Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
CAMELOT TRANSFORMATIE II B.V.,
gevestigd en kantoorhoudende te Amsterdam,
Rechtbank Overijssel
In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Enschede, op 5 april 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen Camelot Transformatie II B.V. en een gedaagde partij die niet is verschenen. De eiser, Camelot, had vorderingen ingesteld met betrekking tot de servicekosten over het jaar 2019, die door de huurcommissie waren vastgesteld. De huurcommissie had de servicekosten vastgesteld op € 539,18, terwijl Camelot stelde dat de werkelijke kosten € 3.466,80 bedroegen. De kantonrechter oordeelde dat Camelot niet voldoende bewijs had geleverd om aan te tonen dat de werkelijke kosten hoger waren dan het door de huurcommissie vastgestelde bedrag. De 120 pagina's aan producties die Camelot had ingediend, waren niet toegelicht en gespecificeerd, waardoor de kantonrechter niet in staat was om de vorderingen te toetsen. De kantonrechter benadrukte dat het aan Camelot was om haar vorderingen te onderbouwen met heldere en toetsbare stellingen, en dat de rechtbank niet op zoek kon gaan in de producties. Aangezien Camelot niet had voldaan aan de eisen die in een eerder tussenvonnis waren gesteld, werden de vorderingen afgewezen. Daarnaast werd Camelot veroordeeld in de kosten van de procedure, die aan de zijde van de gedaagde op nihil werden begroot.