Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.De procedure
2.De feiten
2 november 2021 vanaf 10.00 uur.
3.Het geschil
€ 5.000,-- wegens gepleegde eigenrichting door [gedaagde] . Dit alles onder veroordeling van [gedaagde] in de kosten van deze procedure.
4.De beoordeling
24 december 2019, duidelijk behoren te zijn en zij heeft derhalve voldoende tijd gehad om maatregelen te treffen voor het geval dat de ontruiming aangezegd zou worden.
1 juli 2022. Partijen kunnen die periode gebruiken om een bodemprocedure op te starten dan wel om een regeling in der minne te bewerkstelligen.
5.De beslissing
€ 500,-- per dag tot een maximum van € 10.000,--;