ECLI:NL:RBOVE:2021:223
Rechtbank Overijssel
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Ontruiming van huurwoning toegewezen na huurachterstand van twee jaar
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Overijssel op 18 januari 2021 uitspraak gedaan in een kort geding over de ontruiming van een huurwoning. De eisers, erfgenamen van de overleden verhuurder, vorderden ontruiming van de woning van gedaagden, die sinds januari 2019 geen huur meer hadden betaald. De huurachterstand was opgelopen tot 24 maanden, en ondanks meerdere sommatiebrieven hadden gedaagden geen adequate actie ondernomen om de achterstand in te lopen. De kantonrechter oordeelde dat er een spoedeisend belang was voor de eisers, aangezien zij de woning wilden verkopen en successierechten moesten betalen. Gedaagden voerden aan dat er afspraken waren gemaakt over het niet betalen van huur, maar dit werd door de rechter niet geloofwaardig geacht. De rechter oordeelde dat de vorderingen van eisers in een bodemprocedure een hoge kans van slagen hadden en dat de ontruiming van de woning gerechtvaardigd was. Gedaagden werden veroordeeld om de woning uiterlijk op 1 maart 2021 te verlaten, met een dwangsom voor het geval zij hier niet aan voldeden. Daarnaast werden gedaagden hoofdelijk veroordeeld tot betaling van de huurachterstand en bijkomende kosten.