ECLI:NL:RBOVE:2021:4197

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
9 november 2021
Publicatiedatum
10 november 2021
Zaaknummer
08/952653-18
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van de PIJ-maatregel voor een 17-jarige jongen met complexe problematiek en hoog recidiverisico

Op 9 november 2021 heeft de Rechtbank Overijssel de PIJ-maatregel van een 17-jarige jongen, geboren in Tunesië, verlengd met 24 maanden. Deze maatregel was oorspronkelijk opgelegd op 1 juli 2019 na bewezenverklaring van ernstige misdrijven, waaronder poging tot doodslag. De PIJ-maatregel was op 6 november 2021 geëindigd, maar het Openbaar Ministerie had op 14 september 2021 een vordering ingediend tot verlenging met 24 maanden, gezien de complexe problematiek van de betrokkene en het hoge recidiverisico. De rechtbank heeft de vordering beoordeeld op basis van deskundigenadviezen en de ontwikkeling van de jongen in de afgelopen periode. De deskundigen wezen op een reactieve hechtingsstoornis, normoverschrijdend gedrag en onverwerkt psychotrauma, wat de noodzaak van een langdurige behandeling onderstreept. De rechtbank concludeerde dat de verlenging van de PIJ-maatregel noodzakelijk was voor de veiligheid van de jongen en de maatschappij, en dat het in het belang van zijn ontwikkeling was. Het verzoek van de raadsman om de behandeling te schorsen werd afgewezen, en de rechtbank oordeelde dat de PIJ-maatregel voor 24 maanden moest worden verlengd.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Familie en Jeugd
Zittingsplaats Zwolle
Parketnummer: 08/952653-18
Datum uitspraak: 9 november 2021
Beslissing op de vordering van het Openbaar Ministerie tot verlenging van de termijn van de plaatsing in een inrichting voor jeugdigen van:
[betrokkene],
geboren op [geboortedatum] 2004 in [geboorteplaats] (Tunesië),
nu verblijvende in het Centrum voor Transculturele Psychiatrie (CTP) Veldzicht,
hierna te noemen: [betrokkene] .

1.De aanleiding

De maatregel tot plaatsing in een inrichting voor jeugdigen (hierna: PIJ-maatregel) is bij vonnis van de rechtbank Overijssel van 1 juli 2019 aan [betrokkene] opgelegd, na bewezenverklaring van de misdrijven poging tot doodslag, openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen, bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht en mishandeling.
De PIJ-maatregel is ingegaan op 7 november 2019. De PIJ-maatregel eindigt, als zij niet wordt verlengd, op 6 november 2021.

2.De stukken

De rechtbank heeft kennis genomen van de overgelegde stukken, waaronder:
- het PIJ-verlengingsadvies van RJJI De Hartelborgt en CTP Veldzicht, opgemaakt op
7 september 2021 en ondertekend door [naam 1] , gedragswetenschapper, en [naam 2] , pedagogisch directeur RJJI/klinisch psycholoog;
- het achtste perspectiefplan van RJJI De Hartelborgt van 20 april 2021.

3.De procedure

Het Openbaar Ministerie heeft op 14 september 2021 een vordering ingediend tot verlenging van de PIJ maatregel met 24 maanden.
De zitting is, achter gesloten deuren, gehouden op 26 oktober 2021.
De rechtbank heeft op de zitting gehoord:
  • [betrokkene] , bijgestaan door zijn raadsman mr. K. Kok, advocaat te Zwolle;
  • de officier van justitie mr. G.C. Pol ;
  • [naam 1] , gedragswetenschapper bij RJJI De Hartelborgt, als deskundige;
  • [naam 3] , gedragswetenschapper bij CTP Veldzicht, als deskundige;
  • [naam 4] en [naam 5] , namens de stichting Nidos, welke stichting is belast met de voogdij.
De officier van justitie heeft – in afwijking van de schriftelijke vordering – op zitting de verlenging van de PIJ-maatregel met 12 maanden gevorderd. Die termijn is volgens de officier van justitie nodig, zodat de rechtbank een vinger aan de pols kan houden voor wat betreft de ontwikkelingen van [betrokkene] en zijn uitzetting naar Tunesië. Het is volgens de officier van justitie niet te verwachten dat [betrokkene] binnen 12 maanden naar Tunesië kan terugkeren.
De raadsman heeft namens [betrokkene] aangevoerd dat een verlenging van de PIJ-maatregel niet in het belang is van een zo gunstig mogelijke ontwikkeling van [betrokkene] . Met het oog daarop heeft de raadsman zich primair op het standpunt gesteld dat de vordering tot verlenging van de PIJ-maatregel moet worden afgewezen. Subsidiair heeft de raadsman verzocht de behandeling van de vordering tot verlenging van de PIJ-maatregel voor onbepaalde tijd te schorsen en de behandeling te hervatten als duidelijk is wanneer [betrokkene] naar Tunesië kan terugkeren, zodat de rechtbank de maatregel per die datum zou kunnen beëindigen.

4.De beoordeling

De vordering is op tijd ingediend, namelijk op 14 september 2021.
De rechtbank moet op grond van het in artikel 6:6:31 van het Wetboek van Strafvordering bepalen of de termijn van de PIJ-maatregel moet worden verlengd.
De rechtbank neemt bij haar overwegingen de inhoud van het verlengingsadvies van
De Hartelborgt/CTP Veldzicht en de daarop door de deskundigen ter zitting gegeven toelichting mee.
Het verlengingsadvies en de daarop door de deskundigen gegeven toelichting
Complexe problematiek bij [betrokkene]
Bij [betrokkene] is sprake van een reactieve hechtingsstoornis en een normoverschrijdende gedragsstoornis waarbij proactieve agressie veelvuldig voorkomt. Daarnaast worden bij hem kenmerken gezien van een bedreigde persoonlijkheidsontwikkeling met borderline, antisociale en narcistische trekken. Ook lijkt sprake te zijn van een disruptieve stemmingsdisregulatiestoornis. Verder is sprake van onverwerkt meervoudig psychotrauma met mogelijk in het verlengde daarvan momenten van kortdurend psychotisch decompenseren en dwanghandelingen/-gedachten. [betrokkene] is een sociaal-emotioneel jonge jongen die door traumatische gebeurtenissen beschadigd is in zijn ontwikkeling.
Aan de ene kant is [betrokkene] gebaat bij steun en nabijheid, maar aan de andere kant moet hij in het bijzonder leren hoe hij met zijn boosheid moet omgaan. De deskundige [naam 1] heeft op de zitting verklaard dat [betrokkene] door contact met anderen geprikkeld kan worden en er veel boosheid bij hem kan ontstaan. Wat (de bron van) die boosheid precies is, is niet altijd te verklaren. Ook heeft hij moeite met mensen te vertrouwen. Om die reden zijn de contactmomenten tussen [betrokkene] en de psychotherapeut stopgezet. [betrokkene] heeft wel enige ontwikkeling laten zien door in gesprek te gaan over zijn agressie en emoties. Op de zitting heeft hij tegen de rechtbank gezegd dat hij deze gesprekken fijn vindt.
Hoewel [betrokkene] de noodzaak van medicatie niet altijd inziet, is het van belang dat hij zijn medicatie trouw inneemt. Hoewel [betrokkene] gebeurtenissen in het hier en nu en zijn beleving hiervan wel wil bespreken, geeft hij onvoldoende opening van zaken over zijn verleden en/of de inhoud van zijn dwanggedachten. De behandelaars verkrijgen daardoor onvoldoende zicht op de agressie- en emotieregulatieproblematiek van [betrokkene] . De behandeling Agressieregulatie op Maat heeft vanwege een crisisplaatsing niet kunnen aanvangen. Kortom, de behandelingen komen, mede vanwege een gebrek aan motivatie en onmacht van [betrokkene] , niet van de grond. Dit maakt dat er nog veel onduidelijk is over de complexe problematiek van [betrokkene] , terwijl behandeling noodzakelijk is. Volgens de deskundigen dient in het bijzonder te worden gewerkt aan psychotherapie in de vorm van traumatherapie, zodat kan worden achterhaald waar de boosheid van [betrokkene] vandaan komt. Omdat [betrokkene] tot op heden niet open staat voor traumaverwerking, is het belangrijk dat hij hier wél voor gemotiveerd raakt.
Korte geschiedenis van het verblijf in (jeugd)inrichtingen
Vanwege zijn complexe problematiek heeft [betrokkene] op 17-jarige leeftijd inmiddels in verschillende (jeugd)inrichtingen op verschillende type afdelingen verbleven. Vanuit De Hartelborgt is [betrokkene] - na een crisisplaatsing op de ITA - op 13 juli 2021 overgeplaatst naar CTP Veldzicht (een volwassen setting). [betrokkene] verblijft momenteel op de ICU (Intensive Care Unit). Hij volgt ook hier een individueel programma. [betrokkene] krijgt tot op heden geen onderwijs. Er zijn grote zorgen rondom het functioneren van [betrokkene] . [betrokkene] vertoont (ernstig) grensoverschrijdend gedrag, in die zin dat sprake is van verbale en fysieke agressie in de richting van medepatiënten en personeelsleden. Gedurende de tijd dat [betrokkene] in de diverse inrichtingen verbleef, zijn er veel incidenten geregistreerd. Eén incident dat kortgeleden heeft plaatsgevonden, is door de deskundige [naam 3] op de zitting toegelicht. Zij heeft verklaard dat [betrokkene] zijn persoonlijk begeleider in CTP Veldzicht op het hoofd heeft geslagen, waardoor deze begeleider een hersenschudding op liep en het is nog onduidelijk wanneer deze medewerker zijn werkzaamheden weer zal kunnen hervatten. Om die reden verblijft [betrokkene] op dit moment in een isoleercel. Door dit gewelddadige incident kan [betrokkene] niet terug naar zijn eigen afdeling. Dit is een probleem, omdat hij al op een intensive care-unit voor extreem beheers- en vluchtgevaarlijke patiënten verbleef. Hier hanteerden de medewerkers voor hem een 5-persoonsbenadering, wat soms niet voldoende was. De (voormalige) afdeling van [betrokkene] was bedoeld om zijn extreme gedrag te verminderen en tegelijkertijd de oorzaak van zijn excessieve gedrag te onderzoeken en te ondervangen. Daarnaast is CTP Veldzicht gespecialiseerd op het gebied van repatriëring van patiënten naar het land van herkomst, al dan niet vanuit een strafrechtkader. De deskundige [naam 3] heeft op de zitting verklaard dat op dit moment de mogelijkheden van een overplaatsing naar het FPC Dr. S. van Mesdag worden onderzocht.
Recidiverisico
Door middel van SAVRY is de inschatting van het algehele risico op recidive ingeschat als hoog. Mogelijk kan de ontwikkeling van [betrokkene] nog enigszins in positieve zin worden beïnvloed vanwege zijn nog jonge leeftijd, maar de daadwerkelijke mogelijkheden tot groei zijn op dit moment onvoldoende in te schatten. Het risico op geweld is dus onverminderd aanwezig. Ontwikkelingen hebben (nog) niet geleid tot een afname van het recidiverisico. Voortzetting van de PIJ-maatregel is – gelet op de hoge mate van begeleiding in combinatie met het beveiligingsniveau van de kliniek – in de ogen van de JJI en de deskundigen noodzakelijk vanwege het hoge recidiverisico op geweld (ook binnen geslotenheid) en gezien het gebrek aan perspectief binnen de Nederlandse samenleving.
Eventuele terugkeer naar Tunesië
[betrokkene] is in 2018 naar Nederland gekomen. Zijn familieleden wonen in Tunesië. Hoewel [betrokkene] soms wel (telefonisch) contact heeft met zijn familie, leidt het gemis bij hem tot een gevoel van eenzaamheid. [betrokkene] heeft op de zitting verklaard dat het niet goed met hem gaat. Hij wil zo snel mogelijk terug naar zijn moeder in Tunesië. [betrokkene] krijgt geen verblijfsvergunning in Nederland. Hij is inmiddels uitgeprocedeerd en er zal daarom geprobeerd worden om hem uiteindelijk terug te laten keren naar Tunesië. Dit maakt dat er geen mogelijkheid is voor [betrokkene] om op verlof te gaan en in Nederland te resocialiseren. Zoals hiervoor beschreven, is [betrokkene] onvoldoende gemotiveerd om aan zichzelf te werken. De deskundige [naam 3] heeft op de zitting verklaard dat op dit moment onderzocht wordt of er een geschikte psychiatrische instelling voor [betrokkene] in Tunesië is, maar een terugkeer naar Tunesië is alleen mogelijk als hij daar – met het oog op het recidiverisico op geweldsdelicten – veilig kan worden opgenomen.
Conclusie verlengingsadvies
De deskundigen adviseren, gelet op de geschreven problematiek, de inschatting van het recidiverisico en om (verdere) behandelingen te waarborgen tot aan een eventuele terugkeer van [betrokkene] naar Tunesië, de PIJ-maatregel te verlengen met 24 maanden.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank stelt vast dat de PIJ-maatregel op 1 juli 2019 aan [betrokkene] is opgelegd voor een misdrijf dat is gericht tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van één of meer personen. Het is daarom volgens de wet mogelijk om de PIJ-maatregel te verlengen. Ook is voldaan aan de overige voorwaarden voor verlenging van de PIJ-maatregel. De rechtbank is op basis van het verlengingsadvies en de door de deskundigen op zitting gegeven aanvulling van oordeel dat de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen, de verlenging van de PIJ-maatregel eist. Daarnaast moet een verlenging van de PIJ-maatregel in het belang van een zo gunstig mogelijke ontwikkeling van [betrokkene] worden geacht.
Het recidiverisico is ingeschat als hoog. Als de PIJ-maatregel die aan [betrokkene] is opgelegd zou worden beëindigd, is de kans groot dat hij strafbare feiten, in het bijzonder geweldsdelicten, zal plegen. De PIJ-maatregel moet [betrokkene] hiervan weerhouden. Het verblijf in een kliniek is dus noodzakelijk en dient ter beveiliging van [betrokkene] zelf, maar ook ter beveiliging van andere personen. Bij [betrokkene] is sprake van meerdere psychiatrische stoornissen. Om het recidiverisico terug te kunnen dringen en een terugkeer van [betrokkene] naar Tunesië in de toekomst te kunnen realiseren, is een langdurige behandeling vereist. Het is in het bijzonder belangrijk dat [betrokkene] een behandeling krijgt die gericht is op traumaverwerking. [betrokkene] moet hiervoor gemotiveerd raken en blijven. De (bron van de) boosheid van [betrokkene] moet kunnen worden achterhaald en verdwijnen. Voor zover de behandelingen van [betrokkene] al konden worden gestart, bevinden de behandelingen zich nog in een beginstadium. Agressieve gedragingen en incidenten hebben tot dusver steeds tot overplaatsing genoodzaakt, zodat de daadwerkelijke traumabehandeling niet heeft kunnen plaats vinden. De rechtbank ziet daarom geen aanleiding om een vinger aan de pols te houden door de PIJ-maatregel met een kortere termijn dan 24 maanden te verlengen. Het schorsingsverzoek van de raadsman zal ook worden afgewezen. De rechtbank vindt een verlenging van de PIJ-maatregel voor de duur van 24 maanden passend en geboden.

5.De beslissing

De rechtbank:
  • wijst het verzoek tot schorsing van de behandeling ter terechtzitting af;
  • verlengt de termijn van de PIJ-maatregel van
Deze beslissing is gegeven door mr. D.E. Schaap, voorzitter, en kinderrechter,
mr. A. van Holten, (kinder)rechter, en mr. ing. M.S. de Waard, rechter, in tegenwoordigheid van N. Klunder als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 9 november 2021.
Buiten staat
mr. M.S. de Waard is buiten staat deze beslissing te ondertekenen