ECLI:NL:RBOVE:2021:1759

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
21 april 2021
Publicatiedatum
28 april 2021
Zaaknummer
C/08/240073 / HA ZA 19-515
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot schadevergoeding uit hoofde van goederentransportverzekering en de uitleg van verzekeringsvoorwaarden

In deze zaak vordert Princes Foods B.V. van Delta Lloyd schadevergoeding op basis van een goederentransportverzekering. De rechtbank Overijssel heeft op 21 april 2021 uitspraak gedaan in deze civiele procedure. De procedure is gestart na een schadeclaim van Lidl, die de schade aan de lading van Princes Foods heeft geclaimd na een transport van ingeblikte perzikhelften. Delta Lloyd heeft dekking onder de verzekering geweigerd, omdat zij van mening is dat Princes Foods geen verzekerd belang had bij de lading, aangezien het risico op de goederen bij Lidl lag op het moment van de schade. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verzekering bedoeld is om dekking te bieden bij schade aan en verlies van goederen tijdens transport. De rechtbank oordeelt dat het aansprakelijkheidsbelang van Princes Foods niet onder de goederentransportpolis valt, omdat de goederen niet voor haar risico reisden. De rechtbank wijst de vorderingen van Princes Foods af en veroordeelt haar in de proceskosten. De uitspraak benadrukt de noodzaak voor verzekerden om duidelijk te maken welke belangen zij willen verzekeren en de reikwijdte van de polisvoorwaarden.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Zwolle
zaaknummer / rolnummer: C/08/240073 / HA ZA 19-515
Vonnis van 21 april 2021
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
PRINCES FOODS B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
eiseres,
advocaat mr. W.E. Boonk te Rotterdam,
tegen
de naamloze vennootschap
NATIONALE-NEDERLANDEN SCHADEVERZEKERING MAATSCHAPPIJ N.V.,
t.h.o.d.n. DELTA LLOYD SCHADEVERZEKERING,
gevestigd te 's-Gravenhage,
gedaagde,
advocaat mr. S. de Zwart te Zwolle.
Partijen zullen hierna Princes Foods en Delta Lloyd genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het (tussen)vonnis van 1 april 2020 waarbij een mondelinge behandeling is bevolen die door de maatregelen in verband met de Coronapandemie niet heeft plaatsgevonden, waarna besloten is tot schriftelijk voortprocederen
  • de conclusie van repliek
  • de conclusie van dupliek
  • de akte na dupliek van Princes Foods.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Princes Foods is een groothandel in voedings- en genotmiddelen en dranken.
2.2.
Delta Lloyd is een schadeverzekeringsbedrijf.
2.3.
Op 1 september 2015, hebben Princes Foods en Lidl Stiftung & Co. KG (hierna: Lidl), aangevuld met een side letter op 16 februari 2016, een koopovereenkomst gesloten die ziet op de verkoop en levering van ingeblikte perzikhelften. In de koopovereenkomst (artikel 1 van de side letter) is, voor zover hier van belang, het volgende opgenomen:
1.
Any costs, compensation, damages or penalties (“Costs”) must be reasonably and properly incurred by the Customer and directly arise from the breach or negligent act of PFBV. (…);
(…);
5.
The Seller does not grant any indemnities (“Garanties”);
2.4.
Princes Foods heeft een (doorlopende) goederentransportverzekering afgesloten bij Delta Lloyd, door tussenkomst van Jacobs & Broom, nu One Underwriting B.V. (hierna: ‘One’) als gevolmachtigd agent van Delta Lloyd. One is een dochteronderneming van AON. De verzekeringsovereenkomst voor goederentransport heeft als ingangsdatum 1 april 2016. Op het polisblad staat onder meer het volgende vermeld:
VERZEKERDE ZAAK 1 Doorlopende goederentransport
EUR 1.500.000,00
als maximum verzekerd bedrag per vervoermiddel op voedingsmiddelen (voornamelijk conserven), inclusief verpakkingsmaterialen.
* Meeverzekerd is een bedrag van EUR 50.000,00 (premier risque) op opruimingskosten;
* Meeverzekerd is een bedrag van EUR 25.000,00 op stands, standmateriaal en overige tentoonstellingszaken, al dan niet van derden, mits voor risico van verzekerde.
DEKKINGSGEBIED Deze verzekerde zaak biedt dekking tijdens transporten over de gehele wereld.
Op de verzekeringsovereenkomst zijn onder andere de polisvoorwaarden “TG130-05 Algemene Verzekeringsvoorwaarden transport goederen” van toepassing, waarvan artikel 1.8 als volgt luidt:
1.8
Verzekerde interesten
1.8.1
Onder verzekerde interesten worden verstaan:
1.8.1.1 de interesten vermeld op het polisblad alsmede andere zaken die naar hun aard met die interesten kunnen worden gelijkgesteld;
1.8.1.2 andere zaken die in het bedrijf van verzekerden voorkomen of nodig zijn, echter met inachtneming van het bepaalde in art. 1.8.2
1.8.2
Andere zaken dan vermeld in art. 1.8.1.1 en 1.8.1.2 zijn gedekt op de voorwaarden waarop die zaken gebruikelijk via Aon worden verzekerd.
(…).
2.5.
Voorts zijn op de verzekeringsovereenkomst de polisvoorwaarden “TG130-05/1 Verzekeringsvoorwaarden transport goederen all risks, oorlogs- en stakersrisico” van toepassing. Deze voorwaarden luiden, voor zover hier van belang, als volgt:
SECTIE 1 ALL RISKS
Sectie 4 van de verzekeringsvoorwaarden is ook van toepassing op Sectie 1.

1.Omvang van de dekking

1.1
All Risks
Met inachtneming van de in art. 2 vermelde uitsluitingen, dekt deze verzekering schade aan en verlies van de verzekerde interesten door onverschillig welke oorzaak ontstaan.(…)
SECTIE 4 VERZEKERINGSVOORWAARDEN VAN TOEPASSING OP SECTIES 1, 2 EN 3

4.Verzekerd belang

4.1
Deze verzekering dekt elk financieel belang van verzekerde bij het behoud van de verzekerde interesten ongeacht of de verzekerde interesten voor zijn risico zijn.
2.6.
Onder de koopovereenkomst tussen Princes Foods en Lidl werden tien zeecontainers met perziken in blik verscheept van Cartagena (Spanje) naar Rotterdam. Conservas y Frutas S.A. (Cofrusa) heeft op 7 november 2016 onder verantwoordelijkheid van Princes Foods de stuwagewerkzaamheden verricht. Op 15 november 2016 zijn de containers geplaatst aan boord van het zeeschip voor vervoer naar Rotterdam, alwaar zij op 22 november 2016 zijn aangekomen. Tijdens het zeetransport is de lading beschadigd geraakt, hetgeen werd ontdekt op 14 december 2016 tijdens het openen van de containers. Lidl heeft de perziken vervolgens vernietigd.
2.7.
Volgens het in opdracht van Lidl opgestelde expertiserapport van DP Survey Group N.V. is de schade veroorzaakt door een gebrekige stuwage (foutieve belading), uitgevoerd door Cofrusa.
2.8.
Allianz Global Corporate & Speciality SE (hierna: Allianz) heeft als (goederentransport)verzekeraar van Lidl een schadebedrag aan Lidl uitgekeerd. Allianz heeft vervolgens regres genomen op Princes Foods. Princes Foods en Allianz hebben een minnelijke regeling bereikt waarbij de zaak is geschikt voor een bedrag van € 143.088,40.
2.9.
Delta Lloyd heeft aan Princes Foods dekking onder de goederentransportpolis geweigerd.

3.Het geschil

3.1.
Princes Foods vordert dat de rechtbank bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, Delta Lloyd zal veroordelen om aan Princes Foods te betalen een bedrag van € 138.088,40, te vermeerderen met de wettelijke rente, en € 2.155,00 aan buitengerechtelijke incassokosten, alsmede de proceskosten.
3.2.
Aan haar vorderingen legt Princes Foods, samengevat, ten grondslag dat zij een verzekerd (financieel) belang had bij (behoud van) de lading die recht geeft op dekking van haar schade (minus het eigen risico van € 5.000,00 per gebeurtenis) onder de goederentransportpolis.
3.3.
Delta Lloyd betwist primair dat Princes Foods een verzekerd belang heeft. Subsidiair voert Delta Lloyd als verweer dat (1) Princes Foods geen garantie heeft gegeven voor het stuwen van de lading en dat van contractbreuk/verwijtbaar nalaten aan de zijde van Princes Foods geen sprake is, dat (2) de door Princes Foods geclaimde kosten niet voldoen aan de eisen van de side letter en dat Princes Foods niet aansprakelijk is bevonden, dat (3) de validiteit van de claim en subrogatie niet zijn vast te stellen en dat (4) storm op zee de vermoedelijke directe schadeoorzaak is en niet een gebrekkige stuwage.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Tussen partijen is niet in geschil dat de rechtbank ingevolge artikel 9 van de algemene verzekeringsvoorwaarden bevoegd is van het geschil kennis te nemen en dat daarop Nederlands recht van toepassing is.
4.2.
Partijen verschillen van mening over de vraag of Princes Foods een verzekerd belang als bedoeld in artikel 4.1 van de polisvoorwaarden heeft met betrekking tot vergoeding van de regresvordering van Allianz. Princes Foods betoogt dat de oorzaak van de schade is gelegen in een omstandigheid (gebrekkige stuwage) die op grond van de koopovereenkomst met Lidl voor haar risico komt, reden waarom zij een financieel belang bij het behoud van de goederen heeft behouden, ondanks dat het risico bij aanvang van het vervoer was overgegaan op Lidl. Volgens Princes Foods is dit precies de situatie waarop artikel 4.1 ziet: weliswaar reisden de blikken perziken als verzekerde interesten voor risico van Lidl, maar had Princes Foods als verzekerde nog wel een verzekerd belang bij het behoud daarvan. Daartegenover stelt Delta Lloyd zich op het standpunt dat het verzekerd belang van Princes Foods is komen te vervallen op het moment dat het vervoersrisico op Lidl is overgegaan en dat het aansprakelijkheidsbelang van Princes Foods niet als verzekerd belang onder de goederentransportpolis is (mee)verzekerd.
4.3.
Het is aan Princes Foods feiten en omstandigheden te stellen en zonodig te bewijzen waaruit volgt dat sprake is van een verzekerd belang in de zin van de verzekeringsovereenkomst.
4.4.
De rechtbank overweegt dat het hier gaat om de uitleg van de polisvoorwaarden, die deel uitmaken van een goederentransportpolis. Nu over dergelijke voorwaarden niet tussen partijen onderhandeld pleegt te worden (en uit de stukken van het geding geen andere conclusie getrokken kan worden dan dat niet gesteld is dat zulks in dit geval anders is), is de uitleg daarvan met name afhankelijk van objectieve factoren zoals de bewoordingen waarin de desbetreffende bepaling is gesteld, gelezen in het licht van de polisvoorwaarden als geheel en van de in voorkomend geval bij de polisvoorwaarden behorende toelichting. Voorts dient tot uitgangspunt dat het een verzekeraar vrijstaat in de polisvoorwaarden de grenzen te omschrijven waarbinnen hij bereid is dekking te verlenen (vgl. HR 9 juni 2006, NJ 2006, 326). Dat brengt ook de vrijheid mee om daarbij – op een wijze die voor de verzekeringnemer op grond van voormelde objectieve factoren voldoende duidelijk kenbaar is – binnen een samenhangend feitencomplex slechts aan bepaalde feiten of omstandigheden (rechts)gevolgen te verbinden en aan andere niet, dan wel onderscheid te maken tussen gevallen die feitelijk zeer dicht bij elkaar liggen (zie HR 16 mei 2008, NJ 2008, 284).
4.5.
Gelet op de aard van de verzekering als goederentransportverzekering en de omschrijving van de verzekerde zaak op het polisblad ‘doorlopende goederentransport’ en het dekkingsgebied (‘deze verzekerde zaak biedt dekking tijdens transporten over de gehele wereld’) is deze verzekering bedoeld om dekking te bieden bij schade aan en verlies van goederen tijdens transport.
4.6.
Op grond van de tussen Princes Foods en Lidl gesloten koopovereenkomst stelt de rechtbank vast dat de “Lieferung” is geschied op basis van de Incoterm 2010 “
FCA Murcia / Mula, Spanien” (zie blz. 6 onderaan van deze koopovereenkomst, hierna: ‘free carrier’). Tussen partijen staat vast dat op grond daarvan onder de koopovereenkomst het risico voor het ontstaan van schade aan de goederen na belading in Cartagena, dus reeds voorafgaande aan het zeevervoer is overgegaan van verkoper (Princes Foods) op koper (Lidl). Bij repliek heeft Princes Foods erkend dat de goederen ten tijde van het schadevoorval niet voor haar risico reisden onder de koopovereenkomst maar dat dit risico bij Lidl lag. Om die reden heeft Lidl ook de schade aan de goederen kunnen claimen onder haar goederentransportverzekering bij Allianz.
4.7.
Princes Foods stelt dat ondanks het feit dat het vervoersrisico niet (meer) bij haar lag, toch nog sprake is van een verzekerd belang onder de goederentransportpolis. Zij doet daarbij een beroep op de uitleg van artikel 4.1 van de polisvoorwaarden, waarin staat dat elk financieel belang wordt gedekt ‘ongeacht of de verzekerde interesten voor zijn risico zijn’. Het begrip ‘elk financieel belang’ moet volgens Princes Foods zo worden uitgelegd dat daaronder ook de vergoeding van de aansprakelijkheidsclaim van Allianz valt. De rechtbank volgt Princes Foods daarin niet en overweegt daartoe het volgende.
4.8.
De rechtbank is van oordeel dat het aansprakelijkheidsbelang van Princes Foods (jegens Lidl/Allianz) weliswaar verzekerbaar is, maar dat dit verzekerbare belang niet een verzekerd belang is in de zin van de onderhavige goederentransportpolis. In dit verband heeft Delta Lloyd zich terecht beroepen op het door haar als productie 11 bij de conclusie van antwoord overgelegde (niet-gepubliceerde) arrest van het Gerechtshof Arnhem van 28 juni 2005 (McCain/Geluk). Gelet op de tekst van het polisblad in samenhang gelezen met de toepasselijke verzekeringsvoorwaarden, zoals deze hiervoor in 2.4 zijn geciteerd, valt het aansprakelijkheidsbelang van Princes Foods niet onder de reikwijdte van de goederentransportpolis en is het dus geen verzekerd belang. Hoewel artikel 4.1 met de woorden ‘elk financieel belang’ en ‘ongeacht of de verzekerde interesten voor zijn risico zijn’, ruim is geformuleerd, duidt de bepaling als geheel door de combinatie met de woorden ‘bij het behoud van de verzekerde interesten’ er op dat het bij het verzekerde belang steeds moet gaan om behoud van de verzekerde interesten. Uitgaande van deze uitleg heeft Princes Foods ten aanzien van de goederen geen verzekerd belang, omdat Delta Lloyd onbetwist heeft gesteld dat Lidl de goederen aan Princes Foods heeft betaald en Lidl (onder wiens risico de containers waren op het moment van de schade) de waarde van de goederen vergoed heeft gekregen van haar transportverzekeraar Allianz. Princes Foods heeft in het licht van deze bewoordingen en toelichting van Delta Lloyd onvoldoende feiten en omstandigheden aangevoerd waaruit volgt dat het verzekerd belang ondanks de koppeling met ‘behoud van verzekerde interesten’ in artikel 4.1 is uitgebreid tot het aansprakelijkheidsbelang in die zin dat ook de schade veroorzaakt door foutief handelen bij de stuwage daar onder zou moeten vallen. Daarbij betrekt de rechtbank dat Princes Foods niet heeft gesteld en overigens ook niet is gebleken dat partijen met elkaar hebben afgesproken dat Princes Foods ook het aansprakelijkheidsrisico ten behoeve van een derde wilde verzekeren, laat staan dat Delta Lloyd daarmee zou hebben ingestemd. Daarentegen staat vast dat Lidl zelf de lading en daarmee het goederenbelang bij Allianz heeft laten verzekeren en Allianz met succes heeft aangesproken. Ook de vermelding dat het gaat om een allrisks-polis brengt niet mee dat de kring van verzekerden en/of verzekerde belangen wordt uitgebreid. Deze bepaling brengt zonder nadere toelichting niet mee dat de goederenverzekering tevens een aansprakelijkheidsverzekering wordt. Ook in artikel 1.1. (dat gaat over het allrisks-karakter van de polis) wordt namelijk de koppeling gemaakt met het verzekerd belang van goederenvervoer. In die bepaling wordt niet gesproken over het verderstrekkende aansprakelijkheidsbelang, zodat het beroep van Princes Foods op het allrisks-karakter van de verzekering ook moet worden verworpen. Dat Delta Lloyd de uitbreiding tot het aansprakelijkheidsrisico niet expliciet heeft uitgesloten, doet aan het voorgaande niet af. Ook die stelling is gelet op de reikwijdte van de onderhavige goederentransportverzekering onvoldoende om te oordelen dat het aansprakelijkheidsbelang wel is meeverzekerd. Ten slotte kan de stelling dat Princes Foods (mogelijk) geen dekking heeft onder haar AVB-verzekering bij een andere verzekeraar ook niet tot een ander oordeel leiden.
4.9.
Nu het primaire verweer van Delta Lloyd – geen verzekerd belang – slaagt, behoeven de subsidiaire verweren geen (aparte) bespreking meer.
4.10.
Princes Foods zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Delta Lloyd worden tot op heden begroot op:
  • griffierecht € 4.030,00
  • salaris advocaat
Totaal € 7.570,00
4.11.
De gevorderde wettelijke rente en nakosten zullen op de hierna te melden wijze worden toegewezen.

5.De beslissing

De rechtbank
5.1.
wijst de vorderingen af,
5.2.
veroordeelt Princes Foods in de proceskosten, aan de zijde van Delta Lloyd tot op heden begroot op € 7.570,00, vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over dit bedrag vanaf de vijftiende dag na betekening van dit vonnis tot aan de dag der algehele voldoening,
5.3.
veroordeelt Princes Foods in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 163,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat Princes Foods niet binnen 14 dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 85,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van de uitspraak, vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over dit bedrag vanaf de vijftiende dag na betekening van dit vonnis tot aan de dag der algehele voldoening,
5.4.
verklaart dit vonnis wat betreft de kostenveroordelingen uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. D.N.R. Wegerif en in het openbaar uitgesproken op 21 april 2021 door mr. S.J.S. Groeneveld-Koekkoek. [1]

Voetnoten

1.type: