Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
wonende te [woonplaats] ,
wonende te [woonplaats] ,
1.De procedure
2.De beoordeling
Het geschil
- van 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014: € 9,78
- van 1 januari 2015 tot en met 31 december 2015: € 9,91
- van 1 januari 2016 tot en met 31 december 2016: € 10,06
- van 1 januari 2017 tot en met 31 december 2017: € 10,26
- van 1 januari 2018 tot en met 31 december 2018: € 10,38
- van 1 januari 2019 tot en met 31 december 2019: € 10,72
- van 1 januari 2020 tot en met 31 december 2020: € 10,96
tot en met april2017 (€ 1.046,2 / € 9,66 =)
108,3 uurper maand zou hebben gewerkt en vanaf mei tot en met december 2017 (€ 753,26 / € 9,66 =) 78 uur per maand zou hebben gewerkt. [eiseres] stelt echter dat zij vanaf januari
tot en met mei 2017 110 uurper maand heeft gewerkt en dat zij vanaf juni tot en met december 2017 78 uur per maand heeft gewerkt. Uit de door [eiseres] overgelegde loonstroken van mei en juni 2017 blijkt dat zij in
mei 2017 108,33 uurheeft gewerkt en in juni 2017 78 uur.
- dagvaarding € 109,70
- griffierecht € 236,00
- salaris gemachtigde € 498,00 (2,0 punt x tarief € 249,00)