Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.De procedure
- het tussenvonnis van 18 mei 2022,
- de conclusie van antwoord in reconventie,
- de aanvullende producties (met USB-stick) van de zijde van Keytech,
- de aanvullende productie van de zijde van [A] .
2.De beslissing samengevat
Waarover gaat de zaak?
3.Het geschil en wat daaraan vooraf ging
Wat aan het geschil vooraf ging
30 september 2021 heeft [A] gereageerd op deze brief.
conventievordert Keytech, samengevat weergegeven, dat de rechtbank bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad,
reconventievordert [A] , samengevat weergegeven, dat de rechtbank bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, verklaart voor recht dat artikel 10.3 van de overeenkomst van opdracht van 17 mei 2021 nietig is, althans dit artikel vernietigt, met veroordeling van Keytech in de (na)kosten van de procedure, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover.
4.De beoordeling in conventie en in reconventie
Inleiding
20 mei 2022 [1] , betwist dat [A] onder de Waadi valt. [A] is geen werknemer en er is geen sprake van een arbeidsverhouding met Keytech. [A] is een zelfstandige die een overeenkomst van opdracht is aangegaan met Keytech, aldus Keytech.
– teneinde door het uitzendbureau ter beschikking te worden gesteld van een inlenende onderneming om daar onder toezicht en leiding van de inlenende onderneming tijdelijk werk te verrichten.
14 april 2017, eveneens worden aangemerkt als arbeidsverhouding. In die verhouding is namelijk ook sprake van het gedurende bepaalde tijd voor een ander en onder diens leiding leveren van prestaties in ruil voor een vergoeding [5] . Dat betekent dat artikel 9a van de Waadi van toepassing is.
artikel 9a Waadi. De rechtbank is van oordeel dat het relatiebeding moet worden aangemerkt als belemmering in de zin van artikel 9a Waadi. Uit het relatiebeding volgt
– kort gezegd – dat [A] binnen een tijdsbestek van een jaar na de ondertekening van de overeenkomst van opdracht niet op directe of indirecte wijze werkzaamheden mag verrichten voor opdrachtgevers van Keytech waarvoor hij werkzaamheden heeft verricht of gaat verrichten. Uit dit beding vloeit onmiskenbaar voort dat [A] gedurende een bepaalde tijd niet in dienst mag treden of werkzaamheden mag uitvoeren voor de inlenende bedrijven waaraan hij eerder door Keytech ter beschikking is gesteld. Dat is een belemmering als bedoeld in artikel 9a van de Waadi. Aangezien een dergelijke belemmering niet is toegestaan, is het beding nietig op grond van artikel 9a lid 2 van de Waadi. Dat betekent dat Keytech niet met succes een beroep kan doen op dit beding, ook niet ten aanzien van derden die geen klant zijn van Keytech. [A] is dan ook niet de boete verschuldigd geraakt uit artikel 10.3 van de overeenkomst van opdracht.
€ 563,00).
5.De beslissing
€ 2.743,00, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW indien betaling uitblijft binnen veertien dagen na de datum van dit vonnis, totdat volledig is betaald,
17 mei 2020 (met betrekking tot [B] Prefab B.V.) nietig is,
artikel 6:119 BW over de nakosten met ingang van veertien dagen na de betekening van dit vonnis tot aan de voldoening,