Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
Fout! De documentvariabele ontbreekt.Fout! De
documentvariabele ontbreekt.
Rechtbank Overijssel
In deze zaak heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Overijssel op 16 februari 2021 het verzoek tot wraking van mr. A.W.P. Esmeijer afgewezen. Verzoeker, vertegenwoordigd door mr. H. Tadema, diende op 18 januari 2021 een verzoek tot wraking in, omdat hij meende dat de rechter vooringenomen was door de beslissing om zijn zaak enkelvoudig te behandelen in plaats van meervoudig. Tijdens de mondelinge behandeling op 11 februari 2021, die via een Skype-verbinding plaatsvond, werd het standpunt van verzoeker toegelicht. Verzoeker stelde dat de keuze voor een enkelvoudige behandeling een onderschatting van de problematiek inhield en dat dit een aanwijzing was voor vooringenomenheid van de rechter.
De wrakingskamer heeft echter geoordeeld dat de beslissing van de rechter om de zaak enkelvoudig te behandelen een procesrechtelijke beslissing is die binnen de discretionaire bevoegdheid van de rechter valt. De wrakingskamer benadrukte dat een rechter wordt vermoed onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit vermoeden weerleggen. In dit geval heeft de wrakingskamer geen aanwijzingen gevonden voor vooringenomenheid van de rechter. De argumenten van verzoeker, waaronder verwijzingen naar het landelijke ‘Protocol MK Indicatoren’, werden niet als voldoende onderbouwd beschouwd om aan te nemen dat de rechter partijdig zou zijn.
De wrakingskamer concludeerde dat verzoeker geen feiten of omstandigheden had aangedragen die de vrees voor partijdigheid objectief gerechtvaardigd zouden maken. Daarom werd het verzoek tot wraking afgewezen, en er werd vastgesteld dat tegen deze beslissing geen rechtsmiddel openstaat.