ECLI:NL:RBOVE:2022:1733

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
16 juni 2022
Publicatiedatum
16 juni 2022
Zaaknummer
08/710475-12
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van de terbeschikkingstelling van een man met schizofrenie en recidiverend delictgedrag

Op 16 juni 2022 heeft de Rechtbank Overijssel de terbeschikkingstelling van een 46-jarige man verlengd met één jaar. Deze beslissing volgde op een vordering van het Openbaar Ministerie, die op 8 maart 2022 was ingediend. De man, die lijdt aan schizofrenie met recidiverende psychotische episoden, werd ter beschikking gesteld na een veroordeling voor doodslag en andere misdrijven. De rechtbank heeft kennisgenomen van het verlengingsadvies van het Forensisch Psychiatrisch Centrum, waaruit blijkt dat de man momenteel stabiel functioneert, maar dat er een matig tot hoog recidiverisico bestaat zonder medicatie en professionele begeleiding.

Tijdens de zitting op 2 juni 2022 werd de vordering tot verlenging behandeld. De terbeschikkinggestelde en zijn raadsvrouw vroegen om aanhouding van de zaak om een reclasseringsonderzoek te laten uitvoeren. De rechtbank constateerde dat de termijn voor het onderzoek was overschreden, maar besloot de vordering toch te beoordelen. De deskundige bevestigde dat de terbeschikkinggestelde positieve stappen had gezet in zijn behandeling en dat hij momenteel goed functioneert in een woonvoorziening.

De rechtbank oordeelde dat de veiligheid van anderen eist dat de terbeschikkingstelling wordt verlengd, gezien de aard van de gepleegde misdrijven en de huidige psychische toestand van de man. De rechtbank wees het verzoek tot aanhouding af en verlengde de terbeschikkingstelling met een jaar, met de verwachting dat er in die periode een passende woonvoorziening voor de man gevonden kan worden.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Zittingsplaats Almelo
Parketnummer: 08/710475-12
Datum uitspraak: 16 juni 2022
Beslissingop de vordering van het Openbaar Ministerie tot verlenging van de terbeschikkingstelling van:
[terbeschikkinggestelde] ,
geboren op [geboortedatum] 1975 in [geboorteplaats] ,
wonende aan [adres] ,
hierna te noemen: de terbeschikkinggestelde.

1.De aanleiding

Bij arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 22 april 2014 is de maatregel van terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege opgelegd, na
bewezenverklaring van onder meer de misdrijven:
- doodslag;
-wederspannigheid en wederspannigheid, terwijl het misdrijf zwaar lichamelijk letsel ten gevolge heeft.
De maatregel is ingegaan op 10 april 2015 en is het laatst verlengd bij beslissing van deze rechtbank van 12 mei 2021. De maatregel eindigt, behoudens nadere voorziening, op 10 april 2022.

2.De stukken

De rechtbank heeft kennis genomen van de op grond van artikel 6:6:12 van het Wetboek van Strafvordering (Sv) overgelegde stukken, te weten:
- het verlengingsadvies van het Forensisch Psychiatrisch Centrum (FPC) De Rooyse Wissel van 1 februari 2022, opgemaakt en ondertekend door drs. W.A.T. Bos,
hoofd Behandeling, R. Mooren, psychiater en drs. M. Verhees, adjunct directeur Behandeling en Zorg en plaatsvervangend hoofd van de instelling;
- de wettelijke aantekeningen over de periode van 15 januari 2021 tot 1 februari 2022.

3.De procedure

Het Openbaar Ministerie heeft op 8 maart 2022 een vordering ingediend tot verlenging van de terbeschikkingstelling met een jaar.
De vordering is behandeld op de openbare terechtzitting van 2 juni 2022.
De rechtbank heeft op die zitting gehoord:
  • de terbeschikkinggestelde, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. H. Terpstra, advocaat te Leeuwarden;
  • de officier van justitie mr. A.M. de Vries;
  • drs. W.A.T. Bos, voornoemd, als deskundige.
De officier van justitie heeft gepersisteerd bij de vordering tot verlenging van de terbeschikkingstelling met een jaar.
De terbeschikkinggestelde en zijn raadsvrouw hebben verzocht om de zaak aan te houden om de reclassering onderzoek te laten doen naar de mogelijkheid om de verpleging van overheidswege voorwaardelijk te beëindigen.

4.De beoordeling

De vordering is op 8 maart 2022 ingediend. Dit is tijdig.
De rechtbank stelt vast dat het onderzoek van de zaak niet uiterlijk twee maanden na de ontvangst van de vordering heeft plaatsgevonden. De rechtbank acht dit ongewenst, maar volstaat met de constatering dat de bedoelde termijn is overschreden.
De rechtbank dient op grond van het bepaalde in de artikelen 38d en 38e van het Wetboek
van Strafrecht (Sr) te bepalen of de termijn van de maatregel van terbeschikkingstelling moet worden verlengd.
De rechtbank neemt bij haar overwegingen het over de terbeschikkinggestelde opgemaakte advies van de kliniek en de toelichting van de deskundige ter zitting in aanmerking.
Het verlengingsadvies van de kliniek en de toelichting van de deskundige ter zitting
Bij de terbeschikkinggestelde is sprake van schizofrenie waarbij er recidiverende psychotische episoden optreden. De psychoses worden gekenmerkt door achterdocht en achtervolgingswanen. Tevens is sprake van neurocognitieve beperkingen, affectvervlakking en cognitieve achteruitgang. Door goed ingestelde antipsychotische medicatie zijn de positieve psychotische symptomen van de schizofrenie naar de achtergrond verdwenen en is er sprake van stabiliteit in het gedrag van de terbeschikkinggestelde. De terbeschikkinggestelde is zich ervan bewust dat hij deze medicatie zijn hele leven zal moeten blijven slikken. Er is op dit moment geen sprake van agressieproblematiek, voortkomend uit de waandenkbeelden zoals in de tijd van de indexdelicten. De negatieve symptomen van de schizofrenie, vooral de aanwezige affectvervlakking, blijven bestaan.
De terbeschikkinggestelde verblijft sinds 26 april 2021 binnen woonvoorziening RIBW ‘De Schakel’, locatie Deventer en is tevreden met zijn verblijf daar. Hij komt zijn afspraken na, geeft aan waar hij is, meldt zich voor alle contactmomenten en stemt met zijn werk af als hij afspraken heeft met hulpverleners. In juli 2021 is een volgende stap in het resocialisatietraject gezet en is proefverlof aangevraagd, dat inmiddels van kracht is vanaf
1 februari 2022. De terbeschikkinggestelde ontvangt ambulante begeleiding van de afdeling Pharos en de overstap van het FACT-team naar maandelijkse monitoring vanuit de polikliniek verloopt goed. De terbeschikkinggestelde werkt 40 uur in de week bij een bouwbedrijf en heeft veel plezier in zijn werk. Zijn werkgever is zeer tevreden over de inzet van de terbeschikkinggestelde. De terbeschikkinggestelde ziet af van doorstroming naar een woonvoorziening van RIBW in Almelo-Nijverdal en wil zo snel mogelijk verhuizen naar een zelfstandige woning in die regio. Het recidiverisico wordt zowel bij een voorwaardelijke beëindiging van het bevel tot verpleging als bij een beëindiging van de maatregel als matig ingeschat. Zonder medicatie zal het risico op terugval in delictgedrag vanwege psychotische ontregeling per direct oplopen tot hoog.
Binnen de huidige kliniek ontvangt de terbeschikkinggestelde passende begeleiding, structuur en controle om hem goed te kunnen ondersteunen bij oplopende spanningen. Wanneer professionele hulpverlening, begeleiding, structuur en controle wegvallen, is het de verwachting dat de terbeschikkinggestelde zich niet zelfstandig staande zal kunnen houden in het dagelijkse leven, hetgeen op langere termijn zal kunnen leiden tot een matig/hoog risico op recidive. Wanneer spanningen en frustraties niet tijdig worden voorkomen en de terbeschikkinggestelde het overzicht verliest, dan bestaat het risico op psychotische ontregeling. Het is moeilijk in te schatten of de terbeschikkinggestelde onder invloed van die omstandigheden nog steeds het belang inziet van de inname van medicatie. De familie van de terbeschikkinggestelde, met name zijn moeder en broer, worden als beschermende factor gezien. De kliniek is van oordeel dat de terbeschikkinggestelde structureel en blijvend aangewezen is op een vorm van professionele hulpverleningsprothese om op een verantwoorde wijze de risicofactoren te kunnen managen, ook op de langere termijn. Blijvend is nodig dat de terbeschikkinggestelde medicatie gebruikt in het kader van stabiliteit rondom zijn psychiatrische problematiek in engere zin. Op dit moment wordt dit vormgegeven door maandelijkse contacten met de polikliniek van Transfore. De komende periode is van belang om adequate copingvaardigheden te blijven toepassen, een stabiel psychiatrisch toestandsbeeld en gedragsbeeld te behouden en betrokkenheid aan de uitgezette farmacotherapie te behouden. Daarnaast moeten incidenten uitblijven. De kliniek zal in samenwerking met RIBW Overijssel en de reclassering de komende periode een traject in het kader van zelfstandig wonen met ambulante begeleiding onderzoeken en bekijken welke zorgprothese hierbij passend is. De kliniek adviseert de terbeschikkingstelling met een jaar te verlengen.
De deskundige heeft het advies ter zitting gehandhaafd. Aanvullend heeft hij opgemerkt dat
de terbeschikkinggestelde in het afgelopen jaar de positieve lijn heeft voortgezet en dat hij goede stappen vooruit heeft gezet. Er wordt door de terbeschikkinggestelde volop gezocht naar een passende woning. Mocht een dergelijke plek voor de terbeschikkinggestelde gevonden en gerealiseerd zijn, dan kan gericht gewerkt worden aan het stabiliseren van het functioneren van de terbeschikkinggestelde in zijn nieuwe woonomgeving. De terbeschikkinggestelde wil graag snel grote stappen vooruit zetten, terwijl het geleidelijk en dus stap voor stap moet gaan om ontregeling te voorkomen. Voor een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging is het nu nog te vroeg. Het netwerk van de terbeschikkinggestelde, bestaande uit zijn moeder en broer, is actief betrokken bij de behandeling. Zij verdienen een compliment voor hun voortdurende constructieve inzet.
Het oordeel van de rechtbank
Gelet op het vorenstaande is de rechtbank van oordeel dat de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen eist dat de maatregel van terbeschikkingstelling wordt verlengd. De rechtbank neemt daarbij in aanmerking dat de maatregel is opgelegd ter zake van een misdrijven die gericht zijn tegen of gevaar veroorzaken voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen.
De rechtbank stelt vast dat de terbeschikkinggestelde zich momenteel in de resocalisatiefase van zijn behandeling bevindt en dat de positieve lijn van het afgelopen jaar zich heeft voortgezet. De terbeschikkinggestelde is tevreden met zijn verblijf binnen RIBW Overijssel in Deventer en functioneert al geruime tijd stabiel. Hij heeft een fulltimebaan bij een bouwbedrijf en de verloven verlopen goed. De terbeschikkinggestelde is medicatietrouw en is zich ervan bewust dat hij deze medicatie zijn hele leven zal moeten blijven slikken. Sinds 1 februari 2022 wordt hij begeleid door de reclassering in het kader van proefverlof. De samenwerking met de reclassering is goed. Ondanks zijn moeite met de lange duur van het behandeltraject blijft de terbeschikkinggestelde zich voor de behandeling inzetten en zich houden aan de afspraken. Dit getuigt van grote inzet. Hij verdient hiervoor een compliment. Het is de rechtbank gebleken dat de terbeschikkinggestelde zo snel mogelijk een eigen woning wil. Een passende woning is echter nog niet gevonden.
Het recidiverisico wordt zowel bij een voorwaardelijke beëindiging van het bevel tot verpleging als bij een beëindiging van de maatregel als matig ingeschat. Volgens de kliniek is verlenging van de maatregel met een jaar noodzakelijk om in die periode een passende woning te vinden en de terbeschikkinggestelde verder te stabiliseren in het functioneren in zijn nieuwe woonomgeving (in mogelijk een andere regio). Deze vervolgstappen kosten tijd. Er moet voor worden gezorgd dat de terbeschikkinggestelde door de aangeboden structuur en goede begeleiding de nodige stappen onder toezicht van de kliniek kan zetten. Als de stappen te snel worden gezet is de kans groot dat de terbeschikkinggestelde ontregelt. Gezien de aard en ernst van het indexdelict en de stoornis is voorzichtigheid geboden, Voor een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging is het nu nog te vroeg. De rechtbank ziet gelet op het voorgaande geen aanleiding om de zaak drie maanden aan te houden. Deze periode wordt te kort geacht voor het vinden van een geschikte woonvoorziening, het inbedden in die voorziening en het onderzoeken van de mogelijkheden van een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging door de reclassering. Het aanhoudingsverzoek van de raadsvrouw wordt daarom niet passend geacht en derhalve wordt dit verzoek afgewezen. De rechtbank zal de maatregel met een jaar verlengen. De rechtbank gaat ervan uit, zoals door de deskundige ter zitting is aangegeven, dat indien de kliniek daartoe aanleiding ziet, voorafgaand aan de volgende verlengingszitting een maatregelrapport zal worden aangevraagd.

5.De beslissing

De rechtbank:
- wijst af het verzoek tot aanhouding;
- verlengt de terbeschikkingstelling van
[terbeschikkinggestelde]met een jaar.
Aldus gegeven door mr. M.H. van der Lecq, voorzitter, mr. C. Verdoold en
mr. R.G.J. Gehring, rechters, in tegenwoordigheid van Z. Demir als griffier en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 16 juni 2022.