4.4De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de opgegeven bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat:
met betrekking tot parketnummer 84/033951-22:
hij op 9 augustus 2021 te [plaats] , in de gemeente Duiven,
als houder van een aantal dieren, opzettelijk er geen zorg voor heeft gedragen dat:
- schapen een toereikende hoeveelheid gezond en voor de soort en de leeftijd geschikt voer kregen toegediend op een wijze die past bij het ontwikkelingsstadium van het dier, immers waren de dieren ernstig vermagerd en/of hadden de schapen scherpe ruggen en/of was nauwelijks spierweefsel op de rug en/of ribben aanwezig en/of tekenden de ruggengraat en/of de dwarsuitsteeksels en/of doornuitsteeksels van de lendenwervels zich duidelijk af ten opzichte van het omliggende weefsel, en
- schapen die sterk aangetast waren door myiasis, zijnde dieren die ziek of gewond leken, onmiddellijk op passende wijze werden verzorgd, immers hadden de dieren geen accurate medische behandeling gehad, en
- drie schapen die kreupel liepen, zijnde dieren die ziek of gewond leken, onmiddellijk op passende wijze werden verzorgd, immers hadden de dieren geen accurate medische behandeling gehad,
zulks terwijl voornoemde overtredingen plaatsvonden in de uitoefening van een bedrijf waar dieren van krachtens artikel 2.3, tweede lid, van de Wet dieren aangewezen soorten of categorieën worden gehouden;
hij op 17 augustus 2021 te [plaats] , in de gemeente Duiven,
als houder van een aantal dieren, opzettelijk er geen zorg voor heeft gedragen dat:
- één schaap een toereikende hoeveelheid gezond en voor de soort en de leeftijd geschikt voer kreeg toegediend op een wijze die past bij het ontwikkelingsstadium van het dier, immers was dit dier ernstig vermagerd en tekenden de ruggengraat en de lendenwervels zich duidelijk af ten opzichte van het omliggende weefsel,
zulks terwijl voornoemde overtreding plaatsvond in de uitoefening van een bedrijf waar dieren van krachtens artikel 2.3, tweede lid, van de Wet dieren aangewezen soorten of categorieën worden gehouden;
met betrekking tot parketnummer 84/033954-22:
hij op 9 september 2021 te [plaats] , in de gemeente Duiven,
als houder van dieren, opzettelijk er geen zorg voor heeft gedragen dat:
- schapen over een toereikende hoeveelheid gezond en voor de soort en de leeftijd geschikt voer kregen toegediend op een wijze die past bij het ontwikkelingsstadium van het dier, immers waren deze dieren ernstig vermagerd en/of hadden de schapen scherpe ruggen en/of was nauwelijks spierweefsel op de rug en/of ribben aanwezig en/of tekenden de ruggengraat en/of de dwarsuitsteeksels en/of doornuitsteeksels van de lendenwervels zich duidelijk af ten opzichte van het omliggende weefsel, en
- schapen die sterk aangetast waren door myiasis, zijnde dieren die ziek of gewond leken, onmiddellijk op passende wijze werden verzorgd, immers hadden de dieren geen accurate medische behandeling gehad, en
- vijf schapen, die kreupel liepen, zijnde dieren die ziek of gewond leken, onmiddellijk op passende wijze werden verzorgd, immers hadden de dieren geen accurate medische behandeling gehad en/of was geen dierenarts geraadpleegd,
zulks terwijl voornoemde overtredingen plaatsvonden in de uitoefening van een bedrijf waar dieren van krachtens artikel 2.3, tweede lid, van de Wet dieren aangewezen soorten of categorieën worden gehouden;
hij op 9 september 2021 te [plaats] , in de gemeente Duiven,
als houder van – in totaal – 135 schapen, opzettelijk een onvolledig register heeft bijgehouden van de verstrekte medische zorg,
zulks terwijl voornoemde overtreding plaatsvond in de uitoefening van een bedrijf waar dieren krachtens artikel 2.3, tweede lid, van de Wet dieren aangewezen soorten of categorieën worden gehouden;
hij op 9 september 2021 te [plaats] , in de gemeente Duiven,
als houder van een aangewezen dierlijk bijproduct, te weten een kadaver van een schaap,
er niet voor heeft zorggedragen dat het kadaver zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk op de eerste werkdag volgend op de dag waarop het bijproduct is ontstaan, is aangegeven bij de ondernemer ( [bedrijf] ),
immers werd op 9 september 2021 een kadaver van een schaap aangetroffen dat langer dan 48 uur dood was;
met betrekking tot parketnummer 84/063513-22:
hij op 14 maart 2022 te [plaats] , in de gemeente Duiven,
als houder van dieren, te weten schapen, opzettelijk, er geen zorg voor heeft gedragen dat:
- drie schapen die kreupel liepen, zijnde dieren die ziek of gewond leken, onmiddellijk op passende wijze werd/werden verzorgd, immers hadden de dieren geen accurate medische behandeling gehad en was geen dierenarts geraadpleegd, en
- dertien schapen over een toereikende behuizing beschikten onder voldoende hygiënische omstandigheden, immers waren de verblijven sterk vervuild met natte mest en urine, en
- schapen een toereikende hoeveelheid gezond en voor de soort en de leeftijd geschikt voer kregen toegediend op een wijze die past bij het ontwikkelingsstadium van het dier, immers waren de dieren sterk vermagerd en/of hadden de schapen scherpe ruggen en/of waren de ruggenwervels en/of ribben en/of heupbeenderen duidelijk voelbaar en/of zichtbaar, en
- schapen toegang hadden tot een toereikende hoeveelheid water van passende kwaliteit of op een andere wijze aan hun behoefte aan water konden voldoen, immers konden deze dieren niet beschikken over schoon drinkwater omdat de drinkbakken sterk bevuild waren met modder en/of een dode muis en/of deze drinkbakken leeg waren,
zulks terwijl voornoemde overtredingen plaatsvonden in de uitoefening van een bedrijf waar dieren van krachtens artikel 2.3, tweede lid, van de Wet dieren aangewezen soorten of categorieën worden gehouden;
hij op 14 maart 2022 te [plaats] , in de gemeente Duiven,
als houder van aangewezen dierlijke bijproducten, te weten kadavers van schapen, er niet voor heeft zorggedragen dat de kadavers zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk op de eerste werkdag volgend op de dag waarop de bijproducten zijn ontstaan, zijn aangegeven bij de ondernemer ( [bedrijf] ),
immers werden op 14 maart 2022 kadavers van schapen aangetroffen die langere tijd, in ieder geval langer dan 24 uur, dood waren;
met betrekking tot parketnummer 84/076047-22:
hij op 13 januari 2022 te [plaats] , in de gemeente Duiven,
als houder van dieren, te weten schapen, opzettelijk er geen zorg voor heeft gedragen dat:
- één schaap, dat kreupel liep, zijnde een dier dat ziek of gewond leek, onmiddellijk op passende wijze werd verzorgd, immers had het dier geen accurate medische behandeling gehad en was geen dierenarts geraadpleegd,
zulks terwijl voornoemde overtreding plaatsvond in de uitoefening van een bedrijf waar dieren van krachtens artikel 2.3, tweede lid, van de Wet dieren aangewezen soorten of categorieën worden gehouden;
hij op 13 januari 2022 te [plaats] ,
als houder van aangewezen dierlijke bijproducten, te weten kadavers van schapen, er niet voor heeft zorggedragen dat de kadavers zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk op de eerste werkdag volgend op de dag waarop de bijproducten zijn ontstaan, zijn aangegeven bij de ondernemer ( [bedrijf] ),
immers werden op 13 januari 2022 kadavers van schapen aangetroffen die langere tijd, in ieder geval langer dan 24 uur, dood waren.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten zijn verbeterd in de bewezenverklaring. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.