ECLI:NL:RBOVE:2023:1756

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
15 mei 2023
Publicatiedatum
16 mei 2023
Zaaknummer
08-305861-19, 08-103848-22 (ttz. gev.) en 13-227557-19 (vtul) (P)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een man voor bedreiging, oplichting en witwassen

Op 15 mei 2023 heeft de Rechtbank Overijssel een 34-jarige man veroordeeld tot een gevangenisstraf van 12 maanden voor bedreiging, oplichting en witwassen. De man heeft zich schuldig gemaakt aan bedreiging van [aangever 1] door haar via WhatsApp te bedreigen met een vuurwapen. Daarnaast heeft hij [aangever 2] opgelicht door zich voor te doen als verhuurder en haar te laten betalen voor een woning die niet bestond. Ook heeft hij [aangever 3] opgelicht door een valse betaling te doen voor een Volkswagen Golf. Tot slot heeft hij zich schuldig gemaakt aan witwassen door een Kia Rio, die hij via oplichting had verkregen, te verkopen. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie gevolgd en de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 12 maanden, waarbij de eerder opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf van 2 maanden ook moet worden uitgezeten. De rechtbank heeft ook schadevergoedingen toegewezen aan de benadeelde partijen, waaronder [aangever 2] en [aangever 1]. De verdachte is schuldig bevonden aan meerdere feiten, maar is vrijgesproken van een aantal andere beschuldigingen wegens gebrek aan bewijs.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Meervoudige kamer
Zittingsplaats Almelo
Parketnummers: 08-305861-19, 08-103848-22 (ttz. gev.) en 13-227557-19 (vtul) (P)
Datum vonnis: 15 mei 2023
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1988 in [geboorteplaats] ,
nu verblijvende in de PI Achterhoek: locatie Ooyerhoek.

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzittingen van 17 april 2023 en 8 mei 2023.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie
mr. S. Leusink-Dijk en van wat door verdachte en zijn raadsvrouw mr. D. Greven, advocaat in Borne, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
Parketnummer 08-305861-19
feit 1:[aangever 1] (hierna ook: [aangever 1] ) heeft bedreigd;
feit 2:[aangever 2] (hierna ook: [aangever 2] ) heeft opgelicht;
feit 3:meerdere geldbedragen heeft witgewassen;
feit 4:[aangever 3] (hierna ook: [aangever 3] ) heeft opgelicht;
parketnummer 08-103848-22
feit 1:[aangever 4] (hierna ook: [aangever 4] ) heeft opgelicht;
feit 2:een Kia Rio heeft witgewassen.
Voluit luiden de tenlasteleggingen aan verdachte, dat:
Parketnummer 08-305861-19
1
hij op of omstreeks 3 november 2019 te Enschede [aangever 1] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door die [aangever 1] via Whatsapp een of meerdere bericht(en) te sturen, onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
- de tekst(en): "Als je me blokt komen er problemen" en/of "Luister" en/of
- ( daarbij) een foto van hem, verdachte, met een pistool, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, in zijn hand en/of
- ( vervolgens) de tekst(en): Zie je die" en/of "Je hebt aangifte tegen me gedaan" en/of "Gaan we wat regelen" en/of "Met niemand praten ok" althans woorden en/of feitelijkheden van gelijke dreigende aard en/of strekking;
2
hij in of omstreeks de periode van 15 oktober 2019 tot en met 16 oktober 2019 te Enschede, althans in Nederland met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [aangever 2] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten te weten een geldbedrag van 625,00 euro, althans enig geldbedrag, door:
- op een Facebook bericht van voornoemde [aangever 2] te reageren dat zij voor het huren van een woning contact kon opnemen met het telefoonnummer [telefoonnummer 1] , althans zich voor te doen als een bonafide verhuurder en/of
- ( daarbij) te vertellen dat dit het telefoonnummer van [alias 1 verdachte] was (waarvan voornoemde [aangever 2] wist dat deze persoon huizen verhuurde) en/of
- ( vervolgens, toen voornoemde [aangever 2] voornoemd telefoonnummer een bericht stuurde) zich via What'sApp voor te doen als [alias 1 verdachte] en te vertellen dat hij een huurwoning voor voornoemde [aangever 2] had en dat ze kon kiezen uit drie huurwoningen en/of
- ( vervolgens, nadat Voornoemde [aangever 2] aangaf het huis aan de [adres 1] te willen huren) te vertellen dat hij al bezig was met het opstellen van een huurcontract en/of de gegevens van voornoemde [aangever 2] te vragen en/of te zeggen dat alles meteen geregeld kon worden als zij het geldbedrag alvast kon betalen en/of overmaken en/of
- ( vervolgens, zich voordoend als [alias 1 verdachte] ) te zeggen dat zij dit over moest maken naar het rekeningnummer [rekeningnummer] op naam van [verdachte] (verdachte) en dat deze persoon alles verder zou regelen en/of dat deze persoon voornoemde [aangever 2] de sleutels van de woning zou overhandigen;
3
hij, op een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 20 oktober 2019 tot en met 25 oktober 2019, te Enschede, althans in Nederland,
- een geldbedrag van 3000,00 euro en/of
- een geldbedrag van 4000,00 euro en/of
- een geldbedrag van 3500,00 euro, althans enig geldbedrag, althans een of meerde voorwerpen, heeft verworven, voorhanden heeft gehad, heeft overgedragen, heeft omgezet, en/of gebruik heeft gemaakt, terwijl hij, verdachte, wist dat dat/die voorwerp(en) - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig misdrijf;
4
hij op of omstreeks 20 december 2019 te Gronou, althans in Nederland met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [aangever 3] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten een personenauto (merk/type: Volkswagen Golf), door:
- te reageren op een advertentie van voornoemde [aangever 3] betreffende de verkoop van een Volkswagen Golf op Marktplaats.nl en/of onder die advertentie een geldbedrag van 4750,00 euro te bieden op voornoemde Volkswagen, althans zich voor te doen als een bonafide koper en/of
- ( vervolgens) met voornoemde [aangever 3] een afspraak te maken om de auto over te laten schrijven en/of
- ( vervolgens) een vals/vervalst(e) screenshot/afbeelding waarop een overboeking van 4750,00 naar de rekening van voornoemde [aangever 3] te zien is te sturen naar voornoemde [aangever 3] , althans aan voornoemde [aangever 3] te tonen.
Parketnummer 08-103848-22
1
hij op of omstreeks 26 augustus 2021 te Enschede, althans in Nederland, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [aangever 4] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, dan wel het verlenen van een dienst, namelijk het ter beschikking stellen van een auto (te weten een Kia Rio met kenteken [kenteken] ) en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten een afbeelding van het kentekenbewijs en de tenaamstellingscode van deze Kia Rio, hebbende verdachte met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven -
- zich voorgedaan als (bonafide) huurder van de auto op de applicatie 'Snappcar' en/of
- daarbij (telkens) de indruk gewekt dat hij, verdachte, voornemens was de auto terug te leveren aan de verhuurder, immers heeft verdachte (telkens) contact gehouden met verhuurder en meerdere keren verklaard dat hij de auto terug zou brengen en/of
- ( vervolgens) die [aangever 4] heeft verzocht een afbeelding te verstrekken van het kentekenbewijs en de tenaamstellingscode van de Kia Rio en/of
- daarbij (telkens) het account op de applicatie ‘Snappcar’ op naam van [alias 2 verdachte] en/of de naam ‘ [alias 2 verdachte] ’ te gebruiken en/of
- daarbij (telkens) een valse, althans een andere dan verdachtes werkelijke woonplaats en/of valse, althans een andere dan verdachtes werkelijke, adresgegevens, te weten ' [adres 2] ';
2
hij op of omstreeks 27 augustus 2021, te Holten, gemeente Rijssen-Holten, een voorwerp (een auto van het merk Kia Rio, met kenteken [kenteken] ) heeft overgedragen en/of heeft omgezet, terwijl hij, verdachte, wist, althans redelijkerwijs moest vermoeden, dat dit voorwerp onmiddellijk of middellijk, geheel of gedeeltelijk, afkomstig was uit enig misdrijf.

3.De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaardingen geldig zijn, dat zij bevoegd is tot kennisneming van de zaken, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.De bewijsmotivering

Parketnummer 08-305861-19
4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat alle feiten wettig en overtuigend bewezen kunnen worden verklaard.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft bepleit dat de feiten 2 en 4 wettig en overtuigend bewezen kunnen worden verklaard. Ten aanzien van de feiten 1 en 3 heeft de raadsvrouw vrijspraak bepleit wegens een gebrek aan voldoende wettig en overtuigend bewijs.
4.3.
Het oordeel van de rechtbank
Feit 1 Bedreiging [aangever 1]
Vaststelling van de feiten en omstandigheden
De rechtbank stelt op grond van de inhoud van het dossier en het behandelde ter terechtzitting de volgende feiten en omstandigheden vast.
Op 1 november 2019 deed [aangever 1] aangifte tegen verdachte. Hij zou haar hebben opgelicht. Dit feit is aan verdachte ten laste gelegd als witwassen, het feit onder 3. Op 3 november 2019 kreeg [aangever 1] een whatsappbericht van het telefoonnummer [telefoonnummer 2] . In het bericht stond ‘als je me blokt komen er problemen’ ‘Luister’. Vervolgens werd er een foto gestuurd van een hand die een pistool vasthoudt. Ook ontving [aangever 1] de berichten ‘Zie je die’, ‘Je hebt aangifte tegen me gedaan’, ‘Gaan we wat regelen’, en ‘Met niemand verder praten ok’. Naar aanleiding van deze berichten heeft [aangever 1] op 3 november 2019 aangifte gedaan van bedreiging door verdachte.
Bewijsoverweging en conclusie
In de appberichten wordt geschreven dat [aangever 1] aangifte heeft gedaan tegen de verzender van de berichten. [aangever 1] heeft twee dagen voordat zij de bedreigende appberichten ontving, aangifte gedaan tegen verdachte. Verdachte ontkent de bedreiging en stelt dat het telefoonnummer niet zijn telefoonnummer is. Het telefoonnummer waarmee de berichten zijn gestuurd, komt echter ook naar voren in de aangifte van [aangever 2] (feit 2), die verklaart dat verdachte haar enkele weken voordien met telefoonnummer [telefoonnummer 2] heeft gebeld. Dit feit bekent verdachte. De rechtbank acht daarom wettig en overtuigend bewezen dat verdachte degene is die de bedreigende berichten heeft verstuurd.
Feit 2 Oplichting [aangever 2]
Vaststelling van de feiten en omstandigheden
De rechtbank stelt op grond van de inhoud van het dossier en het behandelde ter terechtzitting de volgende feiten en omstandigheden vast.
Op dinsdag 15 oktober 2019 kreeg [aangever 2] een reactie op haar advertentie op Facebook, waarin zij meldde met spoed op zoek te zijn naar een woning. Zij kreeg een bericht van verdachte, die haar berichtte contact op te nemen met zijn telefoonnummer [telefoonnummer 1] .
In whatsappcontact van [aangever 2] met het genoemde nummer, deed verdachte zich voor als verhuurder [alias 1 verdachte] . Verdachte, zich voordoend als [alias 1 verdachte] , liet aan [aangever 2] weten dat hij een woning voor haar had en verwees haar door naar [verdachte] (zichzelf dus) voor de afhandeling van betaling en de overhandiging van de sleutels. Verdachte (nog steeds append onder de naam van [alias 1 verdachte] ) deelde [aangever 2] mee dat, als zij direct € 625,00 over zou maken aan verdachte, het contract direct geregeld zou worden en [aangever 2] de volgende dag de sleutels zou kunnen ophalen van de door haar gehuurde woning. [aangever 2] heeft direct € 625,00 overgemaakt aan verdachte. Zij heeft geen sleutels van een woning ontvangen. Ook heeft zij het geld niet terug gehad.
Bewijsoverweging en conclusie
De rechtbank komt tot bewezenverklaring van het onder 2 ten laste gelegde feit op grond van de in de bijlage bij dit vonnis opgenomen bewijsmiddelen, waarbij de rechtbank - nu verdachte dit feit heeft bekend en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit - conform artikel 359, derde lid, laatste volzin van het Wetboek van Strafvordering (Sv), zal volstaan met een opsomming van de bewijsmiddelen.
Feit 3 Witwassen meerdere geldbedragen
Vaststelling van de feiten en omstandigheden
Tussen 20 en 25 oktober 2019 zijn meerdere grote geldbedragen overgeschreven van de bankrekening van [aangever 1] naar verschillende tegenrekeningen, waaronder de bankrekening van verdachte. [aangever 1] heeft vervolgens aangifte gedaan van oplichting.
Vrijspraak
De rechtbank overweegt dat uit het dossier en het verhandelde ter zitting onvoldoende is komen vast te staan dat verdachte wist dat de geldbedragen die zijn overgeschreven van het rekeningnummer van [aangever 1] naar het rekeningnummer van verdachte middellijk dan wel onmiddellijk afkomstig zijn uit enig misdrijf. Verdachte zal daarom van dit feit worden vrijgesproken.
Feit 4 Oplichting [aangever 3]
Vaststelling van de feiten en omstandigheden
De rechtbank stelt op grond van de inhoud van het dossier en het behandelde ter terechtzitting de volgende feiten en omstandigheden vast.
Op 26 januari 2020 heeft verdachte gereageerd op een advertentie op Marktplaats, waarin een grijze Volkswagen Golf door [aangever 3] werd aangeboden. Hij bood de vraagprijs van € 4.750,00. Op 27 januari 2020 is de auto opgehaald door [naam 1] , een bekende van verdachte. Verdachte zou het bedrag van € 4.750,00 betalen.
Voordat de auto werd overgedragen aan [naam 1] , ontving [aangever 3] van verdachte een screenshot, waarop een overschrijving van € 4.750,00 naar de rekening van [aangever 3] te zien is. Deze overschrijving heeft verdachte aangemaakt via een valse bankierenapp. Het geld is niet op de rekening van [aangever 3] overgeschreven.
Bewijsoverweging en conclusie
De rechtbank komt tot bewezenverklaring van het onder 4 ten laste gelegde feit op grond van de in de bijlage bij dit vonnis opgenomen bewijsmiddelen, waarbij de rechtbank - nu verdachte dit feit heeft bekend en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit - conform artikel 359, derde lid, laatste volzin Sv, zal volstaan met een opsomming van de bewijsmiddelen.
Parketnummer 08-103848-22
4.4
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de feiten wettig en overtuigend bewezen kunnen worden verklaard.
4.5
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft bepleit dat de feiten wettig en overtuigend bewezen kunnen worden verklaard.
Vaststelling van de feiten en omstandigheden
De rechtbank stelt op grond van de inhoud van het dossier en het behandelde ter terechtzitting de volgende feiten en omstandigheden vast.
Op 26 augustus 2021 verhuurde [aangever 4] haar Kia Rio aan verdachte via Snappcar. Verdachte had een account bij Snappcar onder de naam [alias 2 verdachte] . Het lukte niet om de verhuur in te loggen bij Snappcar, nadat de boeking al wel was goedgekeurd door Snappcar. [aangever 4] heeft de auto aan hem meegegeven.
Wanneer verdachte onderweg is met de auto stuurt hij via whatsapp een bericht aan [aangever 4] , waarin hij vraagt om het kentekenbewijs en de tenaamstellingscode. [aangever 4] stuurt een foto van het kentekenbewijs en de tenaamstellingscode.
Op vrijdag 27 augustus 2021 biedt verdachte de Kia Rio aan op een website. Verdachte verkoopt diezelfde dag de auto aan [bedrijf] .
Bewijsoverweging en conclusie
De rechtbank komt tot bewezenverklaring van de ten laste gelegde feiten op grond van de in de bijlage bij dit vonnis opgenomen bewijsmiddelen, waarbij de rechtbank - nu verdachte deze feiten heeft bekend en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit - conform artikel 359, derde lid, laatste volzin Sv, zal volstaan met een opsomming van de bewijsmiddelen.
4.6
De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat:
Parketnummer 08-305861-19
1
hij op
of omstreeks3 november 2019 te Enschede [aangever 1] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door die [aangever 1] via Whatsapp
een ofmeerdere bericht
(en
)te sturen, onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
- de tekst
(en
): "Als je me blokt komen er problemen" en
/of"Luister" en
/of
- ( daarbij) een foto van hem, verdachte, met
een pistool, althanseen op een vuurwapen gelijkend voorwerp, in zijn hand en
/of
-
(vervolgens
)de tekst
(en
): “Zie je die" en
/of"Je hebt aangifte tegen me gedaan" en
/of"Gaan we wat regelen" en
/of"Met niemand praten ok";
2
hij in
of omstreeksde periode van 15 oktober 2019 tot en met 16 oktober 2019 te Enschede,
althans in Nederlandmet het oogmerk om zich
en/of een anderwederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en
/ofeen valse hoedanigheid en
/of door listige kunstgrepen en/ofdoor een samenweefsel van verdichtsels, [aangever 2] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed,
het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te wetente weten een geldbedrag van 625,00 euro
, althans enig geldbedrag, door:
- op een Facebook bericht van voornoemde [aangever 2] te reageren dat zij voor het huren van een woning contact kon opnemen met het telefoonnummer [telefoonnummer 1] ,
althans zich voor te doen als een bonafide verhuurderen
/of
-
(daarbij)te vertellen dat dit het telefoonnummer van [alias 1 verdachte] was (waarvan voornoemde [aangever 2] wist dat deze persoon huizen verhuurde) en
/of
-
(vervolgens, toen voornoemde [aangever 2] voornoemd telefoonnummer een bericht stuurde)zich via What'sApp voor te doen als [alias 1 verdachte] en te vertellen dat hij een huurwoning voor voornoemde [aangever 2] had en dat ze kon kiezen uit drie huurwoningen en
/of
-
(vervolgens, nadat voornoemde [aangever 2] aangaf het huis aan de
[adres 1]te willen huren,
)te vertellen dat hij al bezig was met het opstellen van een huurcontract en
/ofde gegevens van voornoemde [aangever 2] te vragen en
/ofte zeggen dat alles meteen geregeld kon worden als zij het geldbedrag alvast kon betalen en
/ofovermaken en
/of
- ( vervolgens, zich voordoend als [alias 1 verdachte] ) te zeggen dat zij dit over moest maken naar het rekeningnummer [rekeningnummer] op naam van [verdachte] (verdachte) en dat deze persoon alles verder zou regelen en
/ofdat deze persoon voornoemde [aangever 2] de sleutels van de woning zou overhandigen;
4
hij
op ofomstreeks 20 december 2019
te Gronou, althansin Nederland met het oogmerk om zich en
/ofeen ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van
een valse naam en/ofeen valse hoedanigheid en
/ofdoor listige kunstgrepen
en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [aangever 3] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed
, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld,te weten een personenauto (merk/type: Volkswagen Golf), door:
- te reageren op een advertentie van voornoemde [aangever 3] betreffende de verkoop van een Volkswagen Golf op Marktplaats.nl en
/ofonder die advertentie een geldbedrag van 4750,00 euro te bieden op voornoemde Volkswagen,
althans zich voor te doen als een bonafide koperen
/of
-
(vervolgens
)met voornoemde [aangever 3] een afspraak te maken om de auto over te laten schrijven en
/of
-
(vervolgens
)een
vals/vervalst(e) screenshot/afbeelding waarop een overboeking van 4750,00 euro naar de rekening van voornoemde [aangever 3] te zien is te sturen naar voornoemde [aangever 3]
, althans aan voornoemde [aangever 3] te tonen.
Parketnummer 08-103848-22
1
hij op
of omstreeks26 augustus 2021
te Enschede, althansin Nederland, met het oogmerk om zich en
/ofeen ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en
/ofeen valse hoedanigheid en
/of door listige kunstgrepen en/ofdoor een samenweefsel van verdichtsels, [aangever 4] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed,
dan wel het verlenen van een dienst,namelijk het ter beschikking stellen van een auto (te weten een Kia Rio met kenteken [kenteken] ) en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten een afbeelding van het kentekenbewijs en de tenaamstellingscode van deze Kia Rio, hebbende verdachte met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven -
- zich voorgedaan als
(bonafide
)huurder van de auto op de applicatie 'Snappcar' en
/of
- daarbij
(telkens)de indruk gewekt dat hij, verdachte, voornemens was de auto terug te leveren aan de verhuurder, immers heeft verdachte
(telkens)contact gehouden met verhuurder en meerdere keren verklaard dat hij de auto terug zou brengen en
/of
-
(vervolgens)die [aangever 4] heeft verzocht een afbeelding te verstrekken van het kentekenbewijs en de tenaamstellingscode van de Kia Rio en
/of
- daarbij
(telkens)het account op de applicatie ‘Snappcar’ op naam van [alias 2 verdachte] en
/ofde naam ‘ [alias 2 verdachte] ’ te gebruiken en
/of
- daarbij
(telkens)een
valse, althans eenandere dan verdachtes werkelijke woonplaats en
/of valse, althans eenandere dan verdachtes werkelijke
,adresgegevens, te weten ' [adres 2] ' op te geven;
2
hij op
of omstreeks27 augustus 2021, te Holten, gemeente Rijssen-Holten, een voorwerp (een auto van het merk Kia Rio, met kenteken [kenteken] ) heeft overgedragen en
/ofheeft omgezet, terwijl hij, verdachte, wist
, althans redelijkerwijs moest vermoeden,dat dit voorwerp onmiddellijk
of middellijk,geheel
of gedeeltelijk,afkomstig was uit enig misdrijf.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten zijn verbeterd in de bewezenverklaring. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

5.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld in de artikelen 285, 326 en 420bis van het Wetboek van Strafrecht (Sr). Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op:
Parketnummer 08-305861-19
feit 1
het misdrijf:
bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht en met zware mishandeling;
feit 2
het misdrijf:
oplichting;
feit 4
het misdrijf:
oplichting.
Parketnummer 08-103848-22
feit 1
het misdrijf:
oplichting;
feit 2
het misdrijf:
witwassen.

6.De strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor de bewezenverklaarde feiten.

7.De op te leggen straf of maatregel

7.1
De vordering van de officier van justitie
Gelet op de aard van de ten laste gelegde feiten alsmede gezien nog lopend strafrechtelijk onderzoek tegen verdachte in (een) andere za(a)k(en) acht de officier van justitie het niet opportuun om oplegging van de maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders (ISD-maatregel) te vorderen. Zij vordert een gevangenisstraf van twaalf maanden.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging verzoekt de ISD-maatregel op te leggen.
7.3
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoon van verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De rechtbank acht daarbij in het bijzonder het volgende van belang.
Aard en ernst van de gepleegde feiten
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan bedreiging, en meermaals aan oplichting. Daarnaast heeft hij zich schuldig gemaakt aan witwassen van een auto die hij door middel van oplichting voorhanden had.
Bedreiging is een ernstig feit. Het raakt aan de persoonlijke veiligheid van de slachtoffers. Slachtoffers ondervinden vaak gevoelens van angst, onzekerheid en onveiligheid. Verdachte heeft [aangever 1] bedreigd met een afbeelding van een vuurwapen. Hij heeft haar daarmee veel angst ingeboezemd, zo zeer dat zij haar huis niet meer uit durfde.
Door zich bij herhaling schuldig te maken aan oplichting heeft verdachte bovendien misbruik gemaakt van het vertrouwen van zijn medemens. Verdachte liet zijn slachtoffers geloven dat hij te vertrouwen was en wist door listige praatjes zijn slachtoffers zover te krijgen dat zij hem gaven wat hij wilde. Verdachte laat hierbij blijken geen enkele rekening te houden met zijn slachtoffers, en enkel oog te hebben voor zijn eigen financieel gewin. [aangever 2] liet duidelijk blijken wanhopig en met spoed op zoek te zijn naar een woning samen met haar dochter. Daarnaast blijkt uit de door haar met verdachte gevoerde appconversatie dat zij onder bewind stond. Verdachte maakte ernstig misbruik van haar penibele situatie door haar te doen geloven dat hij een woning voor haar had, als ze maar snel zou betalen. [aangever 4] liet weten haar auto echt nodig te hebben en niet tegen diefstal verzekerd te zijn, maar ook hier liet verdachte zich niet door scrupules weerhouden en koos voor gemakkelijk en snel geld door misbruik te maken van haar vertrouwen en de auto te verkopen.
Verdachte maakt zich hiermee schuldig aan nare feiten, waarmee hij niet alleen het vertrouwen van zijn slachtoffers heeft beschaamd, maar hen ook financieel en ander leed aan heeft gedaan.
Persoon van verdachte
De rechtbank houdt rekening met het uittreksel uit de justitiële documentatie over verdachte van 21 april 2023, waaruit blijkt dat verdachte al veel meer vermogensfeiten en andere feiten heeft gepleegd. Hieruit blijkt bovendien dat verdachte op 5 augustus 2022 is veroordeeld voor diefstal van fietsen. Nu de onderhavige feiten hebben plaatsgevonden voor die veroordeling, houdt de rechtbank rekening met het bepaalde in artikel 63 Sr.
De reclassering heeft in haar rapportage van 11 april 2023 te kennen gegeven dat zij veel risicofactoren ziet en nauwelijks beschermende factoren bij verdachte. Zijn psychosociaal functioneren, zijn beïnvloedbaarheid en vaardigheidstekorten, zijn houding en zijn sociale netwerk zijn risicofactoren. Er is sprake van een complexe en hardnekkige problematiek. Verdachte heeft bij de reclassering gezegd dat hij zijn leven wil veranderen. Hij acht een ISD-maatregel passend om daadwerkelijk tot verandering te komen. De reclassering adviseert daarom een ISD-maatregel op te leggen.
Ook het NIFP heeft een advies uitgebracht over verdachte, op 25 januari 2023. Men ziet geen contra-indicaties voor het opleggen van de ISD-maatregel. Verdachte is een zeer actieve veelpleger, die zich niet houdt aan voorwaarden van de reclassering. Ook werkt hij niet mee aan opgelegde behandeltrajecten. Er zijn aanwijzingen voor psychopathologie, maar deze zijn niet van dien aard dat een ISD-maatregel niet uitgevoerd kan worden.
Straf
De rechtbank merkt op dat de ISD-maatregel volgens artikel 38m Sr enkel kan worden opgelegd op vordering van het openbaar ministerie. Reeds nu de officier van justitie geen ISD-maatregel gevorderd heeft, kan de rechtbank deze niet opleggen. Maar ook overigens geven de bewezen verklaarde feiten daartoe geen aanleiding, nog daargelaten de mogelijke uitkomsten van lopend strafrechtelijk onderzoek. Gezien de ernst van de gepleegde feiten kan niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Alles afwegende is de rechtbank van oordeel dat een gevangenisstraf van twaalf maanden passend en geboden is. De reeds in verzekering doorgebrachte tijd zal op de gevangenisstraf in mindering worden gebracht.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de verdachte in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma als bedoeld in artikel 4 van de Penitentiaire beginselenwet.

8.De schade van benadeelden

8.1
De vordering van de benadeelde partijen
Parketnummer 08-305861-19
Feit 2
[aangever 2] heeft zich als benadeelde partij gevoegd in dit strafproces. De benadeelde partij vordert verdachte te veroordelen om schadevergoeding te betalen tot een totaalbedrag van € 625,00, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het moment waarop de schade is ontstaan. De gevorderde materiële schade bestaat uit het geldbedrag dat zij aan verdachte heeft betaald.
Feit 3
[aangever 1] heeft zich als benadeelde partij gevoegd in dit strafproces. De benadeelde partij vordert verdachte te veroordelen om schadevergoeding te betalen tot een totaalbedrag van € 10.305,00, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het moment waarop de schade is ontstaan. De gevorderde materiële schade bestaat uit de volgende posten:
- ID-kaart € 55,00
- Spaargeld € 10.000,00
- Telefoon Iphone 7 € 250,00.
Parketnummer 08-103848-22
Feit 2
[naam 2] heeft zich namens [bedrijf] als benadeelde partij gevoegd in dit strafproces. De benadeelde partij vordert verdachte te veroordelen om schadevergoeding te betalen tot een totaalbedrag van € 5.200,00, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het moment waarop de schade is ontstaan. De gevorderde materiële schade bestaat uit het inkoopbedrag van de auto.
8.2
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vorderingen van [aangever 2] en [bedrijf] geheel voor vergoeding in aanmerking komen. De vordering van [aangever 1] dient gedeeltelijk te worden toegewezen tot een bedrag van € 9.035,00, omdat meer is gevorderd dan uit de bankoverzichten blijkt.
8.3
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft de vordering van [aangever 2] niet betwist. [aangever 1] dient
niet-ontvankelijk te worden verklaard in haar vordering, nu de verdediging vrijspraak heeft bepleit voor dit feit. Ook [bedrijf] dient niet-ontvankelijk te worden verklaard in haar vordering, omdat er geen sprake is geweest van goede trouw bij de aankoop van de auto.
8.4
Het oordeel van de rechtbank
Parketnummer 08-305861-19
Feit 2
Door de gebezigde bewijsmiddelen en de behandeling op de terechtzitting is komen vast te staan dat verdachte door het bewezen verklaarde feit rechtstreeks schade heeft toegebracht aan de benadeelde partij [aangever 2] . De opgevoerde schadepost is niet betwist en is voldoende aannemelijk op basis van de inhoud van het dossier. De rechtbank zal het gevorderde daarom toewijzen tot een bedrag van € 625,00, te vermeerderen met de verschuldigde wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan, te weten 16 oktober 2019.
Feit 3
De vordering van [aangever 1] heeft betrekking op het onder 3 van parketnummer 08-305861-19 ten laste gelegde. Omdat verdachte van dit feit wordt vrijgesproken, zal de rechtbank de benadeelde partij op de voet van artikel 361, tweede lid, Sv niet-ontvankelijk verklaren in de vordering.
Parketnummer 08-103848-22
Feit 2
Verdachte is oplichting van [aangever 4] en witwassen van de Kia Rio ten laste gelegd, beide feiten zijn ook bewezen verklaard. Naar het oordeel van de rechtbank heeft [bedrijf] als gevolg van de verkrijging van een niet beschikkingsbevoegde eigenaar – en daaropvolgende retournering van de auto aan de rechtmatige eigenaar – schade geleden. Goede trouw, zoals zijdens de verdediging betoogd, speelt in zoverre geen rol, dat de verdachte zich daar in casu ten opzichte van [bedrijf] niet op kan beroepen. Deze zou uitsluitend een rol kunnen spelen tussen [bedrijf] en [aangever 4] . Dat laat echter onverlet dat de omschreven oplichtingshandelingen uitsluitend betrekking hebben op [aangever 4] en dat ook overigens uit het onder twee ten laste gelegde witwassen geen rechtstreekse schade van [bedrijf] kan worden afgeleid, althans niet voortvloeiend uit de tenlastelegging. Daarmee is onvoldoende komen vast te staan dat verdachte door het bewezen verklaarde feit rechtstreeks schade heeft toegebracht aan de benadeelde partij. De rechtbank zal de benadeelde partij daarom in de vordering niet-ontvankelijk verklaren en bepalen dat de benadeelde partij de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
8.5
De schadevergoedingsmaatregel
De benadeelde partij [aangever 2] heeft verzocht en de officier van justitie heeft gevorderd de schadevergoedingsmaatregel op te leggen.
De rechtbank zal de maatregel als bedoeld in artikel 36f Sr opleggen, aangezien verdachte jegens de benadeelde partij naar burgerlijk recht aansprakelijk is voor de schade die door het feit is toegebracht.
Als door de verdachte niet volledig wordt betaald, kan deze verplichting worden aangevuld met 12 dagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.

9.De vordering tenuitvoerlegging

9.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de vordering tot tenuitvoerlegging van de onder parketnummer 13-227557-19 voorwaardelijk opgelegde straf, te weten een gevangenisstraf voor de duur van twee maanden, wordt toegewezen.
9.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft om afwijzing van de vordering verzocht.
9.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat de vordering van de officier van justitie moet worden toegewezen. Het is gebleken dat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd aan het plegen van nieuwe strafbare feiten heeft schuldig gemaakt.

10.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op het artikel 57 Sr.

11.De beslissing

De rechtbank:
vrijspraak
- verklaart niet bewezen dat verdachte het onder 3 van parketnummer 08-305861-19 ten laste gelegde heeft begaan en spreekt hem daarvan vrij;
bewezenverklaring
- verklaart bewezen dat verdachte het onder 1, 2 en 4 van parketnummer 08-305861-19 en het onder 1 en 2 van parketnummer 08-103848-22 ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feiten
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
Parketnummer 08-305861-19
feit 1, het misdrijf:
bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht en met zware mishandeling;
feit 2, het misdrijf:
oplichting;
feit 4, het misdrijf:
oplichting.
Parketnummer 08-103848-22
feit 1, het misdrijf:
oplichting;
feit 2, het misdrijf:
witwassen.
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder 1, 2 en 4 van parketnummer 08-305861-19 en het onder 1 en 2 van parketnummer 08-103848-22 bewezen verklaarde;
straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
12 (twaalf) maanden;
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
schadevergoeding
- bepaalt dat de benadeelde partijen: [aangever 1] (feit 3, parketnummer 08-305861-19) en [bedrijf] (feit 2, parketnummer 08-103848-22) in het geheel niet-ontvankelijk zijn in de vorderingen, en dat de benadeelde partijen de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kunnen aanbrengen;
- wijst de vordering van de benadeelde partij [aangever 2] (feit 2, parketnummer 08-305861-19) toe tot een bedrag van € 625,00, bestaande uit materiële schade;
- veroordeelt de verdachte tot
betaling aande benadeelde partij
[aangever 2](feit 2, parketnummer 08-305861-19) van een bedrag van
€ 625,00(te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 16 oktober 2019);
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
maatregelop dat de verdachte verplicht is ter zake van het bewezen verklaarde feit tot
betaling aan de Staat der Nederlandenvan een bedrag van
€ 625,00(zegge: zeshonderd en vijfentwintig euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 16 oktober 2019 ten behoeve van de benadeelde, en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van 12 dagen kan worden toegepast. Tenuitvoerlegging van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat als de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van de verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als de verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
tenuitvoerlegging voorwaardelijke straf met parketnummer
- beveelt de
tenuitvoerleggingvan de bij vonnis van de politierechter te Amsterdam van 12 december 2019 voorwaardelijk opgelegde
gevangenisstrafvoor de duur van
2 maanden.
Dit vonnis is gewezen door mr. drs. K.A. Schönbeck, voorzitter, mr. E. Venekatte en mr. E.J.M. Bos, rechters, in tegenwoordigheid van mr. K.J. ten Brink, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 15 mei 2023.
Bijlage bewijsmiddelen
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Parketnummer 08-305861-19
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van politie eenheid Oost-Nederland met nummer PL0600-2019566097. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina’s van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
Feit 1
1. Het proces-verbaal van aangifte van [aangever 1] van 3 november 2019, p. 60-61, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Vandaag 3 november 2019 kreeg ik een whatsapp bericht van het nummer [telefoonnummer 2] . Ik herken dit 06 nummer van [verdachte] .
In het bericht stond: ‘Als je me blokt komen er problemen’ ‘Luister’. Ik kreeg vervolgens een foto doorgestuurd. Op de foto zag ik een hand die een pistool vasthoud.
Vervolgens stuurde hij de volgende berichten. ‘Zie je die’. ‘Je hebt aangifte tegen me gedaan’. ‘Gaan we wat regelen’. ‘Met niemand verder praten oke’.
2. Het proces-verbaal van aangifte van [aangever 2] van 25 oktober 2019, p. 86-87, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Ik heb nog geappt met [verdachte] om te vragen of hij mij had opgelicht. Hij gaf daar niet echt antwoord op. Wel heeft hij mij ’s nachts nog gebeld met weer een ander telefoonnummer [telefoonnummer 2] om mij toch een goed gevoel te geven dat alles wel klopte.
Feit 2
1. Het proces-verbaal van de terechtzitting van 17 april 2023, voor zover inhoudende de bekennende verklaring van verdachte;
2. Het proces-verbaal van aangifte van [aangever 2] van 25 oktober 2019, p. 86-100;
Feit 4
1. Het proces-verbaal van de terechtzitting van 17 april 2023, voor zover inhoudende de bekennende verklaring van verdachte;
2. Het proces-verbaal van aangifte van [aangever 3] van 28 januari 2020, p. 191-202;
Parketnummer 08-103848-22
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van politie eenheid Oost-Nederland met nummer PL0600-2022058709. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina’s van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
Feit 1
1. Het proces-verbaal van de terechtzitting van 17 april 2023, voor zover inhoudende de bekennende verklaring van verdachte;
2. Het proces-verbaal van aangifte van [aangever 4] van 28 augustus 2021, p. 4-19;
Feit 2
1. Het proces-verbaal van de terechtzitting van 17 april 2023, voor zover inhoudende de bekennende verklaring van verdachte;
2. Het proces-verbaal van aangifte van [naam 2] , mede-eigenaar van [bedrijf] , van 31 januari 2022, p. 20-25.