ECLI:NL:RBOVE:2023:1352

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
14 april 2023
Publicatiedatum
14 april 2023
Zaaknummer
08.291189.22 (P)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor ontucht met minderjarige op verjaardagsfeest

Op 14 april 2023 heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 44-jarige verdachte, die beschuldigd werd van ontucht met een minderjarig slachtoffer. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie weken. De zaak kwam aan het licht na een incident op 23 juli 2022 tijdens een verjaardagsfeest in Enschede, waar de verdachte, die muziek draaide, in contact kwam met het slachtoffer, een meisje van negen jaar. De tenlastelegging omvatte het meermalen kussen van het slachtoffer op de mond en de wang, wat door de rechtbank als ontuchtige handelingen werd gekwalificeerd. De rechtbank oordeelde dat de handelingen, gezien de leeftijd van het slachtoffer en het leeftijdsverschil met de verdachte, in strijd waren met de sociaal-ethische norm. De verdachte had eerder al een veroordeling voor ontucht en de rechtbank hield rekening met zijn lichte verstandelijke beperking en de noodzaak voor begeleiding. De officier van justitie had een voorwaardelijke straf geëist, en de rechtbank volgde dit advies, met een proeftijd van drie jaar. De uitspraak benadrukt de ernst van het gepleegde feit en de impact op het slachtoffer en haar omgeving.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Meervoudige kamer
Zittingsplaats Almelo
Parketnummer: 08.291189.22 (P)
Datum vonnis: 14 april 2023
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum 1] 1978 in [geboorteplaats] ,
wonende aan [adres 1] .

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 31 maart 2023.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie
mr. A.M. Tromp en van wat door verdachte en zijn raadsvrouw mr. L.V.S. Cassese, advocaat in Almelo, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte ontucht heeft gepleegd met [slachtoffer] , die nog geen zestien jaren oud was.
Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:
hij op of omstreeks 23 juli 2022 te Enschede, althans in Nederland,
met [slachtoffer] , geboren [geboortedatum 2] , die toen de leeftijd van zestien jaren nog
niet had bereikt,
buiten echt,
een of meer ontuchtige handelingen heeft gepleegd, te weten
het meermalen, althans eenmaal
op de mond en/of de wang kussen/zoenen van die [slachtoffer] en/of
het zich op de mond en/of wang laten kussen/zoenen door die [slachtoffer] .

3.De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.De bewijsmotivering

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht het feit wettig en overtuigend bewezen.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat verdachte moet worden vrijgesproken van het tenlastegelegde feit. Hoewel vaststaat dat verdachte het slachtoffer een kus heeft gegeven, blijkt nergens uit dat deze gedraging van seksuele aard was, zodat het niet valt aan te merken als een ontuchtige handeling.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte het tenlastegelegde feit heeft begaan. De rechtbank overweegt daartoe het volgende.
Vaststaande feiten en omstandigheden
Verdachte is op 23 juli 2022 ’s avonds op een verjaardagsfeest in Enschede. Hij draait daar muziek. Op een gegeven moment komt hij in contact met [slachtoffer] (hierna: [slachtoffer] ), geboren op [geboortedatum 2] . Verdachte praat met haar. De lezingen over wat zich vervolgens heeft afgespeeld lopen uiteen.
Verklaring verdachte
Verdachte heeft verklaard dat hij [slachtoffer] een kus op de wang heeft gegeven. Dit is buiten op het gras gebeurd. Meer is er volgens verdachte niet gebeurd.
Verklaring [slachtoffer]
heeft verklaard dat verdachte haar buiten drie keer en binnen één keer een kus heeft gegeven. De eerste kus is buiten ‘bij het muziekding’. Verdachte vraagt [slachtoffer] eerst een aantal keren om een kusje. Op een gegeven moment geeft hij haar een kus op de mond. [slachtoffer] voelt zich niet meer lekker en gaat naar het toilet. Wanneer zij terugkomt, gaat zij bij haar moeder staan. Verdachte komt weer bij haar staan. Hij slaat een arm om haar heen en geeft haar een kus op de wang. Hierop kijkt [slachtoffer] hem aan met, volgens haar, een blik van ‘wat doe je nou?’ waarop verdachte haar een kus op de mond geeft. Op een gegeven moment staat [slachtoffer] binnen bij de achterdeur. Verdachte komt ook binnen, ziet [slachtoffer] staan en geeft haar weer een kus op de mond. Volgens [slachtoffer] heeft [getuige] de laatste kus binnen gezien. De andere kussen zijn door niemand gezien, omdat iedereen druk met elkaar aan het praten was.
Bewijsoverweging
De rechtbank is van oordeel dat de verklaring van [slachtoffer] , dat verdachte haar buiten drie en binnen een kus heeft gegeven, in voldoende mate steun vindt in bewijsmateriaal dat niet afkomstig is uit dezelfde bron en overweegt daartoe het volgende.
Allereerst heeft verdachte bevestigd dat hij [slachtoffer] buiten één kus op de wang heeft gegeven.
Verder heeft getuige [getuige] (hierna: [getuige] ) gezien dat verdachte met [slachtoffer] binnen bij de achterdeur stond en dat hij haar daar een kus op de wang gaf. Toen hij zich vervolgens weer omdraaide, zag hij dat verdachte voorovergebogen met zijn gezicht voor het gezicht van [slachtoffer] stond. Hij hoorde dat verdachte tegen haar zei “geef me een kus” en hij zag dat [slachtoffer] verdachte vervolgens een kus op de mond gaf. Verdachte hield tijdens die kus zijn rechterhand om de schouder van [slachtoffer] waardoor zij “geen kant meer op kon”, aldus [getuige] .
Ten slotte vindt de verklaring van [slachtoffer] op belangrijke punten steun in de beelden van de camera die zich binnen de woning bevindt en deels gericht is op de achterdeur. Op die beelden is te zien dat verdachte zijn hoofd buigt en twee keer met zijn hoofd een beweging maakt naar beneden, waarna hij samen met [slachtoffer] wegloopt. Hun hoofden zijn daarbij weliswaar net niet in beeld, maar naar het oordeel van de rechtbank laat dit zich op geen andere manier uitleggen dan dat verdachte op dat moment [slachtoffer] een kus heeft gegeven/ van haar een kus heeft gekregen. Dit geldt te meer nu getuige [getuige] ook op die camerabeelden is te zien en hierboven al uiteen is gezet dat hij binnen bij de achterdeur twee kussen tussen [slachtoffer] en verdachte heeft gezien.
Tussenconclusie
Op grond van het voorgaande acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte op 23 juli 2022 [slachtoffer] meerdere malen heeft gekust op de wang en mond en dat [slachtoffer] verdachte eenmaal op de mond heeft gekust.
Ontuchtige handelingen
De vraag die de rechtbank vervolgens dient te beantwoorden is of deze handelingen als ontuchtig zijn aan te merken.
De rechtbank stelt voorop dat een handeling als ontuchtig is aan te merken als de handeling is gericht op seksueel contact/contact van seksuele aard, dat in strijd is met de sociaal-ethische norm. Daarbij gaat het zowel om de aard van de handeling als de intentie van verdachte. Of een handeling kan worden gekwalificeerd als seksueel en strijdig met de sociaal-ethische norm hangt onder meer af van de omstandigheden van het geval en de context waarin de handelingen hebben plaatsgevonden.
Naar het oordeel van de rechtbank zijn de door verdachte verrichte handelingen – het meermalen kussen/zoenen van [slachtoffer] op haar mond en wang en het zich eenmaal door [slachtoffer] laten kussen/zoenen op zijn mond van seksuele aard en in strijd met de sociaal-ethische norm. De rechtbank neemt daarbij in aanmerking dat de handelingen zijn verricht bij een destijds negenjarig meisje, terwijl verdachte op dat moment drieënveertig jaar oud was. Er was dan ook sprake van een zeer groot leeftijdsverschil. Daar komt bij dat verdachte en [slachtoffer] elkaar nauwelijks kenden. Er was verder ook geen aanleiding om de handelingen te verrichten/te laten verrichten. [slachtoffer] was niet degene die jarig was en zij had op de momenten van het kussen geen pijn of verdriet; omstandigheden die het geven of ontvangen van een kus/zoen zouden kunnen rechtvaardigen. De handelingen zijn in de gegeven context naar het oordeel van de rechtbank dan ook afwijkend van de normale omgangsvorm. Het geheel van de handelingen is in deze context en gelet op de hiervoor genoemde omstandigheden niet anders uit te leggen dan in strijd met de sociaal-ethische norm en daarmee als ontuchtig.
Conclusie
De rechtbank acht het feit wettig en overtuigend bewezen.
4.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan, met dien verstande dat:
hij op 23 juli 2022 te Enschede met [slachtoffer] , geboren [geboortedatum 2] , die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, te weten het meermalen op de mond en de wang kussen/zoenen van die [slachtoffer] en
het zich eenmaal op de mond laten kussen/zoenen door die [slachtoffer] .
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.

5.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld in artikel 247 van het Wetboek van Strafrecht (Sr). Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op:
het misdrijf:
met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen, meermalen gepleegd.

6.De strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor het bewezenverklaarde feit.

7.De op te leggen straf of maatregel

7.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat aan verdachte een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van drie weken met een proeftijd van drie jaren wordt opgelegd.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft bepleit dat het een en ander al de nodige consequenties voor verdachte heeft gehad. Hij mag vanwege het onderhavige incident niet bij Aveleijn blijven wonen en hij mag niet meer onbegeleid deelnemen aan het maatschappelijk verkeer. Verder mag hij niet meer optreden als verkeersregelaar bij de Stichting VKR in Haaksbergen. De raadsvrouw heeft verzocht met deze omstandigheden rekening te houden.
7.3
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van het gepleegde feit, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De rechtbank acht daarbij in het bijzonder het volgende van belang.
Ernst van het feit
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het plegen van ontucht met een destijds negenjarig meisje, terwijl hij zelf op dat moment 43 jaar oud was. Verdachte heeft haar op een verjaardagsfeestje waar hij was uitgenodigd om muziek te draaien op verschillende momenten op haar mond en wang gekust. Ook heeft hij haar om kusjes gevraagd, waarop het meisje verdachte eenmaal op de mond heeft gezoend. Verdachte heeft hiermee inbreuk gemaakt op de lichamelijke integriteit van het slachtoffer. Het spreekt voor zich dat zowel het slachtoffer als ook haar ouders hierdoor erg geschrokken zijn. Uit het dossier komt ook naar voren dat verdachtes handelen erg veel onrust heeft veroorzaakt bij een aantal andere aanwezigen op het verjaardagsfeestje. Verdachte heeft niet bij de mogelijke impact van zijn handelen stilgestaan. De rechtbank rekent dit alles verdachte aan.
Persoonlijke omstandigheden van verdachte
De rechtbank heeft allereerst acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van verdachte van 24 februari 2023, waaruit blijkt dat verdachte in 2006 door de politierechter is veroordeeld voor ontucht en dat hij daarvoor in 2004 een transactie heeft ontvangen.
De rechtbank heeft daarnaast acht geslagen op het door B.C. Bast, reclasseringswerker bij Reclassering Nederland, over verdachte opgemaakte advies van 15 februari 2023. Daaruit komt onder meer naar voren dat verdachte een lichte verstandelijke beperking heeft. Onderdeel van zijn problematiek is dat verdachte moeite heeft om grenzen te respecteren. Positieve aandacht leidt er gemakkelijk toe dat verdachte de grenzen van de ander overschrijdt. Verdachte woont al zo’n twintig jaren in verschillende woonvoorzieningen van Aveleijn. Hij woont sinds anderhalf jaar in het wooncomplex [wooncomplex] van Aveleijn waar dag en nacht begeleiding aanwezig is. Verdachte werd overgeplaatst naar deze woonvoorziening, omdat hij in de vorige woonvoorziening iemand onzedelijk bejegend had. De zorgen over zijn gedrag zijn dusdanig dat door Aveleijn is overgegaan tot permanente begeleiding, hetgeen inhoudt dat verdachte zich zonder begeleiding niet buiten de woonvoorziening mag begeven. Er wordt voor verdachte gezocht naar een andere woonvoorziening buiten Enschede waar verdachte intensiever begeleid kan worden met de hoogst mogelijke kwaliteit van leven voor verdachte. Het risico op recidive wordt ingeschat als hoog. Geadviseerd wordt om aan verdachte een voorwaardelijke straf zonder bijzondere voorwaarden op te leggen.
Alles afwegende is de rechtbank van oordeel dat een onvoorwaardelijke gevangenisstraf niet passend is omdat verdachte structurele begeleiding en ondersteuning nodig heeft. Tegelijkertijd moet de op te leggen straf wel zodanig zijn dat het verdachte in de toekomst ervan weerhoudt zich nogmaals schuldig te maken aan een strafbaar feit. De rechtbank is daarom van oordeel dat aan verdachte een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van drie weken met een proeftijd van drie jaren moet worden opgelegd.

8.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op het hiervoor genoemde wetsartikel. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 14a, 14b, 14c en 57 Sr.

9.De beslissing

De rechtbank:
bewezenverklaring
- verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feit
- verklaart het bewezenverklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezenverklaarde het volgende strafbare feit oplevert:
het misdrijf:
met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen, meermalen gepleegd;
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het bewezenverklaarde;
straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
3 (drie) weken;
- bepaalt dat deze gevangenisstraf
in zijn geheel niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien de verdachte voor het einde van de
proeftijd van 3 (drie) jarende navolgende voorwaarde niet is nagekomen:
- stelt als
algemene voorwaardedat de verdachte:
- zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit.
Dit vonnis is gewezen door mr. C.C.S. Bordenga-Koppes, voorzitter, mr. L.J.C. Hangx en
M. Frentrop, rechters, in tegenwoordigheid van mr. B.M. Hoek, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 14 april 2023.
Buiten staat
Mr. Bordenga-Koppes is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage bewijsmiddelen
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van politie eenheid Oost-Nederland met nummer ONRBC22242 / ZAGREB. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina’s van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
1.
Het proces-verbaal van aangifte van [naam 1] van 27 juli 2022, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van aangever op pagina 9 e.v.:
0: We delen mee dat het geluid opgenomen wordt.
0: U heeft net aangegeven dat u aangifte wenst te doen en geen gebruik wenst te maken van bedenktijd.
V: Waarvan wenst u aangifte te doen?
A: Ik wil aangifte doen van misbruik van mijn dochter.
V: Wat is de reden dat u aangifte wilt doen?
A: Dat het stopt bij hem.
V: Wanneer heeft deze aanranding plaatsgevonden?
A: Zaterdagavond 23 juli 2022, om 23.34 uur.
V: Waar heeft het plaatsgevonden?
A: Op het adres de [adres 2] te Enschede. Op een gegeven moment, rond 18.30 a 19.00 uur kwam een bekende van [naam 2] en [naam 3] , ene [verdachte] . Hij draaide muziek.
A: Op een gegeven moment zag en hoorde ik dat mijn vrouw heel boos was op iemand. Zij stond tegenover [verdachte] te schreeuwen. Ze vroeg aan [verdachte] of hij wel goed wijs was. Ze kwam bij mij en vertelde mij het volgende. [verdachte] had onze 9-jarige dochter [slachtoffer] gekust. Ik heb aan [slachtoffer] gevraagd wat er gebeurd was. Ze zei dat [verdachte] haar de hele avond om een kus had gevraagd en dat hij haar binnen in de woonkamer had gekust. [slachtoffer] was heel verbouwereerd en ze zei: "Sorry dat ik het niet eerder had verteld". Ze doelde daarbij op het vragen om een kus. [getuige] was er ook bij, want hij vertelde aan de politie dat hij het had gezien. Ik hoorde dat [getuige] tegen de politie zei, dat hij het had gezien dat [verdachte] [slachtoffer] in de woonkamer, in de uitbouw, vol op de mond had gekust.
Het proces-verbaal van bevindingen verhoor [slachtoffer] van verbalisant [verbalisant 1] van 9 augustus 2022, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als relaas van die verbalisant op pagina 13 e.v.:
"Een 43 jarige kuste mij opeens op de mond. Hij heeft het 20 keer gevraagd of 16 keer. Hij heeft het 3 keer buiten gedaan en 1 keer binnen. De eerste kus was achter de bar bij het muziekding. Hij keek naar links, naar mij en we waren rustig aan het praten en opeens gaf hij me een kus. Ik had eerst een liedje gezongen, toen ging ik weer achter de bar en toen gaf hij mij een kusje, ik zei eerst: "ik weet niet wat je zegt" en toen deed hij opeens zo, (getuige doet haar hoofd opzij en vormt een kusje met haar mond). lk ging bij mama staan. Toen deed hij een arm om me heen en gaf hij me een kus op de wang. Ik dacht, wat doe je, ik keek hem aan en toen gaf hij mij een kus op de mond. Toen ging hij naar de wc, ik ging achter hem aan en toen gaf hij me weer een kusje toen we bij de deur stonden.
V: Waar was jij toen dit gebeurde?
A: Bij de [adres 2] , welk huis weet ik niet. We waren op een feestje en toen kwam hij een paar biertjes drinken. lk ging een liedje zingen en toen gaf hij me een kus en toen voelde ik me niet meer lekker.
V: Wie was dat die jou kusjes gaf?
A: Een zanger, hij heet [verdachte] . [verdachte] heeft eerst twee biertjes gedronken, toen gingen we eerst praten en toen vroeg hij: kusje, kusje, kusje. Hij gaf mij een kusje achter het drumapparaat. Hij stond voor mijn gezicht. Hij gaf me een kusje op de mond en niemand heeft dat gezien, want ze waren allemaal aan het praten. De laatste kus heeft [getuige] wel gezien, toen hij dit had gezien ging hij dit vertellen aan [naam 3] . [naam 3] woont in het huis waar het feestje was. [naam 3] heeft het toen tegen mama gezegd.
V: Vertel eens over de eerste kus die [verdachte] jou gaf?
A: Hij keek me steeds aan bij het praten. Hij gaf me toen een kus en ik zei toen, [verdachte] wat doe je nou. Hij zei: gewoon kusje. Ik voelde mij toen niet lekker. Ik ging naar de wc en toen ik terug kwam ging ik bij mama staan. Toen was hij ook bij mama. Hij sloeg toen een arm om me heen en gaf mij een kusje op de wang, ik keek hem toen zo aan van: "wat doe je nou" en toen gaf hij mij een kus op de mond. Mama heeft de kusjes niet gezien. Mama had zich net daarvoor omgedraaid om met [getuige] te praten. ik stond naast [verdachte] achter mama en [getuige] . [verdachte] stond links van mij. We stonden net achter de tent en mama en [getuige] stonden nog net in de tent. Dat [verdachte] een arm om mij heen had geslagen had mama wel gezien, maar de kusjes niet, toen stond ze met de rug naar ons toe.
V: Vertel eens hoe het ging bij de wc's ?
A: Dat was in het huis, bij de deur aan de achterkant, bij de achtertuin, ik stond aan de linkerkant van de deur. [naam 4] was in het kamertje bij de keuken/garage. Hij was met mama aan het praten. Ik keek naar [naam 4] . Toen kwam [verdachte] ook naar binnen en hij zag mij. Terwijl ik om de hoek naar [naam 4] keek, gaf [verdachte] mij een kus op de mond. [getuige] kwam toen net van de wc en hij heeft gezien dat [verdachte] mij een kus gaf.
V: Hoe zat het precies met het vragen om kusjes?
A: De eerste keer zei [verdachte] drie keer achter elkaar, kusje, kusje, kusje. De tweede keer zei hij zes keer achter elkaar kusje. De derde keer zei hij het weer drie keer.
V: Wat vond je ervan dat je kusjes kreeg van [verdachte] ?
A: Ik vond het niet leuk, ik wilde het al eerder tegen mama zeggen maar mama was steeds met iemand aan het praten. [verdachte] gaf mij ook lieve knuffeltjes, dat vond ik wel goed.
Het proces-verbaal van verhoor van getuige [getuige] van 17 augustus 2022, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van de getuige op pagina 16 e.v.:
V: Wat kun jij ons vertellen over wat jij hebt gezien op zaterdagavond 23 juli 2022?
A: Ik was omstreeks 23.25 a 23.30 uur in de woonkamer van [naam 4] en [naam 3] . Ik ging naar het toilet en ging daarna vanaf het toilet de woonkamer in. In de deuropening bij de achterdeur richting de tuin zag ik [slachtoffer] staan. Zij is de dochter van [naam 5] en [naam 1] . ik zag dat [verdachte] naast [slachtoffer] stond. Ik zag dat [verdachte] [slachtoffer] een kus op de wang gaf. Ik liep door naar de keuken om mijn handen te wassen. Toen ik me omdraaide zag ik dat [verdachte] met zijn gezicht voor het gezicht van [slachtoffer] stond. Ik hoorde dat hij tegen [slachtoffer] zei: "Geef me een kus". Ik had het gevoel dat ze geen kant op kon. Ik zag dat [slachtoffer] [verdachte] een kus op zijn mond gaf.
V: Weet je waar de handen van [verdachte] waren, op het moment dat ze elkaar kusten?
A: Zijn rechterhand lag om haar schouder. Hij was voorovergebogen. [slachtoffer] kon geen kant op. Ze kon niet naar voren en niet naar achteren.
V: Hoe ver was jij bij [verdachte] en [slachtoffer] vandaan?
A: Een meter of 5 hooguit.
Het proces-verbaal van verhoor van verdachte van 1 november 2022 voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van verdachte op pagina 42 e.v.:
V: Als je nu terugkijkt naar het 2e printje, wie is de man dan die ik aanwijs?
A: Degene die daar gebukt staat ben ik.
0: [slachtoffer] en [getuige] zeggen dat jullie elkaar daar op die plek op de mond hebben gekust.
A: Ik heb haar op de wang gekust.
5.
Het proces-verbaal van bevindingen beschrijving camerabeelden van verbalisant [verbalisant 2] van 10 augustus 2022, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als relaas van de verbalisant op pagina 20 e.v.:
Door mij werden, via aangever [naam 5] , 3 filmpjes ontvangen van opnames van camerabeelden in en buiten de woning van perceel de [adres 2] te Enschede. Deze filmpjes werden door mij bekeken en beschreven in dit proces-verbaal.
Het eerste filmpje betreft een filmpje met de naam: VIDE0-2022-07-24-13-05-18.mp4 met beelden van de woonkamer/keuken en twee deuren naar buiten. Het filmpje begint om 23:32:58 uur en heeft een duur van 4 minuten en 35 seconden. Hierop zijn onverstaanbare stemmen en muziek te horen en er komen af en toe kinderen en volwassenen in beeld. Omstreeks 23:34:11 uur is te zien dat een man, vermoedelijk getuige [getuige] , van de woonkamer naar de keuken loopt. Omstreeks 23:34:19 uur komt links een man met een donkere bril op en een glas in zijn hand, vermoedelijk de verdachte [verdachte] , half in beeld. Er is te zien dat hij zijn hoofd buigt en twee keer met zijn hoofd een beweging maakt naar beneden. Omstreeks 23:34:27 uur loopt de man met bril, vermoedelijk de verdachte [verdachte] , door, de woonkamer in en komt naast de man met bril een meisje, vermoedelijk slachtoffer [slachtoffer] , in beeld. Tegelijkertijd komt een man, vermoedelijk de getuige [getuige] uit de keuken de woonkamer inlopen in de richting van de man met bril, vermoedelijk de verdachte [verdachte] . Omstreeks 23:24:29 uur passeert de getuige verdachte en [slachtoffer] en loopt in de richting waar verdachte en [slachtoffer] vandaan kwamen. [slachtoffer] loopt achter verdachte aan en beiden verdwijnen rechts uit beeld.
Het proces-verbaal van de terechtzitting van 31 maart 2023, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van verdachte:
Ik heb [slachtoffer] op 23 juli 2022 in Enschede een kus op haar wang gegeven.