Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.Het onderzoek op de terechtzitting
6 december 2022.
mr. A.C. Diesfeldt en van wat door verdachte en zijn raadsman mr. M.J. Jansma, advocaat in Kampen, naar voren is gebracht.
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
4.De bewijsmotivering
heeft me bad[slachtoffer][onderstreping door de rechtbank]
heeft me gestoken in me badk wacht maar als ik er weer ben machete gaat swars door je back1p”. [8] De rechtbank stelt vast dat [slachtoffer] de voornaam [slachtoffer] heeft. Verder is sprake van een snapchataccount genaamd “ [alias 1] ” dat is gekoppeld aan de Apple ID van [medeverdachte] . [9] Uit de uitgelezen informatie blijkt dat “ [alias 1] ” in een snapchatgesprek van
7 december 2022 vraagt naar wie hem heeft gestoken, waarop een deelnemer antwoordt dat hij in Oldenzaal woont. [10] De rechtbank stelt vast dat [slachtoffer] in Oldenzaal woont. Daarnaast geeft “ [alias 1] ” in een chatgesprek van 23 december 2021 aan een PlayStation te hebben. [11] Ook hebben in de periode voor en na 2 december 2021 meerdere chats tussen “ [alias 1] ” en “ [alias 2] ” plaatsgevonden. Verder blijkt dat “ [alias 1] ” op
11 en 15 december 2021 meerdere malen chat met verdachte, waarbij “ [alias 1] ” aangeeft dat de politie naar hem zoekt in verband met het afleggen van een verklaring en dat hij een tip voor hem heeft als hij niet opgepakt wil worden. [12]
5.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde
6.De strafbaarheid van verdachte
7.De op te leggen straf of maatregel
8.De schade van benadeelde
9.De toegepaste wettelijke voorschriften
10.De beslissing
gevangenisstrafvoor de duur van
9 (negen) maanden en 4 (vier) dagen;
6 (zes) maanden niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien de verdachte voor het einde van de
proeftijd van 3 (drie) jarende navolgende voorwaarde(n) niet is nagekomen:
algemene voorwaardedat de verdachte:
bijzondere voorwaardendat verdachte:
daarbij gelden als voorwaarden van rechtswege dat de verdachte:
€ 1.514,86, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 2 december 2021 met dien verstande dat als en voor zover al door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
maatregelop dat de verdachte verplicht is ter zake van het bewezen verklaarde tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 1.514,86, (zegge: vijftienhonderdveertien euro en zesentachtig cent), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 2 december 2021 ten behoeve van de benadeelde, en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van 25 dagen kan worden toegepast, (een en ander voor zover dit bedrag niet door een mededader zal zijn voldaan). Tenuitvoerlegging van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;