Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.De procedure
2.De beoordeling
mr. Vijftigschild in dezelfde zaak. Dat verzoek is bij beslissing van de wrakingskamer van 8 oktober 2021 afgewezen. De wrakingskamer constateert dat verzoeker aan zijn nieuwe wrakingsverzoek geen feiten of omstandigheden ten grondslag heeft gelegd die hem pas na zijn eerdere wrakingsverzoek bekend zijn geworden. De wrakingskamer ziet dan ook aanleiding om een mondelinge behandeling van het wrakingsverzoek achterwege te laten en verzoeker meteen niet-ontvankelijk te verklaren in zijn verzoek.