dat deze [verdachte] zei, terwijl hij [slachtoffer 2] aan keek: 'jij hebt aangifte gedaan?'. Ik hoorde dat [slachtoffer 2] 'nee' zei. Ik zag dat [verdachte] een stap naar voren deed in de richting van [slachtoffer 2] en dat hij door drie jongens, die bij hem liepen, werd tegen gehouden. (…) Vervolgens zag ik dat [verdachte] [slachtoffer 2] aan keek en ik hoorde dat [verdachte] tegen [slachtoffer 2] zei: 'Brother dit word jou dood'.
Vervolgens liep het groepje weg. Ik hoorde dat [slachtoffer 2] tegen mij zei: 'dit bedoel ik nou, waarom ik geen aangifte wilde doen'. Ik zag aan mijn zoon dat hij doodsbang was. Hij was onrustig en aan het trillen ook tijdens het gesprek bij PMT.
(…) Het ging net weer een beetje goed, want na de vorige keer durfde hij ook al
niet naar school etc. Nu zijn we weer terug bij af. (…)
Toen wij weer bij de lift stonden, kwam [verdachte] er voor de tweede keer aan lopen, ditmaal met zijn hele klas volgens mij. In ieder geval met een grotere groep. Ik zag dat [verdachte] [slachtoffer 2] aan keek en ik hoorde dat [verdachte] , met een zachte, sneaky toon, zei: 'Hoerenkind, wat ben jij aan het trillen'. (…)
3.
Het proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 1] 15 juni 2022 (pagina 6-7), voor inhoudende, zakelijk weergegeven, als relaas van de verbalisant:
Bij aanvang van het verhoor deelde ik aan de getuige het volgende mee:
Jij bent mogelijk getuige geweest van een bedreiging van [verdachte] richting [slachtoffer 2] , je
naam is door meerdere mensen genoemd, wat kan jij hierover verklaren?
De getuige verklaarde:
"Afgelopen maandag liep ik samen met [naam 4] , [verdachte] en de techniek leraar [naam 5] naar het andere leslokaal. We liepen van de ene klas naar de andere klas. Onderweg zagen wij [slachtoffer 2] , hij stond samen met zijn moeder bij de lift.
(…) Ik hoorde [verdachte] vervolgens boos zeggen: 'hoezo praat je nu tegen mij, maar je doet wel aangifte tegen mij'. Ik zag dat [verdachte] boos was. [slachtoffer 2] fluisterde vervolgens iets bij zijn moeder in het oor, maar wij konden niet horen wat hij fluisterde. Daarna stond [slachtoffer 2] heel erg te trillen. [verdachte] werd zo boos, je kon dit zien aan zijn gezichtsuitdrukking. [verdachte] zei: 'je doet nu aangifte, maar als je anders wil uitpraten kan je ook meelopen naar buiten', of woorden van gelijke strekking.
(…) Ik heb vervolgens [verdachte] weggetrokken, terwijl ik dit deed zei ik tegen [verdachte] : ' [verdachte] dit is dom, onderneem deze actie nou niet'. Toen zijn wij doorgelopen. (…) [verdachte] was heel erg opgefokt.

4.

Het proces-verbaal van de zitting van 7 april 2023, voor zover inhoudende als verklaring van de verdachte:
Ja, ik liep op 13 juni 2022 in die gang en [slachtoffer 2] stond daar ook. Ik hoorde toen dat hij [slachtoffer 2] was. Ik vroeg hem of hij aangifte had gedaan, toen werd ik boos. De docent kwam ertussen en heeft mij meegenomen. [slachtoffer 2] heeft kennelijk gehoord dat ik heb gezegd dat ik hem zou doodslaan. Ik ken hem van [school] , van mijn oude school. Ik kan wel begrijpen dat hij bang werd.
Parketnummer: 08/160004-22
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van politie eenheid Oost-Nederland, dienst regionale operationele samenwerking, afdeling regionaal service centrum, team regionaal service centrum, met nummer PL0600-20222144840, gesloten op 4 juli 2022. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina’s van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
1.
Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 1] van 3 april 2022 (pagina 1-2), voor inhoud, zakelijk weergegeven, als relaas van de verbalisant:
[afbeelding]
"Dear police officer, my name is [slachtoffer 1] ( [slachtoffer 1] ). I am currently traveling back to my home country (Vietnam) since 10th of March. I will back to the Netherlands by 15th of April. I left my scooter at the backdoor behind my garden. I didn't realize the scooter was disappeared until yesterday 2nd of April, my friends were coming to my house and didn't see my scooter anymore. So he asked me, and then I checked the camera inside my house; I found out that the scooter was stolen on 15th of March around 00:50 to 01:20 (I have the footage of the event, however, the footage couldn't showed who the theft was).
Also I did put an apple Airtag inside my scooter in case of stolen, and it
indicated the last location was on March 16th at 08:12 AM ( [adres 3]
Hengelo, Netherlands; I suspect it has been sold away at [bedrijf 1]
Hengelo). (…)
Best regards,
[slachtoffer 1]
[telefoonnummer 1]
WhatsApp [telefoonnummer 2]
[e-mailadres]
Hieronder de lijst van door mij ingevoerde goederen die geen uniek
identificerend nummer hebben. Eventuele goederen die wel een uniek
identificerend nummer hebben staan genoemd in de bijlage goederen.
APPLE AIRTAG
Merk: APPLE
Type: AIRTAG
Aantal: 1 stuks
Kleur: WIT
Bijzonderheden: The Airtag inside to locate the scooter
[afbeelding]
2.
Het proces-verbaal van bevindingen van 12 april 2022 (pagina 4), voor inhoud, zakelijk weergegeven, als relaas van de verbalisant:
Ik, verbalisant, [verbalisant 2] verklaar het volgende:
Kreeg ik, verbalisant [verbalisant 2] , op dinsdag 12 april 2022, omstreeks 11:46 uur, het
verzoek om een filmpje afkomstig van de telefoon van [verdachte] te bekijken. In
dit filmpje is te zien dat deze is opgenomen via de app Snapchat. De lay-out van deze app is mij bekend. Op het moment dat ik het filmpje open zie ik dat er 6 filmpjes in de app Snapchat worden open geklikt. Boven in het scherm zie ik de naam [medeverdachte 1] staan, met daaronder de locatie Berflo Es Zuid, lm. Van dit beeld heb ik een foto gemaakt, welke bij dit proces-verbaal wordt gevoegd.
In het filmpje zie ik een jongen (de filmer) lopen welke voor een tuin van de woning
staat. Ik zie dat deze jongen witte sneakers draagt en een korte blauwe broek met een
opvallende groen/gele streep aan de zijkant. Van dit beeld heb ik een foto gemaakt,
welke bij dit proces-verbaal wordt gevoegd.
Ik hoor de filmer de volgende woorden zeggen: ? Kijk, hier is een achtertuin, dit is
dat hekje en daar ga je overheen. Helemaal aan het einde naar rechts, wacht ik wil
wel voor jouw kijken?, of woorden van gelijke strekking. Op het moment dat de jongen deze woorden zegt, filmt de jongen de tuin en het hekje waar men overheen zou moeten gaan. Kort hierop zie ik dat de jongen het groene hekje van de tuin opent en dat hij de tuin van de woning betreed. Ik zie vervolgens dat deze jongen de tuin in loopt en dat hij ten tijde van zijn wandeling de stenen filmt waar hij overheen loopt, maar ook de struikenbosssage welke naast het pad gepland is.
[afbeelding]
3.
Het proces-verbaal van bevindingen van 13 april 2022 (pagina 10-26), voor inhoud, zakelijk weergegeven, als relaas van de verbalisant:
Ik, verbalisant, [verbalisant 2] verklaar het volgende:
Kreeg ik, verbalisant [verbalisant 2] , op woensdag 13 april 2022, omstreeks 08:53 uur, het
verzoek om te kijken naar het gesprek tussen [verdachte] en [medeverdachte 1] . Ik zie
dat dit gesprek heeft plaatsgevonden via de app Snapchat.
Ik kreeg dit verzoek naar aanleiding van een diefstal van en scooter voor zien van
kenteken [kenteken] , gepleegd tussen maandag 14 maart 2022, 19:00 uur en dinsdag 15 maart 2022, 00:50 uur.
Hieronder delen uit het gesprek tussen [verdachte] en [medeverdachte 1] , welke
vermoedelijk te maken hebben met de diefstal van de scooter gepleegd tussen maandag 14 maart 2022, 19:00 uur en dinsdag 15 maart 2022, 00:50 uur:
Maandag 14 maart 2022, 22:22 uur:
Van: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Naar: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Tekst: 'Moet je 2e, 22'
Maandag 14 maart 2022, 22:23 uur:
Van: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Naar: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Tekst: 'Link: [internetsite 1] , [internetsite 2]
Maandag 14 maart 2022, 23:35 uur:
Van: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Naar: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Tekst: 'KK ZOOI, alles op slot. Gaat lawaai maken. KK mnu, doe mn best'
Maandag 14 maart 2022, 23:48 uur:
Van: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Naar: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Tekst: 'Dit duurt fk lang, link, die weg is grint, dat paadje, dats fucked up
man, met die stenen'
Maandag 14 maart 2022, 23:48 uur:
Van: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Naar: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Tekst: 'Ja dem, drm,'
Maandag 14 maart 2022, 23:48 uur:
Van: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Naar: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Tekst: 'Ja dat fk wel, dat hoor je zachtjes'
Maandag 15 maart 2022, 00:05 uur:
Van: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Naar: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Tekst: 'Jojo'
Maandag 15 maart 2022, 00:12 uur:
Van: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Naar: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
10
Form.nr: [nummer 1] - [naam 6] - Blad 1 BIN000162.1.05 Proces-verbaalnummer PL0600-2022144840-6
Tekst: 'Ga nu oma'
Maandag 15 maart 2022, 10:20 uur:
Van: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Naar: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Tekst: 'Eh, is t nou gelukt of niet'
Maandag 15 maart 2022, 10:34 uur:
Van: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Naar: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Tekst: 'Hij staat bij die kerk bij jou ff stil, zo?n vrouw stond de hele tijd te
bellen'
Maandag 15 maart 2022, 10:35 uur:
Van: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Naar: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Tekst: 'echt, is goed, hele scooter? of'
Maandag 15 maart 2022, 11:27 uur:
Van: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Naar: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Tekst: 'ja, als goed is'
Maandag 15 maart 2022, 11:33 uur:
Van: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Naar: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Tekst: 'Niet alleen uitlaat'
Maandag 15 maart 2022, 11:34 uur:
Van: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Naar: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Tekst: 'Hele scooter moet daar staan zegt die'
Maandag 15 maart 2022, 11:35 uur:
Van: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Naar: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Tekst: 'wacht k laat zien'
Maandag 15 maart 2022, 11:35 uur:
Van: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Naar: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Tekst: 'Poahh, k fiets der zolangs, k check wel of die er nog is'
Maandag 15 maart 2022, 11:36 uur:
Van: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Naar: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Tekst: 'Link: [internetsite 3] , Hierzo moet die man'
Maandag 15 maart 2022, 11:36 uur:
Van: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Naar: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Tekst: 'Ai daar, k weet die kerk, prc. Link: [nummer 2] . Je moet m
vndg ophalen'
Maandag 15 maart 2022, 11:37 uur:
Van: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Naar: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
(…)
Maandag 15
Van:
Naar:
Tekst:
maart 2022, 13:08 uur:
[bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
[bijnaam 3] ( [verdachte] )
'Weetje wat wel beetje baf s, de enige die wisten dat de scooter daar
stond waren mn ouders en ik'
(…)
Maandag 15 maart 2022, 13:11 uur:
Van: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Naar: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Tekst: 'Ja, dan kappen verwisselen. Geef k ga hz, link: [nummer 3]
net mijn kappen'
(…)
Maandag 15 maart 2022, 13:55 uur:
Van: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Naar: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Tekst: 'Je weet wel die kerk toch, is wel beetje verstopt idk als je hem gelijk
kan zien'
(…)
Maandag 15 maart 2022, 14:26 uur:
Van: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Naar: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Tekst: 'we moeten sws nog 1 ding wat anders doen'
Maandag 15 maart 2022, 14:26 uur:
Van: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Naar: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Tekst: 'Wattan'
Maandag 15 maart 2022, 14:26 uur:
Van: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Naar: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Tekst: 'Ja die slot zeg maar, met slotentrkker, daarna schroevendraaier, dan
starten, alleen dat maakt beetje geluid'
Maandag 15 maart 2022, 14:26 uur:
Van: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Naar: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Tekst: 'Heb je slotenrekken dan'
Maandag 15 maart 2022, 14:26 uur:
Van: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Naar: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Tekst: 'Jaman'
Van: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Naar: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Tekst: 'Ja zit nog te kijken man, als dat wel zo slim is :)'
Maandag 15 maart 2022, 14:29 uur:
Van: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Naar: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Tekst: 'Kan btr in t donker denk k'
Maandag 15 maart 2022, 14:29 uur:
Van: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Naar: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Tekst: 'Jaman denk ook'
Maandag 15 maart 2022, 14:30 uur:
Van: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Naar: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Tekst: 'maar die slotentrekken, s dat ding groot? Want als je in t donker met
zaklamp daar schijnt'
(…)
Maandag 15 maart 2022, 18:41 uur:
Van: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Naar: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Tekst: 'ben je al geweest'!
Maandag 15 maart 2022, 18:42 uur:
1. o
Form.nr: [nummer 4] - [naam 6] - Blad 9 BIN000162.1.05 Proces-verbaalnummer PL0600 - 2022144840-6
Van:
Naar:
Tekst:
[bijnaam 3] ( [verdachte] )
[bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
'Nee kan, Man, maar hij staat dr nof wel'
Maandag 15 maart 2022, 19:26 uur:
Van: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Naar: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Tekst: ' [verdachte] , luister dan, je moet die scooter heel snel doen er is iemand thuis
bij me buirman'
(…)
Maandag 15 maart 2022, 19:51 uur:
Van: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Naar: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Tekst: 'Ga je vnv doen of ook niet'
Maandag 15 maart 2022, 19:52 uur:
Van: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Naar: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Tekst: 'Jawel, Tuurlkkkkk'
(…)
Maandag 15 maart 2022, 21:37 uur:
Van: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Naar: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Tekst: 'Ga je alleen?'
Maandag 15 maart 2022, 21:37 uur:
Van: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Naar: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Tekst: 'Alleen die vrouw daar bovne is probleem'
Maandag 15 maart 2022, 21:38 uur:
Van: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Naar: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Tekst: 'Nee [naam 1] denk, alleen die vrouw man, we gaan hem ook verplaatsen, idk
waar alleen'
(…)
Maandag 15 maart 2022, 21:40 uur:
Van: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Naar: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Tekst: 'Dat je ons gwn ff maar weten, laat, als dr iemand aankomt vijc, gwn niet
erbij staan maar die straat, dan spappe we wel, of bellen'
(…)
Maandag 15 maart 2022, 22:42 uur:
Van: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Naar: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Tekst: 'Nummer [huisnummer]'
Maandag 15 maart 2022, 22:42 uur:
Van: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Naar: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Tekst: 'Isgoed maar voordeur of zijkant'
Maandag 15 maart 2022, 22:42 uur:
Van: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Naar: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Tekst: 'Voordeur, dan loop je mn voortuin in en dan zie je die ding staan, at
houten ding'
Maandag 15 maart 2022, 23:07 uur:
Van: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Naar: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Tekst: 'Weetje wat wel kan, dat je bijv een frame haalt, en dan die scooter nakt,
dan gwn dr in zetten. Dan heb je die frame voor 200 en die scooter nak he
gewoon. Dan is die scooter legaal'
Form.nr: [nummer 4] - [naam 6] - Blad 16 BIN000162.1.05 Proces-verbaalnummer PL0600-2022144840-6
Maandag 15 maart 2022, 22:59 uur:
Van: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Naar: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Tekst: 'Gaat [naam 1] '
Dinsdag 16 maart 2022, 00:00 uur:
Van: [bijnaam 3] ( [verdachte] )
Naar: [bijnaam 2] ( [medeverdachte 1] )
Tekst: 'Ja'
4.
Het proces-verbaal van bevindingen van 22 juni 2022 (pagina 27-30), voor inhoud, zakelijk weergegeven, als relaas van de verbalisant:
Op 22 juni deed ik onderzoek in de data van de in beslag genomen 'phone van verdachte [verdachte] met IMEI nummer [IMEI-nummer] .
Ik trof daarin een gesprek middels de applicatie SNAPCHAT tussen het account van
verdachte [verdachte] [bijnaam 3] en [bijnaam 4] . Ik zag dat er door [verdachte] een foto
verstuurd werd welke als bijlage 1 bij dit proces verbaal gevoegd is. Ik herkende op
deze foto de mij ambtshalve bekende verdachten [naam 1] en [verdachte] . Ik zag dat onderstaande berichten over en weer verstuurd werden. Ik heb de indruk dat dit
gaat over de gestolen scooter aan de [adres 4] , gezien de datum en tijdstippen
en er ook met verdachte [medeverdachte 1] gesproken is over een ratel, en het
verplaatsen van de scooter.
Incoming is verzonden door [bijnaam 4]
Outgoing is verzonden door [verdachte]
Incoming: Is die scooter loessoe of niet Snapchat15-03-202215-3-2022 12:29:31(UTC+1)
Outgoing: Hij is schoolSnapchat15 - 03-202215-3-2022 12:30:11(UTC+1)
Incoming: OhhSnapchat15 - 03-202215-3-2022 12:30:13(UTC+1)
Incoming: TmmSnapchat15-03-202215-3-2022 12:30:15(UTC+1)
Outgoing: Na school gaat die kijkenSnapchat15-03-202215-3-2022 12:30:16(UTC+1)
(…)
Outgoing: Snapchat15 - 03-202215-3-2022 17:21:47(UTC+1)
Incoming: Snapchat15 - 03-202215-3-2022 17:31:03(UTC+1)
Incoming: Kk soldier ???Snapchat15-03-202215-3-2022 17:41:55(UTC+1)
Incoming: Open hem maarSnapchat15-03-202215-3-2022 17:42:00(UTC+1)
Incoming: Bewaae die verpakkinhSnapchat15-03-202215-3-2022 17:42:04(UTC+1)
Outgoing: Ja die trui zit nog in verpakking broSnapchat15 - 03-202215-3-2022
17:42:35(UTC+1)
Incoming: WekeSnapchat15-03-202215-3-2022 17:47:06(UTC+1)
Incoming: IsSnapchat15-03-202215-3-2022 17:47:07(UTC+1)
Incoming: HetSnapchat15-03-202215-3-2022 17:47:07(UTC+1)
Outgoing: Die met zo?n witte plaatje ofzo eropSnapchat15-03-202215-3-2022
17:47:53(UTC+1)
(…)
Outgoing: Als belangrijks is kom k bivenSnapchat15-03-202215-3-2022 20:58:39(UTC+1)
Outgoing: 0 ohhSnapchat15-03-202215-3-2022 20:58:43(UTC+1)
Outgoing: Jawel manSnapchat15 - 03-202215-3-2022 20:58:44(UTC+1)
Incoming: Lm dan ?Snapchat15 - 03-202215-3-2022 20:58:45(UTC+1)
Outgoing: Waar ben je danSnapchat15 - 03-202215-3-2022 20:58:48(UTC+1)
Incoming: 5 min vpor jeSnapchat15 - 03 - 202215-3-2022 20:58:55(UTC+1)
Incoming: DeurSnapchat15 - 03-202215-3-2022 20:58:56(UTC+1)
Outgoing: AiiSnapchat15 - 03-202215-3-2022 20:59:00(UTC+1)
Outgoing: Snap me als je d?r bijnaSnapchat15 - 03-202215-3-2022 20:59:04(UTC+1)
Outgoing: BentSnapchat15 - 03-202215-3-2022 20:59:05(UTC+1)
Incoming: Snapchat15 - 03-202215-3-2022 20:59:06(UTC+1)
Outgoing: Aii snap me als je de straat inlooptSnapchat15-03-202215-3-2022
20:59:21(UTC+1)
(…)
Incoming: Dat is ratel sleutelSnapchat15 - 03-202215-3-2022 22:23:38(UTC+1)
Incoming: ManSnapchat15 - 03-202215-3-2022 22:23:38(UTC+1)
Incoming: Geen rateSnapchat15 - 03-202215-3-2022 22:23:44(UTC+1)
Incoming: RatelSnapchat15 - 03-202215-3-2022 22:23:46(UTC+1)
Outgoing: Ja die hebben vaste matenSnapchat15-03-202215-3-2022 22:23:46(UTC+1)
Incoming: MaarSnapchat15 - 03-202215-3-2022 22:23:47(UTC+1)
Incoming: Ratel sleutelSnapchat15-03-202215-3-2022 22:23:51(UTC+1)
Incoming: Snap jeSnapchat15 - 03-202215-3-2022 22:23:52(UTC+1)
Outgoing: Ja deze maakt geen geluidSnapchat15-03-202215-3-2022 22:23:58(UTC+1)
Incoming: Ratel steeksleutel bel ik Snapchat15 - 03 - 202215-3-2022 22:24:00(UTC+1)
Incoming: Bd 1 Snapchat15 - 03-202215-3-2022 22:24:02(UTC+1)
Outgoing: Deze kan gwnSnapchat15-03-202215-3-2022 22:24:06(UTC+1)
Incoming: JawelSnapchat15-03-202215-3-2022 22:24:06(UTC+1)
Incoming: ??Snapchat15-03-202215-3-2022 22:24:07(UTC+1)
Outgoing: K kom nu zo Snapchat15-03-202215-3-2022 23:06:37(UTC+1)
Outgoing: K pak schoenenSnapchat15-03-202215-3-2022 23:06:40(UTC+1)
Incoming: NiffoSnapchat15-03-202215-3-2022 23:06:42(UTC+1)
Incoming: Je zegrSnapchat15-03-202215-3-2022 23:06:43(UTC+1)
Incoming: Ey g Snapchat15-03-202215-3-2022 23:06:45(UTC+1)
Incoming: AlsofSnapchat15-03-202215-3-2022 23:06:47(UTC+1)
Incoming: IetsSnapchat15-03-202215-3-2022 23:06:47(UTC+1)
Incoming: GebeurtSnapchat15-03-202215-3-2022 23:06:48(UTC+1)
Incoming: IsSnapchat15-03-202215-3-2022 23:06:49(UTC+1)
Incoming: ??Snapchat15-03-202215-3-2022 23:06:50(UTC+1)
Outgoing: Nee jongeSnapchat15-03-202215-3-2022 23:06:51(UTC+1)
5.
Het proces-verbaal van bevindingen van 4 juli 2022 (pagina 31), voor inhoud, zakelijk weergegeven, als relaas van de verbalisant:
Op 4 juli 2022 deed ik onderzoek in de data van de in beslag genomen telefoon van
verdachte [verdachte] . Ik had reeds eerder gezien dat deze telefoon tussen 14 en 16
maart 2022 veel op en rondom de [adres 1] te Hengelo was gelokaliseerd. Ik heb de locatiegegevens van 14 tot en met 16 maart 2022 van deze telefoon opgeslagen en
ingeladen in de applicatie POLITIEATLAS. Hiermee kan je een overzicht genereren van de locaties.
Deze locaties worden middels paarse markers zichtbaar gemaakt, met daarbij zichtbaar
de datum en het tijdstip.
• Als bijlage 1 is dit overzicht toegevoegd, waarop te zien is dat de telefoon op 14
maart 2022 reeds in de buurt van de [adres 1] geweest is. Verder valt op dat de
telefoon op 15 maart in de vroege ochtend en overdag in de omgeving van de plaats
delict geweest is.
Midden in het rode kader van bijlage 1 bevind zich de [adres 1] .
Als bijlage 2 is een ingezoomde [adres 1] te Hengelo te zien. Hierop is zichtbaar
dat de telefoon zowel op 15 als 16 maart 2022 tussen 00:00 en 01:00 uur in de
[adres 1] geweest is.
Dit proces-verbaal is door mij opgemaakt en afgesloten op 4 juli 2022.
6
Het proces-verbaal van de terechtzitting van 7 april 2022, voor zover inhoudende, als verklaring van verdachte:
Een paar jongens hebben mij, [medeverdachte 1] en [naam 1] geld geboden voor het geval wij ergens een scooter wisten te staan. Ik heb die jongens vervolgens getipt over een scooter. Ik wist dat de scooter of onderdelen van de scooter gestolen zouden worden. Ik heb geld voor de tip ontvangen.
Parketnummer: 08-066158-22
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van politie eenheid Oost-Nederland met nummer PL0600-2022103013, gesloten op 4 april 2022. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina’s van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
1.
Het proces-verbaal vanaangifte door [slachtoffer 2]van 5 maart 2022 (pagina 250-253), voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als relaas van de verbalisant:
Verklaring
"Ik doe aangifte van afpersing en bedreiging tegen [medeverdachte 2] en [verdachte] . (…) Hij is wel getint maar niet heel is [bijnaam 5] . (…) Ik heb al eens eerder met de wijkagent gesproken hierover, dat was in januari. Toen heb ik nog geen aangifte gedaan, maar omdat het door blijft gaan doe ik nu wel aangifte. Ik ben bang voor deze jongens en hun groep, ik kom momenteel niet meer alleen buiten omdat ik bang ben voor ze. Vorig jaar is het ergens begonnen. Ik had wiet gekocht bij [verdachte] . (…) Het kost 5 euro per halve gram. (…) Ik heb ook voor anderen wiet bij hem gekocht. Ik had die wiet bij [verdachte] gehaald en aan die jongen gegeven. (…) Ik had die wiet op de pof gekocht zeg maar, het ging om een bedrag van 5 euro. [verdachte] begon toen te dreigen dat ik moest betalen. Ik kon dat niet gelijk. Ik werd toen door hem bedreigd dat ik moest betalen en ik anders door een paar mensen gepakt zou worden. Ik moest toen in plaats van 5 euro ook al 20 euro betalen. Die bedreigingen vonden plaats via snapchat. Ik heb een aantal schermopnames gemaakt die ik naar u toe zal sturen. Een van die bedreigingen is een spraakopname. Ik hoor dat [verdachte] daarin onder andere zegt dat als ik niet naar [bijnaam 1] kom hij mijn moeder gaat laten huilen. Volgens mij hoor ik op de achtergrond in die opname [medeverdachte 2] ook nog wat roepen. 1 Ik heb [verdachte] toen later wel die 20 euro betaald, ik wilde dat eigenlijk niet maar ik voelde mij zo bedreigd dat ik dat gedaan heb. Ik had toen nieuwe kleren gekregen van mijn moeder, die hadden we samen gekocht op het Plein in Hengelo. Ik heb toen het bonnetje gevraagd aan mijn moeder met een smoes en ook gekregen. Ik heb toen een deel van mijn kleren weer ingeleverd en het geld terug gekregen. Van dat geld heb ik toen die 20 euro aan [verdachte] betaald. Dat was bij de Hunenborg achter. Daar was [naam 7] bij. [naam 7] was met [verdachte] .
Opmerking verbalisant: [slachtoffer 2] is met zijn moeder aan het bureau gekomen. Moeder
geeft aan dat hij inderdaad het bonnetje gevraagd heeft, en dat hij inderdaad toen
zijn broek en schoenen heeft ingeleverd. Dat is op 3 december 2021 geweest. Ik wist
inmiddels al wel dat dit zo gegaan is. Dat wat mijn moeder zegt klopt. Diezelfde dag heb ik die 20 euro betaald. Sinds dat moment heb ik geen wiet meer bij hem gekocht. Ik werd echter wel nog steeds door hem lastig gevallen. Ik ben meermaals door hem bedreigd. Hij dreigde mij te slaan of te pakken omdat ik te laat betaald had. Daarom moest ik nu nog 50 euro betalen aan hem. [verdachte] zei onder andere dat hij mij neer zou gaan steken. Dat zei hij rechtstreeks tegen mij. Ik kwam hem toen tegen, dat was in de weg bij van de Poel naar de [bijnaam 1] vijver. Ik was toen alleen en [verdachte] was met een donkere jongen die ik niet ken, daar is hij heel vaak mee. Volgens mij dealt hij samen met die jongen. Ik heb geen idee wie die jongen is. Hij is denk ik 16 jaar oud. Hij was altijd samen met [verdachte] als [verdachte] de wiet bracht. Dat is wel echt een donkere jongen. In januari ben ik naar het bureau gegaan samen met mijn begeleider van de [stichting naam] omdat dit speelde. Ik heb toen met de wijkagent gesproken en uiteindelijk geen aangifte gedaan. Daarna bleef het een tijdje rustig. Ik had [verdachte] geblokkeerd toen tijdens dat gesprek met de wijkagent en alles verwijderd. Ik kwam hem ook niet meer tegen. Tot aan twee weken geleden. Liever ging ik ook niet naar de stad in het begin, maar omdat ik [verdachte] niet tegen kwam ging ik ook wel weer naar de stad.
Op donderdag nu twee weken geleden was ik met [naam 8] in het winkelcentrum
Thiemsbrug. Ik zag toen [medeverdachte 2] in de fotoautomaat zitten, die zit tegenover de
Xenos. Het gordijntje hing open dus ik kon hem zien. [medeverdachte 3] stond tegen een bord aan
wat daar bij stond. [medeverdachte 3] heet ook [medeverdachte 2] volgens mij. Ook stond er nog een andere jongen bij. Dat was een donkere jongen die ik niet ken. Die droeg een blauwe trui en zwarte jogging broek. En Nike schoenen. Die trui was volgens mij van Nike, en die broek van Adidas. Dat is een andere jongen dan die altijd met [verdachte] is.
Ik hoorde dat [medeverdachte 2] floot en maakte een gebaar naar mij dat ik moest komen. Ik liep
toen naar ze toe en ik hoorde dat [medeverdachte 2] zei dat ik [verdachte] nog moest betalen. Ik zei toen tegen hem waarom dat moest. Ik hoorde dat [medeverdachte 2] zei dat ik al 5 maanden op de pof stond. Ik hoorde dat die donkere jongen toen zei "ja dat kan echt niet". Ik hoorde dat [medeverdachte 2] zei dat hij [verdachte] wel even ging bellen.
Ik zag dat [medeverdachte 2] toen op Snap ging en [verdachte] ging bellen. Ik kon zien dat het de bitemoji van [verdachte] was. Ik kon niet horen wat [verdachte] zei. [medeverdachte 2] hoorde ik vragen of ik al betaald had. Ik hoorde toen dat [medeverdachte 2] toen tegen mij zei dat als ik geen geld had dat [verdachte] er aan zou komen. Ik hoorde dat [medeverdachte 2] tegen mij zei "als je nu geen geld geeft moeten we andere maatregelen nemen. Wil je dat wat met [naam 2] gebeurd is ook met jou gaat gebeuren?" Ik weet dat [medeverdachte 2] en zijn vrienden [naam 2] in elkaar geslagen hebben bij [basisschool] . Dat hebben ze met zijn zevenen of nog meer gedaan, poging tot doodslag. Wat ik heb gehoord is dat [naam 2] een schedelbreuk had.
Ik was bang dat [medeverdachte 2] en [verdachte] en zijn vrienden mij ook in elkaar zouden slaan. Ik
raakte in paniek en appte naar mijn moeder dat ik geld moest hebben.
[medeverdachte 2] begon met een bedrag van 15 euro, maar later werd dat 20 euro. Ik hoorde dat die donkere jongen zei dat ik geluk had en dat ik maar 20 hoefde te geven.
Ik vroeg mijn moeder om geld over te maken, maar ik las dat zij dat niet ging doen.
Opmerking verbalisant: moeder geeft aan dat dit klopt, en dat ze de screenshots van
de berichten aan mij zal doorsturen.
Omdat mijn moeder had gezegd dat ik de politie moest bellen zei ik toen tegen [medeverdachte 2]
dat ik naar mijn baas zou gaan om een voorschot te vragen op mijn loon. Ik werk bij
[bedrijf 2] . Ik hoorde dat [medeverdachte 2] zei dat dit goed was. Inmiddels was ook [naam 3] bij ons komen staan. Zij was alleen. [naam 3] heet zij, [naam 8] heeft wel vaker contact met haar. Toen [naam 3] er was vroeg [medeverdachte 2] nog aan haar wat zei er van vond dat ik al 5 maanden niet zou betalen. Ik zei toen nog een keer dat ik allang betaald had. Ik zag dat [naam 3] naar mij keek van wat is dit nu weer? Ik ben toen met [naam 8] en [naam 3] naar [bedrijf 2] gelopen.
Ik liep voor op, [medeverdachte 2] liep rechts naast mij, [medeverdachte 3] links, die donkere jongen liep nog
voor ons en [naam 8] en [naam 3] er achter. Ik ben toen alleen naar [bedrijf 2] gelopen, achterom. De rest bleef bij het gemeentehuis staan. Daar waar de handhaving uit komt, de grote trap. Ze stonden in het hoekje, dus recht tegenover de ingang van [bedrijf 2] zeg maar.
Achter [bedrijf 2] heb ik toen de politie gebeld, ik ben niet naar binnen gegaan bij [bedrijf 2] .
[naam 9] , mijn baas, kwam toen even later met de politie naar mij toe en vroeg wat ik nu weer gedaan had. Ik heb het toen uitgelegd. Ik ben toen met de politie meegegaan
(…) Maar ik ga dus ook niet meer alleen naar buiten.
2.
Het proces-verbaal van bevindingen van 17 maart 2022 (pagina 259), voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als relaas van de verbalisant:
Wij, verbalisanten, [verbalisant 3] en [verbalisant 2]
verklaren het volgende:
Op donderdag 17 maart 2022 omstreeks 12:30 uur spraken wij met een jongen welke
getuige is geweest van een bedreiging op 17 februari 2022. Wij vertelden getuige dat
wij nog een vraag hadden naar aanleiding van zijn eerdere verklaring over de
bedreiging.
Wij vroegen hem of hij zich de letterlijke tekst kon herinneren van de bedreiging.
Wij hoorden hem het volgende verklaren:
"De letterlijke tekst die [medeverdachte 2] tegen [slachtoffer 2] zei was : als je me nu die 20
euro niet geeft ga je de grond in. Dat waren zijn letterlijk woorden. "
Wij vroegen hem of die andere jongens die er bij waren ook nog wat gezegd hadden en
hoorden getuige verklaren:
"Ze zeiden allemaal ongeveer hetzelfde. Ik weet niet of die anderen ook gedreigd
hebben, maar volgens mij ook wel. Niemand heeft mij bedreigd, ik stond er alleen bij.
[slachtoffer 2] was echt bang." Wij vroegen getuige of [slachtoffer 2] ook nog was vastgepakt of dat er nog andere bedreigingen waren getuit. Wij hoorden dat getuige dat [slachtoffer 2] niet was vast gepakt en dat hij geen andere bedreigingen had gehoord.

3.

Het proces-verbaal van verhoorgetuige [getuige 2]van 10 maart 2022 (p. 255-256), voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, als verklaring van de getuige:
"Ongeveer 3 a 4 weken geleden, hebben [naam 8] en [slachtoffer 2] , op een avond (ik weet niet meer welke precies) afgesproken in de Thiemsbrug te Hengelo. (…) Toen ik bij Thiemsbrug aan kwam, belde ik met [naam 8] en vroeg waar ze waren. Ik hoorde van [naam 8] dat ze binnen waren, maar dat er een beetje gezeik was. Ik liep vervolgens Thiemsbrug binnen en zag [naam 8] , [slachtoffer 2] en [medeverdachte 2] . Er waren andere jongens bij, maar die ken ik niet en ik kan ze ook niet meer zo goed omschrijven. [naam 8] riep mij naar hem toe en vertelde mij dat [slachtoffer 2] nog geld moest betalen aan [medeverdachte 2] , volgens mij ging dit om 10 of 20 euro. Vervolgens zij [naam 8] tegen mij dat ik gewoon bij hem moest blijven staan en dat er niets aan de hand was.
Ik hoorde dat [slachtoffer 2] tegen [medeverdachte 2] zei; Ik heb dat geld nu niet, maar ik kan wel naar mijn baas gaan. Misschien dat hij het geld voor kan schieten, of woorden van gelijke strekking. Ik weet [slachtoffer 2] bij [bedrijf 2] werkt in de stad. Hierna zijn we met zijn allen richting [bedrijf 2] gelopen. Toen we bij [bedrijf 2] aan kwamen zag ik dat [slachtoffer 2] naar binnen ging en ik denk dat hij daar ongeveer 10 minuten binnen was, ik weet nog dat ik dit best lang vond. Achteraf hoorde ik van [naam 8] dat [slachtoffer 2] niet binnen was, maar dat hij in steegje naast [bedrijf 2] stond en dat hij daar de politie had gebeld.

4.

Het proces-verbaal van verhoor minderjarig verdachte[medeverdachte 2]van 16 maart 2022 (p. 346-349), voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, als relaas van de verbalisant:
0: Je wordt verdacht van afpersing en bedreiging van [slachtoffer 2] .
V: Kan jij vertellen wat er gebeurd is op donderdag 17 februari 2022, in Thiemsbrug?
A: Ja, ik zat daar met 2 vrienden. Hij kwam naar beneden gelopen vanaf de Action. Ik
wist dat hij een vriend van mij moest betalen. [slachtoffer 2] zei dat dit klopte en dat hij
dit al 4 maand niet had gedaan. [slachtoffer 2] zei dat hij dat geld niet had. [slachtoffer 2] zei dat
hij kon vragen bij zijn werk voor geld. Hij werkt bij [bedrijf 2] .
(…)
A: Ik was alleen met [verdachte] volgens mij.
V: Heb jij, of je vrienden, bedreigende woorden geuit naar de aangever ?
A: Nee. Niet toen. Daarna wel, maar daar was ik niet bij
V: Wie zou dat hebben gedaan?
A: Ik heb gehoord dat [slachtoffer 2] aangifte heeft gedaan op [verdachte] .
(…)
V: Wat heb jij wel gezegd dan?
A: Ik niet. Alleen gevraagd wanneer hij de jongen gaat betalen
V: Waarvoor was dat dan?
A: Geld geleend.
V: Van ?
A: Een vriend van mij.
V: Waarvoor was er geld geleend?
A: Weet ik niet
V: Op de Pof?
A: 5 euro voor sigaretten of zo. Hij en een vriend hadden geld geleend dus zo doende.
V: Hoezo kom jij dan verhaal halen?
A: Gewoon vragen
(…)
A: Nee, had alleen gehoord dat hij geld moest betalen en toen ik hem zag heb ik hem aangesproken.
(…)
V: Wat zou er gebeuren als hij niet zou betalen?
A: Niets, dat zou ik over later aan hun
V: Wie is hun?
A: Aan [verdachte] . [slachtoffer 2] moest [verdachte] nog betalen
(…)
A: Ik weet alleen dat hij geld heeft geleend.
V: Hoeveel?
A: 10 euro of zo
V: Hoezo is dit bedrag verhoogd?
A: Omdat er al 4 a 5 maanden overheen is gegaan
A: [verdachte] heeft het alleen tegen mij gezegd dat die jongen hem nog geld moest betalen. (…)
5.
Het proces-verbaal van bevindingen van 5 maart 2022 (pagina 260-261), voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, als relaas van de verbalisant:
Op zaterdag 5 maart 2022 heb ik een aangifte opgenomen van [slachtoffer 2] . [slachtoffer 2] was in gezelschap van zijn moeder, [moeder van slachtoffer] . Moeder heeft begeleider [begeleider] gevraagd om bestanden naar mij door te sturen die betrekking hadden op de bedreiging en afpersing contra haar zoon [slachtoffer 2] .
Van genoemde [begeleider] kreeg ik vervolgens telefonisch de volgende bestanden
toegestuurd:
Een viertal screenshots welke onder nummer 1 t/m 4 zijn toegevoegd op het fotoblad
als bijlage bij dit proces verbaal. Deze screenshots zijn gemaakt van berichten welke
zoon naar zijn moeder had gestuurd ten tijde van de bedreiging en de poging tot
afpersing op 17 februari 2022. Ik las in de berichten dat er geschreven wordt dat er
15 euro overgemaakt moet worden omdat hij moet pinnen in de stad en hij anders dood is. Onder nummer 5 is een screenshot bijgevoegd afkomst van [verdachte] en gestuurd naar slachtoffer [slachtoffer 2] . Hierin staat geschreven dat [verdachte] op zoek is naar zijn KKR geld.
Daarnaast ontving ik een drietal zogenaamde schermopnames. Deze schermopnames zijn door mij opgeslagen op het computersysteem van de politie. Ik zag dat op deze
bestanden het volgende te zien en te horen was:
Schermopname 1:
Ik zag de layout van de applicatie SNAPCHAT en bovenin de naam [verdachte] staan. Ik las het volgende bovenin beeld, kennelijk verstuurd door aangever [slachtoffer 2] :
Na ik heb niks op de pof gedaan iemand uit mijn scoro kals heeft 5 euro op de pof
gedaan als je nodig hebt moet je na zijn groep gaan [zorginstelling] 58 B wie ben je dan
Vervolgens zag ik dat [verdachte] een spraakbericht verstuurd en daarbij de tekst
Morgen [bijnaam 1] 50 euro Nu
Ik speelde het spraakbericht af en hoorde het volgende:
Mattie jij hoeft helemaal niks te weten van mij broer als jij morgen niet bij KANKER [bijnaam 1] bent (andere stem op achtergrond : jouw kankermoeder!) met mijn KANKERgeld mattie ga je KANKER zien wat er met jou gaat gebeuren ik ga jouw KANKER ouders laten huilen broer.
Schermopname 2:
Ik zag wederom de layout van de applicatie SNAPCHAT en bovenin beeld de naam [verdachte] staan. Vervolgens kwamen de volgende berichten in beeld.
[verdachte] : Ik zoek m’n kkr geld
Ik: Van mij? Ik heb niks op de pof meer bij jou [naam 10] ja ik nie
[verdachte] : Pas op met die ss mattie ik zeg je 1 ding
(…) [verdachte] : Anders kom ik jullie allebei opzoeken en geloof me dat wil je niet mattie.
6.
Het proces-verbaal van verhoor verdachte [verdachte] van 16 maart 2022 (pagina 679-685), voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als relaas van de verbalisant:
Gebruik je social media? Tijdens het verhoor op 6 juli 2021, gaf je aan gebruik te
maken van de volgende social media profielen. Snapprofiel [bijnaam 5] en instaprofiel
[bijnaam 3] . Klopt het dat je [bijnaam 3] als profiel op snapchat hebt,
A: Op snapchat kun je nu eenmalig je profielnaam wijzigen. Ik heb op snapchat mijn
gebruikersnaam van [bijnaam 5] veranderd in [bijnaam 3] (…)
V: [slachtoffer 2] heeft bij jou ook een keer voor 5 euro wiet gekocht voor een bekende van hem. Uiteindelijk betaald deze bekende niet en hield je [slachtoffer 2] hiervoor
verantwoordelijk. Je dreigt [slachtoffer 2] wat aan te doen als hij niet betaald.
Uiteindelijk betaald hij jou het viervoudige, dus 20 euro. Waarom is dat?
A: Dat is iets anders gedaan. Hij heeft dingen gezegd over mij.
Ik had hem eerst bedreigd van waarom zeg je dat allemaal. (…) Ik heb toen gezegd 20 euro en dan is het klaar.
V: Je blijft contact zoeken met [slachtoffer 2] via Snapchat. Je stuurt onder andere, waar is
mijn kkr geld. Wil je hierop reageren?
A: Dat heb ik gezegd.
V: Uiteindelijk ben jij niet tevreden en moet [slachtoffer 2] jou 50 euro betalen, dit blijkt
uit berichten van snapchat. Je dreigt hem om te slaan, als die dat niet betaald. Wat
wil je hierop zeggen?
A: (…) Het is wel ongeveer zo gelopen.
(…)
V: Ik laat je een bericht zien die jij aan [slachtoffer 2] hebt gestuurd via Snapchat. In dat
bericht bedreig je hem met, Wat jij binnekort moet betalen is jou kkr begafenis. Wat
wil je van deze bedreiging en wat wil je hierop zeggen?
A: Nee dat is duidelijk genoeg toch.
V: Ik laat je een snapchat bericht zien. In dit snapchat bericht stuur jij ook een
geluidsopname. Daarin zeg je als je morgen niet met mijn kanker geld bij [bijnaam 1] bent,
daar ga je kanker zien wat er met jou gaat gebeuren. Ik ga jou kankerouders laten
huilen broer. Wat wil je hierop zeggen?
A: Ik ben die stem op de achtergrond.
(…)
V: Op 17 februari 2022, komt [slachtoffer 2] een paar van jou vrienden tegen, waaronder [medeverdachte 2]
haalt [slachtoffer 2] aan en zegt tegen [slachtoffer 2] dat hij jou nog geld schuldig
is. [medeverdachte 2] neemt daarna telefonisch contact op met jou. [slachtoffer 2] word vervolgens
bedreigd en moet 15 euro geven. Dit geld heeft hij op dat moment niet. Hij zegt dat
hij mogelijk een voorschot van zijn werk ( [bedrijf 2] ) kan krijgen. Op camerabeelden is te
zien dat [medeverdachte 2] en [verdachte] en nog een vriend van jou samen met [slachtoffer 2] naar [bedrijf 2] toe
lopen. Wat wil je hierop zeggen?
A: Niets ik kwam later pas aan.
V: Er word door een getuige bevestigd dat [slachtoffer 2] bedreigd werd en dat hij in elkaar
geslagen zou worden als hij niet betaalde. Wat kun je hierop zeggen?
A: Daar weet ik niets van. Alleen dat hij geld zou ophalen bij [bedrijf 2] .
V: Wat zei [medeverdachte 2] tegen jou aan de telefoon?
A: Dat [slachtoffer 2] hier is en dat hij jou geld gaat terugbetalen. Daarom ben ik dit kant
opgegaan.(…)
V: Vind je dat rechtvaardig dat hij jou geld moest betalen?
A: Hij had of dit verdiend of klappen verdiend.
7.
Proces-verbaal ter terechtzitting van 7 april 2023, inhoudende, zakelijk weergegeven als verklaring van verdachte[verdachte]:
Ik heb eerder met [slachtoffer 2] een conflict gehad op school. Daarna heb ik hem benaderd via Snapchat. Ik heb hem wel eerst gedreigd en toen bood hij geld aan. Toen ik daarmee akkoord ging heeft hij ook betaald. Ja, ik vind het zelf ook wel raar dat ik de in de tenlastelegging genoemde bedreigingen heb geuit richting [slachtoffer 2] .

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van politie eenheid Oost-Nederland met nummer PL0600-2022103013, gesloten op 4 april 2022. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina’s van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.