Het rapport van de kliniek houdt, zakelijk weergegeven, onder meer het volgende in.
Er is bij betrokkene sprake van schizofrenie, paranoïde type, een autismespectrumstoornis, een stoornis in alcoholgebruik (ernstig), in remissie in een gereguleerde setting en een stoornis in cannabisgebruik (matig, ernstig) in remissie in een gereguleerde setting.
Op 27 januari 2021 is betrokkene opgenomen op afdeling de Plecht, een behandelafdeling voor patiënten met een psychotische kwetsbaarheid. Betrokkene is goed ingesteld op een antipsychoticum, hij is abstinent van middelen en er zijn geen psychotische symptomen meer aanwezig. Betrokkene zet zich in voor de behandeling. Hij volgt muziektherapie, arbeidstherapie, psychomotirische therapie (PMT) en de Libermantraining. Bij de PMT vindt hij het moeilijk om zijn gevoel te bespreken en zijn emoties zichtbaar te maken.
Daarnaast kreeg betrokkene autismespectrumstoornis (ASS) training, maar hier is hij mee gestopt omdat hij onvoldoende profiteerde van de aangeboden stof en betrokkene niet herkent dat hij autisme heeft.
Er heeft een delictanalyse plaatsgevonden en nadat verdachte een aantal pakjes sigaretten uit de Parlevinker, het winkeltje binnen de FPK waar betrokkene werkte, had gestolen is deze delictanalyse aangepast en is een aantal nieuwe delictrisicofactoren naar voren gekomen. Vanaf 14 maart 2022 praktiseerde betrokkene begeleide verloven maar deze verloven zijn door voormeld incident tijdelijk gepauzeerd, en nadat de delictanalyse was aangepast weer herstart.
Het recidiverisico bij (voorwaardelijke) beëindiging van de maatregel wordt geschat op hoog. Betrokkene staat nog relatief aan het begin van zijn behandeling en heeft nog niet langdurig kunnen oefenen met verloven en het resocialiseren is nog niet gestart. Verder is het risico op medicatie-ontrouw en middelengebruik nog te hoog uit zorg. Uit de risicotaxatie-instrumenten blijkt dat het niet meer gebruiken van antipsychoticum het risico sterk verhoogd met betrekking tot belaging. Ook zal dit het vermogen van betrokkene om zich in te leven sterk negatief beïnvloeden.
Geschat wordt dat eind 2022 dan wel begin 2023 onbegeleid verlof wordt aangevraagd. Verder wordt onderzocht welke beschermde woonvormen passend zijn bij de zorgbehoefte van betrokkene om hem tijdig aan te kunnen melden. Dit traject zal meerdere jaren in beslag nemen, in elk geval twee jaar. Het huidige beveiligingsniveau met intensieve behandeling is nog noodzakelijk. In het verleden stopte betrokkene met medicatie en behandeling als het juridisch kader wegviel en dan recidiveerde hij in psychose en risicovol gedrag.
Betrokkene zet zich enerzijds naar vermogen in voor de behandeling, anderzijds zal het probleembesef en zijn vermogen hulp te vragen en te kunnen aanvaarden nog sterk moeten toenemen voordat van een overgang naar een lager beveiligingsniveau sprake kan zijn.
De kliniek adviseert daarom de TBS-maatregel met 2 jaar te verlengen.