Op 2 november 2021 heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan in de zaak tegen een 42-jarige man, die werd beschuldigd van belaging en bedreiging van zijn voormalig partner, de moeder van zijn kinderen. De rechtbank heeft de man veroordeeld tot een gevangenisstraf van 170 dagen, waarvan 60 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar. Daarnaast is er een contactverbod opgelegd, waardoor de man geen contact mag opnemen met zijn voormalig partner, behalve via Veilig Thuis.
De zaak kwam voor de rechtbank na een openbare terechtzitting op 19 oktober 2021, waar de officier van justitie, mr. I. Blonk, de vordering indiende. De verdachte, bijgestaan door zijn raadsman mr. K. Karapetyan, heeft de feiten erkend. De tenlastelegging omvatte onder andere het stelselmatig belagen van de aangever door het versturen van bedreigende berichten via WhatsApp en het binnendringen van haar woning.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte in de periode van 1 april 2017 tot en met 25 april 2019 herhaaldelijk inbreuk heeft gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van de aangever. De verdachte heeft haar bedreigd met de dood en zware mishandeling, en heeft goederen van haar vernield. De rechtbank heeft de feiten bewezen verklaard op basis van de bekennende verklaring van de verdachte en het proces-verbaal van aangifte.
Bij de strafoplegging heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn gepleegd, en de persoon van de verdachte. De rechtbank heeft ook geconstateerd dat de redelijke termijn voor de behandeling van de zaak is overschreden. De verdachte is verminderd toerekeningsvatbaar geacht, wat heeft geleid tot een lagere strafmaat. De rechtbank heeft besloten om de gevangenisstraf te beperken tot de tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht, en heeft een voorwaardelijk deel opgelegd om herhaling te voorkomen.