Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
uitspraak van de meervoudige kamer in de zaak tussen
[eiser 1] en [eiser 2] , wonende te [plaats] , eisers,
het college van burgemeester en wethouders van Raalte, verweerder.
[bedrijf 1], gevestigd te [plaats] , hierna te noemen: belanghebbende.
Procesverloop
Overwegingen
.Dit blijkt bijvoorbeeld expliciet uit
- op welke wijze zij dit gaat regelen;
- wanneer en op welke wijze zij de visuele controles en schoonmaak van het
de rechtbank leest: herroepen), maar daarvoor in de plaats niet een nieuw besluit op de handhavingsverzoeken van eisers genomen. Dit betekent dat het bestreden besluit op het onderdeel geluid in strijd is met artikel 7:11, tweede lid, van de Awb.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit, voor zover dat ziet op de onderdelen geluid en geur;
- draagt verweerder op om vóór 1 februari 2022 een nieuw besluit op het bezwaar van eisers bekend te maken, met inachtneming van deze uitspraak;
- bepaalt dat verweerder aan eisers een dwangsom van € 100,- verbeurt voor elke dag waarmee hij deze termijn overschrijdt, met een maximum van € 15.000,-;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten van eisers, tot een bedrag van € 1.496,-;
- gelast verweerder het betaalde griffierecht van € 178,- aan eisers te vergoeden.