In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 21 december 2021 een beschikking gegeven in het kader van de verlenging van de verzekerde bewaring van [X], die in verband met zijn faillissement niet voldoet aan de informatieverplichting. De rechtbank heeft eerder op 20 oktober 2021 bevolen dat [X] in verzekerde bewaring zou worden gesteld, en deze maatregel is sindsdien meerdere keren verlengd. De curator heeft op 14 december 2021 verzocht om een verdere verlenging van dertig dagen, omdat [X] nog steeds niet de benodigde informatie heeft aangeleverd. Tijdens de zitting op 17 december 2021 heeft de rechter-commissaris zijn standpunt kenbaar gemaakt, waarin hij de noodzaak van de verlenging onderstreepte. [X] heeft verweer gevoerd tegen de verlenging, waarbij hij aanvoerde dat hij niet in staat is om meer informatie te verstrekken dan hij al heeft gedaan, en dat de verzekerde bewaring niet meer proportioneel is. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat [X] nog steeds niet voldoet aan zijn wettelijke verplichtingen en dat de gronden voor de verzekerde bewaring onverkort aanwezig zijn. De rechtbank heeft de verlenging van de termijn van de verzekerde bewaring met dertig dagen toegewezen, en het verzoek van [X] tot opheffing of schorsing van de bewaring afgewezen. De rechtbank heeft daarbij ook rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van [X] en de noodzaak om de curator in staat te stellen zijn taken adequaat uit te voeren.