ECLI:NL:RBOVE:2022:1835
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van erkenning door een kind, belang van biologische en maatschappelijke werkelijkheid
In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 9 juni 2022 uitspraak gedaan in een verzoek tot vernietiging van de erkenning van een kind, [verzoekster], door de erkenner, [belanghebbende]. Het verzoek is ingediend door [verzoekster], die op 3 juli 2018 door de erkenner is erkend, terwijl zij op dat moment 17 jaar oud was en toestemming heeft gegeven voor de erkenning. De rechtbank heeft vastgesteld dat [verzoekster] op de hoogte was van het feit dat de erkenner niet haar biologische vader is. Na de echtscheiding tussen haar moeder en de erkenner is het contact tussen [verzoekster] en de erkenner volledig verbroken. [verzoekster] heeft aangevoerd dat de erkenning enkel is gedaan om haar dezelfde achternaam te geven als die van haar moeder en stiefvader, en dat zij geen band met de erkenner voelt. Ze heeft een beroep gedaan op artikel 8 van het EVRM, dat het recht op eerbiediging van privé-, familie- en gezinsleven beschermt.
De rechtbank heeft in haar beoordeling overwogen dat het belang van de biologische en maatschappelijke werkelijkheid zwaarder weegt dan de strikte toepassing van artikel 1:205, vierde lid, BW. De rechtbank heeft geoordeeld dat de rechtszekerheid en de belangen van andere betrokkenen niet geschaad worden door toewijzing van het verzoek. De erkenner en de moeder van [verzoekster] hebben ook ingestemd met de vernietiging van de erkenning. De rechtbank heeft het verzoek van [verzoekster] om de erkenning te vernietigen toegewezen, met als gevolg dat [verzoekster] de geslachtsnaam van haar moeder weer kan dragen. De beschikking is gegeven door mr. M.H. van der Lecq en is openbaar uitgesproken op 9 juni 2022.