Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
wonende te Enschede,
Rechtbank Overijssel
In deze zaak, behandeld door de kantonrechter van de Rechtbank Overijssel, gaat het om een burengeschil tussen twee gezinnen in Enschede. De eiser, wonende aan [adres 1], ervaart geluidsoverlast van de gedaagde, die met haar gezin aan [adres 2] woont. De eiser heeft zijn klacht over de geluidsoverlast, die hij beschrijft als rennen, stampen en bonken, aangemeld bij de Overijsselse Overlegrechter. Ondanks dat de gedaagde familie aangeeft alles te doen om overlast te voorkomen, zoals het beperken van geluid en het maken van afspraken over het spelen op de piano, is de eiser van mening dat de gedaagde moet stoppen met het veroorzaken van geluidsoverlast of moet verhuizen.
De kantonrechter heeft de situatie ter plaatse bekeken en vastgesteld dat de geluiden die de eiser ervaart, voornamelijk normale leefgeluiden zijn van een gezin met kinderen. De rechter concludeert dat deze geluiden niet onrechtmatig zijn en dat de gedaagde niet meer hoeft te doen dan zij al doet om de overlast te beperken. De rechter wijst het verzoek van de eiser om de gedaagde te laten verhuizen af, omdat er geen juridische grond voor is en het onwaarschijnlijk is dat een verhuizing de overlast zou verminderen.
De kantonrechter benadrukt dat de procedure bij de Overijsselse overlegrechter is bedoeld om tot afspraken tussen partijen te komen en niet voor het vorderen van ontruimingen. Uiteindelijk worden de verzoeken van de eiser afgewezen en wordt bepaald dat iedere partij zijn eigen proceskosten draagt.