ECLI:NL:RBOVE:2023:1215

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
4 april 2023
Publicatiedatum
4 april 2023
Zaaknummer
05.257085.21 en 05.102921.21 (P)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een 20-jarige man voor meerdere oplichtingen en diefstallen met valse sleutels, gericht op (hoog)bejaarde slachtoffers

Op 4 april 2023 heeft de Rechtbank Overijssel een 20-jarige man veroordeeld tot een voorwaardelijke jeugddetentie van 6 maanden met een proeftijd van 2 jaar. De verdachte heeft zich samen met anderen schuldig gemaakt aan vijf oplichtingen en twaalf diefstallen met valse sleutels, waarbij hij op slinkse wijze bankpassen en pincodes van (hoog)bejaarde slachtoffers heeft verkregen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte bij één van de slachtoffers daadwerkelijk binnen is geweest en dat hij met de ontfutselde bankpassen geld heeft gepind. De rechtbank rekent het de verdachte zwaar aan dat hij het vertrouwen van deze kwetsbare slachtoffers in ernstige mate heeft geschaad, enkel gedreven door financieel gewin. De rechtbank heeft de verdachte zijn slinkse en stelselmatige wijze van handelen aangerekend en heeft rekening gehouden met zijn persoonlijke omstandigheden, waaronder een licht verstandelijke beperking en gedragsstoornissen. De rechtbank heeft besloten om het jeugdstrafrecht toe te passen, gezien de leeftijd van de verdachte ten tijde van de feiten en de aanbevelingen van deskundigen. De verdachte is veroordeeld tot een voorwaardelijke jeugddetentie, met bijzondere voorwaarden die gericht zijn op behandeling en begeleiding.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Meervoudige kamer
Zittingsplaats Zwolle
Parketnummers: 05.257085.21 en 05.102921.21 (P)
Datum vonnis: 4 april 2023
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 2003 in [geboorteplaats] ,
nu uit andere hoofde verblijvende in de JJI Teylingereind aan de Rijksstraatweg 24, 2171 AL Sassenheim.

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzittingen van
1 november 2022 en 21 maart 2023.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie
mr. G.C. Pol en van wat door verdachte en zijn raadsvrouw mr. D.N.A. Brouns, advocaat in Amsterdam, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte zich, samen met anderen, schuldig heeft gemaakt aan:
Parketnummer 05.257085.21
-onder 1, 3, 5, 8, 10 en 12: diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel;
-onder 7: poging tot diefstal in vereniging met een valse sleutel;
-onder 2, 4, 6, 9 en 11: medeplegen van oplichting (onder 2 meermalen gepleegd).
Parketnummer 05.102921.21
-onder 1, 2, 3, 4, 5 en 6: diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel.
Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:
Parketnummer 05.257085.21
1.
hij op of omstreeks 10 maart 2021 te Deventer, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een of meerdere geldbedrag(en) van (totaal) (ongeveer) € 27.701,30 in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [aangever 1] (zaak 1), in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of dat/die weg te nemen goed/goederen, onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, te weten met een (uit misdrijf verkregen) bankpas en/of inloggegevens en/of een randomreader, op naam van [aangever 1] , die niet aan verdachte toebehoorden;
2.
hij op/in of omstreeks de periode 23 maart 2021 tot en met 1 april 2021, te Bathmen, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels de navolgende personen heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten de navolgende goederen en geldbedragen,- [aangever 2] (zaak 2)tot de afgifte van (privé) inloggegevens van zijn bankrekening, een bankpas met bijbehorende (privé) pincode en/of een laptop, en/of,- [aangever 3] (zaak 3) tot de afgifte van (privé) inloggegevens van zijn bankrekening en/of een bankpas met bijbehorende (privé) pincode en/of een randomreader, in elk geval enig goed, hebbende verdachte tezamen en in vereniging met zijn medeverdachte(n), althans alleen, (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid (telkens)- informatie omtrent de financiële en/of privé gegevens van genoemde persoon/personenverzameld, en/of- die personen telefonisch en/of thuis benaderd, en/of jegens die persoon/personen- zich gepresenteerd onder een valse naam, en/of- zich voorgedaan als een medewerker van diens bank, en/of- aangegeven dat genoemde persoon/personen een (spoedeisend) financieel probleem had of een probleem/storing bij het tele-of internetbankieren en/of (vervolgens) (financiële) hulpaangeboden;
3
.hij op/in of omstreeks de periode 23 maart 2021 tot en met 1 april 2021, te Bathmen, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een of meerdere geldbedrag(en) van (totaal) (ongeveer)€ 4900,- en/of (in totaal) (ongeveer) € 14.741,4, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [aangever 3] (zaak 3), in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of dat/die weg te nemen goed/goederen, onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, te weten met een (uit misdrijf verkregen) bankpas en/of inloggegevens en/of een raboreader, op naam van [aangever 3] , die niet aan verdachte toebehoorden;
4
.hij op of omstreeks 7 april 2021 te Diepenveen, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [aangever 4] (zaak 4) heeft bewogen tot de afgifte van (privé) inloggegevens van zijn bankrekening, en/of een of meerdere bankpas(sen) met bijbehorende (privé) pincode, in elk geval enig goed, hebbende verdachte tezamen en in vereniging met zijn medeverdachte(n), althans alleen, (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid (telkens)- informatie omtrent de financiële en/of privé gegevens van genoemde persoon/personenverzameld, en/of- die personen telefonisch en/of thuis benaderd, en/of jegens die persoon/personen- zich gepresenteerd onder een valse naam, en/of- zich voorgedaan als een medewerker van diens bank, en/of- aangegeven dat genoemde persoon/personen een (spoedeisend) financieel probleem had of een probleem/storing bij het tele-of internetbankieren en/of (vervolgens) (financiële) hulpaangeboden;
5
.hij op of omstreeks 7 april 2021 te Diepenveen, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een of meerdere geldbedrag(en) van (totaal) (ongeveer) € 4900,-, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [aangever 4] (zaak 4) in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of dat/die weg te nemen goed/goederen, onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, te weten met een of meerdere (uit misdrijf verkregen) bankpas(sen) en/of (privé) inloggegevens, op naam van [aangever 4] , die niet aan verdachte toebehoorden;
6
.hij op of omstreeks 7 april 2021 te Diepenveen, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [aangever 5] (zaak 5) heeft bewogen tot de afgifte van en/of het tonen van zijn (privé) inloggegevens van zijn bankrekening, een bankpas met bijbehorende (privé) pincode en/of een Ipad, in elk geval enig goed, hebbende verdachte tezamen en in vereniging met zijn medeverdachte(n), althans alleen, (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid (telkens)- informatie omtrent de financiële en/of privé gegevens van genoemde persoon/personenverzameld, en/of- die personen telefonisch en/of thuis benaderd, en/of jegens die persoon/personen- zich gepresenteerd onder een valse naam, en/of- zich voorgedaan als een medewerker van diens bank, en/of- aangegeven dat genoemde persoon/personen een (spoedeisend) financieel probleem had of een probleem/storing bij het tele-of internetbankieren en/of (vervolgens) (financiële) hulpaangeboden;
7
.hij op of omstreeks 7 april 2021 te Diepenveen, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn/haar mededader(s) voorgenomen misdrijf om enig geldbedrag, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [aangever 5] (zaak 5), in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn/haar mededader(s) toebehoorde(n) weg te nemen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen en zich de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en/of dat/die weg te nemen goed/goederen onder zijn/haar/hun bereik te brengen door middel van een valse sleutel, heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s) middels het gebruik van een (uit misdrijf verkregen) bankpas en/of inloggegevens, op naam van [aangever 5] , die niet aan verdachte en/of zijn mededaders toebehoorden, een of meer geldbedrag(en) overschreven van de spaarrekening naar de betaalrekening van die [aangever 5] , terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
8
.hij op of omstreeks 8 april 2021 te Lettele, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een of meerdere geldbedrag(en) van (totaal) (ongeveer) € 4900,-, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [aangever 6] (zaak 6), in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of dat/die weg te nemen goed/goederen, onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, te weten met een (uit misdrijf verkregen) bankpas op naam van [aangever 6] , die niet aan verdachte toebehoorde;
9
.hij op of omstreeks 9 april 2021 te Deventer, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [aangever 7] (zaak 8) heeft bewogen tot de afgifte van (privé) inloggegevens van zijn bankrekening en/of een bankpas met bijbehorende (privé) pincode, in elk geval enig goed, hebbende verdachte tezamen en in vereniging met zijn medeverdachte(n), althans alleen, (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid (telkens)- informatie omtrent de financiële en/of privé gegevens van genoemde persoon/personen verzameld, en/of- die personen telefonisch en/of thuis benaderd, en/of jegens die persoon/personen- zich gepresenteerd onder een valse naam, en/of- zich voorgedaan als een medewerker van diens bank, en/of- aangegeven dat genoemde persoon/personen een (spoedeisend) financieel probleem had of een probleem/storing bij het tele-of internetbankieren en/of (vervolgens) (financiële) hulpaangeboden;10
.hij op of omstreeks 9 april 2021 te Deventer, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een of meerdere geldbedrag(en) van (totaal) (ongeveer) € 4900,-, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [aangever 7] (zaak 8), in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of dat/die weg te nemen goed/goederen, onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, te weten met een (uit misdrijf verkregen) bankpas en/of inloggegevens, op naam van [aangever 7] , die niet aan verdachte toebehoorden;11.
hij op of omstreeks 12 april 2021 te Bathmen, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [aangever 9] (zaak 9) heeft bewogen tot de afgifte van (privé) inloggegevens van zijn/haar bankrekening en/of een bankpas met bijbehorende (privé) pincode en/of een randomreader/identifier, in elk geval enig goed, hebbende verdachte tezamen en in vereniging met zijn medeverdachte(n), althans alleen, (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid (telkens)- informatie omtrent de financiële en/of privé gegevens van genoemde persoon/personen verzameld, en/of- die personen telefonisch en/of thuis benaderd, en/of jegens die persoon/personen- zich gepresenteerd onder een valse naam, en/of- zich voorgedaan als een medewerker van diens bank, en/of- aangegeven dat genoemde persoon/personen een (spoedeisend) financieel probleem had of een probleem/storing bij het tele-of internetbankieren en/of (vervolgens) (financiële) hulpaangeboden;
12
.hij op of omstreeks 12 april 2021 te Bathmen, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een of meerdere geldbedrag(en) van (totaal) (ongeveer) € 4140,-, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [aangever 9] (zaak 9), in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of dat/die weg te nemen goed/goederen, onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, te weten met een (uit misdrijf verkregen) bankpas en/of inloggegevens en/of een randomreader, op naam van [aangever 9] , die niet aan verdachte toebehoorden;

Parketnummer 05.102921.21

1
.hij op een of meer tijdstippen op of omstreeks 10 maart 2021 te Twello, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (telkens) (een) geldbedrag(en), te weten:- (in totaal) 1852,50 euro bij de Jumbo gelegen aan [adres 1] , in elk geval enig goed/geldbedrag, dat/die geheel of ten dele aan [aangever 10] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) zich (telkens) de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat/die weg te nemen geldbedrag(en), althans goed/goederen (telkens) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel, door (telkens) (zonder toestemming) gebruik te maken van de (even daarvoor onder valse voorwendselen ontvangen) bankpas(sen) van die [aangever 10] ;
2.
hij op een of meer tijdstippen op of omstreeks 12 maart 2021 te Ruurlo, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (telkens) een of meerdere geldbedrag(en) te weten:- (in totaal) 4900,- euro bij de Geldmaat zich bevindend op/aan [adres 2] ,in elk geval enig goed/geldbedrag, dat/die geheel of ten dele aan [aangever 11] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) zich (telkens) de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat/die weg te nemen geldbedrag(en), althans goed/goederen (telkens) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel, door (telkens) (zonder toestemming) gebruik te maken van de (even daarvoor onder valse voorwendselen ontvangen) bankpas(sen) van die [aangever 11] ;
3
.hij op of omstreeks 12 maart 2021 te Ruurlo, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (een) geldbedrag(en) te weten:- 1250,- euro bij de Geldmaat zich bevindend op/aan [adres 2] , in elk geval enig goed/geldbedrag, dat/die geheel of ten dele aan [aangever 12] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat/die weg te nemen geld(bedrag)(en), althans goed/goederen onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel, door (zonder toestemming) gebruik te maken van de (even daarvoor onder valse voorwendselen ontvangen) bankpas(sen) van die [aangever 12] ;
4
.hij op of omstreeks 28 april 2021 te Ruurlo en/of Beltrum, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (een) geldbedrag(en) te weten:- 1250,- euro bij de Geldmaat zich bevindend op/aan [adres 3] , in elk geval enig goed/geldbedrag, dat/die geheel of ten dele aan [aangever 13] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat/die weg te nemen geld(bedrag)(en), althans goed/goederen onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel, door (zonder toestemming) gebruik te maken van de (even daarvoor onder valse voorwendselen ontvangen ) bankpas(sen) van die [aangever 13] ;5.
hij op of omstreeks 12 april 2021 te Twello, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (een) geldbedrag(en) te weten:- 4900,- euro bij de Geldmaat zich bevindend op/aan [adres 4] , in elk geval enig goed/geldbedrag, dat/die geheel of ten dele aan [aangever 14] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat/die weg te nemen geld(bedrag)(en), althans goed/goederen onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel, door (zonder toestemming) gebruik te maken van de (even daarvoor onder valse voorwendselen ontvangen) bankpas(sen) van die [aangever 14] ;
6
.hij op een of meer tijdstippen op of omstreeks 11 maart 2021 te Twello, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (telkens) een of meerdere geldbedrag(en) te weten:- (in totaal) 4900 euro,- bij de Rabobank gelegen aan [adres 5] , in elk geval enig goed/geldbedrag, dat/die geheel of ten dele aan [aangever 15] en/of [aangever 16] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) zich (telkens) de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat/die weg te nemen geld(bedrag)(en), althans goed/goederen (telkens) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel, door (telkens) (zonder toestemming) gebruik te maken van de (even daarvoor onder valse voorwendselen ontvangen) bankpas(sen) van die [aangever 15] en/of [aangever 16] ;

3.De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.De bewijsmotivering

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat het ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen kan worden, met uitzondering van het in de zaak met parketnummer 05.257085.21 onder feit 1 ten laste gelegde geldbedrag boven € 4.900,00, en het onder feit 3 ten laste gelegde geldbedrag van € 14.741,40. Ten aanzien van deze onderdelen van de tenlastelegging heeft de officier van justitie vrijspraak gevorderd.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw van verdachte heeft zich, overeenkomstig de inhoud van een aan de rechtbank overgelegde pleitnota, op het standpunt gesteld dat verdachte van de in de zaak met parketnummer 05.257085.21 onder 2, 4, 9, 11 en 12 ten laste gelegde feiten moet worden vrijgesproken, omdat deze feiten niet wettig en overtuigend bewezen kunnen worden. Ten aanzien van de overige feiten (van beide parketnummers) heeft de raadsvrouw zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank, met dien verstande dat zij ten aanzien van de in de zaak met parketnummer 05.257085.2 onder 1, 3, 5 en 10 ten laste gelegde feiten telkens partiële vrijspraak heeft bepleit voor wat betreft de online bestellingen die met de inloggegevens en/of random reader van de aangevers zijn gedaan, en ook van het onder 1 ten laste gelegde geldbedrag van € 1.850,00 dat op 11 maart 2021 in Arnhem is gepind.
Verder is er volgens de raadsvrouw onvoldoende bewijs dat verdachte de in de zaak met parketnummer 05.257085.2 onder 6 ten laste gelegde oplichting van aangeefster
[aangever 5] samen met anderen heeft gepleegd, zodat verdachte ook van het medeplegen van dit feit moet worden vrijgesproken.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte alle ten laste gelegde feiten heeft begaan, met uitzondering van de in de zaak met parketnummer
05.257085.21 onder 2 ten laste gelegde oplichting van [aangever 2] . Nu het dossier geen bewijs bevat waaruit blijkt dat verdachte bij dit feit betrokken is geweest, zal verdachte van dit onderdeel van het onder 2 ten laste gelegde feit worden vrijgesproken.
Ten aanzien van parketnummer 05.257085.21 feiten 3, 5, 6, 7, 8 en 10 en parketnummer 05.102921.21 feiten 1, 2, 3, 4, 5 en 6:
Ten aanzien van deze feiten is sprake van een bekennende verdachte in de zin van artikel 359, derde lid, laatste volzin van het Wetboek van Strafvordering. Verdachte heeft bekend dat hij met de bankpassen van de desbetreffende aangevers heeft gepind. De rechtbank zal daarom ten aanzien van deze feiten volstaan met een opsomming in de bijlage van de bewijsmiddelen die tot de bewezenverklaring daarvan hebben geleid. De rechtbank komt ook tot een bewezenverklaring van de onderdelen van de tenlastelegging waarbij de raadsvrouw partiële vrijspraak heeft bepleit omdat sprake is van medeplegen. Hoewel op grond van de bewijsmiddelen niet kan worden vastgesteld dat verdachte zelf met de inloggegevens en/of randomreader van aangevers online bestellingen heeft gedaan, is dit voor een bewezenverklaring van medeplegen ook niet vereist en staat dit aan een bewezenverklaring niet in de weg. De rechtbank verwijst voor wat betreft het medeplegen naar de desbetreffende overweging die hierna volgt.
Ten aanzien van parketnummer 05.257085.21, feit 3:
Anders dan de officier van justitie en de raadsvrouw is de rechtbank van oordeel dat wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte het in de zaak met parketnummer 05.257085.21 onder feit 3 ten laste gelegde geldbedrag van € 14.741,40 samen met anderen heeft weggenomen. Uit de in de bijlage weergegeven bewijsmiddelen volgt namelijk dat op
1 april 2021 via iDEAL geldbedragen van € 5.048,40, € 1.752 en € 7.941 van de rekening van [aangever 3] eo [aangever 3] naar de rekening van [bedrijf 1] zijn overgemaakt. Daarmee zijn deze geldbedragen aan de feitelijke heerschappij van [aangever 3] onttrokken en is de diefstal van het geldbedrag van € 14.741,40 voltooid. Dat de bestelde goederen en de geldbedragen uiteindelijk zijn geretourneerd doet hier niet aan af.
Ten aanzien van parketnummer 05.257085.21, feit 1:
Ten aanzien van het in de zaak met parketnummer 05.257085.21 onder 1 ten laste gelegde feit heeft verdachte ter zitting van 1 november 2022 bekend dat hij enkel een geldbedrag van
€ 4.900,00 heeft gepind, maar op grond van de bewijsmiddelen is de rechtbank van oordeel dat sprake is geweest van medeplegen van de diefstal van het gehele ten laste gelegde geldbedrag van € 27.701,30.
De rechtbank verwijst ook in dit kader naar de hieronder nog te volgen overweging ten aanzien van het medeplegen van alle feiten.
Ten aanzien van parketnummer 05.257085.21, feiten 2, 4, 9, 11 en 12:
Verdachte heeft ontkend dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan deze feiten, maar de rechtbank komt ten aanzien van deze feiten ook tot een bewezenverklaring en overweegt hiertoe als volgt.
Medeplegen (ten aanzien van alle feiten):
De rechtbank stelt voorop dat medeplegen van een strafbaar feit bewezen kan worden verklaard indien is komen vast te staan dat bij het begaan daarvan sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking.
Uit het dossier en het onderzoek ter terechtzitting leidt de rechtbank met betrekking tot de betrokkenheid van verdachte bij de ten laste gelegde feiten het volgende af.
Tussen 12 maart 2021 en 29 april 2021 zijn elf aangiftes van “spoofing” binnengekomen bij de politie Oost Nederland, districten IJsselland Zuid en Noord- en Oost Gelderland.
Uit de aangiften kwam telkens eenzelfde, dan wel een sterk gelijkende, modus operandi naar voren. Deze modus operandi houdt, op grond van de aangiften en de verklaring van verdachte, kort gezegd, het volgende in. De (hoog)bejaarde aangevers werden gebeld door een persoon die zich voorstelde als een medewerker van de Rabobank. Deze persoon gebruikte veelal de naam [alias 1 verdachte] (of een daarop lijkende naam) en vroeg of aangevers een betaling hadden gedaan in Rotterdam of deelde hen mee dat er vreemde activiteiten op hun bankrekening waren gesignaleerd en dat mogelijk sprake was van fraude. De persoon zei dat hij een "collega" naar de woning van de aangevers zou sturen voor hulp en de persoon hield het telefoongesprek met de aangever gaande totdat zijn collega was gearriveerd.
Tijdens het telefoongesprek werd soms geprobeerd om de pincode van de bankpas dan wel de inlogcode voor de internet bankieren-app te ontfutselen.
Kort hierna verscheen een andere persoon bij de woning van aangevers die zich ook voordeed als bankmedewerker. Deze persoon noemde zich veelal [alias 2 verdachte] . Deze tweede “bankmedewerker” vroeg om de bankpas en de pincode van aangevers en knipte de bankpas terplekke over de lengte doormidden. In voorkomende gevallen werd de daglimiet voor pintransacties verhoogd tot het per dag maximaal te pinnen geldbedrag en werd er geld overgeboekt van de spaarrekening naar de betaalrekening van aangevers.
Nadat de vermeende bankmedewerker de woning had verlaten met medeneming van de bankpas en/of de mobiele telefoon en laptop van de aangevers, werd zeer kort daarna met de weggenomen bankpas (meermalen) geld gepind van de bankrekening van de aangevers of werden daarmee betalingen gedaan. Het pinbedrag bleef vaak net onder de € 5.000,00.
Op de camerabeelden van de pinautomaten is bij vrijwel alle feiten te zien dat de man die het geld pinde een tatoeage op zijn rechterhand heeft in de vorm van een roos. Verdachte heeft een tatoeage van een roos op zijn rechterhand met daaronder de tekst “Don't Judge me”. Verdachte heeft ook bekend dat hij met de bankpassen van aangevers heeft gepind, met uitzonderingen van het pinnen met de bankpassen van aangevers [aangever 2] (parketnummer 05.257085.21 feit 2) en [aangever 9] (parketnummer 05.257085.21 feiten 11 en 12). Zoals hiervoor is overwogen wordt verdachte van de oplichting van [aangever 2] vrijgesproken, maar de rechtbank acht op grond van de bewijsmiddelen wel bewezen dat verdachte ook met de pinpas van aangever [aangever 9] heeft gepind. Op de camerabeelden van de pinautomaat is blijkens het daartoe opgemaakt proces-verbaal van bevindingen te zien dat dat een man met een donkere vlek op zijn rechterhand een geldbedrag met deze pinpas pint. Naar het oordeel van de rechtbank is in de context van de overige bewijsmiddelen genoegzaam gebleken dat deze donkere vlek de tatoeage is die verdachte op zijn rechterhand heeft en dat het verdachte is geweest die ook in dit geval heeft gepind.
De rechtbank stelt vast dat de wijze waarop de verschillende feiten zijn begaan op essentiële punten overeenkomt. Verdachte heeft verklaard dat hij wist van deze modus operandi en dat hij ook bij de groep hoorde die deze feiten pleegde. Deze groep werd volgens hem geleid door [alias 3 verdachte] en volgens verdachte maakten ook een getinte jongen en een blanke jongen deel uit van deze groep. Ten aanzien van de rol die verdachte binnen de groep heeft gespeeld, stelt de rechtbank op grond van de bewijsmiddelen vast dat hij bij alle bewezenverklaarde feiten (zeer) kort na de oplichtingshandelingen met de ontfutselde bankpas heeft gepind en dat hij in ieder geval bij de woning van aangeefster [aangever 5] ook daadwerkelijk binnen is geweest.
Verdachte heeft gesuggereerd dat zijn rol binnen de groep niet verder ging dan het enkel pinnen, maar de rechtbank acht dit in het licht van alle bewijsmiddelen niet geloofwaardig. Hierbij neemt de rechtbank in aanmerking dat verdachte in een andere zaak heeft verklaard dat hij vier keer als [alias 2 verdachte] bij mensen is binnen geweest en dat hij op 29 april 2021 op heterdaad is betrapt toen hij bij twee hoogbejaarde mensen voor de deur stond.
Op grond van het voorgaande oordeelt de rechtbank dat sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en zijn medeplegers die in de kern bestaat uit een gezamenlijke uitvoering. De rechtbank acht daarom wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de ten laste gelegde oplichtingen, en diefstallen met een valse sleutel, tezamen en in vereniging met zijn medeplegers heeft gepleegd.
4.5
De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat:
Parketnummer 05.257085.21
1.
hij opof omstreeks10 maart 2021 te Deventer,althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen,althans alleen, een of meerdereeen geldbedrag(en)van(totaal) (ongeveer)€ 27.701,30in elk geval enig goed, dat/dat geheelof ten deleaan [aangever 1] (zaak 1),in elk geval aan een andertoebehoorde(n)heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of dat/die weg te nemengoed/goederen, onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, te weten met een (uit misdrijf verkregen) bankpas en/ofinloggegevens en/ofeen randomreader, op naam van [aangever 1] , die niet aan verdachte toebehoorden;
2.
hij op/in of omstreeks de periode 23 maart 2021 tot en met1 april 2021, te Bathmen,althans in Nederland,tezamen en in vereniging met een of meer anderen,althans alleen, meermalen, althans eenmaalmet het oogmerk om zich en/ofeen ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/ofeen valse hoedanigheid en/ofdoor listige kunstgrepen en door een samenweefsel van verdichtsels de navolgende persoon heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten de navolgende goederen en geldbedragen,- [aangever 2] (zaak 2)tot de afgifte van (privé) inloggegevens van zijn bankrekening, een bankpas met bijbehorende (privé) pincode en/of een laptop, en/of,- [aangever 3] (zaak 3) tot de afgifte van (privé) inloggegevens van zijn bankrekening en/ofeen bankpas met bijbehorende (privé) pincode en/ofeen randomreader,in elk geval enig goed, hebbende verdachte tezamen en in vereniging met zijn medeverdachte(n),althans alleen,(telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/oflistiglijk en/ofbedrieglijk en/ofin strijd met de waarheid (telkens)- informatie omtrent de financiële en/of privé gegevens van genoemde persoon/personenverzameld, en/of- die persoon telefonisch en/ofthuis benaderd, en/ofjegens die persoon/personen- zich gepresenteerd onder een valse naam, en/of- zich voorgedaan als een medewerker van diens bank, en/of- aangegeven dat genoemde persoon/personen een (spoedeisend) financieel probleem had of een probleem/storing bij het tele- of internetbankieren en/of(vervolgens) (financiële) hulpaangeboden;
3
.hij op/in of omstreeks de periode 23 maart 2021 tot en met1 april 2021,te Bathmen, althansin Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een of meerderegeldbedrag(en)van(totaal ongeveer) € 4900,- en/of (ongeveer)€ 14.741,4,in elk geval enig goed, dat/die geheelof ten deleaan [aangever 3] (zaak 3),in elk geval aan een andertoebehoorde(n)heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of dat/die weg te nemengoed/goederen, onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, te weten met een (uit misdrijf verkregen) bankpas en/ofinloggegevens en/ofeen raboreader, op naam van [aangever 3] , die niet aan verdachte toebehoorden;
4
.hij opof omstreeks7 april 2021 te Diepenveen, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen,althans alleen, meermalen, althans eenmaalmet het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/ofeen valse hoedanigheid en/ofdoor listige kunstgrepen en/ofdoor een samenweefsel van verdichtsels, [aangever 4] (zaak 4) heeft bewogen tot de afgifte van(privé) inloggegevens van zijn bankrekening, en/of een ofmeerdere bankpas(sen)met bijbehorende (privé) pincode,in elk geval enig goed, hebbende verdachte tezamen en in vereniging met zijn medeverdachte(n),althans alleen,(telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/oflistiglijk en bedrieglijk en/ofin strijd met de waarheid (telkens)- informatie omtrent de financiële en/ofprivé gegevens van genoemde persoon/personenverzameld, en/of- die persoon telefonisch en/ofthuis benaderd, en/ofjegens die persoon/personen- zich gepresenteerd onder een valse naam, en/of- zich voorgedaan als een medewerker van diens bank, en/of- aangegeven dat genoemde persoon/personeneen (spoedeisend) financieel probleem hadof een probleem/storing bij het tele-of internetbankierenen/of(vervolgens) (financiële) hulpaangeboden;
5
.hij opof omstreeks7 april 2021te Diepenveen, althansin Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen,althans alleen, een of meerderegeldbedrag(en) van(totaal) (ongeveer)€ 4900,-,in elk geval enig goed, dat/die geheelof ten deleaan [aangever 4] (zaak 4)in elk geval aan een andertoebehoorde(n)heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zichde toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of dat/die weg te nemengoed/goederen, onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, te weten meteen ofmeerdere (uit misdrijf verkregen) bankpas(sen)en/of(privé) inloggegevens, op naam van [aangever 4] , die niet aan verdachte toebehoorden;
6
.hij opof omstreeks7 april 2021 te Diepenveen,althans in Nederland,tezamen en in vereniging met een of meer anderen,althans alleen, meermalen, althans eenmaalmet het oogmerk om zich en/ofeen ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/ofeen valse hoedanigheid en/ofdoor listige kunstgrepen en/ofdoor een samenweefsel van verdichtsels, [aangever 5] (zaak 5) heeft bewogen tot de afgifte vanen/of het tonen van zijn (privé) inloggegevens van zijn bankrekening,een bankpasmet bijbehorende (privé) pincodeen/ofeen Ipad,in elk geval enig goed, hebbende verdachte tezamen en in vereniging met zijn medeverdachte(n),althans alleen,(telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/oflistiglijk en/ofbedrieglijk en/ofin strijd met de waarheid (telkens)- informatie omtrent de financiële en/ofprivé gegevens van genoemde persoon/personenverzameld, en/of- die persoon telefonisch en/ofthuis benaderd, en/ofjegens die persoon/personen- zich gepresenteerd onder een valse naam, en/of- zich voorgedaan als een medewerker van diens bank, en/of- aangegeven dat genoemde persoon/personeneen (spoedeisend) financieel probleem hadof een probleem/storing bij het tele-of internetbankierenen/of(vervolgens) (financiële) hulpaangeboden;
7
.hij opof omstreeks7 april 2021 te Diepenveen,althans in Nederland,tezamen en in vereniging met een of meer anderen,althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte en/ofzijn/haarmededader(s) voorgenomen misdrijf om enig geldbedrag,in elk geval enig goed,dat/diegeheelof ten deleaan [aangever 5] (zaak 5), in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn/haar mededader(s)toebehoorde(n)weg te nemen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen enzich de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en/ofdat/dieweg te nemen goed/goederenonder zijn/haar/hun bereik te brengen door middel van een valse sleutel, heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s) middels het gebruik van een (uit misdrijf verkregen) bankpas en/of inloggegevens, op naam van [aangever 5] , die niet aan verdachte en/of zijn mededaders toebehoorden, eenof meergeldbedrag(en)overschreven van de spaarrekening naar de betaalrekening van die [aangever 5] , terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
8
.hij opof omstreeks8 april 2021 te Lettele,althans in Nederland,tezamen en in vereniging met een of meer anderen,althans alleen, een ofmeerdere geldbedrag(en)van (totaal)(ongeveer)€ 4900,-,in elk geval enig goed, dat/die geheelof ten deleaan[aangever 6](zaak 6),in elk geval aan een andertoebehoorde(n)heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachtezich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of dat/die weg te nemengoed/goederen, onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, te weten met een (uit misdrijf verkregen) bankpas op naam van [aangever 6], die niet aan verdachte toebehoorde;
9
.hij opof omstreeks9 april 2021 te Deventer,althans in Nederland,tezamen en in vereniging met een of meer anderen,althans alleen, meermalen, althans eenmaalmet het oogmerk om zich en/ofeen ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/ofeen valse hoedanigheid en/ofdoor listige kunstgrepen en/ofdoor een samenweefsel van verdichtsels, [aangever 7] (zaak 8) heeft bewogen tot de afgifte van (privé) inloggegevens van zijn bankrekening en/ofeen bankpas met bijbehorende (privé) pincode,in elk geval enig goed,hebbende verdachte tezamen en in vereniging met zijn medeverdachte(n),althans alleen, (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/oflistiglijk en/ofbedrieglijk en/ofin strijd met de waarheid (telkens)- informatie omtrent de financiële en/ofprivé gegevens van genoemde persoon/personen verzameld, en/of- die persoon telefonisch en/ofthuis benaderd, en/ofjegens die persoon/personen- zich gepresenteerd onder een valse naam, en/of- zich voorgedaan als een medewerker van diens bank, en/of- aangegeven dat genoemde persoon/personeneen (spoedeisend) financieel probleem hadof een probleem/storing bij het tele-of internetbankierenen/of(vervolgens) (financiële) hulpaangeboden;10
.hij opof omstreeks9 april 2021 te Deventer,althans in Nederland,tezamen en in vereniging met een of meer anderen,althans alleen,een ofmeerdere geldbedrag(en)van (totaal)(ongeveer)€ 4900,-,in elk geval enig goed, dat/die geheelof ten deleaan [aangever 7] (zaak 8),in elk geval aan een andertoebehoorde(n)heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachtezich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of dat/die weg te nemengoed/goederen, onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, te weten met een (uit misdrijf verkregen) bankpas en/ofinloggegevens, op naam van [aangever 7] , die niet aan verdachte toebehoorden;11.
hij opof omstreeks12 april 2021 te Bathmen,althans in Nederland,tezamen en in vereniging met een of meer anderen,althans alleen, meermalen, althans eenmaalmet het oogmerk om zich en/ofeen ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/ofeen valse hoedanigheid en/ofdoor listige kunstgrepen en/ofdoor een samenweefsel van verdichtsels, [aangever 9] (zaak 9) heeft bewogen tot de afgifte van(privé) inloggegevens van zijn/haar bankrekening en/ofeen bankpas met bijbehorende (privé) pincode en/ofeen randomreader/identifier,in elk geval enig goed, hebbende verdachte tezamen en in vereniging met zijn medeverdachte(n),althans alleen,(telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/oflistiglijk en/ofbedrieglijk en/ofin strijd met de waarheid (telkens)- informatie omtrent de financiële en/ofprivé gegevens van genoemde persoon/personenverzameld, en/of- die persoon telefonisch en/ofthuis benaderd, en/ofjegens die persoon/personen- zich gepresenteerd onder een valse naam, en/of- zich voorgedaan als een medewerker van diens bank, en/of- aangegeven dat genoemde persoon/personeneen (spoedeisend) financieel probleem hadof een probleem/storing bij het tele-of internetbankierenen/of(vervolgens) (financiële) hulpaangeboden;
12
.hij opof omstreeks12 april 2021te Bathmen, althansin Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen,althans alleen, een ofmeerdere geldbedrag(en)van (totaal)(ongeveer)€ 4140,-,in elk geval enig goed, dat/die geheelof ten deleaan [aangever 9] (zaak 9),in elk geval aan een andertoebehoorde(n)heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachtezich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of dat/die weg te nemengoed/goederen, onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, te weten met een (uit misdrijf verkregen) bankpas en/ofinloggegevens en/ofeen randomreader, op naam van [aangever 9] , die niet aan verdachte toebehoorden;
Parketnummer 05.102921.21
1
.hij opeen of meer tijdstippen op of omstreeks10 maart 2021 te Twello,althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen,althans alleen, (telkens) (een)geldbedrag(en), te weten:-(in totaal)1852,50 euro bij de Jumbo gelegen aan [adres 1] ,in elk geval enig goed/geldbedrag, dat/die geheelof ten deleaan [aangever 10] ,in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s)toebehoorde(n)heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachteen/of zijn mededader(s)zich (telkens)de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat/die weg te nemen geldbedrag(en),althans goed/goederen (telkens)onder zijn/hunbereik heeft/hebbengebracht door middel van een valse sleutel, door (telkens) (zonder toestemming) gebruik te maken van de (even daarvoor onder valse voorwendselen ontvangen) bankpas(sen)van die [aangever 10] ;
2.
hij opeen of meer tijdstippen op of omstreeks12 maart 2021 te Ruurlo,althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen,althans alleen,(telkens) een ofmeerdere geldbedrag(en)te weten:- (in totaal) 4900,- euro bij de Geldmaatzich bevindend op/aan [adres 2] ,in elk geval enig goed/geldbedrag, dat/diegeheel of ten deleaan [aangever 11] ,in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s)toebehoorde(n)heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachteen/of zijn mededader(s) zich (telkens) de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat/die weg te nemen geldbedrag(en),althans goed/goederen(telkens) onder zijn/hunbereik heeft/hebbengebracht door middel van een valse sleutel, door (telkens) (zonder toestemming) gebruik te maken van de (even daarvoor onder valse voorwendselen ontvangen) bankpas(sen) van die [aangever 11] ;
3
.hij opof omstreeks12 maart 2021 te Ruurlo,althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen,althans alleen,(een) geldbedrag(en) te weten:- 1250,- euro bij de Geldmaat zich bevindendop/aan [adres 2] ,in elk geval enig goed/geldbedrag,dat/diegeheelof ten deleaan [aangever 12] ,in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s)toebehoorde(n)heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachteen/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/ofdat/dieweg te nemen geld(bedrag)(en), althans goed/goederenonder zijn bereik heeft/hebbengebracht door middel van een valse sleutel, door (zonder toestemming) gebruik te maken van de (even daarvoor onder valse voorwendselen ontvangen) bankpas(sen)van die [aangever 12] ;
4
.hij opof omstreeks28 april 2021 teRuurlo en/ofBeltrum,althans in Nederland,tezamen en in vereniging met een of meer anderen,althans alleen,(een)geldbedrag(en)te weten:- 1250,- euro bij de Geldmaat zich bevindendop/aan [adres 3] ,in elk geval enig goed/geldbedrag,dat/die geheel of ten deleaan [aangever 13] ,in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s)toebehoorde(n)heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachteen/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/ofdat/dieweg te nemen geld(bedrag)(en), althans goed/goederenonder zijn/hunbereik heeft/hebbengebracht door middel van een valse sleutel, door (zonder toestemming) gebruik te maken van de (even daarvoor onder valse voorwendselen ontvangen ) bankpas(sen)van die [aangever 13] ;5.
hij opof omstreeks12 april 2021 te Twello,althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen,althans alleen, (een) geldbedrag(en)te weten:- 4900,- euro bij de Geldmaat zich bevindendop/aan [adres 4] ,in elk geval enig goed/geldbedrag, dat/die geheel of ten dele aan [aangever 14] ,in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s)toebehoorde(n)heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachteen/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat/die weg te nemen geldbedrag(en),althans goed/goederenonder zijn/hunbereik heeft/hebbengebracht door middel van een valse sleutel, door (zonder toestemming) gebruik te maken van de (even daarvoor onder valse voorwendselen ontvangen) bankpas(sen)van die [aangever 14] ;
6
.hij opeen of meer tijdstippen op of omstreeks11 maart 2021 te Twello,althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,(telkens) een ofmeerdere geldbedrag(en)te weten:- (in totaal) 4900 euro,- bij de Rabobank gelegen aan [adres 5] ,in elk geval enig goed/geldbedrag, dat/diegeheel of ten deleaan [aangever 15] en/of[aangever 16] ,in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s)toebehoorde(n)heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachteen/of zijn mededader(s) zich (telkens) de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat/die weg te nemen geldbedrag(en),althans goed/goederen(telkens) onder zijn/hunbereik heeft/hebbengebracht door middel van een valse sleutel, door (telkens) (zonder toestemming) gebruik te maken van de (even daarvoor onder valse voorwendselen ontvangen) bankpas(sen)van die [aangever 15] en/of[aangever 16] .
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten zijn verbeterd in de bewezenverklaring. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

5.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld in de artikelen 45, 47, 311 en 326 van het Wetboek van Strafrecht (Sr). Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op:
Parketnummer 05.257085.21
feiten 1, 3, 5, 8, 10 en 12:
telkens het misdrijf:
diefstal, door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel;
feiten 2, 4, 6, 9 en 11:
telkens het misdrijf:
medeplegen van oplichting;
feit 7:
het misdrijf:
poging tot diefstal, door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel;
Parketnummer 05.102921.21
feiten 1, 2, 3, 4, 5 en 6:
telkens het misdrijf:
diefstal, door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel.

6.De strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor de bewezenverklaarde feiten.

7.De op te leggen straf of maatregel

7.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte, met toepassing van het jeugdstrafrecht, wordt veroordeeld tot een jeugddetentie voor de duur van zes maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaren. Aan de voorwaardelijke straf moeten de bijzondere voorwaarden worden verbonden zoals vermeld in het vonnis van de rechtbank Rotterdam van 23 januari 2023, met parketnummers 10.338898.21, 01.043636.22, 16.306337.21 en 08/116268-21 tul.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft onder verwijzing naar de vonnissen van de rechtbank Overijssel, zittingsplaats Almelo van 12 augustus 2021, met parketnummer 08.116268.21 en het hiervoor genoemde vonnis van de rechtbank Rotterdam verzocht om het jeugdstrafrecht toe te passen en aan verdachte een voorwaardelijke jeugddetentie op te leggen voor de duur van zes maanden onder de bijzondere voorwaarden zoals vermeld in het vonnis van de rechtbank Rotterdam van 23 januari 2023, eventueel in combinatie met een taakstraf.
7.3
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoon van verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De rechtbank acht daarbij in het bijzonder het volgende van belang.
Verdachte heeft zich, samen met anderen, schuldig gemaakt aan vijf oplichtingen, twaalf diefstallen met valse sleutels en een poging daartoe. Samen met anderen heeft hij op slinkse wijze van (hoog)bejaarde mensen hun bankpas(sen) en pincode(s) afhandig gemaakt en heeft hij vervolgens met die passen geld gepind. Verdachte is in ieder geval bij één van de slachtoffers binnen geweest.
Verdachte heeft met zijn handelen het vertrouwen in de medemens in ernstige mate geschaad. Verdachte heeft zich kennelijk alleen laten leiden door zijn zucht naar financieel gewin. De rechtbank rekent verdachte zijn slinkse en stelselmatige wijze van handelen ernstig aan.
De rechtbank houdt bij de strafoplegging rekening met de persoonlijke omstandigheden van verdachte, zoals deze onder meer blijken uit de inhoud van de (in de Rotterdamse zaak) uitgebrachte Pro Justitia rapportage van 8 november 2022. De rechtbank acht dit rapport in onderhavige zaak van overeenkomstige toepassing omdat het gaat om soortgelijke feiten.
In deze rapportage schrijft de deskundige drs. J. Yntema, GZ-psycholoog, onder meer dat bij verdachte sprake is van een licht verstandelijke beperking, een ongespecificeerde psychotrauma- of stressgerelateerde stoornis, een normoverschrijdend-gedragsstoornis met begin in adolescentie, en een lichte stoornis in cannabisgebruik. Differentiaal diagnostisch wordt gedacht aan een beperkte neurocognitieve stoornis ten gevolge van een hersenbloeding. Verdachte is vanuit de licht verstandelijke beperking sociaal beïnvloedbaar, kan zich moeilijk verplaatsen in een ander, kan slecht oorzaak-gevolg relaties inzien en is gericht op korte termijn behoeftebevrediging. Daarnaast kan verdachte vanuit zijn gedragsstoornis impulsief handelen en vertoont hij regelovertredend gedrag. Vanwege zijn problematiek is verdachte beperkt in staat om rationele keuzes te maken en te reflecteren op zijn eigen gedrag. De stoornis in het cannabisgebruik maakt dat hij vanuit deze verslaving geneigd is tot veelvuldig gebruik van cannabis wat tevens een negatieve invloed heeft op zijn beperkte reflectief vermogen. Bij spanning is verdachte geneigd meer te blowen. Hoewel het (mede)plegen van fraude (in ieder geval in eerste instantie) een financieel gemotiveerd karakter heeft, lijkt verdachte vooral impulsief gehandeld te hebben vanuit korte termijn behoeftebevrediging.
Alles overziend en wegend, is er in enige mate sprake (geweest) van enige doorwerking van
de licht verstandelijke beperking, de normoverschrijdend-gedragsstoornis in combinatie met de stoornis in het cannabisgebruik in het ten laste gelegde.
Yntema adviseert verdachte het ten laste gelegde (in de Rotterdamse zaak) in verminderde mate toe te rekenen. Yntema schat het recidiverisico zonder interventie als hoog in en adviseert verdachte volgens het jeugdrecht te berechten en verdachte ter vermindering van het recidiverisico een behandelverplichting op te leggen.
Yntema adviseert om de behandeling bij aanvang in een klinische setting binnen de forensische zorg te starten, op een plek ver van zijn criminele netwerk en om verdachte na de klinische opname te plaatsen in een beschermde woonvorm, met voortzetting van de behandeling in een ambulante setting. Belangrijk is dat betrokkene een prosociale dagbesteding krijgt door het volgen van een opleiding of werk. Er is dan een duidelijk kader met bijzondere voorwaarden nodig met een lik-op-stuk beleid.
Yntema adviseert om de behandeling plaats te laten vinden in de vorm van een behandeling in het kader van bijzondere voorwaarden bij een (deels) voorwaardelijk strafdeel met (jeugd)reclasseringstoezicht.
De rechtbank heeft verder kennis genomen van het advies van Reclassering Nederland van 28 oktober 2022. Ook de reclassering adviseert om het jeugdstrafrecht toe te passen en aan verdachte een (gedeeltelijk) voorwaardelijke straf op te leggen, met jeugdreclasserings-toezicht en als bijzondere voorwaarden een meldplicht, opname in een zorginstelling, een ambulante behandeling, begeleid wonen of maatschappelijke opvang en overige voorwaarden het gedrag betreffende.
De rechtbank neemt de adviezen voor wat betreft de op te leggen bijzondere voorwaarden over en maakt het oordeel van de deskundigen, ook in de onderhavige zaak wat betreft de verminderde toerekeningsvatbaarheid van verdachte, tot de hare.
Bij haar beslissing heeft de rechtbank verder acht geslagen op een uittreksel justitiële documentatie van verdachte van 26 januari 2023. Gelet op het bepaalde in artikel 63 Sr houdt de rechtbank bij het opleggen van de straf in sterke mate rekening met de straffen die de verdachte reeds bij eerdere vonnissen zijn opgelegd. Immers, bij het vonnis van de meervoudige strafkamer van deze rechtbank, locatie Almelo, van 12 augustus 2021 is verdachte voor soortgelijke feiten als in deze zaken veroordeeld tot een jeugddetentie van 15 maanden, waarvan 9 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar waarbij bijzondere voorwaarden zijn gesteld.
Bij vonnis van de politierechter in de rechtbank Midden-Nederland is verdachte voor een soortgelijk feit veroordeeld tot een werkstraf van 40 uren en bij het vonnis van de meervoudige strafkamer van de rechtbank Rotterdam van 23 januari 2023 is verdachte voor soortgelijke feiten veroordeeld tot een jeugddetentie van 18 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar waarbij de door de reclassering in het hiervoor genoemde rapport geadviseerde bijzondere voorwaarden reeds zijn opgelegd, te weten: een meldplicht bij jeugdreclassering, opname in een zorginstelling (FCA te Assen), gevolgd door ambulante behandeling, medewerking verlenen aan het in kaart brengen van zijn financiële situatie, het realiseren van inkomsten, het aflossen van schulden en bewindvoering indien de jeugdreclassering dit noodzakelijk acht en medewerking verlenen aan begeleiding gericht op zijn vrijetijdsbesteding en dagbesteding door middel van een jobcoach en de jeugdreclassering.
Gebleken is dat verdachte tegen het vonnis van de rechtbank Rotterdam hoger beroep heeft ingesteld en dat de voorlopige hechtenis in die zaak bij arrest van het gerechtshof Den Haag van 9 maart 2023 met ingang van 22 maart 2023 is geschorst onder dezelfde bijzondere voorwaarden als in het vonnis van de rechtbank Rotterdam.
Deskundige mevrouw S. Bond, werkzaam als jeugdreclasseringswerker, heeft ter zitting verklaard dat er met ingang van de schorsing van de voorlopige hechtenis op 22 maart 2023 een plek voor verdachte beschikbaar is in het Forensisch Centrum voor Adolescenten (FCA) te Assen.
De rechtbank ziet aanleiding om, gelet op artikel 77c van het Wetboek van Strafrecht en gezien de persoonlijkheid van verdachte, ten aanzien van het bewezen verklaarde, ook in deze zaken het jeugdstrafrecht toe te passen. De rechtbank heeft hierbij gelet op het feit dat verdachte ten tijde van de gepleegde delicten net achttien jaar was en dat zowel uit het rapport van de psycholoog als uit de rapportage van de reclassering blijkt van meerdere indicaties die pleiten voor toepassing van het minderjarigenstrafrecht.
Uit deze rapporten blijkt dat verdachte de risico’s van het eigen handelen nauwelijks kan inschatten, dat hij zijn eigen gedrag nauwelijks kan organiseren en dat hij handelt zonder na te denken. Voor wat betreft de pedagogische beïnvloeding is continuering van zijn school noodzakelijk. De rechtbank ziet verder aanleiding om ook in deze zaak toezicht door de William Schrikker Jeugdbescherming en Jeugdreclassering op te leggen, zoals door de reclassering is geadviseerd.
Voor wat betreft de strafoplegging ziet de rechtbank zich in het licht van de straffen die verdachte reeds bij eerder genoemde vonnissen van Almelo en Rotterdam zijn opgelegd voor een dilemma gesteld. Hoewel in verband met de ernst van de gepleegde feiten in beginsel niet anders kan worden gereageerd dan met het opleggen van een onvoorwaardelijke vrijheidsstraf, te weten jeugddetentie, is dit gelet op de omstandigheden niet meer opportuun.
De rechtbank gaat ervan uit dat de rechtbank Rotterdam, als zij rekening had gehouden met de onderhavige feiten, geen hogere onvoorwaardelijke jeugddetentie zou hebben opgelegd, maar juist een groter voorwaardelijk strafdeel. Nu de behandeling van verdachte op 22 maart 2023 in het FCA te Assen gaat starten zou het opleggen van een onvoorwaardelijke jeugddetentie deze behandeling doorkruisen, terwijl een behandeling naar het oordeel van de rechtbank voorop moet staan.
Gelet op alle omstandigheden van het geval ziet de rechtbank aanleiding om een geheel voorwaardelijke jeugddetentie op te leggen met daaraan gekoppeld de bijzondere voorwaarden zoals door de rechtbank Rotterdam reeds zijn opgelegd. De rechtbank acht de door de officier van justitie geëiste straf passend en geboden.

8.De schade van benadeelden

Parketnummer 05.257085.21 feiten 2,3, 6 en 7:
8.1.
De vordering van de benadeelde partij [aangever 3]
heeft zich als benadeelde partij gevoegd in dit strafproces. De benadeelde partij vordert verdachte te veroordelen tot betaling van immateriële schadevergoeding ter hoogte van € 1.000,00 (duizend euro) te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het moment waarop de schade is ontstaan.
8.2.
De vordering van de benadeelde partij [aangever 5]
heeft zich als benadeelde partij gevoegd in dit strafproces. De benadeelde partij vordert verdachte te veroordelen om schadevergoeding te betalen ter hoogte van
€ 432,95,- (vierhonderdtweeëndertig euro en vijfennegentig cent) te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het moment waarop de schade is ontstaan. Ter zitting van 21 maart 2023 heeft de benadeelde partij [aangever 5] nader toegelicht dat zij dit bedrag als materiële schade van de verzekeringsmaatschappij vergoed heeft gekregen en dat zij eenzelfde bedrag aan immateriële schade vordert voor het leed dat verdachte haar heeft aangedaan.
8.3
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering van de benadeelde partijen [aangever 3] en [aangever 5] dienen te worden toegewezen, met wettelijke rente.
8.4
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft zich primair op het standpunt gesteld dat de benadeelde partij [aangever 3] niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vordering omdat verdachte van de onder 2 ten laste gelegde oplichting moet worden vrijgesproken. Subsidiair heeft de raadsvrouw zich op het standpunt gesteld dat de benadeelde partij [aangever 3] niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vordering, omdat de benadeelde partij geen concrete gegevens heeft aangevoerd waaruit kan volgen dat bij de benadeelde partij psychische schade is ontstaan.
Ook ten aanzien van de benadeelde partij [aangever 5] heeft de raadsvrouw zich op het standpunt gesteld dat zij in haar vordering niet-ontvankelijk moet worden verklaard omdat de benadeelde partij geen concrete gegevens heeft aangevoerd waaruit kan volgen dat bij haar psychische schade is ontstaan.
8.5
Het oordeel van de rechtbank
De benadeelde partijen [aangever 3] en [aangever 5] hebben beiden vergoeding van immateriële schade gevorderd, terwijl zij beiden met eenzelfde soort strafbaar feit zijn geconfronteerd. De rechtbank zal de toewijsbaarheid van de vorderingen om die reden gezamenlijk bespreken.
De vergoeding van nadeel dat niet in vermogensschade bestaat wordt geregeld in artikel 6:106 van het Burgerlijk Wetboek (BW). Hierin is allereerst bepaald dat de benadeelde recht heeft op een naar billijkheid vast te stellen schadevergoeding indien verdachte het oogmerk had zodanig nadeel toe te brengen. Nu in deze zaak niet is gebleken dat verdachte dat oogmerk heeft gehad en dit ook niet door de benadeelde partijen is gesteld, zijn de vorderingen niet op deze grond toewijsbaar. Hetzelfde geldt voor de in artikel 6:106 aanhef en onder b BW opgenomen grond dat de benadeelde partij is geschaad in zijn eer of goede naam. Ook hiervan is in dit geval geen sprake.
Indien ook geen sprake is van lichamelijk letsel, zoals in onderhavig geval, kan verder op grond van artikel 6:106, aanhef en onder b BW slechts een vergoeding van immateriële schade worden toegekend indien de benadeelde partij op andere wijze in zijn of haar persoon is aangetast. Hiervan is in ieder geval sprake indien de benadeelde partij geestelijk letsel heeft opgelopen. Degene die zich hierop beroept, zal voldoende concrete gegevens moeten aanvoeren waaruit kan volgen dat in verband met de omstandigheden van het geval psychische schade is ontstaan. Daartoe is vereist dat naar objectieve maatstaven het bestaan van geestelijk letsel kan worden vastgesteld. Ook als het bestaan van geestelijk letsel niet kan worden aangenomen, is niet uitgesloten dat de aard en de ernst van de normschending en de gevolgen daarvan voor de benadeelde meebrengen dat van de in artikel 6:106, aanhef en onder b, BW bedoelde aantasting in zijn persoon 'op andere wijze' sprake is. In zo een geval zal degene die zich hierop beroept de aantasting in zijn persoon met concrete gegevens moeten onderbouwen. Dat is slechts anders indien de aard en de ernst van de normschending meebrengen dat de in dit verband relevante nadelige gevolgen daarvan voor de benadeelde zo voor de hand liggen, dat een aantasting in de persoon kan worden aangenomen. Van een aantasting in de persoon 'op andere wijze' als bedoeld in artikel 6:106, aanhef en onder b, BW is niet reeds sprake bij de enkele schending van een fundamenteel recht of bij gevoelens van angst en/of schrik.
De benadeelde partij [aangever 3] heeft gesteld dat hij de eerste nachten slecht heeft geslapen, dat hij angst heeft, dat hij schrikt als de deurbel gaat, dat hij niemand vertrouwt en dat hij nog regelmatig wordt gebeld door de personen. Dit zou zijn leven verkorten. De benadeelde partij [aangever 5] heeft gesteld dat zij in haar woning persoonlijk met verdachte is geconfronteerd en dat dit haar wantrouwend heeft gemaakt. Verder bleven de vervelende phishing telefoontjes aanhouden, voelde zij zich bedreigd en heeft zij hierdoor haar huistelefoon opgezegd. De benadeelde partijen hebben hun stellingen niet met stukken of anderszins onderbouwd.
Gelet op voormeld juridisch kader is hetgeen de benadeelde partijen hebben gesteld niet voldoende om te kunnen spreken van een aantasting van de persoon ‘op andere wijze’. Geen van beide benadeelde partijen heeft immers feiten of omstandigheden naar voren gebracht waaruit het bestaan van geestelijk letsel kan worden afgeleid, noch hebben zij met concrete gegevens onderbouwd dat sprake is van een aantasting in hun persoon 'op andere wijze' zonder geestelijk letsel. Tot slot doet zich in beide gevallen niet de uitzonderlijke situatie voor waarbij de aard en de ernst van de normschending meebrengen dat de nadelige gevolgen daarvan zo voor de hand liggen, dat een aantasting in de persoon zonder nadere onderbouwing kan worden aangenomen. Het in de gelegenheid stellen van de benadeelde partijen om hun vorderingen nader te motiveren en aan te vullen leidt tot een onevenredige belasting van de strafzaak. De rechtbank zal de benadeelde partijen die gelegenheid dan ook niet geven.
Gezien het voorgaande zullen de benadeelde partijen [aangever 3] en [aangever 5]
niet-ontvankelijk worden verklaard in hun vorderingen. Zij kunnen hun vordering in zoverre slechts aanbrengen bij de burgerlijke rechter.
Parketnummer 05.257085.21 feiten 9 en 10:
8.6
De vordering van de benadeelde partij [aangever 7]
heeft zich als benadeelde partij gevoegd in dit strafproces. De benadeelde partij vordert verdachte te veroordelen tot betaling van schadevergoeding ter hoogte van
€ 4.900,00 (vierduizend negenhonderd euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het moment waarop de schade is ontstaan. Dit gevorderde bedrag is reeds door de Rabobank terug gestort op de rekening van [aangever 7] maar de benadeelde partij wil dat verdachte dit bedrag aan hem betaalt, zodat de benadeelde dit bedrag weer aan de Rabobank kan terugbetalen.
8.7
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de benadeelde partij [aangever 7] niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vordering.
8.8
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft zich op het standpunt gesteld dat de benadeelde partij [aangever 7]
niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vordering, omdat de gevorderde materiële schade reeds door de Rabobank is uitbetaald.
8.9
Het oordeel van de rechtbank
De benadeelde partij [aangever 7] heeft de materiële schade reeds vergoed gekregen van de Rabobank die het gehele bedrag heeft terugbetaald. De rechtbank zal daarom bepalen dat de benadeelde partij in de vordering niet-ontvankelijk is. De vordering kan slechts bij de burgerlijk rechter worden aangebracht.

9.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 77c, 77g, 77i, 77x, 77y, 77z, 77aa, 77gg van het Wetboek van Strafrecht.

10.De beslissing

De rechtbank:
bewezenverklaring
- verklaart bewezen dat verdachte het in de zaken met parketnummers 05.257085.21 onder 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11 en 12 en 05.102921.21 onder 1, 2, 3, 4, 5 en 6 ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feiten
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
Parketnummer 05.257085.21
Feiten 1, 3, 5, 8, 10 en 12:
telkens het misdrijf:
diefstal, door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel;
feiten 2, 4, 6, 9 en 11:
telkens het misdrijf:
medeplegen van oplichting;
feit 7:
het misdrijf:
poging tot diefstal, door twee of meer verenigde personen, waarbij de
schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een
valse sleutel;
Parketnummer 05.102921.21
feiten 1, 2, 3, 4, 5 en 6:
telkens het misdrijf:
diefstal, door twee of meer verenigde personen, waarbij de
schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een
valse sleutel;
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het bewezen verklaarde;
straf
- veroordeelt verdachte tot een
jeugddetentievoor de duur van
6 (zes) maanden;
- bepaalt dat deze jeugddetentie
in zijn geheel niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien de verdachte voor het einde van de
proeftijd van 2 (twee) jarende navolgende voorwaarde(n) niet is nagekomen:
- stelt als
algemene voorwaardedat de verdachte:
- zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- stelt als
bijzondere voorwaardendat verdachte:
- zich gedurende een door gecertificeerde instelling William Schrikker Stichting Jeugdbescherming & Jeugdreclassering te Amsterdam te bepalen periode (die loopt tot maximaal het einde van de proeftijd) en op door de jeugdreclassering te bepalen tijdstippen zal melden bij de jeugdreclassering, zo frequent en zo lang deze instelling dat noodzakelijk acht;
- zijn medewerking zal verlenen aan plaatsing, verblijf en behandeling bij het Forensisch Centrum voor Adolescenten (FCA) te Assen of een soortgelijke instelling, dan wel klinische opname in een nader te bepalen zorginstelling, gevolgd door ambulante behandeling met een verblijf in een instelling voor begeleid wonen of maatschappelijke opvang, en zich zal houden aan de aanwijzingen en huisregels van het FCA of een soortgelijke instelling;
- zijn medewerking verleent aan het in kaart brengen van zijn financiële situatie, het
realiseren van inkomsten, het aflossen van schulden en aan bewindvoering, indien de
jeugdreclassering dit noodzakelijk acht;
- zijn medewerking verleent aan begeleiding gericht op zijn vrijetijdsbesteding en
dagbesteding middels een jobcoach (van de afdeling Werk, Participatie en Inkomen (WPI) en de jeugdreclassering;
- verstaat dat van rechtswege de volgende voorwaarden zijn verbonden aan de hierboven
genoemde bijzondere voorwaarden:
- de verdachte zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking
verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als
bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;
- de verdachte zal medewerking verlenen aan jeugdreclasseringstoezicht, de
medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen en het zich melden bij de
jeugdreclassering zo vaak en zolang als de jeugdreclassering dit noodzakelijk acht.
- geeft opdracht aan de gecertificeerde instelling William Schrikker Stichting
Jeugdbescherming en Jeugdreclassering, gevestigd te Amsterdam, tot het houden van
toezicht op de naleving van voormelde bijzondere voorwaarden en de verdachte ten
behoeve daarvan te begeleiden;
schadevergoeding
- bepaalt dat de benadeelde partijen [aangever 3] (parketnummer 05.257085.21 feiten 2 en 3), [aangever 5] (parketnummer 05.257085.21 feiten 6 en 7) en [aangever 7] (parketnummer 05.257085.21 feiten 9 en 10) in het geheel niet-ontvankelijk zijn in hun vorderingen, en dat de benadeelde partijen de vorderingen slechts bij de burgerlijke rechter kunnen aanbrengen.
Dit vonnis is gewezen door mr. A. van Holten, voorzitter, mr. M.W. Eshuis en mr. M.T. Bos, rechters, in tegenwoordigheid van mr. H.R. Lageveen, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 4 april 2023.
Bijlage bewijsmiddelen
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van politie eenheid Oost-Nederland, district IJsselland, basisteam IJsselland-Zuid, met nummer PL-0600-2021269183. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina’s van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
Parketnummer 05.257085.21
Ten aanzien van alle feiten met betrekking tot de modus operandi:
1. Het proces-verbaal van verhoor verdachte van 14 juni 2021, pagina’s 53 tot en met 64, inhoudende de door verdachte afgelegde verklaring, zakelijk weergegeven:
Meestal wordt aan mij gevraagd van tevoren of ik ergens heen kan komen. Dan moet
ik pinnen, geef ik het geld af. Ik denk dat ik alles bij elkaar € 50.000,-- heb gepind/
overgemaakt. De passen kreeg ik van een getinte jongen in het zwart gekleed. Het ging via [alias 3 verdachte] . Ik weet hoe het in zijn werk gaat.
Eerst wordt gebeld door zogenaamd iemand van de bank. [alias 3 verdachte] is waarschijnlijk degene die belt. Meestal wordt de Rabobank gebruikt en altijd de naam [alias 1 verdachte] . Hij zegt dat er fraude is gepleegd of geprobeerd wordt om fraude te plegen. Die mensen zijn oud. De gemiddelde leeftijd is tussen de 80 en 90 jaar oud. Dan komen er "toevallig" collega's die in de buurt zijn langs. Als iemand naar de deur wordt gestuurd gebruikten ze als naam iets van [alias 2 verdachte] . Ik denk [alias 2 verdachte] . Dan worden de passen geknipt en de pin limiet verhoogd bij die mensen. Uiteindelijk wordt het geld gepind door mij. Ik ben ook wel eens ergens binnen geweest om een betaalpas te halen. Ik knip dan de betaalpas door en verhoog de limieten. Ik ben op 7 april 2021 in de woning aan [adres 6] in Diepenveen binnen geweest (feit 6). Ik heb toen geprobeerd geld over te maken van de spaar- naar de betaal rekening. Soms, als die mensen veel geld hebben, wordt via hun ip adres spullen besteld. Het adres in Rotterdam waar het moest worden afgeleverd heb ik van [alias 3 verdachte] en een getinte jongen gekregen.
2. Het proces-verbaal ter terechtzitting van 1 november 2022, inhoudende de door verdachte afgelegde verklaring, zakelijk weergegeven:
Ik hoorde bij een groep die met mij erbij bestaat uit vier personen. [alias 3 verdachte] staat aan het hoofd van deze groep. Hij werft mensen en ik vermoed dat hij ook de adressen uitkiest. Er zijn twee jongens die de pinpassen meenemen, een getinte en een blanke jongen. Eén keer heb ik zelf de pinpas bij iemand thuis moeten ophalen, maar dit is niet gelukt. Bij de zaak van mevrouw [aangever 5] (feit 6 van parketnummer 05-257085-21) ben ik in haar huis geweest en heb ik geprobeerd haar op te lichten. In de woning heb ik geprobeerd om geld van de spaar- naar de lopende rekening over te maken. Dit is niet gelukt. Via een oordopje was ik aan het bellen met een hulpje van [alias 3 verdachte] . Die vertelde mij precies wat ik moest doen. Wij gebruiken bij iedereen de naam [alias 2 verdachte] . Als iemand een pinpas moest ophalen was de afspraak dat deze persoon een schaar bij zich had.
De meeste keren kreeg ik een plek doorgestuurd waar ik een betaalpas moest ophalen. Soms ging ik mee met de getinte of de blanke jongen. Meestal ging ik met de trein. Heel soms werd ik opgehaald door een onbekende jongen. Dan moest ik pinnen voor degene van wie ik de pinpas kreeg. Ik wist dat het niet helemaal zuiver was.
U vraagt mij of ik bij de ten laste gelegde adressen in de buurt was. Ik was in de omgeving. Ik kreeg vervolgens een bepaalde locatie toegestuurd. Daar ging ik heen. Ik ontving dan een pas met pincode. Daarna ging ik pinnen en gaf ik aan dezelfde persoon de pinpas en het gepinde geld. Het klopt dat het pinnen zeer snel plaatsvond nadat het pasje door slachtoffer was afgegeven.
Ten aanzien van feit 1:
3. Het proces-verbaal ter terechtzitting van 1 november 2022, inhoudende de door verdachte afgelegde bekennende verklaring;

In deze zaak heb ik € 4900,-- gepind.

4. Het proces-verbaal van verhoor verdachte van 14 juni 2021, pagina 62, inhoudende de door verdachte afgelegde verklaring, zakelijk weergegeven:

Ik herken mij zelf op de foto’s in de supermarkt. Ik denk dat er € 6000,-- van de rekening is gehaald. Ik beken schuldig te zijn aan het pinnen.

5. Het proces-verbaal aangifte van15 maart 2021, pagina’s 20 tot en met 22, inhoudende de door [aangever 1] afgelegde verklaring, zakelijk weergegeven:
Op 10 maart 2021 werd ik gebeld door een zogenaamde medewerker van de Rabobank de heer [naam 1] die zei dat er was gepoogd om geld van mijn rekening te halen en dat hij 2 medewerkers langs stuurde. Ik hoorde deze zogenaamde medewerkers zeggen dat ze de bankpas moesten doorknippen om het te vernietigen. Een van hen had een random reader bij zich en heeft iets met mijn bankpas gedaan. Waarschijnlijk heb ik zelf mijn pincode aan deze man gegeven. Ik zag dat de oudere man het bankpasje doorknipte en vrijwel direct in zijn zak stopte. Ze hebben mijn telefoon en mijn bankpas in de zak gestopt en zijn weggegaan. Ze hebben op mijn Rabobank bankieren ingelogd, en hebben het pinlimiet verhoogd.
Op 10 maart 2021 is een bedrag gepind van 4900,00 euro bij de Geldmaat [adres 7] .
Op donderdag 11 maart 2021 is een bedrag gepind van 1850,00 euro bij de Geldmaat [adres 8] geldautomaat.
Op 10 maart 2021 is een bedrag van 6.796,00 euro uitgegeven aan [bedrijf 2]
B.V. [bedrijf 3] Nederland.
Op 10 maart 2021, een bedrag van 6.691,00 euro uitgegeven aan [bedrijf 2]
B.V. [bedrijf 3] Nederland.
Op 10 maart 2021, een bedrag van 7.464,30 euro uitgegeven aan [bedrijf 1] , . In totaliteit is er een bedrag van 27.701,30 euro van mijn rekening gehaald door de oplichters.
Ten aanzien van feit 2:
6. Het proces-verbaal ter terechtzitting van 1 november 2022, inhoudende de door verdachte afgelegde verklaring;

Ik heb de pinpas van [aangever 3] gekregen van een getinte jongen. Het pinnen beken ik.

7. Het proces-verbaal aangifte van 2 april 2021, pagina’s 95 tot en met 98, inhoudende de door [aangever 3] afgelegde verklaring, zakelijk weergegeven:
Op 1 april 2021 omstreeks 13:00 uur werd ik gebeld door een man die zich voorstelde als de heer [alias 1 verdachte] van de Rabobank. Wij hebben een bankrekening bij de Rabobank, met Iban nummer [rekeningnummer 1] en een spaarrekening voorzien van het Iban nummer:
[rekeningnummer 2] . Hij vroeg of het klopte dat er een bedrag van 2200 euro overgemaakt zou worden naar een rekening in Rotterdam en dat de Rabobank deze overschrijving niet vertrouwde. Daarom zou er een medewerker langs komen om te helpen om deze overschrijving te voorkomen. Wij wonen in Bathmen. Binnen 5 minuten werd aangebeld door een jongeman die het gesprek met de heer [alias 1 verdachte] van mij overnam en tegen [alias 1 verdachte] zei dat hij op de laptop ging kijken. Wij waren ingelogd op internetbankieren om te controleren of de overschrijving had plaats gevonden. De jongeman vroeg mijn bankpas om deze te vernietigen. Nadat ik mijn pasje aan hem had gegeven, knipte hij deze door met een schaar, die hij zelf had meegenomen. De jongenman ging weg en kwam na een kwartier weer terug. Hij nam hij het telefoongesprek weer over en nam weer plaats achter de laptop. Hij vroeg waar wij onze telefoonaansluiting hadden. Dit was omstreeks 13:45 uur. Mijn vrouw wees deze aansluiting aan. De jongeman is met de kapot geknipte bankpas vertrokken. Kort na zijn vertrek zagen wij dat de bedrading van onze huistelefoon was doorgeknipt. We hebben de Rabobank gebeld en de medewerker vertelde ons dat er geen medewerker [alias 1 verdachte] bij hen werkte en dat een bedrag van 16.000 euro was af- en overgeschreven. Achteraf blijkt dat de jongeman ook onze Raboreader heeft meegenomen.
8. Een schriftelijk bescheid, te weten boekingsdetails van de rekening van [aangever 3] eo [aangever 17] - [rekeningnummer 1] (EUR), pagina 99, inhoudende:

Geldmaat [adres 9] Lettele 01-04-2021 13:05:51: 2.000,00 (EUR).

9. Een schriftelijk bescheid, te weten boekingsdetails van de rekening van [aangever 3] eo [aangever 17] - [rekeningnummer 1] (EUR), pagina 100, inhoudende:

Geldmaat [adres 9] Lettele 01-04-2021 13:06:37 2.000,00 (EUR).

10. Een schriftelijk bescheid, te weten boekingsdetails van de rekening van [aangever 3] eo [aangever 17] - [rekeningnummer 1] (EUR), pagina 101, inhoudende:

Geldmaat [adres 9] Lettele 01-04-2021 13:07:26: 900,00 (EUR)

11. Een schriftelijk bescheid, te weten boekingsdetails van de rekening van [aangever 3] eo [aangever 17] - [rekeningnummer 1] (EUR), pagina 102, inhoudende:
Tegenrekening [rekeningnummer 2] op naam van [aangever 3] eo [aangever 17] ;
01-04-2021 13:14:12: 16.000,00 (EUR)
12. Een schriftelijk bescheid, te weten boekingsdetails van de rekening van [aangever 3] eo [aangever 17] - [rekeningnummer 1] (EUR), pagina 103, inhoudende:
01-04-2021 13:27:27: 5.048,40 (EUR)
Tegenrekening: [bedrijf 1]
13. Een schriftelijk bescheid, te weten boekingsdetails van de rekening van [aangever 3] eo [aangever 17] - [rekeningnummer 1] (EUR), pagina 104, inhoudende:
01-04-2021 13:29:28: 1.752,00 (EUR)
Tegenrekening: [bedrijf 1]
14. Een schriftelijk bescheid, te weten boekingsdetails van de rekening van [aangever 3] eo [aangever 17] - [rekeningnummer 1] (EUR), pagina 105, inhoudende:
01-04-2021 13:39:00: 7.941,00 (EUR)
Tegenrekening: [bedrijf 1]
Ten aanzien van feit 3:
15. Het proces-verbaal ter terechtzitting van 1 november 2022, inhoudende de door verdachte afgelegde bekennende verklaring;
16. Het proces-verbaal aangifte van 2 april 2021, pagina’s 95 tot en met 98, inhoudende de door [aangever 3] afgelegde verklaring.
17. Een schriftelijk bescheid, te weten boekingsdetails van de rekening van [aangever 3] eo [aangever 17] - [rekeningnummer 1] (EUR), pagina 103, inhoudende:
01-04-2021 13:27:27: 5.048,40 (EUR)
Tegenrekening: [bedrijf 1]
18. Een schriftelijk bescheid, te weten boekingsdetails van de rekening van [aangever 3] eo [aangever 17] - [rekeningnummer 1] (EUR), pagina 104, inhoudende:
01-04-2021 13:29:28: 1.752,00 (EUR)
Tegenrekening: [bedrijf 1]
19. Een schriftelijk bescheid, te weten boekingsdetails van de rekening van [aangever 3] eo [aangever 17] - [rekeningnummer 1] (EUR), pagina 105, inhoudende:
01-04-2021 13:39:00: 7.941,00 (EUR)
Tegenrekening: [bedrijf 1]
Ten aanzien van feit 4:
20. Het proces-verbaal ter terechtzitting van 1 november 2022, inhoudende de door verdachte afgelegde verklaring;

U houdt mij voor dat bij deze zaak de persoon die bij de slachtoffers is langs geweest een schaar bij zich had. Dit is de afspraak als iemand een pinpas op moet halen. Die persoon neemt zelf een schaar mee. Het pinnen beken ik.

21. Het proces-verbaal van verhoor verdachte van 14 juni 2021, pagina 199, inhoudende de door verdachte afgelegde verklaring, zakelijk weergegeven:

Ik heb de bankpas/code gekregen.

22. Het proces-verbaal aangifte van 12 april 2021, pagina’s 176 tot en met 179, inhoudende de door [aangever 4] afgelegde verklaring, zakelijk weergegeven:
Ik doe aangifte van fraude gepleegd op 7 april 2021 in Diepenveen. Op 7 april 2021 omstreeks 15:15 uur werd ik gebeld door een man die vertelde dat hij van de Rabobank was. Hij vertelde dat er 2200 euro van onze rekening naar een rekening in Rotterdam was overgeboekt en dat er sprake was van fraude met onze rekening. Hij belde om mij te helpen om erger te voorkomen. Hij zei dat er een collega van hem langs zou komen die mijn bankpas op kwam halen. Niet lang hierna verscheen er een man bij ons aan de deur. Hij vertelde dat hij een collega was van de medewerker die wij aan de lijn hadden.
Hij gaf aan mij te komen helpen. De man vroeg of hij zijn collega aan de telefoon mocht hebben en toen heeft mijn vrouw de telefoon aan hem overgedragen. De man vertelde dat wij onze bankpas af moesten geven en dat deze doorgeknipt moest worden. Ik heb onze beide bankpassen gegeven. Ik heb gezien dat de man met een schaar de beide passen door midden knipte. Hij had hiervoor zelf een schaar meegenomen. De man vertrok. Mijn vrouw heeft de bank gebeld en kreeg toen te horen dat er geld van onze spaarrekening was overgeboekt naar de lopende rekening en dat het geld er al vanaf was.
Op een rekeningafschrift is te zien dat er 5000 euro op de lopende rekening [rekeningnummer 3] is bijgeboekt vanaf onze spaarrekening.
Op 7 april 2021 om 15:50 uur is er 2000 euro bij de geldmaat aan de [adres 10] te Deventer gepind, en om 15:51 uur is er 2000 euro en om 15:52 uur is er 900 bij dezelfde geldmaat gepind.
23. Een schriftelijk bescheid, te weten een rekeningafschrift van [aangever 4] en of
[aangever 4] , IBAN rekeningnummer [rekeningnummer 3] , pagina 180, inhoudende:
07-04: [rekeningnummer 4] [aangever 4] : € 5.000,00
07-04: Geldmaat [adres 10] Deventer, Geldautomaat 15:50: € 2000,00
07-04: Geldmaat [adres 10] Deventer, Geldautomaat 15:51: € 2000,00
07-04: Geldmaat [adres 10] Deventer, Geldautomaat 15:52: € 900,00
Ten aanzien van feit 5:
24. Het proces-verbaal ter terechtzitting van 1 november 2022, inhoudende de door verdachte afgelegde bekennende verklaring;
25. Het proces-verbaal aangifte van 12 april 2021, pagina’s 176 tot en met 179, inhoudende de door [aangever 4] afgelegde verklaring.
Ten aanzien van de feiten 6 en 7:
26. Het proces-verbaal ter terechtzitting van 1 november 2022, inhoudende de door verdachte afgelegde bekennende verklaring;
27. Het proces-verbaal aangifte van 15 april 2021, pagina’s 208 tot en met 211, inhoudende de door [aangever 5] afgelegde verklaring.
Ten aanzien van feit 8:
28. Het proces-verbaal ter terechtzitting van 1 november 2022, inhoudende de door verdachte afgelegde bekennende verklaring;
29. Het proces-verbaal aangifte van 12 april 2021, pagina’s 235 tot en met 237, inhoudende de door [aangever 6] namens [naam 2] afgelegde verklaring.
Ten aanzien van feit 9:
30. Het proces-verbaal van verhoor verdachte van 14 juni 2021, pagina’s 305 en 306, inhoudende de door verdachte afgelegde verklaring, zakelijk weergegeven:

Ik herken mezelf op de foto van de jongen die op 9 april 2021 in Deventer heeft gepind. De pas en de code heb ik gekregen van een getinte jongen en toen werd mij gevraagd om te pinnen. Het ging via [alias 3 verdachte] . Ik weet wel iets van het bellen af. Dat gaat via [alias 3 verdachte] . Ze gebruiken altijd de naam [alias 1 verdachte] . Als iemand naar de deur wordt gestuurd gebruiken ze iets van [alias 2 verdachte] . Er is € 4900,00 gepind. Ik moest dat weggeven aan [alias 3 verdachte] of de man die hij stuurde.

31. Het proces-verbaal ter terechtzitting van 1 november 2022, inhoudende de door verdachte afgelegde verklaring;

U houdt mij voor dat ik bij de politie heb verklaard dat ik het pinnen beken en dat ik word herkend op de foto’s. Dit zou kunnen kloppen

32. Het proces-verbaal aangifte van 9 april 2021, pagina’s 282 tot en met 284, inhoudende de door [aangever 7] afgelegde verklaring, zakelijk weergegeven:
Ik doe aangifte van oplichting gepleegd op 9 april 2021 in Deventer tussen 14:00 uur en 14:45 uur. Op 9 april 2021 belde een man die zei dat hij [alias 1 verdachte] heette en van de Rabobank was. De man vertelde mij dat er in Rotterdam was gepoogd om 2.200 euro van mijn bankrekening af te halen. De man zei dat er een medewerker, [alias 2 verdachte] , dicht in de buurt was en dat die bij mij langs zou kunnen komen.
Omstreeks 14.25 uur werd er gebeld aan de deur. Ik had de man van de Rabobank nog steeds aan de telefoon en hij vroeg om de 4-cijferige code van mijn pincode. Ik moest de pincode inspreken en dit heb ik gedaan. Daarop heeft de man die mijn bankpas kwam ophalen voor mijn ogen de bankpas door midden geknipt en meegenomen. De medewerker van de bank heeft het gesprek beëindigd. Ik ben naar de Rabobank gegaan, waar ik om 15.00 uur aan kwam. Er bleken wederrechtelijke transacties te hebben plaatsgevonden.
Vanaf de spaarrekening met rekeningnummer [rekeningnummer 5] is 6.230 euro
overgeboekt naar de betaalrekening met rekeningnummer [rekeningnummer 6] .
Vervolgens zijn van de betaalrekening de volgende bedragen gepind:
-2000 euro op 09-04-2021 14.43:05 uur Rabobank geldautomaat Salland;
-2000 euro op 09-04-2021 14.43:58 uur Rabobank geldautomaat Salland;
900 euro op 09-04-2021 14.44:52 uur Rabobank geldautomaat Salland;
Hierna is er nogmaals 1000 euro om 14.59:06 uur van de spaarrekening overgeboekt naar
de betaalrekening.
33. Een schriftelijk bescheid, te weten boekingsdetails van de rekening van [aangever 7] eo [aangever 18] - [rekeningnummer 6] , pagina 285, inhoudende:
Tegenrekening [rekeningnummer 5] op naam van [aangever 7] eo [aangever 18] :
09-04-2021 14:39:39: 6.230,00 (EUR)
34. Een schriftelijk bescheid, te weten boekingsdetails van de rekening van [aangever 7] eo [aangever 18] - [rekeningnummer 6] , pagina 286, inhoudende:

09-04-2021 14:43:05: 2.000,00 (EUR)

35. Een schriftelijk bescheid, te weten boekingsdetails van de rekening van [aangever 7] eo [aangever 18] - [rekeningnummer 6] , pagina 287, inhoudende:

09-04-2021 14:43:58: 2.000,00 (EUR)

36. Een schriftelijk bescheid, te weten boekingsdetails van de rekening van [aangever 7] eo [aangever 18] - [rekeningnummer 6] , pagina 288, inhoudende:

09-04-2021 14:44:52: 1.414,21 (EUR)

37. Een schriftelijk bescheid, te weten boekingsdetails van de rekening van [aangever 7] eo [aangever 18] - [rekeningnummer 6] , pagina 289, inhoudende:
Tegenrekening [rekeningnummer 5] op naam van [aangever 7] eo [aangever 18] :
09-04-2021 14:59:06: 1000,00 (EUR)
Ten aanzien van feit 10:
38. Het proces-verbaal ter terechtzitting van 1 november 2022, inhoudende de door verdachte afgelegde bekennende verklaring;
39. Het proces-verbaal aangifte van 9 april 2021, pagina’s 282 tot en met 284, inhoudende de door [aangever 7] afgelegde verklaring.
Ten aanzien van de feiten 11 en 12:
40. Het proces-verbaal aangifte van 19 april 2021, pagina’s 340 tot en met 343, inhoudende de door [aangever 9] afgelegde verklaring, zakelijk weergegeven:
Ik doe aangifte van cybercrime gepleegd op 12 april 2021 in Bathmen tussen 10:00 uur en 12:50 uur. Op 12 april 2021 tussen 10.00 en 11.00 uur ben ik gebeld door een
medewerker van de RABO bank die zei dat er een poging was gedaan om 2250,00 euro van mijn rekening af te schrijven. De man zei dat er toevallig net een collega in Bathmen was. Die zou hij kunnen bellen met de vraag of hij de pasjes zou kunnen ophalen. De man die mij belde maakte zich bekend met de naam [alias 1 verdachte] . Er kwam een collega van de man bij mij aan de deur. Die heette [alias 2 verdachte] . Hij kwam de bankpasjes halen, omdat die ongeldig waren geworden volgens de heer [alias 1 verdachte] . [alias 2 verdachte] heeft ze doorgeknipt. Hij had een schaar bij zich. De twee heren spraken telefonisch met elkaar en spraken elkaar aan met "collega". [alias 2 verdachte] heeft de verknipte pasjes meegenomen.
Uiteindelijk vroeg [alias 1 verdachte] om de pincodes omdat dat volgens hem nodig was. [alias 2 verdachte] heeft de identifier van de ABNAMRO bank meegenomen.
Er is twee (2) maal een bedrag van tweeduizend (2000) euro, totaal vierduizend euro,
van mijn bankrekening bij de Rabobank opgenomen. De bedragen zijn om 10:59 uur opgenomen bij de geldautomaat in Lettele.
Van de bankrekening van de ABNAMRO bank is een bedrag van 140,00 euro opgenomen. Dit geld is ook opgenomen bij de pinautomaat in Lettele op hetzelfde tijdstip.
41. Het proces-verbaal van vordering verstrekking beelden van beveiligingscamera’s van 19 april 2021, pagina 346, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant 1] , zakelijk weergegeven:

de camerabeelden van de pinautomaat aan de [adres 9] in Lettele van 12 april 2021 om 10.59 uur worden gevorderd: 2000 euro, 2000 euro en 140 euro.

42. Het proces-verbaal bevindingen van 1 mei 2021, pagina’s 347 tot en met 354, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant 2] , zakelijk weergegeven:
Op bestand 1 voorzien van bestandsnaam " [naam 3]
.mp4" is te zien dat het een camera betreft die vanuit het apparaat de pinner
filmt.
Wanneer de tijd boven in beeld 10:59:07 indiceert is er te zien dat er een manspersoon in
beeld komt en een pas in het automaat stopt. Op zijn rechterhand is een donkere vlek waarneembaar, de kleur wijkt af van zijn huidskleur. Te zien is dat hij een geldbedrag uit het apparaat haalt en in zijn rechter jaszak steekt.(foto pagina 354).
43. Het proces-verbaal van verhoor verdachte van 14 juni 2021, pagina’s 358 en 363, inhoudende de door verdachte afgelegde verklaring, zakelijk weergegeven:

Op mijn rechterhand heb ik een tatoeage van een roos (rechterknokkel tattoo). Hierbij staat de tekst: “Don’t judge me”.

44. De waarneming van de voorzitter ter terechtzitting van 1 november 2022, zakelijk weergegeven:

De voorzitter constateert dat de hand van verdachte overeenkomt met de foto van die hand in het dossier, met aan de bovenzijde een tatoeage van de roos.

Parketnummer 05.102921.21
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van politie eenheid Oost-Nederland, met nummer ON3R021043/ AZUL. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina’s van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
Ten aanzien van feit 1:
45. Het proces-verbaal ter terechtzitting van 1 november 2022, inhoudende de door verdachte afgelegde bekennende verklaring;
46 Het proces-verbaal aangifte van 12 maart 2021, pagina’s 119 tot en met 133, inhoudende de door [aangever 10] afgelegde verklaring.
47. Het proces-verbaal bevindingen van 2021, pagina’s 158 en 159, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant 3] .
Ten aanzien van feit 2:
48. Het proces-verbaal ter terechtzitting van 1 november 2022, inhoudende de door verdachte afgelegde bekennende verklaring;
49. Het proces-verbaal aangifte van 14 maart 2021, pagina’s 233 tot en met 236, inhoudende de door [aangever 11] , afgelegde verklaring.
Ten aanzien van feit 3:
50. Het proces-verbaal ter terechtzitting van 1 november 2022, inhoudende de door verdachte afgelegde bekennende verklaring;
51 Het proces-verbaal aangifte van 14 maart 2021, pagina’s 306 tot en met 313, inhoudende de door [aangever 12] afgelegde verklaring.
Ten aanzien van feit 4:
52. Het proces-verbaal ter terechtzitting van 1 november 2022, inhoudende de door verdachte afgelegde bekennende verklaring;
53. Het proces-verbaal aangifte van 29 april 2021, pagina’s 340 tot en met 342, inhoudende de door [aangever 13] afgelegde verklaring.
Ten aanzien van feit 5:
54. Het proces-verbaal ter terechtzitting van 1 november 2022, inhoudende de door verdachte afgelegde bekennende verklaring;
55. Het proces-verbaal aangifte van 23 maart 2021, pagina’s 360 tot en met 362, inhoudende de door [aangever 14] afgelegde verklaring.
Ten aanzien van feit 6:
56. Het proces-verbaal ter terechtzitting van 1 november 2022, inhoudende de door verdachte afgelegde bekennende verklaring;
57. Het proces-verbaal aangifte van 23 maart 2021, pagina’s 394 tot en met 397, inhoudende de door [aangever 15] afgelegde verklaring.