ECLI:NL:RBOVE:2021:2796

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
13 juli 2021
Publicatiedatum
13 juli 2021
Zaaknummer
08-135650-20 (P)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor hennepteelt en diefstal van elektriciteit in Enschede

Op 13 juli 2021 heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan in de zaak tegen een 41-jarige man uit Enschede, die beschuldigd werd van het telen van 641 hennepplanten en het illegaal afnemen van elektriciteit. De verdachte had in zijn woning een hennepkwekerij opgezet, waarbij hij elektriciteit van Enexis Netbeheer BV had gestolen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte opzettelijk handelde in strijd met de Opiumwet en dat hij zich schuldig maakte aan diefstal van elektriciteit. Tijdens de zitting op 29 juni 2021 werd de vordering van de officier van justitie besproken, die een gevangenisstraf van vier maanden had geëist. De verdediging pleitte voor vrijspraak, maar de rechtbank achtte de verdachte schuldig aan de tenlastegelegde feiten. De rechtbank legde een gevangenisstraf van twee maanden op, waarbij rekening werd gehouden met de ernst van de feiten en de recidive van de verdachte. De rechtbank benadrukte dat de handel in softdrugs en de bijbehorende criminaliteit ernstige gevolgen heeft voor de samenleving. De verdachte had eerder al een taakstraf en voorwaardelijke gevangenisstraf opgelegd gekregen voor soortgelijke feiten, maar dit had hem niet weerhouden van het plegen van nieuwe delicten. De rechtbank vond een onvoorwaardelijke gevangenisstraf passend en geboden.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Meervoudige kamer
Zittingsplaats Almelo
Parketnummer: 08-135650-20 (P)
Datum vonnis: 13 juli 2021
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1980 in [geboorteplaats] ,
wonende aan [adres 1] .

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 29 juni 2021.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie
mr. S. Leusink-Dijk en van hetgeen door de raadsvrouw mr. J. Klomp, advocaat te Enschede, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte, samen met een of meer anderen:
feit 1: hennep heeft geteeld of medeplichtig is geweest aan die hennepteelt;
feit 2: elektriciteit van Enexis heeft gestolen of medeplichtig is geweest aan die diefstal.
Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:
1
Primair
hij op of omstreeks 20 februari 2019 te Enschede tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk heeft geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad (in één of meer ruimtes in een pand gelegen aan [adres 2] ) een hoeveelheid van (in totaal) ongeveer 641, althans een groot aantal hennepplanten en/of delen daarvan, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep, zijnde hennep een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid van die wet;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
een of meer onbekend gebleven personen op of omstreeks 20 februari 2019 te Enschede met elkaar, althans één van hen, opzettelijk heeft/hebben geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft/hebben gehad (in één of meer ruimtes in een pand gelegen aan [adres 2] ) een hoeveelheid van (in totaal) ongeveer 641, althans een groot aantal hennepplanten en/of delen daarvan, in elk geval (telkens) een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep, zijnde hennep een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II,
tot en/of bij het plegen van welk(e) misdrijf/misdrijven verdachte toen en daar opzettelijk gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen heeft verschaft en/of opzettelijk behulpzaam is geweest, door aan die onbekend gebleven persoon/personen voornoemd pand voor de teelt/het kweken van hennepplanten ter beschikking te stellen;
2
Primair
hij in of omstreeks de periode van 3 oktober 2018 tot en met 20 februari 2019 te Enschede tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een grote hoeveelheid elektriciteit, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde, te weten aan Enexis Netbeheer BV, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of die weg te nemen elektriciteit onder zijn/haar/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
een of meer onbekend gebleven personen in of omstreeks de periode van 03 oktober 2018 tot en met 20 februari 2019 te Enschede tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een grote hoeveelheid elektriciteit, in elk geval
enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander dan aan die onbekend gebleven perso(o)n(en) en/of zijn mededader(s) toebehoorde, te weten aan Enexis Netbeheer BV, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl die onbekend gebleven perso(o)n(en) en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat/die weg te nemen goed/goederen onder zijn/haar/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte toen en daar opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, door door aan die onbekend gebleven perso(o)n(en) het pand gelegen aan [adres 2] aldaar en/of de in dat pand aanwezige elektriciteitsmeter voor de teelt/het kweken van hennepplanten ter beschikking te stellen.

3.De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.De bewijsoverwegingen

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat het onder 1 primair en het onder 2 primair ten laste gelegde wettig en overtuigend kan worden bewezen.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft zich op het standpunt gesteld dat verdachte van het ten laste gelegde dient te worden vrijgesproken vanwege het ontbreken van wettig en overtuigend bewijs. Verdachte heeft het ten laste gelegde ontkend. Verdachte had zijn woning aan [naam 1] beschikbaar gesteld, maar niet voor de exploitatie van een hennepkwekerij. Ten aanzien van de subsidiair ten laste gelegde medeplichtigheid heeft de raadsvrouw aangevoerd dat er onvoldoende bewijs is voor het dubbele opzet.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
4.3.1
Inleiding
De rechtbank stelt op basis van de inhoud van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting de volgende feiten vast.
Naar aanleiding van een melding op 1 oktober 2018 over onder meer een sterke henneplucht bij een pand aan [adres 2] in Enschede heeft de politie onderzoek ingesteld. Op 11 oktober 2018 is door de politie thermisch onderzoek verricht, waarbij afwijkende waarden werden waargenomen. Tijdens een hernieuwd onderzoek op 11 en 12 december 2018 werd nogmaals een afwijkende warmtestraling waargenomen. Op 30 januari 2019 is door een onbekend gebleven persoon aan verbalisant [verbalisant] verteld dat verdachte betrokken was bij een hennepkwekerij aan [adres 2] in Enschede. Op 20 februari 2019 heeft de politie een in werking zijnde hennepkwekerij in twee ruimtes van de woning aan [adres 2] in Enschede aangetroffen. In de woning stonden in totaal 641 hennepplanten. Daarnaast bleek dat er een elektriciteitskabel buiten de elektriciteitsmeter was aangelegd, om het pand te voorzien van elektriciteit. Hiervoor is de verzegeling van de aansluitkast verbroken en de kast geopend. De originele zegels zijn verwijderd, vervangen en gemanipuleerd. Verdachte stond op het adres [adres 2] in Enschede ingeschreven en was de huurder van het pand. In de woning lag post op naam van verdachte. Verdachte was ook contractant bij Enexis Netbeheer B.V. (hierna: Enexis) voor het adres [adres 2] in Enschede.
4.3.2
Beoordeling
De rechtbank is van oordeel dat wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte de onder 1 primair en 2 primair tenlastegelegde feiten heeft begaan. De rechtbank overweegt daartoe het volgende.
Verdachte was op 20 februari 2019 huurder van de woning aan [adres 2] in Enschede en hij stond ook op dat adres ingeschreven. Daarnaast was verdachte de contractant bij Enexis van de woning en zijn er meerdere poststukken in de woning aangetroffen die aan hem waren gericht.
Verdachte heeft bij de politie het volgende scenario geschetst. Destijds verbleef een vriend, [naam 1] , in de woning. De hennepkwekerij was van [naam 1] en niet van hem. Verdachte kwam halverwege januari 2019 in de woning en zag toen de hennepkwekerij en de stroomvoorziening naar boven en heeft [naam 1] gezegd dat hij het moest opruimen.
[naam 1] is door de politie gehoord en verklaarde dat hij niet in de woning verbleef en dat de hennepkwekerij niet van hem was, maar van verdachte.
De rechtbank overweegt het volgende over dit verweer. De verklaring van verdachte dat hij zijn woning aan [naam 1] beschikbaar heeft gesteld, wordt op geen enkele wijze ondersteund. Integendeel, in de woning werd post aangetroffen op naam van verdachte, hij was de huurder van de woning, stond daar in de BRP ingeschreven en was contractant bij Enexis voor de woning. De rechtbank acht verdachtes verklaring dan ook niet geloofwaardig.
- Hennepteelt
De rechtbank acht gelet op het voorgaande en de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte op 20 februari 2019 in het pand aan [adres 2] in Enschede 641 hennepplanten heeft geteeld.
-
Diefstal elektriciteit
De rechtbank acht daarnaast wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in de periode van 24 oktober 2018 tot en met 20 februari 2019 elektriciteit heeft weggenomen. De aangetroffen planten waren gemiddeld 100 centimeter hoog en hadden volgens de berekening van Enexis een kweekduur van 49 dagen, ofwel 7 weken. Daarnaast zijn er voldoende aanwijzingen voor één eerdere oogst. Dat betekent dat – rekening houdende met de kweekduur van de aangetroffen planten en de groeicyclus van 10 weken per oogst – verdachte in een periode van zeventien weken, van 24 oktober 2018 tot en met 20 februari 2019, elektriciteit heeft weggenomen, door middel van verbreking.
-
Medeplegen
Op basis van het dossier kan niet vastgesteld worden dat verdachte de feiten samen met een ander heeft gepleegd, zodat de rechtbank hem vrijspreekt van het ten laste gelegde medeplegen.
4.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de tenlastegelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat:
feit 1 primair:
hij op 20 februari 2019 te Enschede opzettelijk heeft geteeld (in ruimtes in een pand gelegen aan [adres 2] ) 641 hennepplanten, zijnde hennep een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II;
feit 2 primair:
hij in de periode van 24 oktober 2018 tot en met 20 februari 2019 te Enschede elektriciteit, die toebehoorde aan een ander dan aan verdachte, te weten aan Enexis Netbeheer BV, heeft weggenomen met het oogmerk om die zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte die weg te nemen elektriciteit onder zijn bereik heeft gebracht door middel van verbreking.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten zijn verbeterd in de bewezenverklaring. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

5.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld in artikel 3 juncto 11 Opiumwet (OW) en artikel 311 van het Wetboek van Strafrecht (Sr). Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op:
feit 1 primair
het misdrijf:
opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3 onder B van de Opiumwet gegeven verbod;
feit 2 primair
het misdrijf:
diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van verbreking.

6.De strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor de bewezenverklaarde feiten.

7.De op te leggen straf of maatregel

7.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van vier maanden.
7.2
Het standpunt van de verdediging
Gelet op de bepleite vrijspraak heeft de raadsvrouw zich niet uitgelaten over de op te leggen straf of maatregel.
7.3
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoon van verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De rechtbank acht daarbij in het bijzonder het volgende van belang.
Verdachte heeft in zijn woning 641 hennepplanten geteeld en heeft hierbij elektriciteit weggenomen. Gelet op de hoeveelheid planten die hij heeft geteeld deed hij dat met de bedoeling daarmee crimineel geld te verdienen. Voor de elektriciteit werd bovendien niet betaald. De handel in softdrugs veroorzaakt in de samenleving problemen van diverse aard. Gezondheidsproblemen bij (langdurig) gebruik van de drugs, overlast en gevaar voor de omgeving door gevaarlijke kweeksituaties en bij dat alles de met drugshandel gepaard gaande criminaliteit. Verdachte heeft zich hiervan voor zover de rechtbank dat kan beoordelen – verdachte ontkent en is ter zitting niet verschenen- geen rekenschap gegeven en dat neemt de rechtbank hem kwalijk.
De rechtbank heeft gelet op de oriëntatiepunten van het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (LOVS).
De rechtbank heeft in strafverzwarende zin rekening gehouden met het strafblad van verdachte. In 2017 is verdachte al veroordeeld tot een taakstraf - welke taakstraf ook door verdachte is verricht - en voorwaardelijke gevangenisstraf voor een hennepkwekerij. Vlak voor de start van de hennepkwekerij aan [adres 2] is verdachte bovendien door de rechtbank tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf veroordeeld voor nog een andere hennepkwekerij. Verdachte heeft tegen die veroordeling hoger beroep ingesteld. In de bewezenverklaarde periode was er in die zaak dus nog geen sprake van een onherroepelijke veroordeling. Evenwel moet worden vastgesteld dat de onherroepelijke veroordeling in 2017 en de veroordeling door de rechtbank er niet toe hebben geleid dat verdachte van nieuwe Opiumwetdelicten heeft afgezien.
Het hof heeft in de hiervoor bedoelde appelzaak verdachte in het arrest van 8 februari 2021 nog een kans gegeven door hem een voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen, gecombineerd met een taakstraf. De rechtbank zal daarom met het bepaalde in artikel 63 Sr rekening houden. Maar van een voorwaardelijke straf of taakstraf kan in dit geval naar het oordeel van de rechtbank geen sprake zijn.
De rechtbank heeft rekening gehouden met het tijdsverloop. Gezien de ernst van de gepleegde feiten en de recidive kan niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Alles overwegende is de rechtbank van oordeel dat een gevangenisstraf voor de duur van twee maanden passend en geboden is.

8.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op artikel 22b Sr.

9.De beslissing

De rechtbank:
bewezenverklaring
- verklaart bewezen dat verdachte het onder 1 primair en 2 primair tenlastegelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feit
- verklaart het bewezenverklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezenverklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1 primair
het misdrijf:
opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3 onder B van de Opiumwet gegeven verbod;
feit 2 primair
het misdrijf:
diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van verbreking;
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder 1 primair en 2 primair bewezenverklaarde;
straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
2 (twee) maanden.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.M.F. Schreurs, voorzitter, mr. A.M.G. Ellenbroek en mr. E.J.M. Bos, rechters, in tegenwoordigheid van mr. E. Koning, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 13 juli 2021.
Bijlage bewijsmiddelen
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van de politie eenheid Oost-Nederland met nummer PL0600-2018442815. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
1.
Een proces-verbaal aantreffen hennepkwekerij van 5 augustus 2019, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven (pag. 11-14):
Aanleiding onderzoek
Op woensdag 20 februari 2019 stelde ik een onderzoek in op het adres de [adres 2] , vanwege een verdenking van overtreding van de Opiumwet.
Controle GBA
Op het genoemde adres [adres 2] , staat de volgende persoon ingeschreven:
Achternaam [verdachte]
Voornamen [verdachte]
Geboren [geboortedatum] 1980
Geboorteplaats [geboorteplaats] in Nederland
Het bleek dat op genoemd adres een hennepkwekerij met planten aanwezig was.
Kweekruimte 1
In totaal stonden er 346 hennepplanten. De gemiddelde hoogte van de planten was ongeveer 100 cm. Per m2 stonden er 26 planten. In totaal hingen er in de kweekruimte 20 assimilatielampen. Alle hennepplanten werden door middel van een irrigatiesysteem van een vloeistof voorzien. In de kweekruimte bevonden zich 1 koolstoffilters. De luchtverversing en luchtafvoer werd geregeld door een aan- en afzuiginstallatie. Er werd gebruik gemaakt van C02 toevoeging.
- De hennepplanten zaten in boodschapkratten gevuld met potaarde
- In de ruimte bevond zich twee ventilatoren
- In de ruimte bevond zich één opticlimate
- In de ruimte bevond zich één Co2 booster
- In de ruimte bevond zich één kachel.
Kweekruimte 2
In totaal stonden er 295 hennepplanten. De gemiddelde hoogte van de planten was ongeveer 100 cm. Per m2 stonden er 24 planten. In totaal hingen er in de kweekruimte 20 assimilatielampen. Alle hennepplanten werden door middel van een irrigatiesysteem van een vloeistof voorzien. In de kweekruimte bevonden zich 1 koolstoffilters. De luchtverversing en luchtafvoer werd geregeld door een aan- en afzuiginstallatie. Er werd gebruik gemaakt van C02 toevoeging.
- De hennepplanten zaten in boodschapkratten gevuld met potaarde
- In de ruimte bevond zich twee ventilatoren
- In de ruimte bevond zich één opticlimate
- In de ruimte bevond zich één Co2 booster
- In de ruimte bevond zich één kachel.
Vaststelling hennep
Ik, verbalisant, constateerde op grond van mijn kennis en ervaring, opgedaan bij eerdere ontmantelingen van hennepkwekerijen, dat het hennepplanten waren. Met hennep wordt bedoeld elk deel van de plant van het geslacht Cannabis (hennep), waaraan de hars niet is onttrokken, met uitzondering van de zaden. De bovenstaande hennep is vermeld op lijst II behorende bij de Opiumwet en verboden in artikel 3 en strafbaar gesteld in artikel 11 van de Opiumwet.
Stroomvoorziening
De stroomvoorziening van de hennepkwekerij is onderzocht door [naam 2] , fraude-inspecteur bij de netwerkbeheerder Enexis BV, in aanwezigheid van mij, verbalisant. Hierbij werd geconstateerd dat de stroomvoorziening ten behoeve van de hennepkwekerij illegaal werd afgenomen. Het bleek dat, er een illegale aansluiting voor de hoofdbeveiliging was gemaakt, op de aansluitleiding in de hoofdaansluitkast. Er was een illegale elektriciteitskabel aangelegd die buiten de elektriciteitsmeter om liep en de elektrische installatie in het betreffende pand voorzag van elektriciteit.
2.
Een proces-verbaal van bevindingen eerdere oogsten en fotoblad behorende bij aantreffen hennepkwekerij in perceel [adres 2] te Enschede van 22 februari 2019, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven (pag. 15 en 16):
INDICATOREN EERDERE OOGST(EN),
Tijdens het ingestelde onderzoek bleek dat er meerdere indicatoren werden aangetroffen waaruit bleek dat er eerdere voltooide oogsten van hennepplanten waren geweest in de genoemde kweekruimten.
Tijdens het ingestelde onderzoek in perceel [adres 2] te Enschede zagen wij dat:
  • In de woning op meerdere plekken restjes van hennepplanten werden aangetroffen op de trappen en op overloop
  • op zolder een droognet met daarin nog resten van droge henneptoppen werd aangetroffen
  • de filterdoeken van de koolstoffilters in de kweekruimtes ernstig vervuild waren. Bij het verplaatsen van de ophangbevestiging bleek dat op de plaatsen waar deze ophangbevestiging was aangebracht, het filterdoek een lichtere kleur vertoonde ten opzichte van de kleur van het overige filterdoek. Het is aannemelijk dat de vervuiling van het filterdoek in de kwekerij is opgetreden nadat het koolstoffilter in de kwekerij was opgehangen. De vervuiling van het filterdoek treedt pas na langere tijd op en veroorzaakt kleine stofdeeltjes, voornamelijk afkomstig van het droge kweekmedium waarin hennepplanten worden gekweekt en van het vrijkomende stof bij het
oogsten van hennepplanten. Door de sterke afzuiging van de afgewerkte lucht in de kwekerij komen deze stofdeeltjes op het filterdoek terecht;
  • er sprake was van een kalkafzetting en erge mate van algenafzetting op de dompelpomp en in het waterreservoir zelf;
  • er sprake was van een stofafzetting op de in de kweekruimtes aanwezige apparatuur;
de bodem van de kratten waarin de hennepplanten stonden waren voorzien van een duidelijke kalkafzetting
  • er sprake was van verkleuring van het houtwerk waaraan de assimilatielampen aan waren opgehangen. De verkleuring was ontstaan door inwerking van licht en warmte
  • volgens de melding er in oktober 2018 al een henneplucht was waargenomen bij de woning. Sterke henneplucht komt meestal vrij bij het oogsten of drogen van hennep of in enkele gevallen wanneer er oude verzadigde filters worden gebruikt.
  • door een medewerker van de woningstichting de Woonplaats die bij de ontmanteling van de kwekerij kwam kijken werd medegedeeld dat hij door de buurt was aangesproken dat er in oktober een henneplucht had gehangen bij de woning en dat er in december ook weer een henneplucht had gehangen rond de woning.
  • er met hennepresten vervuilde kleding werden aangetroffen
  • met hennepresten vervuilde klapstoelen werden aangetroffen
  • in de woonkamer een stofzuiger stond. Na inbeslagname is de stofzuiger op inhoud onderzocht. Hierbij werden een aanzienlijke hoeveelheid aan hennepresten aangetroffen.
  • er met hennepresten vervuilde scharen werden aangetroffen
  • in de uitblaasruimte sprake was van schimmelvorming
  • onder de aangetroffen kratten resten van oudere hennepbladeren en wortels werden aangetroffen
  • er een met hennepresten vervuilde weegschaal werd aangetroffen op de eerste verdieping
  • uit informatie van de woningstichting bleek dat bij overdracht van de woning aan de verdachte [verdachte] op 17 oktober 2017 er sprake was van een stand van de watermeter met 178 m3 verbruikt water. Op 21 februari 2019 bleek dat volgens watermeter dat er totaal was afgenomen 6371 m3 water. In de periode gelegen tussen 17 oktober 2017 en 21 februari 2019 werd volgens de watermeter 6193 m3 water verbruikt. Volgens het NIBUD is navolgend waterverbruik per woning normaal; 1 persoon 46 m3 per jaar, 2 personen 93 m3 per jaar, 3 personen 135 m3 per jaar en 4 personen 163 m3 per jaar. Uit het vorenstaande blijkt dat er extreem veel water is verbruikt in de genoemde periode tengevolge van hennepteelt middels opticlimates. 6193 m3 water is een waterverbruik voor een gezin van 4 personen gedurende 56 jaar er sprake was van diefstal van elektrische energie voor de kweekruimte.
3.
Een proces-verbaal buurtonderzoek van 20 februari 2019 (pag. 71):
Gesproken met de bewoner van perceelnummer [nummer] . Deze gaf aan dat sinds de bewoners van 57 kwamen wonen direct alle ramen werden geblindeerd. Dit zou omstreeks de zomer van 2018 zijn.
4.
Een schriftelijk bescheid, te weten de aangifte diefstal/verduistering van Enexis Netbeheer BV, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven (pag. 72-103):
Enexis Netbeheer B.V. transporteert en distribueert energie naar particulieren en bedrijven, waaronder naar de contractant van pand [adres 2] . Op 20 februari 2019 werd een hennepkwekerij met diefstal energie aangetroffen in het pand op het adres [adres 2] te Enschede.
Diefstal
Bij controle van de netcomponenten (hoofdleiding, aansluiting en meetinrichting) van Enexis Netbeheer B.V. en de installaties in de meterkast van het genoemde pand heeft de fraude-inspecteur het volgende vastgesteld:
Uit onderzoek bleek dat er een illegale aansluiting voor de hoofdbeveiliging was gemaakt, op de aansluitleiding in de hoofdaansluitkast. Er was een illegale elektriciteitskabel aangelegd die buiten de elektriciteitsmeter om liep en de elektrische installatie in het betreffende pand voorzag van elektriciteit. De illegale kabel is buiten de hoofdveiligheid in de aansluitkast van Enexis Netbeheer om aangesloten. Door buiten de hoofdbeveiliging om aan te sluiten is er meer vermogen beschikbaar dan contractueel is overeengekomen met de contractant. Om deze aftakking te realiseren is het noodzakelijk geweest de verzegeling van de aansluitkast te verbreken en de kast te openen. De originele zegels zijn verwijderd, vervangen en of gemanipuleerd. Hiervoor heeft Enexis Netbeheer geen toestemming verleend.
Illegale aftakking na de hoofdveiligheid.
Uit onderzoek bleek dat er een illegale aansluiting na de hoofdbeveiliging was gemaakt in de hoofdaansluitkast. Er was een illegale elektriciteitskabel aangelegd die buiten de elektriciteitsmeter om liep naar de elektrische installatie in het betreffende pand en voorzag de aangesloten installatie van elektriciteit. Om deze aftakking te kunnen realiseren is het noodzakelijk geweest dat het door Enexis Netbeheer verzegelde deksel van de hoofdaansluitkast gedemonteerd is of is geweest. De door Enexis Netbeheer aangebrachte zegels zijn dus verwijderd, vervangen en of gemanipuleerd. Hiervoor heeft Enexis Netbeheer geen toestemming verleend.