ECLI:NL:RBOVE:2022:2270

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
12 mei 2022
Publicatiedatum
3 augustus 2022
Zaaknummer
9329028 \ CV EXPL 21-2955
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Proces-verbaal
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding koopovereenkomst pony wegens non-conformiteit en terugbetaling koopsom

In deze zaak heeft eiser op 30 januari 2021 een pony gekocht van gedaagde voor € 17.500,00, met de bedoeling deze te gebruiken voor de hogere dressuursport. Voorafgaand aan de koop is de pony röntgenologisch en klinisch gekeurd. De röntgenkeuring toonde aan dat de pony 'kissing spines' had, maar gedaagde heeft alleen de eerste pagina van het rapport aan eiser verstrekt. Na de aankoop heeft eiser de pony laten berijden en later een dierenarts geraadpleegd, die concludeerde dat de pony niet geschikt was voor de hogere dressuursport vanwege artrotische beperkingen en de 'kissing spines'. Eiser heeft de koopovereenkomst ontbonden op basis van non-conformiteit, omdat de pony niet voldeed aan de verwachtingen die hij op basis van de koop mocht hebben.

De kantonrechter heeft geoordeeld dat gedaagde een niet-conforme pony heeft geleverd, omdat eiser niet had hoeven verwachten dat de pony gezondheidsproblemen had die de sportieve plannen in de weg zouden staan. Gedaagde had de volledige rapporten moeten overhandigen, zodat eiser een weloverwogen beslissing had kunnen nemen over de koop. De kantonrechter heeft de koopovereenkomst ontbonden, gedaagde veroordeeld tot terugbetaling van de koopsom en de kosten van de procedure toegewezen aan eiser. De vordering van eiser om extra kosten vergoed te krijgen is afgewezen, omdat deze niet gespecificeerd waren.

De uitspraak is gedaan door kantonrechter M.A.M. Essed op 12 mei 2022, waarbij gedaagde ook de proceskosten moet vergoeden.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Zwolle
Zaaknummer: 9329028 \ CV EXPL 21-2955
PROCES-VERBAALvan de op 12 mei 2022 te Zwolle gehouden zitting van de kantonrechter in de zaak van:
[eiser] ,
wonende in [woonplaats] ,
eisende partij, hierna te noemen: [eiser] ,
gemachtigde: mr. H.A. de Boer te Leeuwarden,
tegen
[gedaagde] ,
wonende in [woonplaats] ,
gedaagde partij, hierna te noemen: [gedaagde] ,
gemachtigde: mr. L. Oosting (Anker Rechtshulp B.V.) te Groningen.
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 12 mei 2022.
Tegenwoordig:
- mr. M.A.M. Essed, kantonrechter
- mr. P. van der Stroom, griffier
Na uitroeping van de zaak verschenen:
- [eiser] , voornoemd
- mr. De Boer, voornoemd
- [gedaagde] , voornoemd
- mevrouw [A] , echtgenote van [gedaagde]
- mevrouw [B] , dochter van [gedaagde]
- mr. Oosting, voornoemd
- mr. R. Kremer, kantoorgenoot van mr. Oosting.
De kantonrechter stelt vast dat beide partijen zijn verschenen.
Na afloop van de mondelinge behandeling heeft de kantonrechter ter zitting mondeling uitspraak gedaan.

1.De gronden van de beslissing

Feiten
1.1.
Op 30 januari 2021 heeft [eiser] van [gedaagde] de pony [naam paard] gekocht voor
€ 17.500,00. Het was de bedoeling dat de pony voor de hogere dressuursport zou worden gebruikt. Voorafgaand aan de koop is de pony röntgenologisch gekeurd, op 20 januari 2021, en op 27 januari 2021 is de pony klinisch gekeurd.
1.2.
In het röntgenologische rapport van 20 januari 2021 staat op de eerste pagina de conclusie vermeld: “
Röntgenologisch onderzoek. Acceptabel voor gebruik in de sport.” De tweede pagina vermeldt, onder meer, “
C1-C6 acceptabel. Toracale 11, 12, 13 “kissing spine”, wèl een rustig beeld”. [gedaagde] heeft alleen de eerste pagina aan [eiser] verstrekt, en niet de volgende pagina’s, en evenmin de foto’s.
1.3.
Het klinische rapport van 27 januari 2021 vermeldt op de eerste pagina als conclusie: “
Klinisch gezonde sportpony. Minimale reactie op de buigproef rechtsachter.” Op de tweede pagina staat onder meer opgemerkt “
iets sensibel op rug”. Ook van dit rapport heeft [gedaagde] aan [eiser] alleen de eerste pagina, en niet de tweede verstrekt.
1.4.
[eiser] heeft de pony vanaf 30 januari 2021 laten berijden en heeft na verloop van tijd aanleiding gezien de pony te laten onderzoeken. Op 1 mei 2021 is de pony onderzocht door dierenarts [C] , die een op 3 mei 2021 gedateerde verklaring heeft opgesteld. Die verklaring houdt onder meer in dat uit klinisch en röntgenologisch onderzoek blijkt van artrotische beperkingen aan de hals en dat aan de rug sprake is van meerdere doornuitsteeksels die mid-thoracaal tegen elkaar aanzitten, met reactie. [C] meent dat de pony niet geschikt is voor “hogere dressuursport”, en dat de fysieke gebreken al langer dan 3 maanden aanwezig zijn – dus al op het moment van de verkoop.
Beoordeling
1.5.
Het gaat in deze zaak om de vraag of [eiser] de aankoop van een pony kan ontbinden, omdat de gezondheid van de pony niet is wat hij daarvan mocht verwachten.
1.6.
Voor een koop als deze gelden de volgende regels. Een koop is in principe definitief. Maar soms kun je een koop toch terugdraaien, bijvoorbeeld als je als koper niet hebt gekregen wat je van de koop mocht verwachten. Dit is, eenvoudig gezegd, wat volgt uit de gebrekenregeling van artikel 7:17 BW en de ontbindingsregeling van artikel 6:265 BW.
1.7.
De kantonrechter is van oordeel dat de pony niet de eigenschappen heeft die [eiser] op grond van de koop mocht verwachten. De kantonrechter zal uitleggen waarom.
Allereerst is van belang dat [eiser] een pony kocht om die specifiek voor de hogere dressuur, waaronder het Z2-niveau, te gebruiken. Op zitting hebben partijen beiden aangegeven dat dit is besproken en dat dit de bedoeling van [eiser] was met de aankoop van de pony.
Verder blijkt dat de pony kampt met artrose-klachten aan de hals en aan elkaar rakende ruggenwervels, de zogenaamde kissing spines. Dit blijkt uit de rapporten van 20 en 27 januari 2021, en uit de verklaring van dierenarts [C] van 3 mei 2021. Bij dat laatste rapport heeft [gedaagde] wel wat kanttekeningen geplaatst, maar de inhoud daarvan is niet onderbouwd bestreden.
1.8.
[eiser] hoefde van een pony die bedoeld was voor de hogere dressuursport niet zonder meer te verwachten dat deze zou lijden aan wat het röntgenologisch rapport van 20 januari 2021 beschreef als “kissing spine” of bewegingsbeperkingen aan de hals. Dit beeld wordt ook bevestigd door het rapport dat [C] heeft opgesteld, en waaruit deze dierenarts concludeert dat de pony in elk geval voor de hogere dressuursport ongeschikt is. [gedaagde] had misverstanden hierover ook gemakkelijk kunnen voorkomen door niet slechts een selectie uit de rapporten van 20 en 27 januari 2021 aan [eiser] te verstrekken, maar gewoon de gehele rapporten. [eiser] had dan zelf kunnen beslissen of alsnog met de koop verder zou worden gegaan, of dat het risico dat de wervelproblematiek en artrose de sportieve plannen met de pony in de weg zouden kunnen gaan staan te groot werd geacht, en hij toch van de koop zou afzien. In ieder geval heeft [eiser] niet mogen verwachten dat hij een pony met een dergelijke gezondheidsbeeld zou aankopen en dat betekent dat [gedaagde] een niet-conforme pony heeft geleverd.
Dit zou nog anders kunnen zijn als de wervelproblematiek specifiek is besproken en door de koper is geaccepteerd, maar dit is niet komen vast te staan. [eiser] heeft immers ontkend dat dit is besproken, [gedaagde] heeft ook aangegeven dat hij alleen de eerste pagina’s van de 20- en 27 januarirapporten aan [eiser] heeft verstrekt, en er is onvoldoende duidelijk gemaakt dat en hoe [eiser] op een andere manier is verteld over de wervel-kwestie. In dit verband acht de kantonrechter het van belang dat [gedaagde] , nadat [eiser] eind april 2021 voor het eerst kenbaar had gemaakt dat de pony ernstige artroseklachten heeft en daardoor niet geschikt is voor de sport, nimmer heeft gerefereerd aan zijn mededeling die hij tijdens de koop zou hebben gedaan, namelijk dat de pony “wel iets aan zijn rug” heeft.
1.9.
Dit betekent dat de gezondheidssituatie van de pony een gebrek is, dat wil zeggen: iets dat [eiser] niet had hoeven te verwachten op grond van de koop. Omdat de kissing spines ook al genoemd worden in het rapport van 20 januari 2021 is duidelijk dat dit gebrek al aanwezig was op het moment van de koopovereenkomst. [eiser] had dit gebrek, als gezegd, niet hoeven te verwachten, en hij hoeft dit daarom ook niet te accepteren. Daarmee is niet gezegd dat [gedaagde] dit bewust heeft verzwegen maar enkel dat niet is komen vast te staan dat [eiser] dit feitelijk is verteld.
1.10.
[gedaagde] heeft nog als verweer aangevoerd dat [eiser] te laat heeft geklaagd over de wervelproblematiek van de pony, maar de kantonrechter gaat daarin niet mee. Het is begrijpelijk dat [eiser] het eerst een paar weken heeft willen aanzien, ook om de pony en zijn berijders te laten wennen aan de nieuwe situatie. Binnen drie maanden na aankoop heeft [eiser] echter, om het zo te noemen: ‘geklaagd’ bij [gedaagde] , en dat is tijdig genoeg.
1.11.
Nu [gedaagde] niet een pony heeft geleverd zoals op basis van de overeenkomst had gemoeten, heeft [eiser] het recht de koop te ontbinden (artikel 6:265 BW), aangezien [gedaagde] niet voldoende onderbouwd heeft aangegeven waarom ontbinding in dit geval niet gerechtvaardigd is. Dit heeft [eiser] ook gevorderd en dit zal worden toegewezen. [gedaagde] zal dan de pony terug moeten krijgen, en [eiser] zal de koopsom terugbetaald moeten krijgen.
1.12.
[eiser] heeft ook nog de vergoeding van nader te noemen kosten gevraagd. Dit wordt afgewezen. [gedaagde] heeft er terecht op gewezen dat deze kosten niet nader zijn opgegeven of gespecifieerd, en dat was wel nodig geweest, ook voor [gedaagde] om daar op een goede manier verweer tegen te voeren. [eiser] had daarvoor, bijvoorbeeld, facturen kunnen overleggen maar hij heeft dat niet gedaan.
Conclusie
1.13.
De kantonrechter komt tot de slotsom dat de koopovereenkomst wordt ontbonden, dat [gedaagde] de koopprijs moet terugbetalen en dat [eiser] de pony moet teruggeven. De vergoeding van de nadere kosten wordt afgewezen.
1.14.
Omdat [gedaagde] ongelijk heeft gekregen in deze zaak, moet hij de kosten van deze procedure dragen. Die kosten zijn in totaal: € 1.359,01 (kosten dagvaarding ad € 106,01 + griffierecht € 507,00 + salaris gemachtigde 2 punten x tarief € 373,00).

2.Beslissing

De kantonrechter:
2.1.
ontbindt de koopovereenkomst tussen partijen van 30 januari 2021 met betrekking tot de pony;
2.2.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling aan [eiser] van een bedrag van € 17.500,00;
2.3.
veroordeelt [gedaagde] in de kosten van deze procedure, aan de zijde van [eiser] tot op heden begroot op € 1.359,01;
2.4.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
2.5.
wijst af het meer of anders gevorderde.
Deze mondelinge uitspraak is gedaan door mr. M.A.M. Essed, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 12 mei 2022.