ECLI:NL:RBOVE:2021:1819

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
3 mei 2021
Publicatiedatum
3 mei 2021
Zaaknummer
08/170309-20 (P)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Grooming en bezit van kinderporno door verdachte met pedofiele stoornis

Op 3 mei 2021 heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 49-jarige man, die werd beschuldigd van grooming en het bezit van kinderporno. De verdachte had via sociale media contact gezocht met meerdere minderjarige meisjes, variërend in leeftijd van zeven tot veertien jaar. Hij stuurde hen seksuele berichten en probeerde afspraken te maken om seksuele handelingen te verrichten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het benaderen van deze meisjes met het oog op ontuchtige handelingen, en dat hij in bezit was van een aanzienlijke hoeveelheid kinderpornografisch materiaal, evenals dierenporno. De verdachte werd op 2 maart 2020 aangehouden na een melding van pedojagers die hem hadden geconfronteerd. Tijdens het onderzoek op zijn telefoon werden duizenden kinderpornografische afbeeldingen en video's aangetroffen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte verminderd toerekeningsvatbaar was, gezien zijn psychische stoornissen, waaronder een pedofiele stoornis en autisme. De rechtbank legde een gevangenisstraf op van 24 maanden, waarvan 18 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van vijf jaar, en stelde bijzondere voorwaarden aan de behandeling en begeleiding van de verdachte.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Meervoudige kamer
Zittingsplaats Zwolle
Parketnummer: 08/170309-20 (P)
Datum vonnis: 3 mei 2021
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum 1] 1972 in [geboorteplaats] ,
wonende aan de [adres] .

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 19 april 2021.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie
mr. S. Markink en van hetgeen door verdachte en de raadsvrouw mr. B. Molleman, advocaat te Amsterdam, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
feit 1:(gedurende een jaar) via social media minderjarige meisjes heeft benaderd om seksuele handelingen mee te verrichten of seksueel getinte foto’s van hen te maken;
feit 2:(gedurende drie jaren) kinderporno in bezit heeft gehad en verspreid;
feit 3: (gedurende ongeveer een jaar) dierenporno in bezit heeft gehad.
Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:
Feit 1
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks 1 maart 2019 tot en met 2 maart 2020
te Zwolle en/of elders in Nederland, althans in Nederland, door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst, te weten WhatsApp, Facebook Messenger en/of Skype aan meerdere onbekend gebleven personen, van wie hij, verdachte, wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat deze de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt en/of aan meerdere onbekend gebleven personen, die zich voordeden als een persoon die de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, te weten
[naam 1] , [naam 2] , [naam 3] en/of [naam 4] , (telkens) een ontmoeting heeft voorgesteld met het oogmerk ontuchtige handelingen met een persoon die de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt te plegen en/of een afbeelding van een seksuele gedraging te vervaardigen, waarbij een persoon die de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt was betrokken, terwijl hij, verdachte, (telkens) enige handeling heeft ondernomen tot het
verwezenlijken van die ontmoeting(en), door (terwijl die [naam 1] (meermalen) had aangegeven 13 jaar te zijn, [naam 2] (meermalen) had aangegeven 7 jaar te zijn, [naam 3] (meermalen) had aangegeven 10 jaar te zijn en/of [naam 4] (meermalen) had aangegeven 9 jaar te zijn)
- via sociale media contact te leggen en/of te onderhouden met die [naam 1] , [naam 2] , [naam 3] en/of [naam 4] en/of
- met hen een ontmoeting af te spreken en/of daarbij aan te geven dat hij met hen seksuele handelingen wilde verrichten en/of
- meermalen, althans eenmaal, (namelijk aan [naam 3] en/of [naam 4] ) aan te geven dat zij een railrunner kaartje konden kopen en/of
- meermalen, althans eenmaal, zijn, verdachtes, telefoonnummer te geven zodat zij hem konden bereiken en/of
- meermalen, althans eenmaal, (namelijk met [naam 3] en/of [naam 4] ) af te stemmen dat hij hen met de scooter zal ophalen van het station en/of
- daadwerkelijk op de met [naam 1] en/of [naam 2] afgesproken datum naar

de afgesproken plaats te gaan;

Feit 2
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode 1 juli 2017 tot en met 2 juli 2020 te Zwolle, althans in Nederland, een hoeveelheid afbeeldingen en/of een hoeveelheid gegevensdragers, bevattende afbeeldingen, van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, heeft verspreid, in bezit gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft welke seksuele gedragingen – zakelijk weergegeven- bestonden uit:
het met de/een penis en/of mond/tong en/of vinger/hand en/of voorwerp oraal, vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het met de/een penis en/of vinger/hand vaginaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt ([bestandsnaam] en [bestandsnaam], foto 1 en foto 2 in toonmap)
en/of
het met de/een penis en/of vinger/hand en/of mond/tong betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het met de/een mond/tong en/of vinger/hand betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel, de billen en/of borsten van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt ([bestandsnaam] en [bestandsnaam], foto 3 en foto 4 in toonmap)
en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of poseert in een omgeving en/of in een erotisch getinte houding (op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van zijn/haar kleding ontdoet en/of (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's /film(s) nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen van deze persoon in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
([bestandsnaam], foto 5 en foto 6 in toonmap)
en/of
het masturberen boven/bij en/of ejaculeren op het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (waarbij op dat gezicht/lichaam een op sperma gelijkende substantie zichtbaar is) ([bestandsnaam] en [bestandsnaam], foto 7 en foto 8 in toonmap)
en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt;
Feit 3
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 maart 2019 tot en met 2 juli 2020 te Zwolle, althans in Nederland, een of meer afbeeldingen en/of een of meer gegevensdragers, te weten een mobiele telefoon (Sony Xperia Z3) en/of een externe harde schijf (Western Digital) en/of een harde schijf (Maxtor) in bezit heeft gehad terwijl op die afbeelding(en) een ontuchtige handeling zichtbaar is waarbij een mens en dier is/zijn betrokken of schijnbaar is/zijn betrokken, welke ontuchtige handeling – zakelijk weergegeven – bestond uit:
- orale en/of anale penetratie tussen hond en vrouw,
- aftrekken van honden door een vrouw,
- likken van schaamstreek van een vrouw,
- vaginale, anale en/of orale penetratie tussen paard en vrouw en/of
- vaginale penetratie tussen vrouw en slang

en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt.

3.De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.De bewijsoverwegingen

4.1
Inleiding
Op 2 maart omstreeks 12:29 uur ontving de politie een melding. Er zou een filmpje op social media rond gaan waarop een persoon, die niet veel later verdachte bleek te zijn, beschuldigd werd van pedofilie. Voor de toenmalige woning van verdachte had zich een groep van ongeveer 35 tot 40 buurtbewoners verzameld. Zij waren emotioneel en agressief en wilden het recht in eigen hand nemen. De politie is, om de veiligheid van verdachte te kunnen waarborgen, naar hem op zoek gegaan. Verdachte bleek te zijn gevlucht voor de menigte en bleek zich schuil te houden in een snackbar in [plaats] , alwaar de verbalisanten hem aantroffen.
Verdachte deelde verbalisanten mee dat hij een fout had gemaakt door met een minderjarig meisje af te spreken. Hij bleek echter in de val te zijn gelokt door zogenaamde ‘pedojagers’. Deze pedojagers hadden zich voorgedaan als de veertienjarige [naam 1] . In plaats van [naam 1] , met wie verdachte dacht een afspraak te hebben gemaakt, kwamen de pedojagers naar de afgesproken plek. Zij confronteerden verdachte en filmden die confrontatie. Het filmpje van de ontmoeting werd online geplaatst, als gevolg waarvan de buurtbewoners zich voor de woning van verdachte hadden verzameld.
Met toestemming van verdachte hebben verbalisanten in zijn telefoon gekeken. Daarop troffen zij meerdere chatgesprekken met schijnbaar minderjarige meisjes en meerdere pornografische afbeeldingen en videobestanden aan, waarop zeer waarschijnlijk (ook) minderjarige personen te zien waren. Verbalisanten hebben, naar aanleiding van wat zij op de telefoon van verdachte aantroffen, het Team Zeden van de politie ingeschakeld.
Uit het door dit team ingestelde onderzoek bleek dat verdachte in het bezit was van meerdere gegevensdragers met daarop 2718 kinderpornografische afbeeldingen en 64 kinderpornografische videobestanden, waarvan respectievelijk 2159 en 58 toegankelijk voor de gebruiker. Voorts werden 45 afbeeldingen van ontuchtige handelingen tussen mens en dier aangetroffen, waarvan 14 toegankelijk voor de gebruiker. Ook werd geconstateerd dat in de ‘sent-folder’ van het WhatsApp-account op de telefoon van verdachte meerdere kinderpornografische afbeeldingen stonden, hetgeen aangeeft dat de gebruiker van dat account die afbeeldingen heeft verspreid.
4.2
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feiten wettig en overtuigend bewezen kunnen worden verklaard.
4.3
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft ten aanzien van de onder 2 en 3 ten laste gelegde feiten opgemerkt dat de pleegperiode eindigde op 2 maart 2020. Op die datum werd verdachte aangehouden en diezelfde dag werden de gegevensdragers in beslag genomen. Voorts heeft de raadsvrouw bepleit dat ten aanzien van het onder 3 ten laste gelegde feit niet wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte daarvan een gewoonte heeft gemaakt. Voor het overige heeft de raadsvrouw zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank, gezien de bekennende verklaring van verdachte.
4.4
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank komt tot bewezenverklaring van de onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feiten op grond van de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen, waarbij de rechtbank - nu verdachte deze feiten heeft bekend en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit - conform artikel 359, derde lid, laatste volzin, van het Wetboek van Strafvordering (Sv), zal volstaan met een opsomming van de bewijsmiddelen.
Overweging ten aanzien van de pleegperiode in de feiten 2 en 3
De rechtbank stelt vast dat de pleegperiode van beide feiten eindigde op het moment van inbeslagname van de gegevensdragers door de politie. Uit het dossier is gebleken dat verdachte op 2 maart 2020 is aangehouden en dat de gegevensdragers diezelfde dag nog in beslag werden genomen. De rechtbank beperkt de bewezen verklaarde periode met het oog op het bovenstaande, ten aanzien van feit 2, tot de periode van 1 juli 2017 tot en met 2 maart 2020 en, voor feit 3, tot de periode van 1 maart 2019 tot en met 2 maart 2020.
Overweging ten aanzien van feit 3
Met de raadsvrouw is de rechtbank van oordeel dat, gezien de geringe hoeveelheid afbeeldingen die werd aangetroffen op de in beslag genomen gegevensdragers, niet wettig en overtuigend kan worden bewezen dat verdachte een gewoonte heeft gemaakt van het in bezit hebben van dierenporno. De rechtbank zal verdachte daarom vrijspreken van het onderdeel ‘een gewoonte maken van’.
4.5
De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat:
Feit 1
hij in de periode van 1 maart 2019 tot en met 2 maart 2020 te Zwolle, door middel van een geautomatiseerd werk en met gebruikmaking van communicatiediensten, te weten WhatsApp, Facebook Messenger en Skype, aan meerdere onbekend gebleven personen, van wie hij, verdachte, wist dat deze de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt of aan meerdere onbekend gebleven personen, die zich voordeden als een persoon die de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, te weten [naam 1] , [naam 2] , [naam 3] en [naam 4] , telkens een ontmoeting heeft voorgesteld met het oogmerk ontuchtige handelingen met een persoon die de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt te plegen, terwijl hij, verdachte, telkens enige handeling heeft ondernomen tot het verwezenlijken van die ontmoetingen, door (terwijl die [naam 1] had aangegeven 13 jaar te zijn, [naam 2] had aangegeven 7 jaar te zijn, [naam 3] had aangegeven 10 jaar te zijn en [naam 4] had aangegeven 9 jaar te zijn)
- via sociale media contact te leggen en te onderhouden met die [naam 1] , [naam 2] , [naam 3] en [naam 4] en
- met hen een ontmoeting af te spreken en daarbij aan te geven dat hij met hen seksuele handelingen wilde verrichten en
- meermalen, namelijk aan [naam 3] en [naam 4] , aan te geven dat zij een railrunner kaartje konden kopen en
- meermalen zijn, verdachtes, telefoonnummer te geven zodat zij hem konden bereiken en
- meermalen, namelijk met [naam 3] en [naam 4] , af te stemmen dat hij hen met de scooter zal ophalen van het station en
- daadwerkelijk op de met [naam 1] en [naam 2] afgesproken datum naar de afgesproken plaats te gaan;
Feit 2
hij in de periode van 1 juli 2017 tot en met 2 maart 2020 te Zwolle, een hoeveelheid gegevensdragers, bevattende afbeeldingen van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, heeft verspreid, in bezit gehad en zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft welke seksuele gedragingen – zakelijk weergegeven- bestonden uit:
het met een penis en een voorwerp vaginaal en anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en het vaginaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en
het met vingers betasten van het geslachtsdeel van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en het met de tong aanraken van het geslachtsdeel van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en
het geheel naakt (laten) poseren van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon poseert in een erotisch getinte houding op een wijze die niet bij haar leeftijd past en de uitsnede van de foto nadrukkelijk het ontblote geslachtsdeel van deze persoon in beeld gebracht wordt, waarbij de afbeelding aldus een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en strekt tot seksuele prikkeling
en
het masturberen boven en ejaculeren op het gezicht van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en het houden van een stijve penis bij het gezicht van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij op dat gezicht een op sperma gelijkende substantie zichtbaar is
en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt;
Feit 3
hij in de periode van 1 maart 2019 tot en met 2 maart 2020 te Zwolle, meerdere afbeeldingen en meerdere gegevensdragers, te weten een mobiele telefoon (Sony Xperia Z3) en een externe harde schijf (Western Digital) en een harde schijf (Maxtor) in bezit heeft gehad terwijl op die afbeeldingen een ontuchtige handeling zichtbaar is waarbij een mens en dier zijn betrokken, welke ontuchtige handeling – zakelijk weergegeven – bestond uit:
- orale en anale penetratie tussen hond en vrouw,
- aftrekken van honden door een vrouw,
- vaginale, anale en orale penetratie tussen paard en vrouw en
- vaginale penetratie tussen vrouw en slang.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte onder 1, 2 en 3 meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
Indien in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd in de bewezenverklaring. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

5.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Het bewezen verklaarde is strafbaar gesteld in de artikelen art 240b, 248e en 254a van het Wetboek van Strafrecht (Sr). Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. Het bewezen verklaarde levert op:
Feit 1het misdrijf:
door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst aan een persoon die de leeftijd van zestien jaren nog niet heeft bereikt, een ontmoeting voorstellen met het oogmerk ontuchtige handelingen met een persoon die de leeftijd van zestien jaren nog niet heeft bereikt te plegen, terwijl hij enige handeling onderneemt gericht op het verwezenlijken van die ontmoeting;
Feit 2het misdrijf:
een afbeelding – of een gegevensdrager bevattende een afbeelding - van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken, verspreiden, in bezit hebben en zich door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang daartoe verschaffen, terwijl van het plegen van dit misdrijf een gewoonte wordt gemaakt;
Feit 3het misdrijf:
een afbeelding – of een gegevensdrager, bevattende een afbeelding - van een ontuchtige handeling, waarbij een mens en een dier zijn betrokken, in bezit hebben.

6.De strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor de bewezen verklaarde feiten.

7.De op te leggen straf of maatregel

7.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft, rekening houdend met de ernst van de feiten en de verminderde toerekeningsvatbaarheid van verdachte, gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden, waarvan twaalf maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van vijf jaren, met daaraan de bijzondere voorwaarden gekoppeld, zoals die door de reclassering zijn geformuleerd. Zij heeft ook de dadelijke uitvoerbaarheid van de bijzondere voorwaarden gevorderd.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om verdachte geen gevangenisstraf langer dan de duur van het voorarrest op te leggen. De gang van zaken na het online plaatsen van het filmpje van de pedojagers heeft een forse impact gehad op het leven van verdachte. Hij heeft bijvoorbeeld zijn huis, waar hij al tientallen jaren woonde, moeten ontvluchten en verblijft sindsdien elders. Bovendien heeft verdachte veel meer baat bij behandeling en steun. Daar wil hij ook graag aan meewerken. Mocht de rechtbank besluiten om, naast behandeling, toch een onvoorwaardelijke straf op te leggen, dan heeft de raadsvrouw verzocht om, mede met het oog op uitspraken in soortgelijke zaken, een taakstraf op te leggen. Ten aanzien van een eventueel voorwaardelijk op te leggen straf heeft de raadsvrouw verzocht om de proeftijd te beperken tot drie jaren.
7.3
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoon van verdachte, zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De rechtbank acht daarbij het volgende van belang.
De ernst van de feiten
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan - kort gezegd- grooming van meerdere, onbekend gebleven personen. Verdachte verkeerde in de veronderstelling dat het steeds ging om minderjarige meisjes in de leeftijd van zeven tot en met veertien jaar. Hij heeft hen veelvuldig seksuele berichten gestuurd waarin hij herhaaldelijk heeft aangestuurd op een ontmoeting om verregaande seksuele handelingen met die meisjes te verrichten. Tot twee keer toe is verdachte daadwerkelijk afgereisd naar de plek waar hij met een minderjarig meisje had afgesproken. De rechtbank acht dit ernstig en zorgelijk en neemt het verdachte kwalijk dat hij enkel oog heeft gehad voor het bevredigen van zijn eigen behoeften en op geen enkele manier heeft stilgestaan bij de schade die hij daarmee zou toebrengen aan jonge kinderen. Dat het (tenminste één keer) om een fictief persoon ging, doet daaraan niet af nu verdachte immers uitging van een echt persoon. Dat verdachte, zelfs nadat hij in 2019 door de politie werd aangesproken op zijn gedrag, daarmee doorging en meerdere malen te kennen heeft gegeven dat het om een obsessie ging, doet bovendien vrezen voor herhaling.
Ook heeft verdachte zich schuldig gemaakte aan het in bezit hebben en het verspreiden van kinderporno en, in mindere mate, aan het in bezit hebben van dierenporno. Ook dit zijn ernstige feiten. Bij de productie van kinderpornografische afbeeldingen worden kinderen seksueel misbruikt door volwassenen, terwijl die hen juist tegen dit soort handelen in bescherming behoren te nemen. Het hoeft geen betoog dat dergelijk misbruik zeer nadelige gevolgen kan hebben voor de desbetreffende kinderen en dat zij hierdoor ernstig kunnen worden geschaad in hun verdere ontwikkeling. Verdachte heeft door zijn handelen een bijdrage geleverd aan de instandhouding van dergelijke verwerpelijke praktijken. Voor de vervaardiging van pornografische afbeeldingen met dieren, zijn dieren misbruikt ten behoeve van een onzedelijke behoeftebevrediging van personen. Ook hiervoor geldt dat door de vraag naar dergelijke afbeeldingen de productie ervan en het misbruik waarmee deze gepaard gaat in stand worden gehouden.
De persoon van de verdachte
De rechtbank heeft gelet op de justitiële documentatie van 22 maart 2021. Hieruit blijkt dat verdachte niet eerder voor soortgelijke feiten met justitie in aanraking is geweest.
De rechtbank heeft verder kennisgenomen van de volgende rapportages die in het kader van de persoonlijke omstandigheden zijn opgemaakt:
- Het psychologisch Pro Justitia rapport van 9 april 2021, opgemaakt door
drs. T.E.G.A. Oosterhof, klinisch psycholoog en psychotherapeut;
- Het reclasseringsadvies van Reclassering Nederland van 12 april 2021, opgemaakt door mevrouw W. Hutten.
Toerekenbaarheid
Uit het Pro Justitia rapport blijkt dat bij verdachte sprake is van een pedofiele stoornis, een autisme spectrum stoornis en zwakbegaafdheid. Van deze stoornissen en de zwakbegaafdheid was sprake ten tijde van de ten laste gelegde feiten en zij beïnvloedden de gedragskeuzes en gedragingen van verdachte. Verdachte heeft zeer waarschijnlijk een seksuele voorkeur voor jonge meisjes. Hij lijkt zijn seksuele verlangen, eenzaamheid en behoefte aan contact te hanteren door chatcontact te zoeken met jonge meisjes en te proberen tot seksafspraken met jonge meisjes te komen. In het algemeen lijkt er bij verdachte onvoldoende besef van de ernst van de ten laste gelegde feiten. Verdachte is sterk gericht op het onrecht dat hem is aangedaan, en geeft aan dat wat hij gedaan heeft weliswaar niet goed was, maar dat hij er al mee is gestopt. Mogelijk dat zijn beperkte kijk op het ten laste gelegde voortkomt uit de autisme spectrum stoornis in combinatie met de zwakbegaafdheid. De psycholoog adviseert, gelet op het bovenstaande, om het ten laste gelegde in mindere mate toe te rekenen.
Met de conclusie uit voornoemde rapportage ten aanzien van de toerekeningsvatbaarheid kan de rechtbank zich verenigen en de rechtbank neemt deze als de hare over. De rechtbank zal verdachte ter zake van de bewezen verklaarde feiten dan ook als verminderd toerekeningsvatbaar beschouwen.
Taakstraf of gevangenisstraf
De oriëntatiepunten voor straftoemeting van het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (hierna: LOVS) gaan bij een gewoonte maken van het bezit van kinderporno uit van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van één jaar, terwijl voor een gewoonte maken van het verspreiden daarvan een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van twee jaren wordt genoemd. Voor het in bezit hebben van dierenporno en voor grooming zijn geen LOVS oriëntatiepunten beschikbaar. Gelet op de ernst van de feiten en de genoemde oriëntatiepunten, is de rechtbank van oordeel dat niet met een taakstraf kan worden volstaan. Zij acht een onvoorwaardelijke gevangenisstraf passend en geboden. De rechtbank ziet daarnaast de noodzaak tot (klinische) behandeling van verdachte en is van oordeel dat die behandeling in een gedwongen kader dient plaats te vinden. Gelet op het bovenstaande en rekening houdend met de verminderde toerekeningsvatbaarheid van verdachte, legt de rechtbank aan verdachte een gevangenisstraf op voor de duur van vierentwintig maanden, waarvan achttien maanden voorwaardelijk met een proeftijd van vijf jaren, met daarbij de bijzondere voorwaarden, zoals de deskundigen hebben geadviseerd.
Dadelijke uitvoerbaarheid
In het Pro Justitia rapport heeft de psycholoog geconcludeerd dat het recidiverisico op soortgelijke delicten als de ten laste gelegde feiten hoog moet worden ingeschat. De psycholoog heeft geadviseerd om te starten met een klinische behandeling gericht op de autisme spectrum stoornis en daarop aansluitend beschermd wonen en een ambulante zedenbehandeling.
In het rapport van Reclassering Nederland heeft mevrouw Hutten geadviseerd om een (deels) voorwaardelijke straf op te leggen met bijzondere voorwaarden en een proeftijd van vijf jaren. Zij heeft ook geadviseerd om de bijzondere voorwaarden dadelijk uitvoerbaar te verklaren, omdat de kans op een misdrijf met schade voor personen groot is.
Naar het oordeel van de rechtbank wordt, gelet op het hoge recidiverisico en de grote kans op een misdrijf met schade voor personen, voldaan aan de voorwaarde van artikel 14e Sr om tot een dadelijke uitvoerbaarheid te komen, zodat hiertoe zal worden bevolen.

8.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 14a, 14b, 14c en 57 Sr.

9.De beslissing

De rechtbank:
bewezenverklaring
- verklaart bewezen dat verdachte het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte onder 1, 2 en 3 meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feit
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1:door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst aan een persoon die de leeftijd van zestien jaren nog niet heeft bereikt, een ontmoeting voorstellen met het oogmerk ontuchtige handelingen met een persoon die de leeftijd van zestien jaren nog niet heeft bereikt te plegen, terwijl hij enige handeling onderneemt gericht op het verwezenlijken van die ontmoeting;
feit 2:een afbeelding – of een gegevensdrager bevattende een afbeelding - van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken, verspreiden, in bezit hebben en zich door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang daartoe verschaffen, terwijl van het plegen van dit misdrijf een gewoonte wordt gemaakt;
feit 3:een afbeelding – of een gegevensdrager, bevattende een afbeelding - van een ontuchtige handeling, waarbij een mens en een dier zijn betrokken, in bezit hebben;
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder 1, 2 en 3 bewezen verklaarde;
straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
24 (vierentwintig) maanden;
- bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte van
18 (achttien) maanden niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien verdachte voor het einde van de
proeftijd van 5 (vijf) jarende navolgende voorwaarden niet is nagekomen:
- stelt als
algemene voorwaardedat verdachte:
- zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- stelt als
bijzondere voorwaardendat verdachte:
- zich gedurende de proeftijd meldt bij Reclassering Nederland, Molenstraat 50 in Enschede op de door de reclassering te bepalen tijdstippen, zo frequent en zo lang deze instelling dat nodig acht;
- zijn behandeling voortzet bij [instelling] of een soortgelijke zorginstelling, te bepalen door de justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing. De klinische behandeling duurt een jaar of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorginstelling geeft voor de behandeling;
- zich aansluitend aan het klinisch behandeltraject, gedurende de resterende proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt, onder behandeling stelt van een forensische polikliniek, te bepalen door de reclassering, waarbij verdachte zich houdt aan de aanwijzingen die hem in het kader van die behandeling door of namens de zorgverlener zullen worden gegeven, ook als dit inhoudt een kortdurende klinische opname voor de duur van maximaal zeven weken ten behoeve van crisisbehandeling, stabilisatie of observatie, als de voor indicatie verantwoordelijke instantie dit noodzakelijk acht, waarbij de verdachte zich zal houden aan de aanwijzingen die hem in het kader van die opname door of namens de instelling/behandelaar zullen worden gegeven;
- op geen enkele wijze contact zoekt met minderjarigen en deze contacten zoveel mogelijk vermijdt;
- medewerking verleent aan plaatsing en indicatiestelling als de reclassering een overgang vanuit klinische zorg naar ambulante zorg, begeleid wonen of maatschappelijke opvang gewenst vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels, het begeleidingsplan en de aanwijzingen van de zorgverleners;
- zich op welke wijze dan ook onthoudt van:
 het seksueel getint communiceren met minderjarigen;
 gedrag dat is gericht op een digitale omgeving waarin kinderpornografisch materiaal kan worden verkregen;
 gedrag dat is gericht op een digitale omgeving waarin over seksuele handelingen met minderjarigen wordt gecommuniceerd;
en meewerkt aan controles van digitale gegevensdragers tijdens een huisbezoek;
- draagt de reclassering op om toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden;
daarbij gelden als voorwaarden van rechtswege dat verdachte:
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, Sr, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht daaronder begrepen;
- beveelt dat de op grond van artikel 14c Sr gestelde voorwaarden en het op grond van artikel 14c, zesde lid, Sr uit te oefenen toezicht, dadelijk uitvoerbaar zijn;
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
Dit vonnis is gewezen door mr. S.H. Peper, voorzitter, mr. G.H. Meijer en mr. D.E. Schaap, rechters, in tegenwoordigheid van mr. G.J. Leyendijk, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 3 mei 2021.
Buiten staat
Mr. S.H. Peper en mr. D.E. Schaap zijn niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage bewijsmiddelen
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van de politie eenheid Oost-Nederland, Team Zeden met nummer 20200625.0913.18273 (genaamd: Charade). Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
De bekennende verklaring die verdachte ter terechtzitting van 19 april 2021 heeft afgelegd;
Het proces-verbaal van bevindingen van 2 maart 2020 (pagina’s 1-2);
Het proces-verbaal van 2 april 2020 (pagina’s 9-15);
Het proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch materiaal van 3 april 2020 (pagina’s 17-25);
Het proces-verbaal van bevindingen van 3 april 2020 (pagina’s 32-41);
Het proces-verbaal van bevindingen van 3 april 2020 (pagina’s 113-123);
Het proces-verbaal van bevindingen van 29 april 2020 (pagina’s 345-356).