Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
R.K. WONINGSTICHTING ONS HUIS,
gevestigd en kantoorhoudende te Enschede,
1.[gedaagde sub 1] ,
[gedaagde sub 2],
beiden wonende te [woonplaats] ,
1.De procedure
- de mondelinge behandeling via skype, gehouden op 31 maart 2021. Van de zitting heeft de griffier aantekeningen gemaakt.
2.De feiten
‘(…)Bijzondere bepalingen:13. Het is huurder verboden om in het gehuurde hennep of aanverwante producten voor handen te hebben, anders dan in kleine hoeveelheid voor eigen gebruik, te kweken, te bewerken en te verhandelen of derden daartoe de gelegenheid te bieden danwel in of vanuit het gehuurde enige andere activiteit te verrichten die op grond van de Opiumwet strafbaar is gesteld. Evenmin is het huurder toegestaan apparatuur te gebruiken, danwel voor handen te hebben, waarmee (dergelijke) kweek- en/of verwerkingsprocessen kunnen worden bevorderd. Het handelen in strijd met de verboden van dit artikel is dermate ernstig dat dit leidt tot ontbinding van de huurovereenkomst op de kortst mogelijke termijn en tot uitzetting uit het gehuurde zonodig middels een kort geding procedure.(…)’.
‘(…)Op 11 januari 2021 kwam bij de politie een melding binnen dat er een hennepplantage zou worden leeggehaald op [het adres] te [woonplaats] .De politie heeft naar aanleiding van bovengenoemde feiten en omstandigheden een onderzoek ingesteld en troffen ter plekke voldoende indicatoren voor vermoedelijke hennepteelt aan in perceel [het adres] te [woonplaats] .(…)Op vrijdag 8 januari 2021 is de politie de woning binnengetreden ter opsporing en inbeslagneming, op grond van artikel 9, lid 1 onder b van de Opiumwet en artikel 96 Wetboek van Strafvordering. De woning zelf was volledig leeg (geen meubels of dergelijke). (…) In de kelderbox, behorend bij de woning, werden hennep gerelateerde goederen en attributen aangetroffen. De goederen betroffen:- 2 gebruikte droognetten;- 11 assimilatielampen;- 1 slakkenhuis;- watervat;- 2 dompelpompen;- 1 straalkachel.De goederen en attributen, nodig en gebruikt bij het telen van de hennepplanten zijn in beslaggenomen en daarna in opdracht van de officier van justitie vernietigd.In beslaggenomen en vernietigd zijn onder andere de assimilatielampen, droognetten, watervat, dompelpompen, koolstoffilter, slakkenhuis, straalkachel en dergelijke goederen.(…)’.
3.Het geschil
Ons Huis niet, zo vervolgt [gedaagde] c.s. [gedaagde] c.s. weerspreken de inhoud van het hennepbericht; er staan volgens hen tegenstrijdigheden in. [gedaagde] c.s. betwisten de stelling van Ons Huis dat zij niet in het gehuurde wonen, zij wonen daar wel degelijk. Ten slotte wegen volgens [gedaagde] c.s. de persoonlijke omstandigheden zwaarder dan het belang van Ons Huis bij een ontbinding en ontruiming van het gehuurde.
4.De beoordeling
Ons Huis heeft een zwaarwegend belang bij het handhaven van haar beleid en daarmee bij een snelle ontruiming van de woning, nu dit ook naar andere huurders een signaal afgeeft dat dergelijke tekortkomingen, als die waaraan [gedaagde] c.s. zich hebben schuldig gemaakt, niet worden getolereerd. Dit betekent dat, nu vast staat dat [gedaagde] c.s. tekort zijn geschoten in de nakoming van de huurovereenkomst, Ons Huis in beginsel bevoegd is om deze overeenkomst te ontbinden.
c.s. op straat komen te staan, omdat zij waarschijnlijk bij de broer van [gedaagde] , althans elders, kunnen verblijven. Wel ziet de kantonrechter in de omstandigheden van [gedaagde] c.s. aanleiding om de ontruimingstermijn te stellen op twee weken na betekening van dit vonnis.