Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
datum : 1 april 2022
Beschikking naar aanleiding van een klacht
hierna te noemen: ZEKER
Rechtbank Overijssel
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Almelo, op 1 april 2022 een beschikking gegeven naar aanleiding van een klacht van een rechthebbende tegen zijn bewindvoerder. De klacht, ingediend op 31 januari 2022, betreft het handelen van de bewindvoerder, [B], die werkzaam was voor ZEKER Financiële Zorgverlening B.V. De rechthebbende heeft gesteld dat [B] zich schuldig heeft gemaakt aan verschillende onrechtmatige gedragingen, waaronder het niet openheid van zaken geven aan de kantonrechter en het aangaan van een lening zonder toestemming van de kantonrechter. De rechthebbende heeft ook aangegeven dat [B] zijn privébelangen boven die van de rechthebbende heeft gesteld, wat heeft geleid tot een belangenconflict.
Tijdens de zitting op 22 maart 2022 is de bestuurder van ZEKER, de heer [A], gehoord. Hij bevestigde dat [B] leningen had verstrekt aan de rechthebbende en andere onderbewindgestelden, ondanks dat dit niet was toegestaan binnen de organisatie. De kantonrechter heeft vastgesteld dat [B] niet alleen onwaarheden heeft verteld, maar ook niet de vereiste machtigingen heeft aangevraagd voor de leningen. Dit leidde tot de conclusie dat [B] niet langer als bewindvoerder kan optreden.
De kantonrechter heeft ZEKER verboden om [B] binnen haar organisatie bewindvoerderswerkzaamheden te laten verrichten. De beslissing met betrekking tot de overige klachten is aangehouden. Deze beschikking is openbaar uitgesproken door mr. R.P. van Eerde, kantonrechter, in aanwezigheid van de griffier.