ECLI:NL:RBOVE:2022:4091

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
6 oktober 2022
Publicatiedatum
27 juni 2023
Zaaknummer
84.002699-22 (P)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor het opslaan en voorhanden hebben van illegaal vuurwerk met een voorwaardelijke gevangenisstraf

In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 6 oktober 2022 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het opslaan en voorhanden hebben van illegaal vuurwerk. De verdachte, geboren in 1984, werd op 21 juli 2021 betrapt op het opslaan van professioneel vuurwerk in een woning en een schuur in de gemeente Doesburg. De officier van justitie, mr. P. van der Vliet, eiste een gevangenisstraf van vijftien maanden, waarvan tien maanden voorwaardelijk. De verdediging pleitte voor een geheel voorwaardelijke straf, gezien de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, die kampt met fysieke en psychische problemen en volledig arbeidsongeschikt is geraakt door een bedrijfsongeval.

De rechtbank oordeelde dat de verdachte schuldig was aan het ten laste gelegde feit en dat er geen redenen waren om de strafbaarheid van de verdachte uit te sluiten. De rechtbank vond het bewezen dat de verdachte opzettelijk professioneel vuurwerk had opgeslagen, wat in potentie ernstige gevolgen met zich meebrengt, zoals dodelijke slachtoffers en ernstige schade. De rechtbank hield rekening met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte en besloot tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van twaalf maanden met een proeftijd van twee jaar. De rechtbank benadrukte dat de illegale handel in vuurwerk ondermijnend is voor de veiligheid en dat het beleid van de wetgever gericht is op het beschermen van de gezondheid van de mens en het milieu.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Meervoudige economische kamer
Zittingsplaats Zwolle
Parketnummer: 84.002699-22 (P)
Datum vonnis: 6 oktober 2022
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1984 in [geboorteplaats] ,
wonende aan de [woonplaats] .

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van
6 oktober 2022.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie
mr. P. van der Vliet en van wat door verdachte en zijn raadsman mr. R.P. Adema, advocaat in Putten, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte op 21 juli 2021 opzettelijk professioneel (knal)vuurwerk (zoals mortierbommen (shells), vuurpijlen, knalvuurwerk en flowerbeds), bestemd voor particulier gebruik, in een woning en een daarbij behorende schuur heeft opgeslagen en/of voorhanden heeft gehad.
Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:
hij op of omstreeks 21 juli 2021 in de gemeente Doesburg, in elk geval in Nederland, al dan niet opzettelijk, professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, te weten-24 stuks shells (SF5001 Mix A 5’’, art.nr. SF5001 FDA005 2020, Triplex, p. 127 proces-verbaal), en/of-36 stuks shells (US4 SILVER PEONY WITH GOLD STROBE PISTIL AND TAIL, art.nr. BFS04-241 Festival, producent onbekend, p. 136 proces-verbaal), en/of-10 stuks shells (DS03, art.nr. 4338, Triplex, p. 143 proces-verbaal), en/of-10 stuks vuurpijlen (SIGNALRAKETE, art.nr. 901, Zink-Feuerwerk GMBH, p. 148 proces-verbaal), en/of-1.000 stuks knalvuurwerk (Tp2, art.nr. 0038, TROPIC Jurzy Jurek, p. 152 proces-verbaal), en/of-887 stuks knalvuurwerk (Super cracker, art.nr. XP1013 KAT.P2, Triplex, p. 158 proces-verbaal), en/of-2 stuks knalvuurwerk (GIGANT MAROON, producent onbekend, p. 165 proces-verbaal), en/of-36 stuks knalvuurwerk (RETORNO 100, art.nr. TIG4, ARPI shpk, p. 169 proces-verbaal), en/of-1 stuk batterij enkelschotsbuizen (ASSORTED CAKE, art.nr. XB4100 726 shots, Triplex, p. 175 proces-verbaal), en/of-1 stuk batterij enkelschotsbuizen (TXB869, art.nr. TXB869 600 shots 1.2 Inch, Triplex, p. 181 proces-verbaal), en/of-1 stuk batterij enkelschotsbuizen (266S CAKE, art.nr. XB4029, Liuyang Jinsheng Fireworks Co., p. 186 proces-verbaal), en/of-1 stuk batterij enkelschotsbuizen (UT4114 Stairs, art.nr. UT4114 Combination Batt., Triplex, p. 192 proces-verbaal), en/of-220 stuks knalvuurwerk (VIPER 1, art.nr. 0233 P5D13, Klasek Trading, p. 196 proces-verbaal), en/of-4 kg vuurpijlen (BOMBENRAKETE art.nr. 909, Zink-Feuerwerk GMBH, p. 200 proces-verbaal),althans één of meer stuks en/of kg shells (mortierbommen) en/of vuurpijlen en/of knalvuurwerk en/of batterij enkelschotsbuizen (flowerbeds),in een woning en/of een daarbij behorende schuur, gelegen aan de [woonplaats] , heeft opgeslagen en/of voorhanden heeft gehad.

3.De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.De bewijsmotivering

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht het ten laste gelegde feit wettig en overtuigend te bewijzen.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft geen bewijsverweren gevoerd. Hij heeft zich aan het oordeel van de rechtbank gerefereerd.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank stelt vast dat verdachte het laste gelegde feit heeft bekend. Daarnaast is ter terechtzitting door verdachte of namens hem geen vrijspraak bepleit. De rechtbank komt daarom tot een bewezenverklaring van het hem ten laste gelegde feit op grond van de volgende bewijsmiddelen, waarbij de rechtbank overeenkomstig artikel 359 lid 3 laatste volzin van het Wetboek van Strafvordering (Sv), zal volstaan met de volgende opsomming van de bewijsmiddelen: [1]
de (bekennende) verklaring van verdachte, afgelegd tijdens het onderzoek ter terechtzitting van 6 oktober 2022;
een proces-verbaal van onderzoek aan in beslag genomen vuurwerk van
4 augustus 2021, de daaraan gevoegde bijlagen 1 tot en met 15 en de van het proces-verbaal deel uitmakende NFI-rapporten ‘Explosievenonderzoek aan betwist vuurwerk’ van 11 april 2020 en 17 april 2020.
4.4
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank acht op grond van de opgegeven bewijsmiddelen, waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt, wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan, met dien verstande dat:
hij op 21 juli 2021 in de gemeente Doesburg, opzettelijk professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, te weten:-24 shells (SF5001 Mix A 5’’, artikelnr. SF5001 FDA005 2020, Triplex);-36 shells (US4 SILVER PEONY WITH GOLD STROBE PISTIL AND TAIL, artikelnr. BFS04-241 Festival, producent onbekend 2020);-10 shells (DS03, artikelnr. 4338, Triplex);-10 vuurpijlen (SIGNALRAKETE, artikelnr. 901, Zink-Feuerwerk GMBH);-1.000 stuks knalvuurwerk (Tp2, artikelnr. 0038, TROPIC Jurzy Jurek);-887 stuks knalvuurwerk (Super cracker, artikelnr. XP1013 KAT.P2, Triplex);-2 stuks knalvuurwerk (GIGANT MAROON, producent onbekend);-36 stuks knalvuurwerk (RETORNO 100, artikelnr. TIG4, ARPI shpk);-1 batterij enkelschotsbuis (ASSORTED CAKE, artikelnr. XB4100 726 shots, Triplex);-1 batterij enkelschotsbuis (TXB869, artikelnr. TXB869 600 shots 1.2 Inch, Triplex);-1 batterij enkelschotsbuis (266S CAKE, artikelnr. XB4029, Liuyang Jinsheng Fireworks Co.);-1 batterij enkelschotsbuis (UT4114 Stairs, artikelnr. UT4114 Combination Batt., Triplex);-220 stuks knalvuurwerk (VIPER 1, artikelnr. 0233 P5D13, Klasek Trading);-4 kg vuurpijlen (BOMBENRAKETE artikelnr. 909, Zink-Feuerwerk GMBH),in een woning en een daarbij behorende schuur, gelegen aan de [woonplaats] , heeft opgeslagen en voorhanden heeft gehad.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten zijn verbeterd in de bewezenverklaring. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

5.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Het bewezen verklaarde is strafbaar gesteld in artikel 1.2.2 lid 1 van het Vuurwerkbesluit, krachtens artikel 9.2.2.1 van de Wet milieubeheer, in verband met de artikelen 1a, 2 en 6 van de Wet op de economische delicten. Het bewezen verklaarde levert het volgende economische delict op:
het misdrijf:
overtreding van een voorschrift, gesteld krachtens artikel 9.2.2.1 van de Wet milieubeheer, opzettelijk begaan.
6.
De strafbaarheid van verdachte
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor het bewezen verklaarde feit.

7.De op te leggen straf of maatregel

7.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijftien maanden met aftrek van het voorarrest, waarvan tien maanden voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaren.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft betoogd dat moet worden volstaan met de oplegging van een geheel voorwaardelijke (gevangenis)straf.
7.3
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van het gepleegde feit, de omstandigheden waaronder dit feit is begaan en de persoon van verdachte, zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De rechtbank acht daarbij in het bijzonder het volgende van belang.
De aard en de ernst van het gepleegde feit
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het (op de zolder van een woning en een daarbij behorende schuur) opslaan en voorhanden hebben van een hoeveelheid professioneel (knal)vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik. Het ging om een hoeveelheid van in totaal 392 kilogram (met een netto explosieve massa van ongeveer 78 kilogram). De rechtbank rekent dit verdachte aan. De handel in illegaal vuurwerk brengt (in potentie) ernstige gevolgen met zich: dodelijke slachtoffers, (ernstig) gewonden, ernstige geluidsoverlast en materiële schade, externe veiligheidsrisico’s van vervoer en opslag en oneerlijke concurrentie voor de legaal opererende vuurwerkbedrijven die aan allerlei (veiligheids)voorschriften moeten voldoen. Ook het opslaan en voorhanden hebben van illegaal vuurwerk op zich is zeer gevaarlijk, vooral als het gaat om professioneel vuurwerk dat massa-explosief kan reageren. Dit betekent dat indien één stuk in een partij, waarin de artikelen tegen elkaar aanliggen, tot ontbranding komt en explodeert, de kans bestaat dat de hele partij sympathisch mee-explodeert. Het gebied rondom zo een explosie waarbinnen als gevolg van die explosie kans op letsel en materiële schade bestaat, wordt daarmee vergroot. De wetgever beoogt door middel van het Vuurwerkbesluit betere waarborgen te scheppen voor de bescherming van de gezondheid van de mens en het milieu tegen de ongewenste effecten die vuurwerk kan veroorzaken en aldus de illegale handel in vuurwerk te bestrijden. Verdachte heeft dit beleid ondermijnd. Hij wist dat sprake was van illegaal vuurwerk, maar hij heeft dit vuurwerk desondanks in een woonwijk opgeslagen en voorhanden gehad. De risico’s daarvan heeft verdachte voor lief genomen.
De persoon van verdachte
Wat betreft de persoon van verdachte heeft de rechtbank acht geslagen op het uittreksel Justitiële Documentatie van verdachte van 2 augustus 2022, waaruit volgt dat verdachte niet eerder voor soortgelijke feiten met politie en/of justitie in aanraking is geweest. Ook heeft de rechtbank acht geslagen op de inhoud van het reclasseringsrapport van Reclassering Nederland van 27 september 2022 en op wat verdachte ter terechtzitting heeft verklaard. Verdachte kampt met fysieke en psychische problemen en is afhankelijk van de dagelijkse ondersteuning van zijn partner bij zijn persoonlijke verzorging. Hij is ten gevolge van een bedrijfsongeval volledig arbeidsongeschikt geraakt (verbrijzelde polsen), heeft chronische pijnklachten en ontvangt een IVA-uitkering. Vanwege de chronische pijnklachten is er een neurotransmitter in zijn lichaam geplaatst, om de pijn in zekere mate te remmen. Ook gebruikt verdachte medicinale wiet om de pijn enigszins onder controle te kunnen houden, evenals een antidepressivum om psychisch in balans te blijven.
De strafoplegging
De rechtbank houdt bij het bepalen van de strafmodaliteit en de strafmaat rekening met straffen die in vergelijkbare gevallen door rechters zijn opgelegd. De rechtbank ziet in deze strafzaak in de zeer bijzondere persoonlijke omstandigheden van verdachte aanleiding om een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen. Een andere straf(modaliteit) is gegeven de mogelijkheden die het strafrecht biedt, in deze strafzaak niet passend. Verdachte is vanwege zijn lichamelijke beperkingen en daaruit voortvloeiende zorgafhankelijkheid detentieongeschikt en er zijn voor hem geen mogelijkheden om een taakstraf uit te voeren. Een onvoorwaardelijke gevangenisstraf of een taakstraf zijn dan ook niet passend. Daarnaast zijn er geen aanwijzingen dat verdachte in vuurwerk heeft gehandeld. Een geldboete doet naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende recht aan de ernst van het door verdachte gepleegde feit. Ook een geldboete is dus niet passend.
De rechtbank acht de oplegging van een voorwaardelijke gevangenisstraf van twaalf maanden met aftrek van het voorarrest, met een proeftijd van twee jaren, passend en geboden.

8.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen en de artikelen 14a, 14b, 14c en 57 van het Wetboek van Strafrecht.

9.De beslissing

De rechtbank:
bewezenverklaring
- verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven is omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feit
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde het volgende strafbare feit oplevert:
het misdrijf:
overtreding van een voorschrift, gesteld krachtens artikel 9.2.2.1 van de Wet milieubeheer, opzettelijk begaan;
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het bewezen verklaarde;
straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
12 (twaalf) maanden;
- beveelt dat de tijd die verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
- bepaalt dat deze gevangenisstraf
in zijn geheel niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien verdachte voor het einde van de
proeftijd van 2 (twee) jarende navolgende voorwaarde niet is nagekomen:
- stelt als
algemene voorwaardedat verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.B. Werkhoven, voorzitter, mr. M. van Berlo en
mr. ing. M.S. de Waard, rechters, in tegenwoordigheid van mr. N. Klunder, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 6 oktober 2022.
Buiten staat
De jongste rechter is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.

Voetnoten

1.Indien hierna wordt verwezen naar documenten/dossierpagina’s, zijn dit documenten of (de doorgenummerde) pagina’s uit het dossier van de politie-eenheid Oost-Nederland, district Noord- en Oost-Gelderland, flexteam Noord- en Oost-Gelderland, met registratienummer PL0600-2021339948. Er wordt steeds verwezen naar documenten/bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal, tenzij anders is vermeld.