11.De beslissing
- verklaart bewezen dat verdachte het onder 1 subsidiair, en het onder 2 ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1 subsidiair en feit 2, telkens het misdrijf:
mishandeling;
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder 1 subsidiair, en het onder 2 bewezen verklaarde;
- veroordeelt de verdachte tot een
taakstraf, bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid voor de duur van
160 (honderd en zestig) uren;
- bepaalt dat van deze taakstraf een gedeelte van
40 (veertig) uren niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien de verdachte voor het einde van de
proeftijd van 2 (twee) jarende navolgende voorwaarde niet is nagekomen:
- stelt als
algemene voorwaardedat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- beveelt, voor het geval dat de verdachte de taakstraf niet naar behoren verricht, dat
vervangende hechteniszal worden toegepast voor de duur van
80 (tachtig) dagen, subsidiair 20 (twintig) dagen;
- beveelt dat de tijd die de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de taakstraf in mindering wordt gebracht, waarbij als maatstaf geldt dat voor de eerste zestig dagen doorgebracht in verzekering of voorlopige hechtenis, twee uren en voor de resterende dagen één uur per dag aftrek plaatsvindt;
- bepaalt dat de benadeelde partij: [slachtoffer 1] in het geheel niet-ontvankelijk is in de vordering, en dat de benadeelde partij de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
Dit vonnis is gewezen door mr. J.T. Pouw, voorzitter, mr. A. van Holten en mr. C.A. Peterzon, rechters, in tegenwoordigheid van mr. H.R. Lageveen, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 31 augustus 2021.
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit bladzijden uit het dossier van de politie eenheid Oost-Nederland, districtsrecherche IJsselland, met nummer ON1R020033/Anguilla (onderzoek Anguilla). Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
Ten aanzien van het onder 1 ten laste gelegde: ((poging zware) mishandeling [slachtoffer 1] )
- het proces-verbaal van verhoor verdachte [slachtoffer 1] van 29 maart 2020, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven (pagina’s 083-089):
Ik was in de winkel met vrienden. Er kwam een zwarte jongeman aan, stevig en hij was dronken. Er waren nog andere jongens en die zeiden ga weg we zijn hier aan het werk. We zijn 15 minuten bezig geweest om hem uit de winkel te praten. (…) toen begon de zwarte man te slaan (…) hij begon mij tegen mijn oog te slaan, toen werd ik duizelig. (….) Eigenlijk hij heeft mij hard geslagen, hij heeft mij met vuisten geslagen, tegen mijn oog, tegen mijn handen. (…) Hij heeft ons geslagen (…) hij deed zijn jas uit en begon ons te slaan (…) De meeste klappen heb ik volgens mij gehad (…) hij probeerde steeds naar binnen te komen en ons aan te vallen (…) Ik had heel veel klappen gehad met vuisten en hierdoor kon ik niet goed meer zien. (...).
-een geschrift, te weten een forensisch geneeskundig letselverslag opgemaakt door R. Meijer, FG-arts KNMG bij GGD IJsselland van 2 april 2020, betreffende het bij [slachtoffer 1] geconstateerde letsel, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven (pagina’s 097-105):
- Er is sprake van een dikke wenkbrauw van het rechteroog, waarbij aan het uiteinde van de rechter wenkbrauw een oppervlakkige schaafwond aanwezig is. Zowel aan het boven- als onderooglid is een rode verkleuring van de huid te zien.
- het proces-verbaal van verhoor van getuige [getuige] van 28 maart 2020, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven (pagina’s 114-117):
(…) 28 maart 2020 (…) [adres 2] (…) De negroïde man wilde weer naar binnen. Er ontstond een worsteling tussen de Arabische en negroïde man. (…). De negroïde man liep, toen ineens zonder shirt aan, terug naar de Arabische man met mes. De negroïde man was wat lacherig. Hij riep nog wat, maar ik kon niet verstaan wat. De Arabische man met mes stond in de deuropening van het pand met nummer [nummer] . De negroïde man wilde weer naar binnen. (…) De negroïde man gaf de Arabische man met mes toen een kopstoot. Toen begonnen ze op elkaar in te slaan. (…) De negroïde man was aan het lastigvallen (…)
Ten aanzien van het onder 2 ten laste gelegde: (mishandeling [slachtoffer 2] )
-Het proces-verbaal van bevindingen, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] , zakelijk weergegeven (pagina 106):
Op 28 maart 2020 (…) [adres 2] (…) zag ik een donkere grote brede man met zwart haar rondlopen op straat (…) Ik zag dat hij vervolgens in de richting van de man met het grijze vest liep en hem met kracht met de vuist eenmaal in zijn gezicht sloeg
-Het proces-verbaal van aanhouding van de verdachte [verdachte] , inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] , zakelijk weergegeven (pagina’s 041 en 044):
(…) Wij zagen dat de verdachte van de voordeur weer weg liep in de richting van verdachte
2 en hem naderde tot op ongeveer een halve meter. Wij zagen dat de verdachte zijn rechterarm naar achteren bewoog en vervolgens met meer dan geringe kracht weer naar voren bewoog in de richting van het gezicht van verdachte 2. Wij zagen dat de
verdachte hierbij zijn rechterhand tot een vuist balde en verdachte 2 hard in zijn gezicht sloeg. Wij zagen dat het hoofd van verdachte 2 naar achteren bewoog, kennelijk door de kracht van de vuistslag van de verdachte.
- het proces-verbaal van verhoor verdachte [slachtoffer 2] van 29 maart 2020, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven (pagina’s 033-037):
(…)De negroïde man sloeg mij. Ik probeerde ze uit elkaar te halen maar toen sloeg hij mij (…) onder mijn rechteroog (…) ik ben geslagen met de vuist tegen mijn oog. (…)