Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
Rechtbank Overijssel
Op 8 april 2021 vond er een mondelinge behandeling plaats in de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Almelo, in de zaak tussen twee buren, [eiser] en [gedaagde]. De zaak betreft een confrontatie waarbij [gedaagde] schade heeft toegebracht aan de auto van [eiser]. [gedaagde] heeft erkend schuldig te zijn aan vernieling en is bereid de schade te vergoeden, maar er is onenigheid over de hoogte van de schade.
[eiser] heeft zijn schade onderbouwd met foto’s en een rapport van Schadenet [naam autobedrijf 1], waaruit een schadebedrag van € 2.391,84 blijkt, vermeerderd met bijkomende kosten. [gedaagde] betwist de hoogte van de schade en verwijst naar een offerte van [naam autobedrijf 2] Autoschade, die een aanzienlijk lager bedrag van € 756,25 vermeldt.
De kantonrechter heeft geoordeeld dat [gedaagde] grotendeels gehouden is het hogere schadebedrag te vergoeden, maar heeft een bedrag van € 65,00 in mindering gebracht omdat [eiser] deze kosten zelf heeft verholpen. De gevorderde buitengerechtelijke kosten zijn afgewezen wegens het ontbreken van een veertien dagen brief. Uiteindelijk is [gedaagde] veroordeeld tot betaling van € 1.570,63 aan [eiser], vermeerderd met wettelijke rente, en is hij in de proceskosten veroordeeld. Deze uitspraak is gedaan door mr. F.E.J. Goffin en openbaar uitgesproken op 8 april 2021.